(Jrede door f^eefitvaardigfieid en Jiefde
Do
herders
van
Bethleëm
KERSTDAG VREOFSDAG
DE
Zondag 24 DEC.
XXXXVlo JAARGANG NUMMER 196
Drukker-Uitgever J. Van Nuffel-De Cendfc Kerkstraat. 9 en 21 AALST, DAGBLAD 25 CENTIEMEN. TELEFOON 114.
Publiciteit buiten bet Arr.AALST Agentschap Havas, Adolf Mailaan, 13. te Bniaael Rue de Richeleu, Parijs, Bank Buldinga-Kingsway. 20 Londen. W.C.2,
H. DELPHlMÜS
Zoo op 7,43 Zond 1^40
Maandag 26 DEC.
1939
1 KtfRSTDAG
Zo op 7,4* Zoa af 1;\41
V, 41. 26 Li. 1
Wij ©delingen, blij van geest,
Ter kerke gaan op 't hooge feest
Den eerstgeboren Heiland groeten
En knielen voor de kleine voeten
Van 't Kind, waarvoor Herodes vreest
Ja gaan wij tot de Kribbe en tot het
altaar f Wij zullen er den Verlosser
vinden die voor ons geboren is.
Jezus Christus is onze Verlosser
Hij werd ons beloofd bij het begin
der wereld, terstond na den val van
onze eerste ouders.
Hij werd verwacht gedurende 4000
jaren. God moest dat verwijl der
menschwording toestaan aan on.
hoogmoed en aan de majesteit van zijn
Zoon. Hij werd begeerd en vurig veT-
langd door alle volkeren. Kom.o God
delijke Messias, red onze rampzalige
dagen
Hij werd voorspeld door de Profe
ten, daarna door den Engel Gabriel
aan de Allerheiligste Maagd Maria.
Gij zult hem Jezus noemen, want
hij zal zijn volk redden.
Hij werd aangekondigd door de
Herders een Verlosser is u op heden
geboren I Hij wil ons verlossen en
daarom neemt Hij aan te lijden en te
sterven op het kruis. Hij stelt de H.
Kerk en de H.H. Sacramenten in. Hij
blijft in persoon met ons en schenkt
zich als voedsel aan onze ziel. Hij zal
ons niet zalig maken noch tegen onze
goesting, noch zonder onze medewer
king.
Het Kind waarvoor een sterre rijst,
Die Wijzen met haar stralen wijst
De donkere plaats van zijn geboorte,
En leidt hen binnen Davids Poorte,
Daar d'Allerhoogste 't laagste prijst.
Gaan wij tot de Kribbe. Gaan wij
tot het altaar. Wij zullen er den Ver
losser vinden die voor ons geboren ia,
Jezus Christus is onze eenige Verlosser.
Hij zelf heeft het verzekerd Nie
mand komt tot den Vader, tenzij door
Mij H. De H. Petrus heeft het verkon
digd Geen andere naam dan de
Zijne werd aan de menschen gegeven
die voor hen den naam des Zaligma
kers is. Sint Paulus heeft het gepredikt:
Een God en een middelaar tusschen
God en de menschen bestaat 't is Je
zus Christus H. In Hem zal eenieder van
ons zijne zaligheid en zijne volmaakt
heid der volkeren die door het onge
loof en de ondeugd verwoest en door
inwendige oorlogen bedreigd, ze zeker
der zouden uitroeien dan de aanval der
legertroepen op de slagvelden.
Volkeren mistrouwt de namen der
verlossers die de wereld doorreizen
Noch de gekroonde heerschzuchtigen,
noch de geharnaste mannen, noch der
politieke vossen, noch de begoochelen
de kwakzalvers, noch het gewapende
verbond der staten, noch hun vrede
lievende tusschenkomst in de ruzies
van de ellende en van de rijkdommen,
van het werk en van het kapitaal, zul
len beletten dat de maatschappij in-
éénstorte, indien zij haar toevlucht
niet neemt tot den eenigen Verlosser,
den Koning Jezus.
Hij heeft het getoond met de we
reld te veranderen, toen het ouder-
wetsche menschdom de ondervinding
van zijne dwalingen en van zijn ver
dorvenheid ten volle opdeed.
Door eene verhevene en zuivere
leering heeft hij de gemeene en mon
sterachtige dolingen, welke het men-
schenverstand verduisteren, vervan
gen hij deed onder het zoete juk van
een heiige wet de opgehitste driften en
de Iosoandige instincten bukken.
Meer nog dan door zijn leering en
zijn geloof, deed hij het menschdom
door zijn voorbeelden en zijne genade
terugkceren op den weg van de eeuwi
ge bestemming.
Aan Hem hebben wij alles wat
rechtvaardig en heilig is in het leven
der menschenvergadering te danken.
Aan Hem alleen behoort het die
kiemen des levens te verjeugdigen en
vruchtbaar te maken, aan Hem alleen
de doodsgevaren af te wenden. Hij al
leen kan en zal ons Vrede schenken
Hij bracht de vrede op aarde onder de
volkeren en in de harten. Mocht die
wereldvrede en die gewetensvrede wel
haast overal en bij iedereen ten volle
beerschen.
Gaan wij tot de Kribbe. Gaan wij
tot het altaar. Wij zullen er den eeni
gen VERLOSSER vinden die voor ons
geboren is. MARC.
BU HET KERSTTAFEREEL VAN DEN FRANCISKAAN-KUNSTSCHILDER PATER ANDREAS BOSTEELS
Sinds eenige jaren werkt in het
Franciscaansche klooster van Gent in
allen eenvoud, taaiheid en stilte de
eerwaarde kunstschilder Pater An
dreas Bosteels.
Onder vele opzichten wordt een be
zoek door de kloosterkerk naar het
ruim atelier van Pater Andreas voor
iedereen een sterk aangrijpende ver
rassing zoo door het groot aantal der
schildejjjen en de veelzijdige verschei
denheid der onderwerpen als door de
technische vaardigheid der uitvoering.
Pater Andreas Bosteels is een geest
driftige zoon van St Franciscus. Dat
voelt men sterk aan in zijn werken.
Hij aanschouwt de wereld en nog meer
al wat er boven staat met Francis-
kaansch-begeesterende oogen. Vooral
in den keus zijner vrij-niet-bestelde
voorstellingen erkent men duidelijk
zijne voorliefde tot uitbeelding der
Heilige Christi-mysteriën die bij St
Franciscus nauw aan het hart lagen.
Bijna even klaar onomwonden ver
toont Pater Andreas zich als groote
vereerder van het leven van zijn Hei
ligen Vader.
Het Kersttafereel dat wij hierbij
voorstellen bezit in hooge mate al de
hoedanigheden die wij gaarne samen
treffen in de voorstelling van Christus'
Geboorte. Het is hier al intens vrome
blijdschap, innige belangstelling
zalig medeleven.
De zwart op witte afdruk van dit
heerlijk tafereel laat ons moeilijk ver
moeden hoe feestelijk bekoorlijk de
kleuren on9 totaal met hart en ziel ver
overen. Het is inderdaad heelemaal
onmogelijk (de uitdrukking is niet te
sterk) het kleurrijke zonnige werk van
Pater Andreas Bosteels in de rij onzer
actueele moderne kerkelijke schilde-
rijen te plaatsen die meestal het pro
duct zijn van menschen die bewust of
onbewust den invloed hebben onder
gaan van onze onrustig-gefolterde
donkere samenleving.
In de Franciskaansche kerk van
Gent hangt bij het portaal het Kerstta
fereel voorstellende de eerste Fran-
ciskaansche Kerstnacht van Greccio.
St Franciscus wilde eens op eene
aanschouwelijke wijze Kerstmis vie
ren. Van den Paus had hij de toelating
verkregen een altaar op te slaan in
eene wilde rotsholte te Greccio. Aan
een boer had hij een os en een ezel
gevraagd om evenals te Bethlehem
bij een houten kribbe te staan met
stroo erin, zoolang de H. Nachtmis du
ren zou en nevens het altaar. Bij dat
alles had Franciscus de brave bergbe
woners en eenvoudige menschen uit de
gebuurte uitgenoodigd tot die originee-
le voorstelling en heilig Misoffer. Hij
zelf deed dienst als diaken en wilde de
gelegenheidspreek houden... Onder-
tusschen werd deze kerstviering van uit
den hemel met zooveel welbehagen ge
volgd dat het Kindje Jezus er niet kon
aan weerstaan zich te openbaren aan I
die brave menschen van goeden wil.
En dan gebeurde het midden het
gloedvol sermoen van Franciskus ver-,
scheen ineens en omringd van veel j
klaarheid het pas geboren Jezus-Kind.
Heel de omgeving van biddende
menschen verschrok met de meest
verscheidene uitdrukking bij dit vi-
zioen, doch Franciskus, alsof het een
dagelijksch gebeuren was, aarzelde
geen oogenblik en nam het slapende
wichtje teederlijk uit het kribbeken en
omhelsde het langdurig en overgeluk
kig tot groote onsteltenis en bewonde
ring der getuigen.
En hier krijgen wii den machtigen
indruk alsof Pater Andreas bij dit he-
melschoon verhaal van den Kerstnacht
van St Franciscus te Greccio ons toe
spreekt... en zie, op dit zalig oogen
blik, 700 jaar geleden, werd ik zelf er
bij geroepen om dit verheven Francis-
kaansch moment zoo groot als het was
te photografeeren om dan later in eena
schilderij uit te werken».
Pater Andreas, uw werk doet ons
deugd, verheft ons en trekt ons nader
bij het Kribbeken van Bethlehem en
van Greccio.
Wij danken U en zien gretig naar
nieuwe verheven werken uit MARC*
De herders van Bethleem, de eerste
aanbidders, na Maria en Jozef, van
het goddelijk Kindje, Wiens geboorte
wij met deze dagen herdenken, zijn
zoo'n beetje in het duistere gebleven,
althans voor het meerendeel der geloo-
vigen van alhier. Men weet er niets
over te vertellen. Men zou meenen dat
ze na hun optreden in den stillen Kerst
nacht, heelemaal in vergetelheid zijn
geraakt en nog slechts als naamlooze
figuranten elk jaar terugkeeren bij het
vieren van het Kerstfeest.
En toch is het zoo niet. Zij hebben
ook het uur der verheerlijking vroegtij
dig gekend. Die armen, de eerste uit-
genoodigden van den Menschgewor-
den God, werden niet alleen op het
nachtelijk uur van Bethleëm met wel
daden overladen. zoodat hun zielen
boordevol van hemelsche wellusten al
om hun zaligheid gingen verkondigen,
maar zij hebben ook nadien de rijke
vruchten mogen plukken van hun lief
devol geloof en hun ijverig apostolaat.
De Kerk van het Oosten en ver
scheidene kerken uit het Westen vieren
heden ten dage nog het feest van de
drie heilige herders van Bethleëm.
We zeggen drie, want ja, er waren
er maar drie.
Dat blijkt ten overvloede uit de oude
kronijken dat staat te lezen op zeke
re monumenten van de catacomben te
ri» of Sabynsche herders van hun ber
gen afdalen, om de komst van den Za
ligmaker te Bethleëm te komen aan
kondigen. Dat geschiedt met heel wat
ceremoniën. Deze «pifferari» ziet men
daar opmarcheeren in dikke drommen
in hun eigenaardige kleederdracht en
voorafgegaan door hun niet minder
eigenaardige muziek. Doch als herinne
ring aan het feit dat de herders slechts
drie in getal waren, stappen zij enkel
op rijen van drie, waarbij dan de drie
leeftijden vertegenwoordigd zijn de
hooge ouderdom, de rijpe leeftijd en
de jeugd.
Wij zegden dat de heilige Herders
al heel vroeg de verheerlijking hebben
gekend.Trouwens in de lVe eeuw werd
door de heilige Helena, moeder van
Keizer Constantijn, een prachtige kerk
gebouwd, op de plaats zelf, waar d-
Rome en op andere gedenksteenen uit|Elngelen aan de herders verschenen.Ze
de oudheid. De geleerden zijn het ove
rigens daarover eens. Volgens de
ze en nog andere getuigenissen zoo
zegt Paus Benedictus XII, waren er
drie herders aanbidders en waren er
slechts drie.»
Dit wordt ook jaarlijks door de ou
de tradities in herinnering gebracht bij
de plechtigheden, die het feest van
Kerstmis voorafgaan in de Eeuwige
Stad. Inderdaad te Rome ziet men bij
Jhet begin van
was toegewijd aan de H.H. Engelen en
aan de H.H. Herders van Bethleëm.
Daar werden de lichamen dezer laat-
aten met grooten eerbied bewaard tot
omstreeks het midden der IXê eeuw,
toen het heiligdom in puinen viel. He
den ten dage blijft daar niets meer van
over, tenzij de oude crypte, waartoe
men toegang heeft langs een trap van
een twaalftal treden,
d te nome ziet men bij j En jaarlijks ziet men er de bede
den Advent de «piffera-jvaarders, die ter gelegenheid van het
Kerstfeest te Bethleëm aanwezig zijn,
zich processiegewijs naar die heilige
plaats begeven om er het ((Gloria in
excelsis» te zingen, daar waar het voor
't eerst door de Engelen werd gezon
gen.
Na het verdwijnen van het heilig
dom werden de lichamen der HH.
Herders naar Jerusalem overgebracht,
waar ze tot in het jaar 960 bewaard
bleven. Alsdan, zoo verklaren ons do
geschiedkundigen, werden ze door een
vromen ridder naar Spanje meege
voerd en neergezet te Ledesma, een
stad uit de omgeving van Salamanca.
Wat er ook van zij, dit is zeker dat er
in geen plaats ter wereld met zooveel
eerbied en liefde voor den eeredicn9t
van de H.H. Herders van Bethleëm
gezorgd wordt als daar. Ook heeft
Paus Innocentius IX in 1 592 de kost
baarste aflaten verleend aan de leden
van het aldaar gestichte genootschap
van de drie H.H. Herders van Beth
leëm Jacob, Isaac en Jozef.
De H.H. Relikwieën die te voren In
de St Pieterskerk te Ledesma berust-
i ten, werden in het jaar 1864 op bevel
van den Bisschop van Salamanca,
plechtig overgebracht naar de St Fer-
dinanduskerk derzelfde stad. Ze wer-
j den er neergelegd in een kostbaar
schrijn van binnen belegd met witto
j zijde. THEO,