ÜIT HET STAATSBLAD KUNSTEN EN LITERATUUR De verdeeling der plantaardappelen Inbeslagneming en Inlevering van gummibanden voor rijtuigen OP ST NIKLAASDAG werden vijf en half miilieen Om colt uw geschaia te krijgen Geslaagde Duitsch-lialiaansche Tegenaanvallen in MARMARIKA DUITSCH LEGERBE RICHT ITALIAANSCH LEGER BERICHT VERSCHIJNT 3 MAAL PER WEEK HET NUMMER <V40 FR. PER WEEK 1,15 FR. ZATERDAG 22, ZONDAG 23 w MAANDAG 24 NOVEMBER 1941 DE VOLKSSTEM XXXXVIlle JAARGANG NUMMER 139 Uitgave van de S.M. «De Voonntgang» Kerkutraat 9, Aalst. HnndeUreg. Nr 1247 Postcheckrefaening J. Van Nuffel Nr. 138559 Beheer en Redactie Kerkstraat 9 Aalst. Telefoon 114 Publiciteit buiten bet ArToadiasemenl AALST Belgisch i-isves Agentschap, 15, Ad. Marleen, BruueL Het lijkt nogal natuurlijk literatuur en kunsten te verbinden. De geculti veerde mensch deed het sinds een cul tuur bestond. De westersche pedagogie echter verwaarloosde lang dit pro bleem. Feitelijk kon de vergelijkende studie van de literatuur, van de plasti sche kunsten en van de muziek pas dan beginnen, wanneer ze zich waagde op het terrein van het speculatieve en dat van den dilettant verliet. Het ontbreken van hi9torischen zin belette echter dat deze studie waar mede een aanvang werd gemaakt bij de hellenisten der XlXe eeuw en de histo rici der antieke kunst, die het literair en plastisch monument vergeleken zich zou veralgemeenen en zich uitbreiden tot de andere kunsten. Slechts in den loop der XlXe eeuw kwam men tot het idee van de eenheid der menschelijke scheppingen in de historische evolutie. Laten we echter het historisch aspect van het probleem van kant om ons af te vragen of het bestaan van deze disci pline wel degelijk gemotiveerd is. Hij die bv. de godsdiensten bestu deert, evenals de folklorist, weten dat de ritus, het geloof of de mythe niets slechts mondeling overgeleverd wor den.. noch door de gewoonten alleen, maar ook door het beeld, het lied en den dans zelfs gaan ze het vaak te bui ten vandaar de onmogelijkheid voor hem die een legende bestudeert, om het plastisch of het muzikaal document te verwaarloozen. Dat geldt evenzeer voor den kunst historicus. Hij zal zich niet beperken tot het opzoeken der technische verban den, maar hij zal ook de hulp van de klassieke archeologie inroepen. Men kent de schitterende uitslagen welke op dit gebied door E. Male bereikt werden. Hetzij men nu een genie of een twee derangskunstenaar besiudeerc, een slrooming of een genre, een zoo volle dig mogelijke documentatie brengt er ons fataal toe tusschen de kunsten en de letteren parallelismen, contacten, in vloeden van allerlei aard vast te stel len. Evenzoo zal de muziekhistoricus, na de dorre analyse der technieken, een voorname plaats toekennen aan de on derlinge betrekkingen van de muziek met de letteren en de plastische kunsten. J. Tiersot en H. Prunières verrichtten op dit gebied meldenswaardig werk Overal, op muzikaal gebied, voelde men de noodzakelijkheid de muziek te rug te plaatsen in de algemeene geschie denis van den smaak, in de beschaving. Deze noodzakelijkheid om het kunst werk niet alleen in zijn «ascendenten» te bestudeeren, maar ook in zijn «colla- teralen», doet zich meer en meer gevoe len in de literatuurgeschiedenis. De comparatisten, die zich bezighielden met de beschrijving van het lot van een thema, een werk. een schrijver in de Europeesche landen, ontmoetten op hun weg noodzakelijk de muziek en de schilderkunst. Aldus kwam Balden- sperger in zijn studie over Goethe in Frankrijk in contact met Dela croix en Berlioz. Vergeten we niet dat de literatuur van Baudelaire tot Proust nauwe en ?oms zonderlinge betrekkin gen onderhield met de plastische kuns- sten en de muziek. Een uitsluitend literair-gerichte docu mentatie bleek aldra niet voldoende. Daarenboven om te ontsnappen aan de crisis waardoor ze bedreigd was, heeft de geschiedenis der literatuur haar me thode moeten verdiepen. Aldus, samen - vallend met de methoden van andere disciplinen,moest ze meer en meer haar actieterrein verbreeden, teneinde gansch de esthetische realiteit welke zich aan haar aanbood te kunnen omvatten. Overal zien we den literair-historicus. uit waarheidszin, van zijn strikte disci pline afzien. Door zijn onderwerp im mers wordt hij tot onverwachte ont wikkelingen gebracht, welke hij eerlijkheidshalve niet mag over het hoofd zien. Zoo werd bv. de artistieke oriëntatie van Baudelaire en van zijn opvolgers, het voorwerp van soms zeer geslaagde en doeltreffende werken. De wetenschappelijke vorschers kwamen aldus op een terrein waar ze voor elkaar een steun waren, namelijk het terrein der onderlinge betrekkingen tusschen de verschillende modaliteiten van de esthetische activiteit welke ze vastgesteld hadden. In het eerste derde van de XXe eeuw ontstond aldus de vergelijkende wetenschap van kunsten en literatuur, een nieuwe discipline die eindelijk die positieve basis gevonden had die haar ontbrak om te ontsnappen aan de fantasieën van den dilettant. Kunsten en letteren vergelijken be staat niet in het totaliseeren van feiten die tevoren elders werden bijeenge bracht, een passieve opstelling het is ook niet een uitkiezen, met de welwil lendheid van het oude eclectisme. t Is het verifieeren van die feiten, de voort zetting van de studie derzelve, in hel licht van een stuwende idee in een be paald domein. Iedere comparatist zal dus aan persoonlijke opzoekingen moeten doen. Hij zal ook zijn estheti- schen smaak in alle richtingen hoeven te ontwikkelen. Specialisatie zal enkel gebeuren per eeuw, per tijdperk, per gevoelsbeweging. De comparatist zal er zich altijd voor hoeden de suprematie uit te roe pen van een kunst boven een andere. Hij zal er integendeel voor zorgen de kunsten te onderscheiden en hun indi vidualiteit te eerbiedigen. Dan zal ook het onderzoek zijn vruchten afwerpen. Het weze ons toegelaten nog even dit te onderlijnen de kunstwerken van allerlei aard ondergaan gemeenschap pelijk dezelfde sociologische invloeden. Deze scheppen tusschen hen een niet te ontkennen verband. Het kunstwerk be schouwen buiten zijn sociaal verband is het vervalschen het beschouwen als zijnde slechts het resultaat van een ab-: solute activiteit van het individu, is het voornaamste aspect van zijn beteekenis verwaarloozen. Welke ook het aandeel weze van het individu in de gemeen schap, van het genie en van de techniek in de kunst, steeds moet men rekening houden met de collectieve gevoelsin houden waarvan het onbewust de weer klank is. Tenslotte moet nog gewezen worden op het feit dat de kunsten elkaar noodig hebben om te bestaan en zich te ont wikkelen. Men kan de evolutie van een kunst als literatuur bezwaarlijk begrij - pen indien men deze niet vat in haar betrekkingen met de kunsten van de beweging waarmede ze aanvankelijk verbonden was. Deze studie - wil ze aanspraak ma ken op volledigheid - zal dan nog moe ten aangevuld worden met een onder zoek van de voorwaarden waarin de overgang van de eene vorm in de ande re zich voltrekt. Die voorwaarden zijn hoofdzakelijk van psychologischen aard. Ze verschillen vooral naar gelang de individueele temperamenten. Slechts door analyse der schepping zelf zal men lol een volledig begrip komen van deze «metamorfosen)). Wanneer al deze onderzoekingen welke we slechts met enkele woorden hebben kunnen aanduiden ver ge noeg doorgedreven zijn, dan zal men kunnen overgaan tot de collectieve ge schiedenis der kunsten welke steeds als het tc bereiken ideaal moet beschouwd worden. Wellicht wordt deze nog jonge we tenschap bij sommigen met een ironi- schen glimlach onthaald. Haar belang is echter niet te ontkennen. De cultuur kennis heeft er alles bij te winnen. Drs. Gustaaf CAMMAERT. HET PLAN VOOR 1942 Namens de Hoofdgroepeering «Aard appelen» wordt een verordening in het Staatsblad van 21 November afgedrukt omtrent den handelen en de bedeeling van plantaardappelen. Daarin worden de arrondissementen aangeduid waar de variëteit Eerstelingen uitsluitend mag verkocht worden alsmede de ande re variëteiten gekeurde Nederlandsche plantaardappelen. De ingevoerde Duitsche plantaard- appelen mogen verkocht worden over het heele Belgische grondgebied. Dit geldt ook voor alle andere inlandsche variëteiten gekeurde of wel ongekeurde met uitzondering van de variëteit «Bintje», «Eigenheimer», en «Ideaal». Om Nederlandsche plantaardappe len te bekomen moeten de producenten aan den invoerder e-;n ruillevering doen van geelvlezige aardappelen van de variëteit Ackersegem, Bintje, Eerstelin gen, Oostbote, Industrie of Voran, Pris- gesorteerd op minimum 30 millimeter. De producenten kunnen Duitsche en inlandsche plantaardappelen koopen tegen inruiling van alle variëteiten eet- aardappelen. De producenten cie in 1942 hua aardappelteelt wenschen uit te breiden, en die voor deze uitbreiding geen ■af komende voorafneming hebben kun nen doen op het b .-schikbare gedeelte van hun oogst 1941 worden ontslagen van ruillevering voo het bekomen van Duitsche en inlandse ae plantaardappe len, op basis van 20 kilogram per are die zij in 1942 meer bebouwen. Te dien einde wenden de belanghebbende land bouwers zich tot de erkenden hande laar bij wien zij hun plantaardappelen besteld hebben. Deze handelaar over handigt aan den be rokken landbou wer -.can formulLi va-aagiot ont slaging van ruillevering. overeenkom stig model bijlage 11. De betrokken landbouwer wendt zich met dit formu lier tot zijn gemeentebestuur dat er de noodige aanwijzigingen op aanbrengt op grond van het krachtens het beriuit van 15 September 1941 door den landbouwer ingediend individueele teeltprogramma. Een exemplaar wordt op het gemeentebestuur bewaard een tweede exemplaar wordt door den landbouwer bewaard het derde exem plaar wordt aan den erkenden hande laar terugbezorgd. In de verordening worden dan ook de modaliteiten van uitvoering meege deeld. Deze inbe ZATERDAG 6 DECEMBER IN 22.486 LOTEN door de LOTERIJ WINTERHULP UITGEDEELD KOOPT VAND AAG UW BILJET De chef van het militair bestuur heeft een verordening uitgevaardigd, geda teerd 10 November, betreffende de in beslagneming en de inlevering van gummibanden voor rijtuigen, verordening is in het nummer 62 het Verordeningsblad verschenen. De verordening voorziet de slagneming van gummibanden motorrijwielen, wagens, paardenvoer - tuigen, personenauto's bestel- en vrachtwagens, trak toren, aanhangwa gens, alsmede volle gummibanden, (voor iedere ?oort de daartoe behoo- rende binnenbanden, velgbanden en gummiflaps inbegrepen), onverschil lig of de banden nieuw dan wel ge bruikt, hersteld dan wel onbruikbaar zijn. Banden welke zich ten behoeve van de verwerking in fabrieken, of ten be hoeve van den wederverkoop bij voort verkoopers bevinden, of welke regel matig op bandenkaarten of met ban- denchecks betrokken werden, vallen echter niet onder de inbeslagneming. Voor deze banden gelden reeds bij zondere reglementeeringsmaatregelen. Wie andere gummibanden bezit mag er thans, ingevolge de bij de verorde ning voorgeschreven inbeslagneming, niet meer vrij over beschikken. Deze banden mogen noch vervreemd, noch verpand of gepand worden zij gen slechts in gebruik gehouden wor den (met inbegrip van een daartoe be- hoorend reservewiel) voor zoover zij op rijtuigen zitten, welke niet uit het Uit het hoofdkwartier van den Fuhrer, 2 I November. Het opper- kommando der Weermacht maakt bekend Tijdens de gevechten in den Donetzboog en in den centralen sektor van het Oostelijk front, rukken onze troepen verder vooruit. Vóór Leningrad leden vijandelijke uitvalspogingen schipbreuk door de l. Duitsche afweer. Voor de Britsche kust vielen snelbooten in den nacht van 19 op 20 November een sterk beschermd konvooi aan en kelderden t^ee vijande lijke koopvaardijschepen, waaronder een tankschip, van in totaal 9000 BRT. Twee andere stoombooten werden door torpedo's getroffen en zijn waarschijnlijk gezonken. Tijdens een vernieuwden nachtelijken aanval kwam het tot gevechten van op geringen afstand tusschen Britsche jacht- schepen en onze snelbooten. Hierbij werd een Duitsche snelboot door een botsing zwaar beschadigd. Tijdens net gevecht moest zij door andere snelbooten op sleeptouw worden genomen. Het beschadigde schip moest echter den terugtocht opgeven en tot zinken worden gebracht. Na een succesvollen afweer van een vijandelijken luchtaanval die tijdens de och tenduren werd uitgevoerd, keerden alle overige snelbooten naar hun ba sis terug. v Gevechtsvliegtuigen die een gewapende verkenningsvlucht uitvoerden beschadigden overdag in het zeegebied rondom Engeland een Britsche monitor door bomtreffers. In Noord Afrika gaat de tegenaanval der Duitsch-Italiaansche troepen verder vooruit. Duitsche destroyer-vliegtuigen en Stuka's dreven koncen- traties van Britsche pantser- en vrachtwagens aan de Lybisch-Egyptische grens uiteen. Bij Marsa Matroek werden militaire inrichtingen met goed resultaat gebombardeerd. De vijand verloor vier vliegtuigen. Tijdens de periode van I 2 tot 1 9 November verloor het Britsche Iucht- wapen 43 vliegtuigen. Gedurende hetzelfde tijdsbestek boetten wij in den strijd tegen Groot Brittannie zes eigen toestellen in. Rome 2J Nov. Hel hoofdkwartier van het leger maakt bekend De strijd in Marmarica heeft uitbreiding genomen.Na hardnekkig weer stand geboden te hebben aan de nieuwe aanvallen van den vijand, gin gen de itaiiaansche en Duitsche pantserafdeeüngen tot den tegenaanval over en sloegen de vijandelijke pantserwagens achteruit, waarbij talrijke gevechtswagens vernield en gevangenen gemaakt werden. Het luchtwapen der spilmogendheden nam aktief deel aan den strijd. Aan het front van Gondar leden verscheidene nieuwe sterke aanvallen van den vijand, die met een steeds grooter overwicht aan strijdkrachten en materiaal worden uitgevoerd, schipbreuk op den dapperen weerstand onzer afdeelingen, die den vijand door hun voortdurpnde tegenaanvallen onder zware verliezen tot den aftocht dwongen. In den verleden nacht werden Napels, Brindisi en Messina eens te meer door vijandelijke vliegtuigen gebombardeerd. Alleen woonhuizen wer den getroffen. Te Brindisi werden zes personen gewond, en te Messina, waar de bevolking een voorbeeldige kalmte aan den dag legde en een volstrekte discipline bewaarde zijn 26 dooden en 24 gewonden te betreu ren. Te Napels vielen geen dooden, noch gewonden. Luchtdoelartillerie schoot een vijandelijk toestel neer, dat tusschen Procida en Isjia brandend neerstortte. Onze eskadricljes bombardeerden opnieuw militaire objektieven op Malta, waar uitgebreide branden veroorzaakt werden. In den vroegen morgen van Vrijdag viel een onzer jachtformaties een vliegveld van het eiland aan en schoot vier toestellen die zich op den beganen grond be vonden in brand. In een luchtgevecht schoot een andere formatie drie Huricanes neer. verkeer zijn genomen. Het verder ge bruik is dan ook geoorloofd, wanneer de banden voorloopig van het rijtuig zijn afgenomen om hersteld te worden, bijvoorbeeld wanneer zij zich in een vulkanisatieinrichting bevinden. Losse rijtuigbanden welke op een aan het ver keer onttrokken rijtuig zitten, mogen daarentegen niet meer in gebruik wor den gehouden. Ten aanzien van banden waarvan het verder gebruik niet geoor loofd is, gelden onderstaande bepalin - gen a) Losse, niet op het rijtuig zittende banden onverschillig of het nieuwe, ge bruikte. herstelde dan wel onbruikbare banden zijn) moeten door den eige naar of bezitter binnen den termijn, gaande van 1 tot en met 20 December, worden ingeleverd bij de daartoe aan geduide plaatselijke inleveringsbu reaux. b) Banden welke op aan het verkeer onttrokken rijtQigen zitten, moeten uit- teriijk 20 December 1941 bij het ge meentebestuur, op aldaar verkrijgbare formulieren, worden aangegeven. De aangifteformulieren zullen omstreeks 5 December bij de gemeentebesturen verkrijgbaar zijn c) Toegelaten voort verkoopers, die inbeslaggenomen banden, welke bij gevolg niet voor den verkoop aan afnc mers zijn bestemd, in hun bezit hebben, moeten deze niet bij de centrale v< scheikundige produkten, afdeeÜng rubber en asbest, te Brussscl, steenweg op Charleroi 43, aangifte van doen. onder nauwkeurige vermelding van af metingen en gebruikstoestand. De cen trale zal dan in zake deze banden ver dere schikkingen ftcffen. Het inleveringsbureau levert aan hen die banden hebben ingeleverd, een ont vangstbewijs af. De waarde der ingele verde banden wordt officieel geschat en de uitbetaling geschiedt dan, vol gens de vergoedingsschaal, welke met de waarde van dc banden overeen 3temt en door den chef van het militair bestuur is vastgesteld. DE BEVOORRADING VAN RUBBERFIETSBANDEN. In het Staatsblad is een omzendbrief verschenen, uitgaande van den dienst voor de verdeeling en de voorraden en gericht tot de provinciale direkties en de gemeentediensten en betrekking heb bende tot de aflevering van machtigin gen tot bevoorrading van rubberfiels. banden van allen aard. De omzendbrief geeft de lijst van de personen die kunnen genieten van de bepalingen van artikel 3 b. van het uit voeringsbesluit van 17 Juni 1941. Het zijn de priesters, de geneesheeren, de vroedvrouwen, de veeartsen. de zie kenverplegers en verpleegsters en de pompiers. Een bijzondere regeling is voorzien. I voor dc arbeiders cn scholieren.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1941 | | pagina 1