©ecu l)msl«ii joiiüer krttiskeu, II i c u to s OF WONDERBARE GESCHIEDENIS VAN JAN-BEN-BITTEREN- i. Waar de achtbare lezer Jan-deu-bilteren zal loeren kennen. Jan-den-bitteren, goede Vrienden, dat was al een vieze, grillige vent, gelijk ge gaat hooren. Van zijn vaders- en peters kant heette hij Jan-Sus Kandy, doch zijn toenaam was Jan-den-bitteren. Hoe had hij dien toenaam gekregen? Wel, hoe geraakt iemand aan eenen toenaam? de eene of andere straatpleuter, dezeofgind- sche kommeer herdoopt u eens in eene vlaag van gramschap ol' van scherts, en roef! 't woord rijdt van tong tot tong, het wordt in den kop geprent, 's anderendaags herhaald, het draft de stad rond, en gedoopt zijt ge, menheere! de spotnaam blijft u bij, gansch uw leven, ja zelfs tot na uwe dood! En of ze hier, te Aalst, waar Jan-Sus Kandy geboren is, woont en leeft, een handje hebben voor de menschen te herdoopenot ze! Jan-den-bitteren dus was dicrwijze herdoopt. Iladde 't gij, in zijn straatje, naar Jan-Sus Kandy gevraagd, bijna niemand zou u thuis gewezen hebben, bijzonderlijk onder 't klein geslacht dat meest op de kalsijsteenen dweilt of kruipt en, bijgevolg, voor dergelijke zaken door de voorbijgangers wordt aangesproken. Maar, Jan-den-bitteren! ho, als ge dien naam eens uitspraakt, dan sprongen' er wel tien kereltjes tegelijk op; dan wezen wel tien kleine vingerkes naar een huisje met groene blafteturen; en al totlerende riepen zelfs de kleinste Daer, mijnheer, 't trapken op, in dit winkeltje, woont Jan den-bitteren. En eer ge aan 't huis geraaktte, waart gij vast en zeker, bijna oorndul van 't eeuwig getater der schalksehe jongens Ja, Jan-den-bitteren, dien zeventienden! Dien erwtenteller! Met zijn doodkistengezicht! Met zijn looden schoenen! Dien greet'pot.... dien.... dien.... Entin, al de benamingen aan dit slach van lieden toepasselijk. Was Jan-den-bitteren dan toch zoo 'ne viezen gast? Ja, Jan-den-bitteren was een zeventienden/ een erwtentel ler, een greefpot; hij trok altijd een gezicht zoo lang en droef als eene doodkist, en ging daar schoorvoetende, alsof hij looden schoenen aanhad. Zijne vrouw kon nooit van pas doen, geen stap verzetten, geen woordekc lossen waartegen hij niet knorde. Was Jan-den-bitteren dan getrouwd? Ja, en getrouwd met misschien het schoonste, braafste en neer- stigste meisje dat er op tien uren in de ronde te vinden was. Iloe Jan aan Trese geraakt was, daar kou niemand zijn zestienenhalven uitmaken. Een zoo braaf meisje met zoo 'nen knorpot; een model van een mensch met een zoo eenen zeventienden... Eilaas! de liefde, gelijk men weet, is blind! en dat mag een geluk genoemd worden, want hadde de liefde heldere oogen of eenen bril op, 'k wed dat er in onze stad geen tien op een jaar getrouwd ge raakten. Jan-den-bitteren was daarom juist geen slechte mensch; neen verre van daar! Hij beminde zijne Trese uit hart en ziel, als het wit zijner oogen, als het bloed zijner aderen, alhoewel hij haar dit nooit had gezegd; voor zijne kinderen zou hij lijf en bloed hebben gegeven.... maar dat ongelukkig knorrend karakter, zie, dat ver galde het leven van Jan-den-bitteren, dat deed zijn liefdevuur stolten, dat verzwartte de edele gevoelens die God ii\ zijne ziel had gestort! Ach, wat verdriet, wat hartpijn had Trese niet' doorgestaan En 't braaf mensch sloeg alles in de goede vouw. begon Jan-den- bitteren te zagen en haar het hart af te knagen, met zijnen gewo nen zaag Wij zijn toch ongelukkigzie eens den genen en den gind- schenen wat gaan we doen als de kinders groot zijnen als wij oud zullen wordenWerkmenschen zijn ongelukkige slaven!... en moest ik nu eens ziek worden!... en.... Als Jan alzoo zijn litanie begon.af te geven, dan sprak Trese op stillen toon: Geen huisken zonder kruisken, Jan-liefwie zegt u dat deze en gene gelukkig is! zijn wij niet wel? Ons kinderke's blozen als krieken; w'hebben, Godlof! alle dagen ons etenGeen huisken zonder kruisken! Wat Ons-IIeer bewaart is wel bewaard; waaromj u kwellen met dingen die misschien nooit zullen gebeuren? Man lief, man-lief, ge tergt Onzen Lieven Heer Doch, al hcur preêken was boter aan de galg; Jan ging voort met greeven, werd gram, liep den huize uit... en werd alle dagen bitterder en bitterder. 't Was daar 't verkeerd huishouden-Job. En Trese baden deed hare kinderen bidden; Trese riep alle heiligen uit den Hemel aan, deed zelfs novenen en bedevaarten voor haren Jan-den-bitterenmaar de Hemel scheen als van staal, voor de gebeden, smeekingen en tranen van dit ongelukkig schaap. Ge zult nog uw eigen gezondheid te kort doenhad ze meermaals tot Jan gezegd. En 't was zoo ookJan verbleekte, Jan vermagerdenevens zijn oogen begonnen twee scherpe kaaksbeeneu uit te steken reeds tweemaal had Trese den trekker van zijn broek moeten verdigten; en de straatjongens, riepen spottend als Jan voorbijtrok Den bitteren vertrekt naar 't pierenland! Dan bad Trese met vurigheid dan ooit, ging negen dagen naar 't Kapelleke-van-de-Werf haar rozenhoedje lezen en, o gelukwerd op eene wonderbare wijze uit haren droeven staat gered. Dat zullen de-Vrienden-Lezers in 't volgende Hoofdstuk zien. (Wonit voortgezel Hier, in België, gaat alles tamelijk rustig; de libcralenschijneu door slechte middelen weer aan 'i hoofd te willen Komen, doch zulleu hierin niet gelukken. Ous Belgisch volk ziet zouder bril, waar dit kwaad boeltje henen wil. Van Frankrijk hebben wij goed nieuws. De Nationale Vergade ring heeft beslist dat zij, vóór hare naaste byeenkomst, in Korps eene Mis van den II. Geest zal bijwonen.... Bravo! dat is nu eens 'recht gezond handelen. Al gelyk, in Frankrijk moeten nog veel brave mensehen wonen. Spanje wordt strat bewerkt door de Internationale, welke dit ongelukkig land nog dieper in den afgrond wil stooten. In Pruisscn speelt Bismarck lcelijk de geuzenplodde, tot groot plezier der framacons en liberalen die tegenwoordig erger zijn dan de protestanten. Wij hebben van persoonen die onlangs in Pruisscn geweest zyn, vernomen dat de brave DuitscheKatholieken met hunne droefheid geenen weg welen en vast besloten hebben door alle wettige middelen hun vervolgd G®lÖöf te verdedigen... Zhebben meer' dan gelijk. De meeste Paters Jezuieten Vertrekken naar Amerika. De Werkman is droef omdat de zaken in Italië toch zoo bitter slecht gaan. 0. 11. Vader wordt er voortdurend bespot en mishan deld door die deugenieten van framagons,swclke meenen dat ze daar voor eeuwig en altijd meester zijn... Och armen! Eens dat de maat vol is, zult gij ze zien 'nen post pakken. Ze zeggen nu dat Rusland zich gereed maakt om tegen China te gaan vechten. De Chinezen bereiden reeds gekurasseerde sche pen. Door den laatsien hongersnood in Pèrsië zijn 3,000,000 men schen bezweken. In Mexiko vechten ze nog altijd dat dc haren stuiven; 't is nu reeds 15 jaren dat dit spel duurt. Nu schijnen ze op vredemaken te gaan denken. De Werkman moet de staatsbeambten streng berispen, die zonder groote reden, hunne onderhoorigen 's zondags doen iwerken... De Zondag, dat is 't recht van den Werkman. Onze prinses Charlotte verslecht met den dag. - Eene liberale gazet van Antwerpen heeft de onlangs gebo rene prinses bij een jong varken durven vergelijken. Dat is in het hof gelezen geweest, tot groote ontroering des Konings. Wij hebben hier gisteren eene luisterlijke Processie gehad. Achter het Allerheiligste volgden onze heeren Burgemeester, Schepene en Katholieke Raadsheeren... Niemand moet beschaamd wezen om zijnen Heer en God te volgen. De installatie der gemeenteraden zullen plaats hebben den 2de" september. Twee liberale gazetten van Gent, die broeder Martialis hadden gelasterd, zijn deswege door den tribunaal veroordeeld.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1872 | | pagina 3