I ill 1 - A HOI S IT T1
sjfej 't Jaar 1892.
Landbouw. 1 Graan staat uitne-
HAMME.
OF
DE SCHOONSTE VROUW DER WERELD, DE RIJKSTE EN DE ONGELUKKIGSTE.
Ja, riepen de Municipalen en de Jacobijnen, wij moe
ten den kleinen hebben, levend of dood!
En ze stonden gereed met hun pieken,
om hem te vermoorden, op de borst
zijner Moeder.
Welke oogenblikken
Het kind huilde en kermde en klestte
zijn armkes vast aan den hals van Moe
der; de Zuster en de Tante smeekten
om medelijden en erbarming; maar
ziende dat de wreedaards hun voorne
men gingen ten uitvoer brengen, om
helsde de Koningin een laatste maal
haar Zoontje, zegende het, omhelsde
het nogmaals en liet het dan over aan de Beulen, die er-
meê wegliepen.
De wreedste monsters, der wilde bosschen, kunnen zij
wreedaardiger zijn En in onze dagen ziet men zooge
zegde Volksvrienden vlaggen en vieren voor die Mon
sters; de beelden der Heiligen zouden uit d'huizen moeten
en vervangen worden door Portretten van Marat en Ro
bespeer. Zelfs zijn er te Ledeberg, bij Gent, verdwaalde
en afgevallene Christenen, Socialisten, die Sociëteit ge
maakt hebben onder den naam van Maratskring en die bij
de Socialisten van Aalst komen Concerts en Voordrachten
jjev -: Y Ei. :..v: 7 7
Al zijn leven is 't een waarheid geweestMet wie men
verkeert, wordt men geëerd
De Geschiedenis verhaalt dat 't klein Prinsken twee da
gen lang weende en kermde, altijd vragende naar zijne
Moeder. Men had hem opgesloten in de kamer waar Lo-
dewijk XVI zijn laatste dagen had overgebracht; men
had hem toevertrouwd aan mannen zonder eer en zonder
fevoel; o. a. aan den schoenlapper Simon, een lap en
ronkaard van de slechtste soort, gekend voor zyn leelijke
vuile grove manieren. De eenigste afstammeling der Ko
ningen van Frankrijk aldus behandeld Hij, opgebracht
met al die zorg en in al die weelde Door Robespeer
was die Simon uitgekozen en gelast het klein Prinsken
te mishandelen, te verstommen, te leeren vloeken
zweren en langzamerhand af te martelen.
Keeren wij terug tot Marie-Antoinette, zijne ongeluk
kige Moeder.
Wie zal haar smart beschrijven, hare verscheurende
hartkloppingen, na de ontrukking van haar Zoontje
Waar was hij in welke handen 1 wie zorgde voor hem
Te vergeefs vroeg en smeekte zij de Municipalen te ver
geefs zag zij haar oogen ui naar den hof, of in den gang
als de deur eens opengingniemand die haar antwoordde'!
niets dat zij ontwaarde Van haren man wist zij, dat hi
op 't Schavot was gestorven, dit was pijnlijk wreed
maar haar eenig zoontje ontrukt, weggevoerd door die
goddeloozeen hartlooze mannen Hoeveel Werkvrou
wen zijn er, van d'armste der wereld, die afgezien hebben
wat deze Dochter van Maria Theresia onderstond?
Toch vernam zij iets, maar 't was een moordpriem in
haar hert: Afroepen hoorde zij rond den Tempel Dat de
kleine Wolf door de Republiek wierd opgevoed, volgens
de gedachten van het tegenwoordige. Frankrijk.
Ondertusscheo stuurden de Jacobijnen veel verzoek
schriften naar hunnen Assemblé, vragende dat Marie-An
toinette ook voor de Rechtbank zou verschijnen; twee
maal op korten tijd stond Robespeer,die magere deirlijke
schort, twee maal stond hij recht om die Petitiën te on
dersteunen; hij riep dat men Frankrijk in gevaar liet; dat
de vreemdelingen en de reaktionnairs met verachting op
de Republiek gingen neerzien... Een ander kopstuk'der
Jacobijnen, Barrere, verklaarde dat het lijd was geheel de
familie Capet uit te roeien en den lsten Augusti 1793 werd
er gestemd dat de Oostenrijksche voor de Revolutionnaire
Rechtbank zou verschijuen.
XI.
Naar een strenger gevang, in 't donker van den nacht,
Wordt d'arme Koningin iu d'eenigheid gebracht.
Niet lang werd er op gewacht;
Den eersten Augusti was het Besluit genomen; den
tweeden Augusti. ten 2 uren 'smorgends, voor dat er een
schemeringske licht aan den dageraad verscheen, waren
de Municipalen in 't gevang, ten 2 ure 'smorgends de
Koningin wordt wakker gemaakt;
Men heeft haar iets meê te deelen;
De Prokureur der Communie beveelt dat Marie-Antoi
nette dadelijk zal overgebracht worden naar een ander
gevang, binnen Parijs gelegen, de Conciergerie, nog
rood van 't onschuldig bloed, alwaar haar Proces zal op
gemaakt worden.
De Koningin hoorde dit Vonnis lezen zonder eenige
ontroering en zonder een enkel woord te spreken.
Na al die slagen was zij bereid tot alles;
Hare Schoonzuster en hare Dochter vroegen om de Ko
ningin temogen volgen. NEEN Over hun lot zou later
een beslissing komen.
Neen aanstonds moest Marie-Antoinette meê. Die on
beschaamde manskerels hadden nog het hert niet die
vrouw alleen te laten om haar tekleeden en haar afscheid
te nemen; zij bleven er bijstaan, zij onderzochten de zak
ken der kleederen, gelijk men bij moordenaressen doet;
zij riepen dat het haastig was, dat men niet lang tijd had
voor te wachten;
Metterhaast trok de Koningin haar kleederen aan, om
helsde hare Dochter, beveelde haar van wel zorg te dra
gen voor hare Tante, als voor een tweede moeder; zij om
helsde ook hare Schoonzuster.. Och, zegde zij, gij alleen
blijft voor onze Kinderen Mijne Dochter mijn Zoontje!
zal ik hem toch eens mogen zien Dat zult gij toch toe
staan Een oogenblik
NEEN NEEN
De jonge Princes was zoo schrikkelijk ontroerd dat zij
geen enkel woord kon spreken tot hare Moeder.
De Koningin die arme droeve Koningin Haar twee
Kinderen verlaten, voor altijd Welke foltering Wel
ke martelie Mejuffer Elisabeth zegde eenige woorden
in haar oor en de Koningin volgde de Municipalen, den
trap af, naar buiten; de binnendeuren zeer laag zijnde,
zoo liep zij er met haar hoofd tegen; zijt ge niet gekwetst?
vroeg een der Municipalen en hare antwoord was
Och neen niets kan mij nog kwaad doep
Zoo wierd zij in stilte over den koer van 't gevang ge
leid, buiten stond een huurkoets; zij stapte erin met een
Municipaal en twee gendarms en zoo verliet zij dit ver
blijf, waar zij zooveel geleden had en toch zoo geerne zou
gebleven zijn, om het lijden te verzachten der Personen
die haar zoo duurbaar waren.
Te Parijs, aan de boorden der Senne, niet ver van
d'Hoofdkerk Notre Dame en van de Kapel opgerecht ter
eere van Saint Louis, Koning van Frankrijk, daar ziet
men de dikke muren en de scherpa torens van het Stads-
gevang la Conciergerie.
In dit gevang wierd Marie-Antoinette gebracht, den
2den Augusti 1793, ten 5 ure van den nacht.
De cipier, Richard, verschoot geweldig, als men hem
zegde dat Marie-Antoinette een zijner gevangenen zou
worden; eenige jaren te voren had hij haar in vollen glans
en glorie uaar de Kathedraal zien voeren; nu was zij niet
meer kennelijk.
Men schreef op den boek Marie-Antoinette, gewezen
Koningin van Frankrijk.
Richard, die een goedhertig man was, deed bemerken
dat hij geen enkele betamelijke cel had voor die gevan-
~"ne.
Men snauwde hem toe
Het stinkendste kot, eenige bussels stroo, dat is alles
wat er noodig is.
Maar de cipier had meer hert dan al de andere; in af
wachting dat er een kamer gereed was, liet hij de Konin
gin in zijn eigene kamer verblijven;
Daar bleef zij op eenen stoel zitten, in diepe droefheid
verzonken.
's Anderdaags vroeg waren de Municipalen daar terug;
Marie-Antoinette kreeg een cel,redelijk groot en voorzien
van eenige noodzakelijke meubels: een bedezei, een klein
tafel, twee biezen stoelen... Richard en zijn vrouw zorg
de voor goede bcddelakens en vroegen aan de Koningin
welke spijzen haar beliefden Wat goed is voor uw
Familie, antwoordde zij, is ook goed voor mij. Ik wil
niet, brave lieden, dat gij u voor mij aan eenig gevaar
bloot stelt.
76 dagen bleef zij in dit gevang;
Van dag tot dag wierd zij strenger bespied en bewaakt;
Zelfs de breinaalden wierden haar afgenomen; zij
bracht haren tijd overmet bidden, weenen en overwegen;
meermaals daags kwamen de zoogezegde Rechters
van Onderzoek haar ondervragen; zij sprak maar, als
het moest zijn en telkens met veel beleefdheid en weer-
digheid; gelijk in haar eerste gevang zag zij dikwijls
'eerste Maand JANUARI.... Al verscheide
dagen die wij kwijt zijn.. Drij Koningen ge
weest, die aloude roemrijke Feestdag, de 3
Wijzen uit het Oosten die hun Verlosser
kwamen aanbidden dan keerden zij terug
naar hun Land; later hoorden zij dat dit
Kind van Bethlehem zijn Godheid had ge
toond door veel Mirakelen en voor zijn Volk
was gestoi ven; Apostel Thomas kwam in
hun Land, de 3 Wijzen wierden gedoopt,
verkondigden 't Christen Geloof en stierven
als Martelaars; hunne H. Hoofden berusten
te Keulen in een kas van verguld geëmmail-
leerd koper, een wonder der goudsmeed
kunst uit de XII eeuw; het gouden deksel is
ingelegd met i5oo edelgesteenten; waarde
hoofden liggen, zijn 3 kostbare steenen, een
topaas, een jaspis en een onix. In 1794 wierd de Reli-
kwiekas zorgvuldig weggesteken; de Kerk van Keulen,
(ter eere der 3 Koningen, 5ii voet lang, 231 voet breed,
jöi voet hoog; de voorgevel 61 meters breed en gansah
gebeeldhouwd zoo fijn als kantwerk, die Kerk, 't Mees
terstuk der gothiek) wierd in Aalst op treffende wijze ont
leed en beschreven door Pastoor Pauwels, in zijn zoo
meikweerdige Voordracht over de gothieke Kerken....
Sint Salvator, de Verlosser der W ereld, is de bijzondere
Patroon der schoone Kerk van Wieze, bij Aalst.. Er
staat geschreven in Thomas a Keuipes Die Jesus aan
hangt, zal vast staan voor altijd Als Jesus aanwezig is,
zoo is alles goed en niets schijnt er moeielijk.. Als Jesus
van binnen niet spreekt, zoo is de troost niets waard;
doch als Jesus maar éen woord spreekt, o dan voelt men
een groote vertroosting... Zonder Jesus zijn, is een on-
verdragelijke hel; met Jesus zijn, een zoet Paradijs..»
a Leve Jesus, zoo schreef Bisschop Stillemans den 23 Jan.
1890 in zijn Eersten Herderlijken Brief: Leve Jesus en
make zijn geest uw Huisgezinnen gelukkig leve Jesus!
en dat zijne leering van gerechtigheid en liefde alle stan
den der Maatschappij verlichte en geleide; leve Jesus! en
vrede zal er heerschen op aarde, geluk in den tijd en in
de eeuwigheid.. De rust en de welvaart der Samenle
ving 't Geld is machtig, 't Geld kan verblinden en
misleiden; er zijn er die Jesus meinen te volgen en die
waarlijk 't geld aanbidden; Ons Heer komt op de wereld
niet, om de maskers af te rukken; 't en is niet genoeg te
zeggen Heere Heere I om Discipel van Christus te
zijn Doch de Leering van Christus, wel begrepen en
in oefening gebracht, ware de volkomende Vrede en de
zoetste Welvaart. Alban Stolz beschrijft zoo treffend
schoon die Leering van Broederlijkheid; we zullen te
naaste week, op deze plaats, de woorden van den Duit-
schen Hoogleeraar eens aanhalen.
DACKNAM, met zijn antiek merkweerdig midde-
leeuwsch Kerkje, een Pamelken, Dacknnm bij Lckereu,
sedert onheugelijke tijden woidt de H. Bisschop en Mar-
'elaar Blasius er vereerd als bijzonderen patroon tegen
brand, krampen, enz. Den Feestdag op 7 Februari aan
staande. T'HELDERGEM en t ASTENE schenkt
de Profeet Job de heilige verduldigheid en aanhoort
Sinte Cornelius op een bijzondere wijze; tot OPHAS-
SELT wordt de H. Petrus, Eerste IV.us en Ma:triaar
vereerd;te HERDERSEM de H. Antonius Eremijt,
jaarlijks aldaar met veel luister gevierd; te HOF-
STADE de H. Cornelius Pausen Martelaar er. ie H.
Apollonia, tegen de tandpijn; Hofstade heeft het sohoon-
sle kerkhof der gansche wereld; we zijn in Duitschiand
geweest, in Frankrijk, in Zwitserland, in Italië, nergens
zulke schoone palmboomen.. En Hofstade begint felle
Hoveniers te krijgen. WYNKEL H. KRUIS, ver
maard door Kerk en Klooster; LEDE, de g-oote
plaats van aanroeping tot de Moeder Gods; BURST
EN BORSTBEKE, daar gaat veel Volk beêvaarden;
wij meinden dat het naar Sint Blasius was, doch Sixtus
doet ons twijfelen, hij zal het zondag aan den Vossen
Baart vragen; MOORSEL, de H. Gudula, die viome
Christene maagd, uit dit Heilig Vlaamsch Geslacht, de
H. Gudula die te Brussel die prachtige wereldberoemde
Kathedraal heeft, 't Is den Heer aangenaam, dat zijne
heilige Vrienden en Dienaren aanroepen worden.. Eert
de Geneeskunde, maar vergeet niet dat er een macht is
boven alle machten, die heerscht en regneert in Tijd en
Konnigsgezinden in Municipalen verkleed of dienstboden WVC11 ailculcll,ulcll, U„UBBISUU ou JC 1JCC t lu XJ,Um
van 't gevang die haar metoogen aanschouwden, waarin j Su^^d^^T^RIEMBODEOEM^de H*. 'Vhndusl
eerbied en medelijden te lezen stond; sommige voor- j want die Heilige Missionnarisdaar veel dagen heef' over
vallen kwamen haar hert vertroosten; gelijk wij hooger l gebracht, alsook t'Aalst aan de Werf. En van Missionna-
zegden, ze wilde niels buiten de tafel van 't gevang, doch j rissen sprekende, MENSCHEN, zulke wreede slechte
zekeren dag, gepraamd door de cipiers-vrouw, gaf zij j tijden beleven wij, dat de liberale gazet van Aalst durft
toch te kennen dat zij geerne zou meloenen geëeten hebben
vrouw Richard gaat naar de Groenselmarkt aan de Senné
eu bij de vrouw waar zijn gewoonlijk kocht, vroeg zij een
der schoonste meloenen. Een der schoonste, zei de
groenselvrouw, ja, ja, ik kan raden voor wie het is; 'tis
voor onze ongelukkige Koningin; kies maar uit, van
beste dat gij wilt e'n kom terug, hoe meer hoe liever.
('t Vervolgt.)
U Umende schoon, het belooft
eenen goeden Oogst, want 't en heeft van den vorst niet
geleden. 't Wordt benawelijkl zooveel schelmstukken
die ongestraft blijven. De Reglementen op 't geslacht
vee worden erg afgekeurd overal en met veel geweld;
't zijn spijtige Reglementen die niet kunnen blijven be
staan. Dat ze toch zoohaast mogelijk veranderd worden,
ingetrokken, voor d'algemcene welvaart. Het gaat reeds
zeer slecht op den Buiten; men moet helpen en ontlasten,
in plaats van dazen Veehandel te belemmeren.
Oei, de Rhijn is te Keulen vier meters geklommen.
Gaat het overstrooming worden, want 4 meters dat zijn
nog al brokskes
schrijven over de onlangsche martelisatiën in China
Waarom moesten de Missionnanssen in het nieuw
België gaan twist en tweedracht brengen? De Verlosser
is dus ook komen twist an tweedracht brengen!.. Zijn
Beulen, de Joden hadden dus gelijk.. Menschen, ge
liefde menschen, die slechte gazetten zijn waarlijk de
pest en't verderf. Ze zullen hier Misdaden en Straffen
doen regenen. T'ERPE en t'HAALTERT wordt Sint
Laurentius vereerd, de manhaftige Christens Martelaar;
te Roomen in zijn Kerk ziet ge zin Martelie en zijnen
Triomf op de muren levensgroot afgeschilderd. Zoo heeft
elke Kerk haren Patroon, Beechermer en Weldoeneren
hoe meer vereerd en aanroepen, hoe grootere macht. We
zullen daar vervolg op geven.
De Conferentie van Kerst
dag en heeft geen plaats gehad.
Het was niet alleen omdat er weinig volk was. maar bijzon
derlijk omdat de groote Predikant met zulke aardige gedach
ten in zijn hoofd loopt. Hij spreekt niet min of niet meer als
van Hamme te verlaten, zijn te sluiten, het volk uit te
hongeren, als de Gevangene niet vrij komt en als de Hamme-
naars voortgaan met hen alzoo den duivel aan te doen. Maar
waar zijn zijn zinnen! Het zijn de Hammenaars niet, maar
dat stom Piket van Dendermonde! Wat meer is, 't ware toch
een spijtig verlies voor Hamruc alzoo een generatie van
heidenen te verliezen.