ROBERT KOCH Jack Dempsey verdiende met zijn vuisten een groot fortuin BEROEMDE SCHOENMAKERS Zijn legendarische match tegen Carpentier die van de bacteriologie een exacte wetenschap maakte HET ALGEMEEN NIEUWS» DONDERDAG 30 MEI 1940, Jess Willard, die in 1915 een eind maakte aan de loopbaan van Johnson als wereldkam pioen, bleef ongeveer vier jaren in het bezit van den titel, hoewel Jess niet altijd naar voren kwam in dien langen tijd. Hij betaal de dan maar een boete, die al zooveele kam pioenen hebben betaald, die de handschoe- JACK DEMPSEY nen te lang hadden opgeborgen. In 1919 werd hij aangemoedigd door de aanbieding van een beurs ten bedrage van 20.000 pond ster ling om William Harrison, beter bekend als Jack Dempsey te bestrijden, den man met een geheel nieuwe zienswijze op boksgebied. De belooning was geweldig. Nog nooit was er zulk een hooge beurs genoden. In den ring was de prijs ook de hoogste voor een vech ter, die het slechts een paar ronden uithield. Willard's gevecht met Dempsey werd de Massacre of Toledo genoemd en dat was het inderdaad. Willard, prachtig getraind, een uitmuntende bokser, die Johnson te Ha vana had neergekregen, was zijn eigen ma nager en had vertrouwen in zichzelf, maar aan het einde der eerste ronde was hij een ontredderd wrak. In de derde ronde wist hij niet anders te doen dan voor zichzelf den handdoek in den ring te gooien. In elk geval kon men nauwelijks aannemen, dat de scheidsrechter of zoo noodig de politie toe gestaan zou hebben, dat het verschrikkelijk tooneel nog een minuut langer mocht du ren. Het is niet fair om Dempsey vele Ame- kanen beschreven hem gaarne als zoodanig eenvoudig een afmaker te noemen. Geen afmaker Het is minder dramatisch en ook verstan diger om hem onder de grooten te rangschik ken als een snellen aanvallenden bokser, die er in geslaagd was in elke hand een zoo krachtige punch te leggen, dat de slag ver nietigend was. Gangsters hebben in dien tijd in Amerika een heel groote rol in het Amerikaansche le ven gespeeld en het woord afmaker lag iedereen in den mond bestorven. Dempsey won gemakkelijk geld na "«rnietiging van Willard en in den tijd, dai nij zijn tweeden wedstrijd tegen Gene Tunney zou hebben een kampioen van een geheel ander karakter hij was toen de Manassa Mauler een ander bijnaampje van Dempsey hebben de promoters voor 11.750.000 p. sterl. verkocht aan plaatsbewijzen. Hij zelf verdiende ongeveei 4.000.000 dollar. Verscheidene omstandigheden maakten toen eenigen tijd een einde aan de hooge beurzen. Het beste liggen weer in het geheu gen de behoorlijke sommen, die een Joe Louis verdiend heeft. Tommy Farr had als verliezer 10.000 p. st. Amerika is een land, dat dol is op bewogen carrières en typen zooals Dempsay, die nog al wat verhalen kon van zijn opkomst, zijn afstamming, enz., waren een dankbaar object voor persagenten. Dempsey verloor echter de gunst door ge brek aan belangstelling voor den oorlog in Europa, die in Amerika enthousiasme had verwekt. Toen hij in Jersey City kwam om een gevecht te leveren tegen Georges Car pentier (al drie jaren na den wapenstilstand) waren de luidste toejuichingen voor den knappen Franschman, die aangekondigd werd als Georges Carpentier, een Fransch soldaat Dempsey kwam den ring binnen met een baard van eenige dagen en een van de sportredacteuren verklaarde, dat Dempsey, als hij in zijn hoek zat te loeren naar den gladgeschoren Carpentier een mis dadiger leek, die een aanval wilde onderne men op een Griekschen God. Corbette over Dempsey Op welke waarde James Corbett het bok sen van Dempsey schatte, is de moeite van bestudeering waard, omdat Corbett niet al leen de vader van de moderne bokskunst is, die ooit in den ring is geweest. Zijn succesvolle strijd tegen de tuberculoze We hebben gezien dat Ignaz Semmelweiss in 1847 in de Weensche Gynaecologische kli niek het wasschen van de handen met chloor had ingevoerd om de kraamvrouwen tegen rottingsstoffen te beschermen en hen voor de besmetting met kraamvrouwenkoorts te vrijwaren. We hebben ook gezien dat noch de tra gische Hongaar, noch iemand anders op de wereld wist welke die rottingsstoffen waren die de kraamvrouwenkoorts veroorza ken, en dat evenmin geweten was dat er werkelijke bacteriën bestaan, die de ziekte in 't algemeen verwekken. Semmelweiss, we zegden het reeds, was met zijn profetische blik zijn tijd ver voor uit, want de aard van die rottingsstoffen en hun ziekteverwekkende eigenschappen werden pas veel later ontdekt. De Nederlander Antonie van Leeuwenhoek (1632-1723) had weliswaar reeds 200 jaar ge leden met zijn zelfgemaakte microscoop in water en in verschillende afscheidingen van het lichaam, nietige wezentjes ontdekt, en in 1873 bewees de Berlijner Obermeyer dat die oneindig kleine dingen ziekten zouden kun nen veroorzaken. De groote belangstelling in de studie dei- microscopisch kleine protozoën protozoën de laagste klas der dieren, ook vormloozen geheeten werd evenwel voor goed gaande gemaakt door de experimenten over de wer king der gisten door den Franschen schei kundige Louis Pasteur (1822-1895) die we in onze reeks afzonderlijk behandelen. Aan zijn onsterfelijken naam zijn het Pasteuriseeren het inenten tegen honds dolheid en vele wetenschappelijke grondstel lingen verbonden. Daarentegen zijn alle me thodes. met behulp waarvan de afzonderlijke bacteriën van elkander konden worden ge scheiden, en waardoor de bacteriologie tot een exacte wetenschap is uitgegroeid, het re sultaat van het werk van Robert Koch. Koch verwierf den Nobelprijs voor de ont dekking van den tuberkelbacil bacil, die de tuberculose veroorzaakt) en voor zijn werk op het gebied der tubercule. Maar de omvang van Koch's wetenschap pelijke beteekenis wordt door het naar voor brengen van deze ontdekking onvoldoende gekarakteriseerd als resultaat van zijn wer ken zag inderdaad de eene ontdekking na de andere het licht. Tevens dient hier aangestipt dat hij wat van groot belang is zijn opvolgers zóó opleidde dat hun arbeid, met dien van hun meester, de verdere ontwikkeling van de me dische wetenschap voor eeuwen verzekerde. Over dien merkwaardigen man ontleenen we aan Dr Kellner-Danil's Redders der Menschheid volgende bijzonderheden Robert Koch geboren op 11 December 1843 in Clausthal, in het Harzgebergte, voltooide zijn medische studiën aan de Universiteit van Gottingen, en werd daarna assistent van het Algemeen Hospitaal in Hamburg. Daarna werkte hij aan het Krankzinnigengesticht te Langenhagen; later praktiseerde hij te Rack- witz. In 1872 vestigde hij zich als districts arts te Wollstein. Zijn geestelijke ontspan ning zocht hij steeds bij zijn microscoop. Door een primitieve proef op muizen be wees Koch, dat miltvuurbacillen, ziektever wekkers waren. In zijn fundamenteele proef stelde hij daar na vast dat, wanneer bacillen in voor hen ongunstige levensomstandigheden kwamen, zij het uiterlijk kregen van op stippen ge lijkende sporen, die echter ook buiten een dierlijk organisme hun levensvatbaarheid be hielden; teruggekeerd onder gunstige omstan digheden, ontwikkelden zij zich weer verder in den vorm van bacteriën. Twee jaar later publiceerde hij zijn erva ringen over de oorzaak der wondinfecties en zette aldus de kroon op de leerstellingen van Semmelweiss, 13 jaar na diens dood. Het gelukte hem door verschillende kleur- methodes de bacteriën goed zichtbaar te ma ken en van elkaar te onderscheiden; hij had ze zelfs gefotografeerd. In 1880 werd Koch tot lid van den Rijks gezondheidsdienst te Berlijn benoemd. In het eerste jaar van zijn nieuwe functie vond hij een oplossing voor het vraagstuk der desin- Dempsey aldus Corbett's meening was vrij snel, met een goeden stoot in iedere hand. Hij bereikte later en alleen door fighting-spirit de hoogste ladder en daarin was hij zoo geweldig als ik nooit iemand heb gezien. Hij moest het vooral hebben van den zwaai van zijn lichaam als hij zijn punches plaatste. Deze strenge, critische waardeering dekt niet geheel en al de verklaring van Demp sey's stijl zooals die gegeven is door Jac (Doe) Kaerns, de man die Jack Dempsey hielp bij alles wat er voorkwam. Volgens den ontdekker van Dempsey werd deze gebracht op een vreemde manier men bond zijn rechterarm vas en zette hem in een trai- ningsring tegen kleinere mensehen. Op deze manier leerde hij zijn lichaamszwaai uitste kend. Hij vloerde den reus Willard zeven keeren in de eerste ronde waarbij één keer, dat wil lard als het ware van den grond werd getild. Tegen Carpentier, die één keer zijn bliksem snellen opstoot kon plaatsen en tegen Firpo, den Argentijn, kwam Dempsey al nader tot zijn ondergang. In zijn eerste match tegen Gene Tunney was Dempsey een man. die reeds verzwakt was door processen. Tunney won op punten en ook in den revanchekamp, na Dempsey's zege op Sharkey, sloeg Tunney hem. Dat is dan het officieele einde geweest van een van de grootste vechters der 20e eeuw fectie door middel van sublimaat en door uitstroomenden waterdamp. Voor het kweeken van bacteriën werden tot dan toe vloeibare voedingsbodems (bouil lon) gebruikt; in één enkelen druppel van deze vloeistof konden wel tien verschillende soorten bacteriën aanwezig zijn. De voorvader van alle voedingsbodems, af zonderlijk en telkens anders reageerend, die thans gekend zijn, is de gelatine van Koch en zijn boeren voorganger, de gekookte aard appel; ook van Koch was de eerste die de afzonderlijke bacteriesoorten in rein-cul- tuur kweekte, en aldus het identificeeren van deze verschillende soorten mogelijk maakte. Dan vatte de eminente dokter den strijd aan tegen de tuberculose. Na lang zoeken vond hij in de tuberkels (tuberkels in 't lichaam voorkomende kleine knobbels van grijsachtige of gele kleur, die uit amorphe bestanddeelen, tuberkel- lichaampjes en vetbolletjes bestaan; zij wor den in alle organen en weefsels aangetrof fen; in de longen geven zij aanleiding tot longteering) fijne dunne staafjes, die hij reeds in door inenting besmette proefdieren en ook in het lichaam van een aan tuber culose gestorven mensch had gevonden. De volgende b^cil waarop hij het met zijn doelbewuste methodes gemunt had, was de verwekker van de cholera. Hij reisde naar Indië. en bewees de ziekte verwekkende kracht van de cholera vibrio bacil met een gedeeltelijke schroefwin- ding) en bestreed deze bacil met het anti- cholera-vaccin. In 1885 werd Koch Universiteits-professor, Geheimraad en Directeur van het Instituut voor Volksgezondheid der Universiteit. Zijn staf van assistenten, onder aanwen ding van zijn methoden en op zijn aanwij zingen, ontdekten den eenen ziekteverwekker na den andere; Löffler de diphterie-bacil en den verwekker van de kwade droes be smettelijke sterke ontsteking van het neus- slijmvlies), Gaffky de typhus-bacil, Garré, den verwekker van de steenpuist. Koch zelf vond, samen met een assistent, den verwekker van de kwaadaardige zucht, en deed nog verschillende minder belangrijke ontdekkingen. Hij vond de tuberculine een middel dat het organisme weerstand verschafte te gen de tuberculose-infectie. Het is in wezen een extract van de fijngewreven lichamen der tuberkelbacillen en wordt bij de behan deling in den vorm van injecties gebruikt. Het is onmogelijk in dit zeer beperkt be stek het volledig wetenschappelijk werk van Koch ook maar uiterst oppervlakkig te be handelen. Resumeeren we slechts studie der run derpest in Kaapland; studie der mensche- lijke builenpest en veel andere tropische ziek ten in Indië en Afrika; bevestiging van de juistheid der ontdekking van Ross inzake den strijd tegen de malaria, met talrijke nieuwe waarnemingen; studie over de ver spreiding van den typhus; succesvolle behan deling van de slaapziekte met atoxyl (arse- nicumverbinding, ook tegen syphilis ge bruikt); grondige studie van een heele reeks tropische ziekten. In 1905 verwierf Koch op het gebied der tuberculose den Nobelprijs. Als resultaat van de door hem aanbevolen maatregelen stierven reeds tijdens zijn leven in Pruisen alleen 20.000 menschen minder dan 20 jaar daarvoor. Koch stierf op 28 Mei 1910 tengevolge van een aanval van angina pectoris (keelziekte) als de ongekroonde koning der wetenschap pelijke wereld. Weliswaar had hij een te mathematische parallel getrokken tusschen de immuniteits- regels bij acute en bij chronische ziekten, zoodat o.a. zijn tuberculina niet gelijkaardig is aan de sera en vaccins die later gevonden werden, maar zijn geniaal inzicht maakte hem in ieder geval tot een voortrekker die zeldzaam genoeg de resultaten van zijn werk reeds tijdens zijn leven mocht aanschouwen. Het klinkt misschien wel wat vreemd, maar ook in de schoenmakerswereld zijn er man nen geweest, die hun naam onsterfelijk heb ben weten te maken, al had hun schoenma kerstalent daar nu misschien niets mee uit te staan. Want het is een merkwaardig en daarom ook alleszins vermeldenswaardig feit, dat de meeste schoenmakers van eenige beteekenis, ook op het gebied van staatkunde, letteren en wetenschappen een niet onbelangrijke rol speelden. Of pikdraad en leder daar nu al of niet bevorderlijk toe zijn geweest, zullen we maar in het midden laten Ieder die den naam van Hans Sachs hoorde, kent hem in verband met de meester zangers. Hans Sachs die te Neurenberg in 1494 werd geboren, was de zoon van een kleersnijder. In zijn jeugdjaren was hij rei zend handwerkgezel, en trok later terug naar zijn geboortestad, om zich daar voorgoed als baas te vestigen. Hans Sachs had ook de Latijnsche school bezocht, waar hij in ken nis was gekomen met de gedichten en Wei- sen der beroemde Meistersinger. Zelf begon hij toen ook te dichten, en heeft dat zijn heele leven volgehouden op één jaar na, het jaar waarin zijn vrouw stierf. Over de meest denkbare en verschillende onderwerpen heeft Hans Sachs gedicht, niet alleen voor geeste lijke overheden, maar ook over bijbelsche en romantische onderwerpen, drama's en legen den. Daarbij volgde Sachs met veel belang stelling den loop, dien de Hervorming in Duitschland nam, en schonk hij den Wit- tenburgschen nachtegaal die zich zelf ook zoo intens met de werkmuziek bezighield, zijn beste krachten. Na een leven van een zeldzame vruchtbaarheid stierf hij in 1586. Een schoenmaker, die eveneens, maar weer op geheel andere wijze van zich heeft doen spreken, was Jacob Böhme, een man die onder het ledersnijden en schoenlappen over de meest diepzinnige problemen filosofeerde. Hij was een bijzonder weetgierig man, die met ijver en studie naast zijn vak, dat hij tot aan zijn dood beoefend heeft, een massa geleerdheid wist op te steken. En dat niet alleen, maar hij gebruikte het ook. Niet min der dan acht en twintig boekdeelen schreef deze mijmerende schoenlapper neer. De mees te van deze werken werden pas na zijn dood gedrukt, en werden spoedig als heel belang rijk erkend. Als men bedenkt, dat zijn ideeën de voorloopers zijn geweest van Schelling's en Hegel's stelsel, en dat deze denl.ers zelf dezen man als zoodanig hebben erkend, dan is het wel duidelijk, dat Böhme nu niet de eerste de beste schoenmaker was. Ook de in de zeventiende eeuw zooveel op gang makende zwervende prediker George Fox was een schoenmaker. Carlyle vertelt van hem, dat hij zich een stel kleeren van leer maakte, en toen de wijde wereld introk. En hoeveel hij ook predikte, tusschen dat alles door bleef hij, door schoenen te maken, zichzelf van onderhoud voorzien. Hij was echter een verwoede fanatiekeling, die om zijn strenge theorieën al heel gauw door sommigen als een gevaarlijk man gebrand-, merkt werd. Hij werd dan ook eens aange houden en gevangen gezet. Weer op vrije voeten gesteld, begon hij echter opnieuw en met evenveel geestdrift, en alsof er niets ge beurd was. In zijn later leven, en onder Karei U's regeering werd hij opnieuw ver volgd en opgesloten in een vervallen kasteel, waar hij bijna doodgemarteld is door de kou, regen en wind Toen hij stierf was echter het aantal van zijn volgelingen zoo groot, dat zij een kleine secte vormden, nl. die der Kwakers den naam die hun tegenstanders hun gegeven hebben. Ook in de Pausenrij kunnen wij er twee aanwijzen, die schoenmakerszoons waren. De eerste was een Franschman, Jacques Pante- leon, de latere Paus Uranus IV, die in 1264 het feest van het H. Sacrament verplichtend stelde voor de geheele Kerk, nadat het al achttien jaar vroeger te Luik was ingevoerd. De tweede Paus, ook een schoenmakers- zoon, was Johannes XXII, de paus, die door de voortdurende twisten, welke hij met den Duitschen Keizer Lodewijk van Beieren had, het pauselijk gezag veel verzwakken deed. Hij was echter een scherpzinnig rechtsge leerde, die vooral door verschillende bijdra gen van beteekenis voor het Kerkelijk Wet boek daaraan veel goed heeft gedaan. EEN STRIJD DIE MINDER ONSCHULDIG EINDIGT Een hond, die zich in de Zon lag te koesteren, werd verrast dooi een drie meter lange slag, die hem verwurgde. De slang heevt reeds een kring om zijn hals gemaakt en nog steeds is de arme hond niet van het gevaar gewust.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Algemeen Nieuws | 1940 | | pagina 4