1
10 DE BARON VAN WEDERGRAETEeen historisch spel in drie
bedrijven.
(Of de nieuwe topper uit de Ninoofse politiek)
In 1980 herdenkt Ninove de roemrijke
heren van Wedergrate (Wedergraete op
zijn Ninoofs). Deze heren van
Wedergrate waren vanaf de middeleeuwen
tot de Franse revolutie de onbetwiste
heersers over het land en de baronnie
van Wedergrate, gevormd door de huidi
ge deelgemeenten Appelterre-Eichem
DenderwindekeNeigem en Pollare.
En deze viering mag er dus wel zijn.
Nog niet bemerkt dat aan de Centrum
laan het kasteel van de heren van
Wedergrate herbouwd zal worden
Nog niet gehoord dat het gebouwke
daar 1 miljard F gaat kosten Dat is
tenminste een waardige hulde aan een
groot historisch verleden.
Ninovieters, weten jullie dan niet dat
er een ongekende oude kroniek is ont
dekt, die vertelt wat 700 jaar geleden
de heer van Wedergrate in onze stad
uitrichtte Weten jullie dan niet dat
onze burgemeester en schepenen van
's morgens tot 's avonds gespannen in
die kroniek zitten te lezen Weten
jullie dan niet dat deze kroniek zo
danig op hun verbeelding werkt dat ze
plannen hebben gemaakt om een groot
historisch spel op te voeren met poli
tici in de hoofdrol en dat dit histo
risch spel zal opgevoerd worden ter ge
legenheid van de eerste steenlegging
van het nieuwe Wedergraete-complex aan
de Centrumlaan Na het trieste vertoon
van de eerste steenlegging van het stad
huis gaat Ninove met deze historische
show revanche nemen en ditmaal recht
in de roos schieten.
Ik slaagde erin, langs politieke vrien
den om, de tekst van deze ophefmakende
kroniek te bemachtigen, samen met de
bewerkingen voor de toneeluitvoering,
er eigenhandig door één van onze
schepenen aan toegevoegd. Voorwaar,
de Wonderdoktoor zal verbleken in zijn
graf, ten aanschouwe van dit schouw
spel van ridders, graven en maagden.
Zo luidt de tekst "Kroniek van
Johannes Silvanius over de wederwaardig
heden van den Heere Jacobus van
Wedergraete
Eerste bedrijf Ridder Jacobus I, heer
van Pollare.
"Ridder Jacobus de Eerste, heer van
Pollare, baron van Wedergraete en be
zitter van nog vele andere heerlijkhe
den veroverde in het jaar des Heren
1276 de naburige Stad van Ninove. De
jonge en dappere ridder, die heerser
wou worden over al de landen van de
omliggende, had de Stad die oud en
stout heette te zijn, in één enkele aan
val ingenomen. Hij weigerde echter de
Stad te besturen vanuit het oude sche
penhuis en hij maakte plannen om een
groot paleis op te trekken bezijden de
Beverstraat aan de Molendender. Van
daar wilde hij zijn nieuwe heerlijk
heid met ijzeren hand regeren. Want
er was onrust onder de poorters van
Ninove om de vele lasten die de nieuwe
heer het volk oplegde.
Ridder Jacobus was een trouwe vazal
van zijn leenheer Marcellus van Aalst,
bijgenaamd de Zuiveraar, de Graaf van
Vlaanderen. In het jaar 1280, ter ge
legenheid van de eerste steenlegging
van het nieuwe paleis nodigde ridder
Jacobus Graaf Marcellus naar Ninove
uit. Belden zouden dan luisterrijk
hun Blijde Intrede doen en de poor
ters van Ninove tonen hoe machtig ze
wel waren. Tevens kon deze intocht
hij de bevolking ontzag inboezemen
en tot onderworpenheid brengen. Het
was een heuglijke morgen toen graaf
Marcellus aan de poorten van Ninove
verscheen en ridder en graaf in triomf
de stad doortrokken".
Dan volgt een bijvoegsel eigenhandig
door een schepenhand geschreven: "Dit
eerste deel van de kroniek vormt de
basis van het eerste bedrijf van ons
historisch stadsspelSchepen Timmer
mans, te paard en in rode maliënkolder
ontvangt minister Galle op een morgen
aan de Koepoort. Ook de minister is
in ridderornaatmet een kroon op het
hoofd en een roos in de linkerhand.
Vandaar trekt de stoet naar de Centrum
laan. Het Stadhuis wordt niet aange
daan. De rest van het schepencollege
speelt schildknaap en is in korte
broek. Voor de burgemeester wordt nog
naar een passende bijrol uitgekeken."
Tweede bedrijf Baron Armand, heer
van Zandbergen. Vervolgens gaat de
tekst van de oude kroniek verderr
"Baron Armandus, de oude heer van Zand
bergen en de eeuwige rivaal van de
Wedergraetesis naijverig op de nieuwe
veroveringen van zijn buur. En reeds
herhaal cie 1 i jk daagde hij ridder Jaco
bus tot een tweegevecht uit met als in
zet de heerschappij over de Stad van
Ninove. Ridder Jacobus was evenwel
niet bang en hij wilde zelfs op ver
plaatsing spelen. De dag van het be
zoek van de graaf van Vlaanderen was
het geschikte moment voor het houden
van het tornooi. In de namiddag van
die dag trokken alle edellieden van de
streek naar het Hof van Lier te Zand
bergen. Natuurlijk won de jonge ridder
schitterend het duel.
Graaf Marcellus glunderde. Het vele
vrouwelijke adellijk schoon dat de
tribunes sierde, juichte en bewonderde
de jonge mannelijke kracht van de scho
ne ridder. En er was gejoel en gelach
om de nederlaag van de oude grijsaard
Armandus."
Komt dan weer een bijvoegsel door de
schepenhand geschreven :"Deze passage
is geschikt voor het tweede bedrijf
van ons spelVoor de rol van baron
Armandus Is gemeenteraadslid De Rie-
maecker de meest geschikte persoon,
spijts zijn ouderdom is hij nog altijd
de beste ruiter van de oppositie. Om
de ongelijke strijd voor het publiek
aantrekkelijk te maken en Armand te
sparen laat Jacques, Armand enkele ge
lukte schijnaanvallen doen.
Nadien mag Armand zich spectaculair,
maar zonder erg van zijn paard laten
vallen. Het Vrouwenhuis stoffeert de
tribunes te Zandbergen. Het zal voor
de vrouwen niet moeilijk zijn naar be
horen en zonder repetitie de hun toebe
deelde rol te spelen".
Derde bedrijf poorter Andreas.
Vervolgens gaat de kroniek verder
"Moe van hun zware dagtaak lieten rid
der Jacobus en Graaf Marcellus zich per
trekschuit naar Ninove brengen.
De mooiste hofdames mochten mee de
boot in. Er werd gevierd en gefuifd.
In de late uurtjes arriveerde de trek-
schuit, getrokken door tientallen
zwoegende lijfeigenen aan de Dender
boorden te Ninove. Poorter Andreas
echter, een rechtschapen en nijverig
man, was erin geslaagd, tijdens de
afwezigheid van de nieuwe Heer, de
ambachten van Ninove tot opstand aan
te zetten. Gewapend met stokken trok
ken ze naar de Denderoever en verscho
len zich in het gras. Poorter Andre
as slaagde er in ridder Jacobus enke
le rake meppen toe te brengen. Maar
deze ontstak in zulkdanige krachtige
woede dat in een handomdraai Andreas,
het vechten niet gewoon, bij het kruis
van zijn broek het water werd inge
gooid, alwaar hij onder luid applaus
van de edele lieden, verzoop. Stil
letjes dropen de andere opstandige
poorters het af.
De Graaf van Vlaanderen, opgetogen o-
ver de moed van zijn jonge vazal, be
sloot tot afscheid aan zijn leenman,
ridder Jacobus, tevens het leengoed
van Aalst als geschenk aan te bieden.
Natuurlijk kon de ridder zulk geschenk
niet weigeren. Met de inkomsten van
dit nieuwe leen, zou hij het kasteel
te Ninove nog in grotere pracht en
praal doen verrijzen.
Ik, Johannes Silvanius, heb dit ver
haal geschreven, opdat alle nakomen
den zouden weten, ten eeuwigen dage,
hoe machtig Jacobus van Wedergraete
wel was".
En weer voegt de schepen er zijn be
merkingen aan toe
"Dit laatste deel van de kroniek kan
op passende wijze ons historisch stads
spel afsluiten. Voor het trekken van
het schip is het niet passend hét per
soneel van de Technische Dienst bij
komend te belasten. Daarom zullen
B.T.K.'ers worden aangevraagd. Om
deze mensen niet te veel te vermoeien
krijgt de trekschuit een gecamoufleer
de buitenboordmotor. En voor één keer
kan er gratis aan de stadspomp getankt.
Delikater is wat er met gemeenteraads
lid Baro moet gebeuren. Gaan we
André zomaar in het water gooien
Daar deze scène zich in het zwart af
speelt, ware het beter een doubleur
in te voeren. Het publiek" zal de ver
wisseling toch niet in de gaten hebben.
Zo kan André veilig op het droge blij
ven, terwijl zijn doubleur voor de
show nog enkele keren onder en boven
kan komen, alvorens een eindje verder
weer op het droge te komen."
Politici, alvast gefeliciteerd met
dit prachtig initiatief. De dag
van de Opvoering kom ik zeker kijken.
Inleiding.
RANONKEL