rARIMFN- Bij de fruit-en f voddenmarchands m •«sfe Alvorens over te gaan tot de volgen de afleveringen wil ik er de lezer van verwittigen dat er hier en daar wat "rauwe toestanden" zullen in voorkomen, gezien het "speciale midden" waarin wij zullen verkeren. In die tijd, een vijftigtal jaar ge leden, reden alle handelaars nog met kar en paard. Het "midden" waar ik-ging terecht komen bestond mee stal uit vodden- en fruitmarchands. In de zomer 'leurden ze meestal met fruit, in de winter reden zij achter vodden en metalen. Dat daar bij die "marchands" rare vogels tussen za ten, zal mijn verder relaas wel uit wijzen. Ik zal maar beginnen met mijn eigen vader. Toen ik 3 jaar oud was, vertrok hij naar Amerika, zoge zegd om de dollars die daar aan de bomen hingen te plukken. Toen ik en mijn moeder 10 jaar later bericht kregen dat wij hem moesten gaan af halen in de Midistatie te Brussel, had hij in Amerika zowat alle stie len uitgeoefend. De laatste klus die hij ginder had gedaan werd hem fataal. Hij had namelijk met en kele mannen alcohol gestookt, met het gevolg dat hij na politietussen- komst, met "den beestenboot" naar Europa werd teruggestuurd. Daar hij zijn overtocht niet kon betalen, moest hij op die boot allerlei werk jes uitvoeren. Om kort te zijn in Antwerpen'werd hij op de trein naar Brussel gestopt waar ik en mijn moe der hem moesten opvangen. Met 1 dollar op zak en dermate ge kleed dat wij hem in Brussel zelf in de Rue des Flandres, in het ma gazijn "TOUFAIT" in het nieuw moe sten steken, was mijn vader van een kale reis teruggekomen. Daar het fruitseizoen juist in gang was, begonnen mijn moeder en mijn vader te leuren en het lukte dat na 7 weken er een paard en kar kon den gekocht worden. Helaas, mijn vader die toendertijd een echte drinkebroer was,maakte de originele wedding dat hij op dezelfde periode "alles weer kon opdrinken". En dat het lukte hoeft geen betoog. Het lukte zo goed dat mijn moeder hem verliet, en weer naar Brussel ging werken en ik weer bij mijn groot ouders terecht kwam. Het jaar nadien, 14 jaar zijnde, bleef ik van school en moest naar een job uitkijken. De eerste "FIRMA" waar ik terecht kwam, was bij Van Wayenberghe CamielDat deze "FIRMA" niet erg kapitaalkrachtig was, be wijst het feit, dat men deze per soon heden ten dage, nog in Ninove en omstreken kan zien rondtrekken met een..stootkarretje om alle af- valgoederen op te laden. Deze per soon is nu 74 jaar. Toendertijd was deze man ook eige naar van paard en kar en engageerde mij om met hem mee te rijden en met fruit te leuren. Ik werd aangeno men aan 5 F. daags en de kost. 'S Morgens moest ik het paard kui sen en rond 9 uur reden wij dan naar de fruitmarkt te Meerbeke of Pamel Daar werden een aantal kilo's aard beien of ander fruit gekocht en dan in vliegende vaart naar...Aalst ge reden om daar van deur tot deur te leuren. Dan had men nog geen leur- kaart of dergelijke papieren nodig, zodat iedereen (en wij waren som-- tijds met velen) dat kon doen. Er werd somtijds wel met 20 karren gereden en de eersten die zich uit verkochten wachtten dan op de an deren om gezamelijk naar huis te rijden Het huis van afspraak was de afspan ning "Het houten Hand" en het ge beurde niet zelden, dat al wat de marchands die dag verdiend hadden daar opgedronken werd. En dan naar huis en de paarden maar lopen en el kaar voorbijsteken en rechtstaan op de kar en met de klets de dieren maar aanwakkeren. Er zijn nooit erge malheuren gebeurd, maar dat kwam omdat Onze Lieve Heer de "voddemans" onder zijn hoede had genomen. Het moet zijn dat ik mijn werk goed deed want na enkele dagen dienst werd ik door andere marchands bena derd om voor hen te werken, doch, daar ze mijn dagsalaris niet wilden verhogen bleef ik waar ik was. Ongeveer 1 maand na mijn indienst treding vraagt "Den Boëlj" aan mij of ik voor hem wil werken aan 75 fr. in de week plus de kost. Ik direkt op zijn kar en met hem de baan op. Nu dient geweten dat "Den Boëlj" met name Buyl Alfons en wonende in de Pamelstraat alhier, steeds met de mooiste paarden op gang was. Het was mijn droom met zulk mooi gespan te mogen rijden. Op paard en kar was "Den Boëlj" sekuur, maar buiten dat, trok hij zich niet veel aan en mocht ik dan doen wat ik wilde. "Den Boëlj" is één van de beste en slimste marchands geweest die ik ooit ben tegengekomen. Hij had maar één vijand en dat was de drank. Hoeveel maal ik alleen met paard en kar van de baan ben terug gekomen kan ik bij benadering niet zeggen. Feit is dat als "Fons den Boëlj" op zijn tournee, een "KAVEET" bin nenviel, waar schoon meiskens wa ren, hij tijd en uur vergat en mij aan mijn lot overliet. Als ik dan bij zijn vrouw Mariaken, terug kwam, wel met paard en kar, doch zonder "Den Boëlj" moest ik van alles uit mijn duim zuigen van "wij hebben elkaar gemist" of "hij komt morgen naar huis" enz. Als "Den Boëlj" dan 's anderdaags niet thuis was, ging Mariaken bij Fred Coppens "Den Belleman" en liet haar man "uitbellen" en dat klonk ongeveer zo "Grote beloning aan de persoon die Den Boëlj in goede gezondheid kan terugbrengen enz". Hoeveel mannen en hoeveel keer Fred Coppens uitgebeld heeft dat weten alleen de vrouwen die daartoe hun toevlucht namen. Maar het zijn vele keren Kortom wat ik met "Den Boëlj" meege maakt heb, grenst aan het ongeloof lijke en vult een dikke bladzijde in mijn leven. Die man kon noch lezen noch schrij ven, slechts één geschrift kon hij ontwarren en dat was het geschrift van Frans Van Den Broeck, de gros- sist op de steenweg van Aalst. Geen enkel ander marchand kon anders wijs geraken uit het schrijven van die groothandel aar Verder was "Den Boëlj", steeds een opgeruimd mens en altijd klaar om met iets den draak te steken. Hoeveel "boddingen" (pudding) wij samen opgeëten hebben kan ik niet zeggen maar het waren er velen. Telkens Fons een winkel zag, waar "bodding" in het uitstalraam stond trok hij er binnen. Bij mij viel dat natuurlijk in goede aarde... Ik ben natuurlijk ook in netelige situaties met hem geraakt, maar heb toch steeds mijn plan kunnen trek ken Eens had "Den Boëlj" samen met een ander marchand "Peitj" die de schoon broer was van "De langen van Oeren" (Frans V.D. Broeck) in Geraardsber- gen een grote partij vodden gekocht. Wij moesten dat allemaal opzakken en daarna wegen, met een..handba lans. Nu moet gij weten dat wij daar aan de haak van de balans een koordje vastmaakten en door die koord langs de achterzijde van de ba lans in ons hand te houden, het ge wicht van de te wegen waar, fel konden verminderen. Lees nu goed "Den Boëlj" weegt een "drolzak" vol met vodden, en zonder dat hij die natuurlijk van de grond kan heffen, hoor ik hem zeggen "12 kilo"... De vrouw uit de winkel schrijft op en "Den Boëlj" en "Peitj" (Praet Camiel) leggen met hun beiden, zo nonchalant mogelijk die zak op mijn rug, om buiten op de kar te dragen. Door de zwaarte van die zak lig ik direkt op mijn buik in die winkel en ik hoor mevrouw uit die winkel nog zeggen "maar Fons (Den Boëlj) daar is toch méér in die zak dan 12 kilo, zie die jongen daar eens 1iggen" Waarop "Den Boëlj" die van alle markten thuis was direkt zegt "Dat valt niet te verwonderen madam, dat manneken komt nog maar juist uit het..sanatorium" Marcel Cardoen Wordt vervolgd. Mijn allesbegrijpende Flavie, Als vader van een stilaan groot- wordende jongen zit ik met de handen in het haar. Nu ja, stilaan grootworden.de kerel groeit me nog boven het hoofd op zijn 16 jaar. Maar nu de toestand: Onze Flip gaat naar het kollege om er een weten - schappelijk en diep-kristelijke basis mee te krijgen. Hoe diep dat kan gaan zal dadelijk blijken. De laatste tijd komt onze Flip namelijk een heel stuk later dan 4 uur naar huis. Eerst zei hij dat hij ergens zijn huiswerk ging maken bij iemand die dat beter kan dan hij. Dat hij echter elke dag met moeilijkheden zat vonden we toch wat eigenaardig We vroegen hem wie de slimme jong en was, maar toen bleek het waar - empel over een meisje te gaan! Nog eigenaardiger werd het geval toen ik bij nader inlichting te weten kwam dat dat grietje naar den école moyenne gaat en dat zij bei den na schooltijd naar haar huis gaan door de PapenwegelDat kasjken heeft een veel katoliekere naam dan zijn reputatie en zijn ninoofse bijnaam je weet wel het begint met str en het rijmt op hond Beste Flavie jij die alles weet, zeg me of het kan dat de samenwerk ing tussen beide scholen zo har - monieus is geworden dat ze dezelfde hui staken geven? En verder wat moet ik in godsnaam doen? Moet ik hen opwachten in de kasj wat Hoogachtend J-R Beste J.R. Zo zie je maar dat de pluralis tische school nog zo ver in 't verschiet niet ligt als we zien dat de kiemen in de Papenwegel reeds worden gelegd Ga alsjeblief die "tittelduifkes" niet opwachten in dat kasjken. Je wordt toch ook niet graag gestoord als je je "huiswerk" maakt Trouwens als je hen zou verbieden dit paadje te nemen zouden ze' hun werkterrein verleggen naar dp Hogeweg of zo.Er zijn immers kasj- kes genoeg in Ninove De Riemaecker ten spijt. Verder zie ik echt geen problemen voor uw zoon en zijn "fiolet"Al leen dat het toch wel koud moet zijn met dit weer in 't kasjken. Maar op haar studeerkamer tje zal het er wel warmer toegaan, als je zoon zijn DIEP-kristelijk gevoel deelt met zijn grietje als ze hun huiswerk maken of hun lessen voorbereiden voor..sexuele voor lichting bij voorbeeld. Je toegenegen Flavie Dit is het huisgezin van wijn grootvader en grootmoeder Adolf Van der Kelen- Margaretha Van der Straeten. Bovenste rij-staande v.l.n.r. Tante Delphine - Tante Jeannette - mijn moeder Helena - Tante Marceline Zittend v.l.n.r. .- mijn grootvader - mijn grootmoeder - mijn meter Trinette met haar zoon Arthur op de schoot en nonkel Jef. Als u nu weet dat deze foto dateert van einde 1918 en dat ik in Februari 1919 geboren ben, waar zit ik dan

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Klokzjiel | 1982 | | pagina 14