Beroepsonderwijs.
Bemesting en Meststoffen
LANDBOUWWEEKBLAD
Arbeid adelt
m.
Zondag 4 April 1920
Prijs 6 centiemen.
2a Jaargang No 67
Aankondigingen volgens akkoord
Abonnementsprijs
3,50 frank 's jaars.
Als men de beraadslagingen van
den Hoogeren raad voor technisch
onderwijs en van de Congressen van
deskundigen in zake beroepsopleiding
volgt de werken doorleest yvaarin
het hoog belang van het vormen van
knappe werkkrachten wordt uiteen
gezet, de desbetreffende reeds toege
paste stelsels onderzoekt, de daarin
aan te brengen verbeteringen over
weegt, in een woord als men hét
bewuste vraagstuk grondig bestudeert
dan komt men inderdaad tot de ge
volgtrekking, dat dwang alleenzoowel
in zake oprichting van vakscholen als
ten aanzien van het bijwonen hunner
leergangen, aan België eene klasse
van geschoolde werkkrachten kan
verschaffen, die ons in staat zal stellen
niet alleen de reeds veroverde plaatsen
te behouden, maar ook onzen handel
en onze nijverheid een ongekenden
bloei te doen bereikeq.
De gronden, die deze verplichting
rechtvaardigen zijn talrijk, en zoo
afdoende dat men ze wel moet aan
vaarden. Gaat men het economisch
leven na, dan ziet men onmiddelijk
dat de kunstvaardigheid, waarmee de
grondstoffen bearbeid en waardoor
rijkdommen verworven worden, bij
die van vroeger eeuwen vergeleken
een ander karakter hebben aangeno
men. Het behoeft geen betoog dat
alle bedrijfuitoelening thans op meer
wetenschappelijke grondslagen be
rust waarmede de arbeiders ver
trouwd moeten zijn, willen zij voor
hun geschoolde makkers niet onder
doen. Anderzijds is het onbetwist
baar dat de wezentlijke werkkracht
van den menscb in zijne hersenen
schuilt en door middel van het ver
stand tot uiting komt. Hoe meer
het verstand door onderwijs wordt
ontwikkeld, hoe grooter dus ook het
produktievermogen zal wezen.
Welnu het beroepsonderwijs heelt
juist ten doel den leerjongen die ken
nis der wetenschappelijke grondbe
ginsels aan te brengen, die vereischt
wordt niet alleen voor het oordeel
kundig uitoefenen van een bijzonder
vakonderdeel, maar ook om het zich
eigen maken van het geheel der kun
digheden, die het vak omvat.
Beroepsonderwijs brengt volgens
Hoogleeraar Van Cauwelaert, geeste
lijke superioriteit, en heelt voor ge
volg, dat bij lichamelijke krachtin
spanning, het procentaandeel van den
meer begaafden werkman in de
waarde van het eindprodukt grooter
wordt, dan het aandeel van den min
der begaafden. De eerste wint het al
op zijn minder gezel, door zuinigheid,
door de snelheid en door de voortref
felijkheid.
Door de Zuinigheid.
Neemt men
twee handwerkers van hetzelfde am
bacht, maar van verschillende be
kwaamheid, b.v. twee schrijnwerkers
laat ze elk een meubel maken, aan de
stukken die zullen overblijven zal een
kenner hunne begaafbeid weten. Met
minder en misschien min kostelijke
grondstof brengt een goed ambachts
man een beter meubel voort dan een
knoeier.
Door de Snelheid. De geoefende
en ontwikkelde arbeider verspeelt
geen kostelijke tijd met zoeken en
dubben en keeren. Door de vastheid
van zijn blik en de zekerheid van zijne
bewegingen gaat hij recht op het doel
ai en voor eene onverziende verwik
keling gesteld zal hij reeds lang den
knoop hebben ontward vooraleer
zijn onbehendig gebuur raad heeft ge
vonden. Het tijdgewin dat door deze
groote vaardigheid kan ontstaan is
soms verbazend. Met gelijke' kracht
inspanning weet de eene arbeider of
ambachtsman het dubbel werk te
leveren van de andere, en verdient hij
dan ook een evenredig loon.
Door de voortreffelijkheidde goede
hoedanigheid. Aan deze derde
eigenschap erkent men den meester
en de waardeverhooging die op deze
wijze een werk kan verkrijgen, kent
geene absolute grenzen. Zoo zit het
reeds in de gewone bedrijven. De
draad door een behendig spinner
voortgebracht, is leniger, gelijker en
sterker dan deze van een onbehendig
arbeider en de waarde van het weef
sel dat er zal uit ontstaan, wordt er
door verhoogd.
Zoo een arbeider slechts de machine
te bedienen heeft wordt hij tot aan
hangsel dezer gemaakt, van wien
alleende eenvoudigste, de eentonige,
gemakkelijk aan te leeren handgrepen
verlangt worden. Terwijl men de
machine als de oorzaak beschouwde,
waarmede de arbeider om zoo te zeg
gen ontschoold werd, zijn het juist
de vakken, waarin de machine de
grootste rol speelt, die aan dezer be
dienaars de hoogste eischen stellen.
Het kunstig werktuig stompt den
geest niet af, integendeel Wie feene
machine bedient, werkt minder met
de spieren dan met den geest, die
steeds gespannep is en zich daardoor
ontwikkeld. De best betaalde werk
krachten zijn juist die zoogenaamde
aanhansels der machine, want van
hen wordt behendigheid, vernuft en
vakkenis vereischt. Voor hen die
een handwerk verrichten, waarvoor
niet de minste opleiding noodig is,
maar waarbij alleen spierkracht ver
eischt wordt ook die kunnen nog
voordeel uit de algemeene leergangen
van het beroepsonderwijs trekken,
mits deze ten doel hebben de opvoe
ding te voltooien, het verstand verder
te ontwikkelen en den mensch ook
zedelijk te verbeteren.
Men denke dus niet, dat slechts een
klein getal arbeiders belang hebben
bij het vakonderwijs. Allen die hoo
ger willen opklimmen, moeten de voor
hen opgerichte vakscholen bezoeken.
N atuurlijk kan niet alleman aan het
hooid worden geplaatst, doch iedere
éénling kan een uitgelezen werkkracht
worden en zoodoende op een goed
loon aanspraak maken.
Alle deskundigen in zake technisch
onderwijs zijn het eens, dat bij hen
die vakonderwijs genoten hebben het
voorbrengingsvermogen zoo wat deug
delijkheid als hoeveelheid aangaat,
veel grooter is dan bij ongeschoolde
werkkrachten en dat de eerste ge
middeld een derde meer verdienen
dan de laatste. 't Vervolgt.
Vergaderingen
NIEUWERKERKEN. Alge
meene vergadering op den 2° Zondag
van April, na de Hoogmis, bij R.
Schepens.
Inschrij\Thg voor alle benoodig-
heden.
HERDERSEM.Zondag n April,
om 5 ure (zomeruur), algemeene ver
plichtende vergadering voor de leden
van den boerenbond, in het lokaal, bij
Benoit Boel.Niemand mag ontbreken!
Dagorde Bespreking over het
openen van een plaatselijk magazijn
en inschrijving voor alle benoodig-
heden.
B. VAN DEN AKKER
32® (vervolg).
XII.
100 KG. gebluschte kalk wordt op den
duur (aan de lucht, in den grond) ruim
134 KG. koolzure kalk.
We kunnen dus ook zeggen
1 KG. calcium-oxyde, ook wel kortweg
kalk genoemd, staat in waarde gelijk
met ruim 1,3 KG. gebluschte kalk en met
ruim 1,75 KG. koolzure kalk.
Waar hel om kalk als planlenvoedsel
te doen is, is 't vrijwel onverschillig,
in welken vorm men den kalk koopt,
mits zij geen voor de planten schadelijke
verbindingen bevat en dien vorm kiest,
waarin 1 pGt. calcium-oxyde het goed
koopst is voor klaver maakt men wel
een uitzondering, omdat hierop gips bij
zonder gunstig werkt. "Doch waar de
kalkbemesting moet dienen om ijle grond
te ontzuren of moeilijk te bewerken
grond meer handelbaar te maken, moet
men de voorkeur geven aan ongebluschte
kalk. die men bluschten dadelijk na het
blusschen in deu grond brengt.
De meest gebruikte kalkmeststoffen
zijn kluitkalk (gewone metselkalk),
londbouwkalk, (afval van.de kluilkaikbe-
1 reiding) gaskalk, schuimaarde, mestgips,
mergel.
Men vrage bij aankoop steeds garantie
I voor calcium-oxyde of kalk. Men kan
met bovenstaande gegevens calcium-hy-
droxyde of koolzure kalk op calcium-
oxyde omrekenen en dan zelf nagaan, in
welke der aangeboden meststoffen een
procent kalk het goedkoopst is. Ook bij
aankoop van kluitkalk moet men garan
tie vragen. Immers 100 KG. kluitkalk
bevat niet 100 KG. calcium-oxyde, maar
altijd eenige procenten van andere stof
fen, zooals steenen, zand, enz.
Wij zullen de meest gebruikte kalk
meststoffen de revue laten passeeren en
beginnen dan met kluitkalk. de gewone
ongebluschte metselkalk.
De gebrande kalk, die uit kalksteen of
van schelpen gebrand wordt, ontstaat,
doordat bij het branden uit de koolzure
kalk van dat gesteente of die sdielpen het
calcium-oxzde het koolzuur loslaat.
De gebrande kalk oï ongebluschte met
selkalk bevat altijd wat klei, steenen,
enz. Men mag in gebrande kalk 95 pCt.
calcium-oxyde eischen.
De gebrande kalk wordt altijd in ge-
bluschten toestand, als bijtende kalk,
gebruikt. Men bluscht haar, door ze aan
kleinere hoopjes op het land te zetten en
dan ment aarde te bedekken. De kluiten
vallen dan al spoedig tot een strooibaar
poeer uiteen. Dit gebeurt nog spoediger,
als men den ongebluschte kalk per 100KG,
met 32 a 34 Liter water behandelt.
Gebluschte of bijtende kalk, die ontzu
rend of verbeterend op de structuur van
den grond moet werken, mag men niet
lang in directe aanraking met de lucht
laten, want zij verbindt zich snel met het
hierin aanwezige koolzuur tot koolzure
kalk.
Wel gaat de bijtende kalk ook in den
grond in koolzure kalk over, maar juist
daarom moet men ze op de bedoelde
gronden onderbrengen, voordat zij in
koolzure kalk is overgegaan.
Als landbouwkalk wordt een afvalpro-
dukt, der kalkovens in den handel ge
bracht. De prijs moet beslissen, of zij dan
niet voordeeliger in 't gebruik is., Op
eenigen afstand van den oven is dit maar
zelden het geval. Zij bevat steenen, slak
ken, enz. en, naast calcium-oxyde, bij
tende en koolzure kalk.
1 Wat als meelkalk in den handel komt,
is niets anders dan poedervormige ge
bluschte kalk, waarin dikwijls al heel
wat koolzure kalk voorkomt. Bijna altijd
is deze kalksoort, in verhouding tot haar
bemestingswaarde, duurder dan de onge
bluschte kalk, waarvan zij verkregen
wordt.
Gaskalk is een alvalprodukt der gas-
fabricage. In de gasfabriek gebruikt men
versch gebluschte kalk om uit het ruwe
lichtgasmengsel het koolzuur en zwavel-
waterstofgas te verwijderen.
Deze gassen verbinden zich met de ge
bluschte of bijtende kalk tot koolzure
kalk en zwavelcalcium.
Laatstgenoemde verbinding, evenals
zwaveligzure kalk, die ook wei gevormd
wordt, is schadelijk voor de planten.
Wanneer de gaskalk langeren tijd aan
de lucht wordt blootgesteld, verliest zij
door oxydatie haar slechte eigenschap-
1 pen. Gaskalk bevat soms tot 65 pCt. cal-
j ciutn-oxyde.
De schuimaarde is de gebluschte kalk,
die. nadat ze in de suikerfabriek gediend
heeft om het suikersap te ontzuren en
het zoogenaamde inventeeren der suiker
te voorkomen, in hoofdzaak in köolzure
kalk overgegaan is. Het kalkgehalte, op
calcium-oxyde omgerekend, bedraagt ge
middeld ruim 20 pCt het watergehalte
is zeer groot,gemiddeld meer dan 40 pCt.
Ook gips of zwavelzure kalk en 'mer
gel worden wel als meststotfen gebruikt.
Gips is zoowel een directe als een in
directe meststof, zooals er onder de kalk-
leverende meststoffen meerdere voor
komen.
Wat onder directe meststoffen moet
worden verstaan, zal duidelijk worden,
als we beneden een en ander van de wer
king der kalk in den bodem mededeelen.
Gips wordt verkregen door het bran-
den van gipssteen of gipsspaath in ons
land, voor zoover wij weten, slechts
twee fabrièken één te 's-Hertogenbosch
en één te Amsterdam. Voor de eerste
wordt de grondstof per schip uit Fran
krijk aangevoerd. Weel gebrande gips
wordt ook uit België en Frankrijk inge
voerd.
Het natuurlijke gips, hetgipssteen dus,
wordt op een temperatuur van niet meer
dan 150 gr. verhit. Het verliest dan zijn
zoogenaamd kristalwater en bezit daarna
tot poeder gemalen, do eigenschap dezelf
de hoeveelheid water, die het bij 't bran
den verloren heeft, weder te binden.
Wordt bij het branden een te hooge tem
peratuur aangewend, dan is het gips zoo
genaamd doodgebrand en mist het de ge
schikt om voor pleisterwerk, verbanden,
enz. gebruikt .te kunnen worden.
Gips lost een weinigje in water op,
waardoor zijn voorkomen in vele bron
wateren wordt verklaard en waaraan
het moet worden toegeschreven, dat in
de openlucht geplaatste gipsen beelden
langzamerhand eene ruwe oppervlakte
krijgen. Men kan dit voorkomen door ze
met waterglas te bestrijken.
Gips maakt ook een belangrijk bestand
deel uit van het zoogenaamde ketelsteen,
den door industrieelen gevreesden aan
slag in stoomketéls. Hieruit blijkt al
weder, dat het in vele natuurwateren
voorkomt. In de nieuwsbladen ziet men
allerlei geheimmiddelen tegen ketelsteen
aanbevolen. Men kan het aanzetten van
ketelsteen voorkomen, door het gips te
ontleden, wat geschiedt, als het in con
tact komt met soda of chloorbarium. Uit
gips en soda ontstaan door wisselwer
king koolzure kalk of krijt en zwavelzure
natron, die de machinist niet behoeft te
vreezen.
De
Koornbloem
Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST.
Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON
Burchtstraat, 3, AALST.
De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen.
Ongeteekende stukken worden niet opgenomen.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.
DOOR