Arbeid adelt
De Olympische spelen.
Landbouwweekblad
Scha pen kweek
Qlïjn fDoedep^en.
ZONDAG 29 OOGST 1920.
Prijs 6 centiemen.
2de JAARGANG. Nr88
Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST
Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON,
Burchtstraat, 3, Aalst.
Aankond:gingen volgens akkoord.
Abonnementsprijs
3,50 frank 's jaars.
De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen
Ongefeekende stukken worden niet opgenomen.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.
Ter gelegenheid der VIIe Olympiade
te Antwerpen, waarvan de gazetten da
gelijks gewagen, zal het niet van belang
ontbloot zijn eenige uitleggingen van
dit sport te geven.
Olympiade of olympique ontleent zijn
naam aan eene stad uit het oude Grie
kenland met name Olympië, hoofdstad
van Elide. Daar werden alle vier jaar
spelen gegeven van het edelste sport,
waar lichaamskracht en lichaamsschoon-
heid wedijverden met vlugheid, behen-
digheid en kunde. Loopen, springen,
zwemmen, roeien, alle sport en gymnas
tiek werd er onder de felste mannen van
het Grieksche Keizerrijk beoefend. Lau
werkransen van laurieren wachtten de
overwinnaars die bovendien met alle
eerbewijzen werden ovérladen. Deze
spelen van het oude Griekenland over
troffen onze hedendaagsche spelen in
pracht en aanzien.
Het orakel van Dephès, daar koning
Spitos van Elis geraadpleegd, had te
kennen gegeven dat gedurende deze spe
len alle oorlog moest ophouden en ver
boden zijn en dat de wegen die naar de
vallei der Olympiade leidden, moesten
voorbehouden worden aan de spelers en
toeschouwers.
Langen tijd op vóórhand trokken wa
penknechten, met bloemen bekroond,
geheel Griekenland door om allen te
noodigen naar het Stadium waar de
kampstrijd werd gestreden.
De beste krachten van het keizerrijk
gaven de prachtigste schouwspelen ten
toon aan de duizende Grieken uit alle
deelen des lands toegestroomd.
De overwinnaars werden met olijf
takken gekroond en hadden voor hun
en hunne naastbestaanden eene eeuwige
eereplaats veroverd.Hunne intrede in de
geboortesteden werd met de grootschte
feesten gevierd. In al de theaters werd
hen eene eereplaats voorbehouden en
voor hun leven waren ze vrij van belas-
Volgens opzoekingen werden deze
spelen ingesteld door Zëus. Sommige
geleerden meenen toch dat het Pélops
en Héraclès zijn. In elk geval zijn de
historiekers takkoord dat 900 jaar vóór
Christus' geboorte deze spelen in vollen
gang waren.Van in het jaar 776 bestaan
de lijsten der overwinnaars die heden
nog bewaard zijn.
Te dien tijde hadden deze spelen
plaats ter eere van de godheid Zëus,
wier heiligdom van op een berg het
plein beheerschte, waar de spelen plaats
grepen.
De olijftakken die voorbeschikt waren
om de overwinnaars te kronen, groeiden
tegen de witte marmer van Zëus tempel.
Het Stadium was 192 meters lang en
was ten westen gelegen. In hét oosten
was de hippodroom. Rond deze speel
plaatsen staken marmeren paleizen hunne
tinnen ten hemel. Deze waren zoo
prachtig gebouwd en zoo heerlijk ver
sierd dat men er zich op heden moeilijk
een denkbeeld zou kunnen van maken.
Het Gymnasium waar de spelers
zich oefenden het Bulenterion waar
de scheidsrechters samen kwamen het
Prytaneum waar de overwinnaars
werden gefeest.
In het Amphitheat.er verdrongen
zich 40.000 man die in karavanen lang
reeds vóór de spelen uit alle hoeken des
lands aankwamen om aan dit feest deel
te nemen. Het oude Griekenland heeft
door deze schouwspelen in zijn volk een
drift naar schoonheid en kracht doen
ontstaan, die hen eens aan de spits
bracht van heel de toen beschaafde we
reld.
Het was in 1894 dat men het denk
beeld deze spelen te herbeginnen voor-
uitzette op het Internationaal Sportcon-
gres van Parijs. Reeds in 1896 hadden
de eerste spelen plaats en dit in Grieken
land zelf,in Athenen.
In het prachtig Stadium van Illissus,
door Lycurgue gebouwd, die wel het
grootste arena is der oudheid, en die te
dier gelegenheid hersteld werd op de
kosten van een burger van Alexandrië
(Egypte), Mr Averof, die er drij millioen
van zijn persoonlijk fortuin aan be
steedde.
Dit was wel een waardig begin voor
de voortzetting van Griekenland s olym
pische schouwspelen.
Het tweede feest greep plaats te
parijs in 1900.
Het derde J;e Saint-Louis (Amerika)
in 1904.
De vierde olympiade zag men te Lon
den in 1908. Dit was de prachtigste en
best gelukte tot dien datum.
In 1912 was het de beurt aan Stock
holm voor de 5e Olympiade.
Berlijn werd toen aangeduid voor de
6e. De oorlog heeft dit natuurlijk belet.
Zoo kwam het dat de 7e olympiade de
eer deed aan Antwerpen, waar op heden
de spelers zich de lauwerkransen betwis
ten. Spelers en toeschouwers uit al de
landen der wereld verdringen zich in
onze Vlaamsche havenstad en spreiden
er hunne pracht en weelde ten toon.
Eere aan de spelers die kracht met
schoonheid paren.
Eere en hulde aan onze Vlaamsche
havestad Antwerpen.
Aan de Heeren Aandeelhouders on.zer
Onderlinge Brandverzekering.
Wij hebben de eer de Heeren Aan
deelhouders te verwittigen dat de lid
boekjes (aandeelen) mogen afgehaald
worden alle Zaterdagen te beginnen van
7 September aanstaande.
Deze aandeelhouders welke reeds bij
ons verzekerd zijn, bekomen dit boekje
gratis, de andere tegen betaling van 2fr.
doch deze zullen dan later geene polis-
kosten te betalen hebben (art. 8 der
standregels).
Wij roepen de aandacht der aandeel
houders op art. 8 der standregels, dat
handelt over de voorwaarden van aan
vaarding als deelgenoot en waarvan de
3e voorwaarde luidt Zich door de
Maatschappij doen verzekeren of zich
verbinden er zich door te doen ver
zekeren bij het eindigen zijner bij eene
andere Maatschappij in voege zijnde
verbintenis
Het Bestuur.
Mijn moederken
Die rustig slaapt
Ginds waar de kruiskens steken
Zoo liefdevol.
Hun armen uit
En van 't Hiernamaals spreken.
Mijn moederken
Gij weet het niet
Hoe soms uw kind moet zuchten,
Omdat hij eert
De taal van u,
En wat hij hoeft te duchten.
Omdat hij niet
Meer zoo gedwee
Zich schoppen laat en knechten
De vuisten toont
En eischen durft
Zijn onbetwistbre rechten
Maar, moederken
Niet baten zal 't
Uw kind zal blijven geven
/Zijn beste kracht
Voor Vlaanderland,
C,n Vlaanderen zal leven.
Hoe groot de haat
En ondank zij,
Hij zal er niet om klagen
Geen aterling,
Geen bastaardzoon.
Hebt gij. aan 't hart gedragen
Fons Van de Maele.
Wij zullen in ons blad in enkele ver
volgen eenige beschouwingen geven
over de schapenkweek.
Het schaap is, zoo niet het oudste,dan
toch een der oudste huisdieren. Door
bijna alle volken der oude wereld werden
schapen gehouden. Reeds in de oudste
taal, het Sanskrit, wordt van het schaap
melding gemaakt en het woord Avis, af
stammende van aw dat vriendelijk
heid of aanhankelijk beteekent, waar
mede het in die taal wordt aangeduid,
wijst er op dat het zich reeds bij de oude
Indiërs had aangesloten. Bij vele volken,
o. a. bij de Egyptenaren, was het een
wezen van goddelijke vereering. Ook de
Israëlitische aartsvaders waren schaap
houders.
Behalve den tammen aard van het
dier en zijne geringe middelen tot verde
diging, waardoor het in den regel slechts
getemd in den levensstrijd .kon blijven
bestaan, heeft daartoe voorzeker bijge
dragen tot veelzijdig nut van het schaap.
Zijn vacht kan tot dekking, zijn huid o.
a, tot papier (perkament), zijn vleesch en
melk tot voedsel, zijn mest tot vrucht-
baarmaking van den bouwgrond dienen
en zelfs zijn ingewanden nuttig worden
gebruikt. Ook vereischt het houden van
schapen weinig arbeid. Een schaapher
der met een of meer honden kan hon
derden schapen verzorgen. Bovendien
zijn daarvoor geen rijke gronden noo-
dig, maar kunnen zelfs woeste heidevel
den, drieslanden, schorren, kwelders,
enz. daardoor ten nutte worden ge
maakt.
Evenals de schapen bij de Joden den
rijkdom der aartsvaders uitmaakten, zoo
vormden zij bij andere volken der oud
heid den rijkdom der vorsten. Ook in
de Middeleeuwen stond het houden van
schapen met zekere privilegiën, zooge
naamde schaapsdriften, enz. in verband.
Zoo mochten tot nog ver in de 18de
eeuw de groot-grondbezitters inDuitsch-
land ook de zoogenaamde driften der
boeren door schapen laten afweiden.
Een dergelijk privilegie vormde in
Spanje de mesta volgens welke de
Spaansche Groote en sommige kloosters
geheele velden met schapen lieten be
weiden. Op het laatst der 18e eeuw had
men in Spanje 5 millioen van die rond
trekkende schapen ftranshumantes) met
25000 herders, die een groot deel van
't land tot woesten grond maakten.Eerst
Napoleon I maakte daaraan een einde.
Tot omstreeks het midden der vorige
eeuw was in de meeste Europeesche
landen de wol het hoofddoel der schaap-
houderij, vooral sedert ongeveer eene
eeuw vroeger de Spaansche merinos in
verschillende landen waren ingevoerd.
Aan het aanfokken werd veel zorg be
steed. Daarbij kwam eene soort liefheb
berij of sport. De jaarlijksche verkoopin-
gen vormen een waar feest. Hooge som
men werden daar besteed. In 1811 te
Holies in Hongarië werd een ram ver
kocht voor 25000 gulden.
De jaarlijks toenemende invoer van
wol uit Australië, later ook uit Zuid-
Amerika heeft daarin, eene halve eeuw
geleden, groote veranderingen gebracht.
De daardoor dalende wolprijzen hebben
aanleiding gegeven dat men zich meer
op vleeschproductie heeft toegelegd of
naast de wol, het vleesch en 't vet het
hoofddoel der schapenhouderij is gewor
den.
De schapenfokkerij hier te lande is
nimmer in groote eer geweest en heeft
ook bij de Regeering nimmer die belang
stelling gevonden als wel de fokkerij
van paarden en runderen en ook thans
wordt de inlandsche schaapsteelt aan
haar lot overgelaten. En toch is het
schaap een zeer nuttig huisdier, dat veel
voedsel, 't welk anders nutteloos verlo
ren gaat, tot waarde brengt. Maar daar
toe dient de schapenfokkerij ook op de
hoogte van den tijd te blijven.
Oorspronkelijk was het doel van het
houden .van schapen op de heidevelden
gewis hoofdzakelijk de wol voor de tal
rijke lakenweverijen, terwijl zij, op zeke
ren leeftijd gekomen en op betere wei
den gebracht, min of meer gemest wer
den voor de slachtbank.
Een tijdlang, toen de wolprijzen, in de
laatste helft der vorige eeuw, aanmerke
lijk daalden en de opbrengst dus overi
gens gering was, kon men de schapen
op de heidevelden als een noodzakelijk
kwaad beschouwen, die gehouden moes
ten worden voor den mest. Het gebruik
van kunstmest heeft daarin in zoover
verandering gebracht, dat dit den land
bouwer van het houden van schapen
meer onafhankelijk heeft gemaakt.Daar
door wordt de schaaphouder ook op de
heidevelden meer en meer gedrongen
tot eene richting in de fokkerij, waarbij
aan de wol- en vleeschproductie meer
aandacht geschonken wordt, dat is tot
het houden van een schaap, dat meer en
betere wol en meer vleesch voortbrengt.
oorm
oem