T VERSüAG i Landbouwweekblad Arbeid adelt Ixandbouoj^ongpes ZONDAG 26 SEPT. 1920. Prijs 6 centiemen. 2de JAARGANG. Nr 92 Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTA1RE CAUDRON, Burchlstraat, 3, Aalst. Aankond gingen volgens akkoord. Abonnementsprijs 3,50 frank 's jaars. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. VAN HET gehouden te Aalst, op 12 Sept. 1920. (Vervolg). Rede van den Heer Walkiers. Mijnheeren, laat mij toe, mij te ver ontschuldigen in deze plechtige omstan digheid het woord te moeten voeren, terwijl er zoovelen onder u met meer bevoegdheid dan ik zouden kunnen op treden in zake landbouw. Het onderwerp dat ik kortbondig wil behandelen, is de MELKKONTROOL. In het eerste deel mijner rede, zal ik een eenvoudig en nuttig middel aanwij zen, in het beradk van alle landbouwers, om hunae melk te meten en te wegen, en dezelve te onderzoeken nopens den gezondheidstoestand hunner dieren. In het tweede deel zal ik bewijzen, wat de wezenlijke of oordeelkundige melkkontrool is en hij moet uitgeoefend worden. Welk was na de oorlog de toestand der landbouwers in onze streek Zij die in het etappengebied woon den, leden zeer groote verliezen. Ten gevolge der opeischingen, gebrek aan voedsel, door het inbrengen van vreemd vee, was onze veestapel welke reeds door kruising gansch verbasterd was, deerlijk gehavend. Wij bevinden ons in een moeilijken toestand. De pogingen van werkzame en vooruitstrevende land bouwers, het wrochten van verscheidene geslachten zijn verloren gegaan. Er dient opnieuw met alle mogelijke kracht ge werkt te worden tot de heropbeuring van den veestapel. Het is noodig dat de boeren nieuwe methoden volgen, dat zij niet alleenlijk alledaagsche, maar weten schappelijke werken lezen. Indien ieder landbouwer dat niet afzonderlijk doen kan, dat eenigen onder hen vergaderen een hunner zal lezen, de andere zullen luisteren, allen zullen discuteeren, want dit is noodig. Men moet altijd niet ge- looven hetgeen geschreven wordt, men moet maar aannemen, hetgeen als goed en nuttig bewezen is. Wij moeten trachten te vinden het geen voordeelig en nuttig is tot de ver betering van ons runderras. Mear alles kan in eens niet gedaan worden, ten an dere gij weet beter dan ik, dat de vee stapel in één dag niet kan verbeterd wor den, daartoe is er geduld en volharding noodig. Men moet dieren trachten te vinden, welke met de minste kosten de grootste opbrengst leveren. Het Belgisch trekpaard is in één dag niet geschapen. Jarenlange arbeid is er noodig geweest, voor de verbetering van een ras zijn er specialisten onmis baar. Maar opdat die specialisten, dier kundigen genoemd, deugdelijk werk kunnen verrichten, dienen de landbou wers hun de noodige inlichtingen te ver schaffen, 't is te zeggen hun cijfers ge ven. Hewel, boeren, dat kunt gij. Ik ga u zeggen wat er dient gedaan te wor den. Voor het bekomen van een goeden uitslag moet men zich moeite geven. Indien ik de vraag stel r Wie onder u kan de juiste hoeveelheid melk zijner koeien vaststellen Gij weet het mis schien daaromtrent. Om de melk stipt te meten, kan men zich bedienen van een meetemmer, of zelfs van een gewone emmer welke langs den binnenkant afgeteekend wordt met verschillende kleuren voor 1,2,3,4,5, tot 10 liters. De melk kan ook gewogen worden met een bascuul met meetdraad. Wanneer de melk iedereen dag gemeten is, schrijft men dit op voor iedere koe. Dan kan de boer weten, dat hij koeien bezit, welke 2500, 3200, 4000 en meer liters melk geven. De boer zal weten welke dieren hij moet behouden. Op die manier kan er goede teeltkeus gedaan worden in zake melkuitbating. Indien bij eene koe die 22 liters geeft, het cijfer in eens daalt op 18 of 19 liters dan gaat er iets onregelmatig om bij het dier. Dan kan een veehouder zeer dik wijls zeggen welke de oorzaak van het afnemen der melk is. Het is somtijds maar eene geringe zaak eene te groote hitte, het uitwerksel van de koude, eene te arm geworden grazing, gebrek aan water enz. Uwe ondervinding zal u me nigmaal de oorzaak te kennen geven en goede uitslagen doen bekomen, Ik ga het eerste deel mijner rede niet langer bespreken, maar zou nochtans eenigen uitleg willen geven betrekkelijk* de middelen die wij bezitten om te weten of de melk normaal en de uiër gezond is. Ik had de gelegenheid een dezer da gen het Intercommunaal Laboratorium te Brussel te bezichtigen. Hetgeen ik daar gezien heb, is zoo eenvoudig en zoo gemakkelijk om toe te passen. Ziehier een buisje voor het opsporen der lencocytes Het is eenvoudig een glazen buisje, smaller aan den on derkant. Op het breed gedeelte ziet men geteekend 10 en 20 cubieke centimeters. Wanneer men de proefneming doen wil, vult men het buisje met versche melk tot aan het teeken 20. Men legt dan het buisje in een Gerber- apparaat, welk men in de melkerijen gebruikt voor het bepalen van het vetgehalte. Men brengt een tweede buisje tegenover het eerste in het apparaat, opdat dees laatste aan beide zijden even zwaar belast zou zijn. De centrifuge wordt in omdraaing gebracht gedurende 3 tot 5 minuten. Het apparaat wordt dan stilgelegd en het buisje met de versche melk er uitge nomen. Wat ziet men bij het onderzoek In het bovengedeelte van het buisje ziet men natuurlijk de room, maar dat is het niet, wat ons aanbelangt. Kijken wij lie ver naar den smallen onderkant. Op dit gedeelte vindt men twee lijnen, 1 en 2 per duizend van de hoeveelheid melk 20cc. In den onderkant van het buisje stelt men altijd een droesem vast, daarop moet de öandacht gevestigd worden. Het zijn lencocytes of witte bollekens, welke van het bloed in de melk overge gaan zijn. Gezonde melk bevat altijd het geen wij hier lencocytes noemen, doch in zeer geringe hoeveelheid, zoodat men het maar waarneemt verre onder de eer ste lijn in den smallen onderkant van het buisje. Wanneer es iets abnormaal om gaat in den uiër der koe, vermeerdert hetgeen men lencocytes noemt in hooge mate. Deze proefnemingen moeten alle dagen niet gedaan worden, een of twee maal per maand, tenzij het dier ziek ware. Soms is de droesem in den onderkant van het buisje roodachtig, dan is er bloed gemengd met de melk. Wanneer hij zwartachtig is, mag er uit besloten worden dat het melken met de vereischte zindelijkheid niet geschiedt. Die proefnemingen verschaffen dus vele nuttige en belangrijke inlichtingen en kunnen door alle boeren gedaan worden. Laat mij toe u te zeggen dat hierin de oplossing van het zeer gewich tig vraagstuk van het melkonderzoek niet gelegen is. De ontleding der melk kan door geene veehouders geschieden, maar wel door een laboratorium. In het tweede deel mijner rede zal ik u zeggen, wat men in het algemeen moet verstaan door melkkontrool en hoe deze dient uitgevoerd te worden. Mr. Van Bavel, weer aan het woord. Vrienden op de dagorde zie ik, tot mijn taak het onderwerp Landbou wers ten opzichte van openbare bestu ren en hoogeren landbouwraad en ik wil die zoo goed mogelijk volbrengen. Er is hier reeds gesproken van pach terstelsel, verhuring, jacht, melkerijcon- trool, enz., maar vrienden om tot dit doel te geraken dient dit één belangrijk punt in oogen gehouden te worden de vereeniging, omdat men hierdoor alleen in r.taat Is, zijne rechten te verdedigen. Dat de landbouwers onder den oorlog geld gewonnen hebben daarover zijn wij 't akkoord. Ik ook ben een boerenkind, en be werk als kweeker eene groote partij land, welnu al de voortbrengers hebben voordeel getrokken uit hun werk, en het is ook heel natuurlijk. Eenige landbou wers, voor den oorlog arme lieden, koo- pen heden land tegen hooge prijzen, De zen zijn aan begoochelingen blootgeste d, want onvermijdelijk komt na iedercn oorlog een krisis. En wat zal het zijn na eenige jaren, wanneer Oostenrijk, Rou- menië. Rusland, en andere groot uitvoer- landen van hunne oorlogs- en oproer- rampen zullen genezen zijn en weer de wereld met hunne landbouwwaren over stelpen, dan ja, staat er ons teleurstel ling te wachten. Ik zeg dat het heel natuurlijk is dat de boeren, met hun werkgeld gewonnen hebben, en als de boter en andere waren tegen hooge prijzen verkocht werden is het dat de prijzen, en bijzonder door de stedelingen opgejaagd werden' Immers iedereen moest eten hebben, en de prij zen werden ook door de boeren niet ge vraagd, en nochtans terwijl andere lie den duizenden wonnen, met potten en pannen, terwijl men zotte prijzen aan kleederen, schoenen, enz., betaalde, ter wijl woekeraars schatten opstapelden, werden de boeren voor het schuim der samenleving uitgemaakt. Geene namen waren voor hun ge meen genoeg, en men vond het voor de andere klassen natuurlijk, en uit de oor logsomstandigheden vootrspuitende. En als tegenwoordig een boer, die hij ons rond Brussel tot 700 fr. de hectaar land pacht betalen moet, van opslag spreekt van zijne waren, dan is het de boer moest opgehangen worden dat een werkman 35 fr. daags wint, is natuurlijk, en een boer zwoegende van 's morgens tot 's avonds laat, hij moest krtveeren 1 Maar vrienden als een boer zaait of of plant is het zeker dat hij oogst? Neen! Waarom wordt hij dan benijd omdat hij voor den oorlog het meeste schulden had en tegenwoordig die schulden meest al afgelegd zijn, ons landbouwkantoor had vóór den oorlog 6.000.000 fr. uitge leend aan kleine landbouwers en het hoogste bedrag was 5000 fr. heden is dat meestal afgelegd. Kop omhoog vriendenn en wanneer wij zeggen kop omhoog, dan werp men ons toe Willen de boeren het land gaan besturen en waarom niet, zoo wij bekwaam zijn onze hoeve te besturen. Onze grootste dommigheid zoo te Aalst als in Brussel is dat wij tot hiertoe alleen barons en advokaten naar de kamers stuurden. (toejuichingen) Landbouwers en werklieden moeten samengaan, doorgaans zijn het eigene kinderen die, daar wij de noodige mid delen niet bezitten, gewongen zijn naar de stad of fabriek te gaan werken om er werk te verrichten dat anderen niet willen doen. Wie ziet ze gaarne naar Brussel gaan, dagelijks op den trein tus- schen alle gemeen volk, en in Brussel zijn ze de parias! maar een boer kan de hooge daghuur niet betalen. Hij moet betalen tij planten en Zaai en, wanneer dan mislukking komt, staat hij in schulden. Welnu dat moet veran deren, en de boer moet in staat zijn zijne werklieden te betalen, hij moet bekwaam zijn zijn zoon bij het huwelijk te kunnen plaatsen door vereenigd werken moe ten wij aan dien wantoestand een einde maken. Is ten andere een boer niet gehecht aan zijn zijn grond, en laat ons een voor- veeld neigen aan de rijken, die naam- looze maatschappijen stichten, waar ze hunne schatten verdubben. Hetzij hier terloops gezegd dat de Samenwerkende Maatschappij hier gedurende den oorlog gesticht bloeiend is, dank aan de durf- kracht barer leiders, die met vooruitgang bezield zijn, al de landbouwers moeten haaa steunen op alle punten samenwer ken, want de landbouwers en midden standers zijn te beklagen, zij staan tus- schen rijken en werklieden tusschen lasten, kosten en werkverlct door sa mengaan moeten wij ons Zeiven Redden. Waar wij bijzonder op aandringen en belangrijk voor den landbouwer, is, dat boer eigenaar wordt van den grond dien hij bewerkt. In Denemarken zijn 80 op 100 boeren eigenaars, in Belgie slechts 30 a 40 op 100. Welnu het bewezen dat in die landen waar de boer eigenaar is meer in evenredigheid voortgebracht is dan bij ons. De boer heeft er dan alle belang bij zijn land te verbeteren, ter wijl bij verhuring de bails zelfs van 9 ja ren te kort zijn, want wat gebeurt er doorgaans, wanneer men verbeteringen aanbrengt, de oogsten verbeteren, de ijverzucht der anderen wordt geprikkeld men wordt onderhuurd, ofwel wordt de huurprijs door de eigenaar te klein ge vonden, men moet meer betalen het eerste evenals laatstgenoemde kan alleen ,1^. -,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1920 | | pagina 1