Arbeid adelt
Geldplaatsingen.
Landbouwweekblad
EEN BEDE.
Schapenkweek
Kapitalen en Intresten.
ZONDAG 10 OCT. 1920.
Prijs 6 centiemen.
2de JAARGANG. Nr 94
Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST
Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON,
Burchtstraat, 3, Aalst.
Aankond gingen volgens akkoord.
Abonnementsprijs
3,50 frank 's jaars.
De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen
Ongeteekende stukken worden niet opgenomen.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.
Samenw. Maatschappij Redt U Zeiven
Bui teugen one
AIge in eene I e i ga d e ri n g
der aandeelhouders op ZONDAG 10
OCTOBER, om 10 ure (zomeruur) ten
lokale Aalst.
DAGORDE
Verkoop van onroerende eigendom.
De Bestuurder, De Voorzitter,
O. Caudron. B. Schockaert.
Vele landbouwers die goed hun brood
winnen, vragen soms waar hun geld te
plaatsen.
Er zijn drie soorten van plaatsingen
1° In eigen huisgezin,hoeve of landen.
2° In aankoopen van landen of wei
den.
3° In aankoopen van titels, actiën of
obligatiën.
Te naaste week zal ik deze plaatsin
gen breedvoerig bespreken.
Ik geef hier eerst nogmaals een artikel,
in "De Koornbloem,, van 23 November
1919 verschenen, ter overweging aan
onze leden-:
Vele lieden die geld te plaatsen heb
ben, vragen eens rond aan vrienden en
kennissen waar hun geld in de beste vei
ligheid zou geplaatst zijn en waar het de
grootste intresten zou opbrengen.
Het is zeker een heel ernstige zaak
zulks best te weten want geldis altijd een
kommervol goedje, bijzonderlijk als het
met werken en zwoegen is vergaard.
Zoo heeft men voor 't oogenblik land
bouwers die hierover gaarne wat inlich
tingen zouden ontvangen, want menig
een heeft het mij reeds persoonlijk ge
vraagd,
Ik neem dus een landbouwer met een
grootwordend en werkzaam gezin die
goede zaken doet en geld te plaatsen
heeftZulk een mensch zal het gewoon
lijk best zetten in eigen gezin en eigen
hoeve.
Zijn eerste plicht is van te zien dat hij
aan zijne kinderen eene eerste en koste
lijkste erfenis achterlaat dat is hunne
lichamelijke en geestelijke hoedanighe
den. Deze landbouwer zal dus zorgen
dat zijne kinderen goed gevoed, goed
gekweekt en geleerd worden. Hij zal
aan zijne kinderen geven wat ze later
in 't leven met goud noch diamant zullen
koopen kunnen een gezond lichaam en
een goede ontwikkelde geest.
Daarom zal hij zijne kinderen eerst
naar school zenden, naar eene deugende
middelbare school of college, opdat ze
later in de wereld niet achteruit geschopt
worden zooals de tegenwoordige land
bouwbevolking.
Sommigen zeggen dat men om te boe
ren geen geleerdheid noodig heeft. Aan
dezen kan ik enkel antwoorden dat het
alleen door verstand en geleerdheid is
dat men zich van de dieren scheidt, en
dat een paard ook geen geleerdheid noo
dig heeft om te werken, evenmin-een
ezel
Dus de eerste geldplaatsing doet ge in
uwe levende kofferfortuwe kinderen.
Eene tweede kunt ge plaatsen in de
verbetering van uwe woningen, uwe
stallen, beir- en mestputten. Maak u een
gezond en proper huis, zonder pracht
noch glorie, maar met eene ruime en
warme keuken, een propere beste kamer
eenige luchtige en gezonde slaapkamers.
Slaap in een goed en malsch bed waaruit
ge uitgerust en kloek opstaat en met lust
aan nieuwen arbeid gaat. In een woord,
maak uw leven menschelijk en goed.
Maak U een grooten beirput, goed
gecimenteerd en gesloten en zoo groot
dat ge met den winter gerust aan uw
stoof of binnenwerk blijft en des zomers
al uwe vruchten vet. Het zal U jaarlijks
een intrest opbrengen van 100 per 100.
Uwe vruchten zullen goed zijn en uwe
beurs gesloten blijven voor overdrevene
aankoopen van kunstmesten.
Maak U ook een goed een zoo moge
lijk overdekte mestput, dit brengt u op
50 per 100. Maak groote, luchtige en
gewelfde stallen voor paarden, koeien
en zwijnen, met goede vloeren, gelijke
en gewitte muren, die gemakkelijk om
schuren en reinigen zijn. In zulke stallen
staan uwe beesten des zomers frisch en
des winiers warm. In de staat uwer die
ren, hunne gezondheid en de opbrengst
van melk zal deze stal aan uw kapitaal
eene onschatbare intrest opbrengen.
Maak u overgroote kelders voor aar
dappels en beeten die u werk sparen, en
alle gevaar voor vorst van uwe vruch
ten afhoudt.
Verbeter uw landen, zoo ge eigen
dommen hebt door draaineeren, uwe
rotte meerschen eveneens.
In een woord steek uw kapitaal in
eigen goed, dit brengt U eenen driedub-
belen intrest op, en het zal u het leven
beter en aangenaam maken. Maar als
ge nu nog te veel hebt, wat dan? Plaatst
het dan op de bank in ruiling van goede
titels, die eene waarborg en vasten in
trest geven. Maak U maar een kapi
taaltje gereed, want eens komt de dag
dat ook uwe kinderen er zullen aan den
ken van te trouwen. Dan hebt ge eene
groote plichthen eene goede som mee
geven of hen in't een of ander bedrijf
te plaatsen.
Op dat oogenblik hebben uwe kinde
ren geen vader noodig met uitgestrekte
eigendommen, maar een vader met goed
hart en goede beurs
En land koopen, zult ge vragen, alle
boeren koopen land aan 4, 8 en 10 dui
zend frank 't dagwand. O die arme
sukkelaars, die domooren, die slechte
berekenaars van hunne intresten
Het is maar prijsbaar land te koopen,
wanneer men zijn geld in bovengenoem
de gevallen niet noodig heeft, wanneer
men geene trouwbare kinderen heeft
wanneer men een overgroot liggend ka
pitaal heeft en dat het land goedkoop en
goed is. Maar het mag maar van 1500
tot 2000 fr. het dagwand kosten. Bere
ken uwe intresten in Belgische Herstel
lingswaarden aan 5 Deze partij
aan 2000 frank kost u reeds aan pacht,
aan 5 100 frank. Wat kan ik zeg
gen van menschen die gaan 5 tot 10 dui
zend frank geven, die dus van 250 tot
500 fr. pacht betalen
Hoe komt het dat zoovele groote ei
genaars hunne landen verkoopen Om
dat ze beter kunnen rekenen als de boe
ren, en zien dat hun geld een driedub
bele intrest geeft.
Het kan bestaan dat eene partij goed
gelegen is en niet te duur gaat. Hebt ge
dan geld in overvloed koop het ander
zins heb ik U daareven een vele betere
plaatsing aangewezen. Een landbouwer
die te veel land koopt aan de tegen
woordige prijzen, werkt voor de groote
grondeigenaars. Binnen eenige jaren
misschien zal deze zelfde eigenaar zijn
land kunnen terug koopen aan een kleine
prijs en alzoo blijft de boer voor eeuwig
de slaaf en de zwoeger.
Houdt U een goede beurs, dan zijt ge
vrijer, tegen alle aardige tijden bestand
en gij zult uwe kinderen ten allen tijde
kunnen behulpzaam zijn. Koop U goede
titels dan zult ge jaarlijks een schoone
intrest hebben van uw geld.
O. CAUDRON.
Vrienden lief, een klein gebed
Kom ik vragen, want 't parket
Is mij komen spreken
't Zou mij kunnen slecht vergaan,
Want ik heb genoeg misdaan
Om me in 't kot te steken
Hoort waarin ik heb gemist
'k Was een weinig aktivist
Binst die oorlogsdagen
'k Zag mijn Vlaanderen in nood,
Om 't te maken vrij en-groot
Wou ik ook wat wat wagen
Erger nog van woekerij
Hield ik hand en harte vrij
'k Wou mij niet verrijken
Door den zoo gehaatten Pruis
'k Wilde met geen gouden kruis
Op de borst staan prijken
Wie dit konden, zijn geroemd,
Worden van elkeen genoemd
Goede patriotten
Schoon zij ook aan menschlijkheid,
God en deugd en plicht ten spijt-
Veegden hunne botten
Denkt dan, vrienden, aan mijn lot,
'k Zou niet graag in 't donker kot
Jaren zitten treuren
k Heb een vrouw en zeven klein...
O, wat zou het droevig zijn
Moest zoo iets gebeuren
Fons Van de Maele.
De lengte der wol.
De jaarlijksche haarwisseling, zooals
men die bij andere zoogdieren aantreft,
komt bij schapen niet voor. Onder wol-'
lengte verstaat men dus die der wol zoo
als zij bij het jaarlijksche scheeren der
schapen verkregen wordt. Wordt niet
1 geschoren, maar laat men de wolharen
doorgroeien, zoo nemen zij steeds toe in
lengte, maar de toeneming wordt tel-
kenjare geringer. Proefnemingen diens-
aangaande hebben geleerd, dat als de
lengte van den éénjarigen groei b. v.
60 mm. bedraagt, deze het tweede jaar
ongeveer 50, het derde ruim 40 en zoo
steeds afnemende is, zoodat de onge
schoren wol in het achtste of negende
jaar niet meer dan 10 a 12 mm. groeit.
Ook in den loop van een jaar groeit een
wolhaar meer in de eerste helft dan in
de tweede in vroegere jaren was het
daarom in sommige streken zeer gebrui
kelijk de schapen twee keer 's jaars, in
het voorjaar en in den herfst, te sche
ren, in plaats van een keer in den voor
zomer.
Bij een wolhaar onderscheidt men de
schijnbare lengte of die in natuurlijken
toestand en de werkelijke of de lengte in
uitgerekten toestand. Bij fijne, kroese
wol kan de laatste wel dubbel zoo groot
zijn als de eerste. De natuurlijke lengte
is gelijk aan die der stapels in een vlies,
wordt als zoodanig ook wel hoogte ge-
heeten en op het vlies gemetende
werkelijke lengte wordt verkregen door
een strengetje wol in uitgerekten toe
stand te meten.
Men onderscheidt schapenrassen met
korte en met lange wol en daartusschen
allerlei overgangen. Van het vroeger in
Duitschland veel gehoudene kleine Elec-
toraalschaap, had de wol, voor laken
weverijen in gebruik, eene natuurlijke
lengte van weinig meer dan 12 mm.,
thans is de wol voor dit doel zelden kor
ter dan 25 en meestal 3550 mm. lang.
Gestrekt wordt deze dan 15 tot 40 p. c.
langer. Wol voor kamgaren is meer
dan 50, maar zelden langer dan 125 mm
de slichtere wol der kust- en landscha
pen is vaak langer dan 200 mm.
Niet in alle deelen van een vlies is de
wol echter even lang f zij is het kortst
aan de buikzijde.
Gelijkheid. De wolharen van een
vlies moeten in hunne geheele lengte
nagenoeg even dik en die der fijne meri
nos ook even kroes zijn. Oorzaak van
ongelijke dikte kan zijn eene verschil
lende voeding of ziekte van het schaap.
In het laatste geval kan de wol op som
mige plaatsen soms zoo zwak zijn dat zij
afbreekt of, zooals men 't noemt, zich
afzet. Het meest ongelijk zijn echter de
wolharen aan hun uiteinde, waar zij
meer aan de lucht blootgesteld zijn, de
buitenste cellagen min of meer verwee-
ren en daardoor de haren min of meer
afslijten.
Sterkte, veerkracht en rekbaarheid;
lenigheid en zachtheid. Ook deze
eigenschappen hangen nauw samen met
de fijnheid. Grove wolharen zijn wel is
waar absoluut sterker, maar in verhou
ding tot de dikte wint het de fijne wol.
Ook is deze laatste leniger en rekbaar
der en zachter, wat zich gemakkelijk aan
de daaruit vervaardigde stoffen, als fijn
laken en merinos, laat waarnemen. Door
slechte voeding en ziekten worden deze
eigenschappen echter mede gewijzigd,
en onder deze omstandigheden wordt de
wol niet zelden onsterk, murw en bros
en breekt alzoo gemakkelijk. De veer
kracht, waarmede ook samengaan, de
zoogenaamde krimpkracht en volbaar-
heid der wol, laat zich o. a. beoordeelen
oorn