r Arbeid adelt KERSTMIS Kerstverhaal. KOLEN Landbouwweekblad Brief van Nonkel Wisius KERSTLIEDJE VOOR VLAANDEREN Landbouwers, leest etfö'ers prei rit uw blad. ZONDAG 26 DEC. 1920. Prijs 10 centiemen. 3«k JAARGANG. Nr 105 Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON, Burchtstraat, 3, Aalst. Aankondigingen volgens akkoord. Abonnementsprijs 5,00 frank 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Deze schoone feestdag herinnert ons a groot feit in de wereldgeschiedenis geboorte van Gods Zoon die r menschen verlossing op de wereld ram. In de nabijheid van het stadje Bethle- :m trokken, ruim negentien eeuwen •leden, een paar arme nederige men- hen een stalleken binnen. Geheel den rond zochten ze tevergeefs een onder- timen in de stad, maar nergens werd deur voor die arme doolaards geo- end. En daar in 't veld, in een schuil- aats van dieren werd de Verlosser der /ereld geboren. Hoevele schilders schetsten die ge- iorte af en door hoe menig lied werd bezongen. Ziet de machtige schilderij kn een onzer groote meesters en be- onderterde liefde, de vrede en de moe van dat godlijk drietal. Bewon- •r dat samenzijn van de godheid met dieren der aarde, in hooi en stroo en ,de doeken gewenteld, terwijl in de achtige paleizen van Palestina de har- e speelden bij bras- en feestpartij En zoo begon Hij zijn leven in nede- gheid, armoe en ontbering. Zoo ging ijn leven voort en alles sprak in Hem m Liefde. Alles in Hem verschilde zoo eel van de woeste nijd, de drift naar oud van anderen. Hij was het toon- eeld van de menschen en kwam tot ons "door zijn voorbeeld en zijne leering en weg tot den hemel te toonen Zijne leering Hoe schoon is ze, hoe oorbeeldig Liefde en Rechtveerdig- eid Liefde Geen haat, noch wrok, geen ooze nijd, geen zelfzucht noch hoog- ioed Reine liefde tot alle menschen. leen vermaledijding, geen vloek tot de ondaars, maar vergiffenis, erbarmen, enade Rechtveerdigheid Geeft aan God rat aan God en den Keizer wat aan den leizer toekomt Recht door zee, in nbaatzuchtigheid geen geldzucht,geen ledrog, geen dieverij, noch joderij, geen uichelarij, noch pilaarbijterij Geen [waadsprekerij, geen eerroof Hij preekte zijn leer aan het volk, aan ille standen van Palestina. De armen 'olgden hem de rijken, de pharizeërs leden hem ter dood brengen. Negentien honderd en twintig jaar is t geleen en nog altijd en immer voort, neren wij de blijde verjaring van Chris- •us' geboorte En welhaast klept het klokje van de ïederige, wellicht met sneeuw bedekte dorpskerk om ons het blijde nieuws te verkonden Vrede op aarde aan de menschen van goeden wil En de oude pastoor zingt zooveel ja ren met immer verflauwende, toch nog Joeke stem Gloria in Exelxis Deo iie brave, goede man, de weerdige op- o/ger van Christus. Nederig maar weerdig trekt hij door 't leven en vervult zijn ambt met heilige toewijding. Zijn mond spreekt van - .Liefde en op zijn predikstoel verkondigt ijlmj sinds zoo lange jaren de schoone VJ 'urheden van het Evangelie. Beschim- V -n -ggtTooi', noch verwijt kwamen J-iine lippen. Hij hielp den arme in site. toostte de bedroefde en ongeluk- 1 kie, hi\p de zieken en bereidde hen de weg Qt het eeuwige Vaderland. Hij u'ep de zedige doolaard met goede o»rden enbracht hemiaar des Hee- ren schaapstal terug. Hij kende de geld god niet en maakte geen onderscheid tusschen zijne schapen.Hij was een ware apostel van Liefde en Rechtvaardig heid En met Kerstdag zingt, hij weer in zalige verrukking, wijl al zijne parochi anen in stilte meejuichen:"Glorie in den hemel, en Vrede op aarde aan de men schen van goeden wil.,, 't Is nacht, De vlokjes vallen zacht, Door 't stille veld verloren, In 't stalleken, koud en klein. Waar os en ezel zijn, Een Kindjen is geboren. Het Wicht Dat daar zoo schamel ligt, In armoede is begonnen Zijn droeven levensloop... O, mensch, vertrouw en hoop Uw hemel is gewonnen O Heer, Zie thans op Vlaandren neer, Dat 't eindlijk worde herboren, Maak elk van goeden wil Verbidden wij U stil, Of redloos is 't verloren 1 Fons Van de Maele. weerkomen naar huis en zullen de Duit- schers hem niet meer pakken en hem niet meer slaan Hun lipjes waren niet rap genoeg om al de gedachten te vertolken die in hun hoofdekens opkwamen. Ja, zei moeder met een zucht; als ge zoetjes zijt en schoon bidt dan zal het kindje Jezus komen en dan is de oorlog voor altijd gedaan. Dan ging ze voort met bidden en de kinderen waren heel braafjes en voort luidden de Kerstklok ken en spraken van vrede, vrede aan de menschen van goeden wil. Vrede 't Was Kerstavond van 't jaar '17, de vader, Fred Stokers, was al drie maand opgeëischt en nog geen t minste nieuws was van hem thuis aan gekomen, Bij boer Lenders had hij heel den oorlog tot dan toe gewerkt met een vlijt en een zorg alsof het zijn eigen zaak gold. Lenders had al gedaan wat hij kon om hem uit de Duitsche klauwen te krijgen, doch niets had gebaat, op t laatst hadden ze hem zelfs bedreigd hem mee te voeren en zooveel het in zijn be reik lag, hielp hij de vrouw en de kinde ren honger zouden ze niet lijden. Een paar dagen voor Kerstavond had de boer een vet varken geslacht, de helft voor hem, de andere helft... ja God ,weet voor wie het al was. Doch zijn eerste gedacht was voor de vrouw en de kin deren van Fred, die goeie, brave Fred, kon hij er maar van meesmuilen En een groote schotel vol, deed hij voor de Stokers gereed zetten, voor hun Kerst mis, een kostelijke zending Eerst eten, vrouwke, en dan ver tellen, want ik zie ze... Ook bij boer Lenders was er vrede in huis, innig zielsgeluk om zijn menschlie- vend werk nooit was hij zoo gelukkig geweest en hij vergat een paar uren al het andere wee, dat de wereld vervulde. Reeds duurde de oorlog meer dan drie volle jaren en nog was er geen hoop op vrede dag en nacht donderde het kanon maar altijd door, dat de deu ren rammelden en de grond daverde. Zonder genade, altijd vechten en bloed vergieten, moorden ginds in 't hoekje van West-Vlaanderen. Was ginder aan de fronten de strijd hardnekkig en on verbiddelijk, hier in den lande werd er ook bitter geleden. Er was geen brood te veel, de winter was hard en de kolen raar en spijts weer en wind waren de opeischingen aan den gang... Jongens werden uit de ouderlijke wo ning gesleurd, vaders van vrouw en kinderen gescheiden en allen in beesten wagens gestampt om voor hun beulen slavenwerk te gaan verrichten in ge vaarlijke sectors, en hun loon dertig pfennig, verwenschingen en slagen vooral. Dat waren wel de schrikkelijkste en de meest folterende dagen die ooit een volk zal beleefd hebben Nog siddert en beeft ons hart als wij aan dien vreeselijken tijd terugdenken, Stil in den eenzamen donkeren avond zat een jonge moeder in haar huisje on der den toren met drie bloeikes van kin deren rond haar bij ee n smeulend vuurtje te bidden in het achterkeukentje, te bid den om vrede. De kleintjes waren heel stil en de handjes gevouwen keken ze nu en dan met hun bedrukt wezentje naar hun moedertje op het was de vóóravond van Kerstdag. Daar begon nen de groote klokken te luiden, de kerstklokken, zwaar weerdreunden de slagen in de stille woon, maar toch blij feestklokken vredesklokken De kleintjes keken ondervragend op en onderbraken Is 't nu Kerstmis, moeder Komt 't Kindeken Jezus nu en zal 't nu vWde zijn en zal vader nu mogen In de verte luidde het klokje van het klooster de Middernachtmis, Kerst nacht het klonk als een gemengd koor van blijde Engelen die zongen Gloria in excelsis... En vrede op de aarde aan de menschen van goeden wil... P.HELENAERT. De moeder keek op naar het uurwerk zeven uur slagens gereed, en ze zei tot de twee oudste allo, kindjes, slapen gaan en morgen vroeg is t Kerstdag Het kleinste lag al te slapen in haar schoot en de twee andere begonnen uit te spelen. Met eens hoort de moeder een gerucht aan de voordeur stil, st... zegt ze luisterend. Ja, er is iemand aan de voordeur, wie komt nu nog, zoo laat de deur schuift open, een gerucht in de voorkeuken,iets op de tafel de deur weer dicht, een stap naar buiten en... niets meer, alles weer stil... Ongerust neemt de vrouw de lamp op braaf zijn, kinderen en wil gaan zien. Daar wordt gerammeld aan de klink van de achterdeur. Wat nu Zij zet de lamp neer en staat met bevend hart te wachten, te luisteren... Een tweede maal werd met de klink duchtig gerammeld. Wat gedaan De blokken uit en gaan zien. Een hand op den zwaren grendel en een aan de deurpost, vraagt ze met lage stem Wie daar Ik, Fine, fluis terde een vermoeide keel. De deur vloog open en man en vrouw in malkanders armen roerend schouwspel Maar waarom zijt gij eerst aan de voordeur geweest Ik 'k Ben op straat niet gewaest. Ik heb nochtans voetstappen ge hoord. Neem de lamp, we gaan eens kij ken. Samen gingen zij in de voorkamer. Daar stond op de tafel,onder een grauw papier een volle schotel varkensvleesch en van 't beste Fred en Fine bezagen elkaar ondervragend. Maar dat is de schotel van Lenders, die erken ik als mijn eigen schoenen Die brave Len ders Moeder nam de schotel en samen trokken zij de keuken binnen daar was er blijdschap en vrede in huis op dien heiligen nacht. Maar, Fred, zei de vrouw, als het eerste vreugdevuur wat verminderd was, hoe zijt ge nu eigenlijk hier geraakt en moogt ge blijven Beste Redactie, ik neem nogmaals de pen in d' hand om U over alles wat te spreken. Vooreerst moet ik U proficiat wen- schen omdat de Koornbloem zooveel verbeterd is. Het is ongelooflijk hoe mij dat deugt doet te zien hoe dat onze boe- J renzaak vooruit gaat en overal veld j wint. De gazet, het magazijn, de brand verzekering, de leden de abonnenten al les wint meer om meer aan. Zelfs ons lokaal wordt een perel van leven en verteer, maar terwijl ik van 't lokaal spreek moet ik U zeggen dat al de dui venmelkers op hunnen loer liggen tegen dat de zonna wat hooger komt en dat de gevleugelde lievelingen de lucht door kruisen. Zij hopen dat de pas gestichten duivenbond goed zal op de pooten staan en dat de dappere inrichters zullen ge reed zijn met al hun materiaal om bij de warme dagen eenen prijskamp te geven. Maar dan zult ge nog een stagie of twee op ons lokaal moeten doen op metsen; er moeten toch wel vier verdiepen zijn en met een ophaalder gelijk in den bazar te Brussel. Op 't hoogste moeten dan de duivemelkers lager de assurantie, daar onder de boerenbond en op 't gelijk vloers de bierzuipers. Als ge dat kunt bekomen zal ik een pluimken op uwen hoed steken. Zoo worden we langs om meer verbroederd en verbonden, Dees week wil ik voor ons gemeente eene aanvraag doen naar de mannen van Nieuwerkerken om eens die filmen af te zenden van hunnen cinema die ze met hunnen feestdag gespeeld hebben. Volgens de groote gazetten is het iets buitengewoons en daar er bij ons met den oorlog ook alle soorten van ratten muizen en schamateurs van suiker en cacao bestaan hebben, zouden de. men schen dat natuurlijk ook eens geerne zien. Verleden week heb ik nog eens harte lijk gelachen om de toeren van een on zer dorpsmeneeren. Hij liep al de huizen af om aan de boeren te vragen toch niet langer deel te maken van den boeren bond Redt U Zeiven. Hij kwam ook in mijn geburen bij een klein boerken maar die ook schoenlapper van beroep is. Nadat mijnheer Schimmelpenninck zijn vooiske afgezongen had "dat hij niet zou gerust hebben vooraleer onzen bond kapot was zegde onze schoenlapper I Zie menheer ik zou willen bij uwen bond komen als ik al uw werk mag doen aan uw schoenen. Ja vriend, - zegde menheer - maar ik verslijt weinig schoenen en ik ga ge woonlijk bij Jan op 't dorp. Hewel menheer zoo ge moet loo- pen om onzen bond kapot te krijgen zult ge zooveel schoenen verslijten dat Jan ze niet op tijd zal kunnen herstellen. Waarop menheer drupneuzend de deur uit trok. Bij mij, ongelukkiglijk komen die hee- ren niet binnen. Ze weten dat mijn ant woord gereed ligt en dat ik daarom te oud geworden ben en op mijn leven te veel gezien en geleerd heb om mij nog langer bij den neus te laten leiden door de menheeren van 't dorp. Bij goedzakkige boerkes of ongeleerde menschen trekken ze drij maal per week binnen en ze praten, ze smeeken, bidden met betraande oogen en knielen met ge vouwen handen om toch medelijden te hebben en bij hunnen bond te komen. Bijzooverre dat weemoedige menschen beginnen te snikken en uit compassie toch maar ja knikken, terwijl hun oogs- kes vol tranen staan. Wat is de wereld een dal va^ tranen en wee en wat heb ben die heeren een ongelukkig leven van zoo voor de minste boereman of boere- vrouw tot in het zand te knielen terwijl hunne tranen met beken de deuruit vloeien 1 Maar allo, ik durf niet verder over die triestige, droevige, met tranen door weekte toeren niet langer spreken eer de lezers van de Koornbloem ook in on macht vallen. En ge moet weten dat is mijn bedoeling niet want ik weet dat onze Lieven Heer liever een blijde geest ziet dan een droeve. Laat ons dus Vroo- lijk zijn dat de groote vorst nu voor een tijken over i,s en dat we weer aan t eten kunnen voor de beesten. Volgens ik hoor heeft de vfleceman hier en daar al nen deel patatten doen vervriezen 1 Waar dat allemaal zijn ver stand in steekt als er reeds zooveel te kort is voor mensch en dier 1 Maar is 't waar, komt er weer een schip kolen voor de leden van den bond Zoo dat zoo is zal elk kunnen zijn provi sie opdoen van beste kolen, want tegen woordig trekken de meeste meer op steengruis als op brandstof. Ik moet U voor 't laatste zeggen dat ie dereen van ons dorp met vreugd vernam dat er een magazijn is te Burst. Nu is het toch zooverre om altijd naar Aalst te komen en ik verzeker U dat er op een maand tijd meer dan duizend nieuwe le den zullen bijkomen van ons streek, Ik denk dat de bestuurleden eens naar de gemeenten zooals Letterhautem, Vlec-- kem, Sint Lievenshautem, Borsbeke, Burst, Hillegem en meer andere zullen komen om er boeren aan te spreken op eene vergadering en ze te overtuigen van de voordeelen van onze vereeniging. Allen moeten bij ons broederlijk ver- eenigd zijn. Hoe meerder hoop hoe beter koop. Besten dank en tot later. NONKEL WISIUS. Er wordt aan de leden van onzeïi bond bekend gemaakt dat een schip beste huiskolen 60 grof op weg is en deze week in Teralphene-Denderleeuw zal stilhouden. Het zal verder opvaren naar Aalst na eerst de leden der dichtst- gelegene dorpen te hebben bediend. De hoedanigheid is gewaarborgd uitstekend en de prijs fr. 15,75 per 100 kilos, Degenen die van deze kolen begee- ren, moeten zich zonder uitstel bij hun nen plaatselijken schrijver doen inschrij ven. Njlen geeft tot 3000 kilos per per soon. :v. Xv.v.vlv'v'v RNBL f

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1920 | | pagina 1