Arbeid adelt t den tijd mee SPAAR-LEENBANK Landbouwweekblad Dreigende watergebrek in België Voor een grootere VoortDrengst Haspengouw en de Hooge Venen en onze Landbouwverdediging. ZONDAG 24 JULI 1921 Prijs 10 centiemen. 3de JAARGANG. Ni 135 Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON, Burchtstraat, 3, Aalst, Aankond gingen volgens akkoord. Abonnementsprijs 5,00 frank 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. ;jjDe beste zakenmenschen, zegt men, gaan steeds met hun tijd wee als ze wil len blijven vooruitgaan in den geweldi gen strijd voor 't leven. Nu nog meer dan vroeger, geldt de spreuk, dat het recht niet zegeviert door het recht, maar door de macht. Welke zal onze macht zijn, van ons, boeren Elk die de degelijke artikelen van Sander Het Oude en het Nieuwe gelezen heeft, zal nog wel zijn antwoord op die vraag onthouden hebben Eendracht door de vereeniging van al onze stand- genooten in één algemeen Belgisch syn dikaat zal ons de eerste macht geven.,, Ja, laat ons maar gerust zeggen zoo'n syndikaat zal onze eenige doeltreffende macht zijn. Wij moeten er kost wat kost toe ge raken een landbouwersyndikaat in te richten, dat is nieuw, modern, vooruit ziend, dat is ontegensprekelijk prachtig 1 Maar... Als Sander het me toelaat, ten andere hij verlangt dat ieder vrij en vrank zijn gedacht neerschrijve over Het Oude en het Nieuwe of liever over het nieu we alleen: het syndikaatzou ik gaarne enkele beschouwingen in 't midden bren gen. Het is onbetwistbaar dat de Belgische landbouwers van geen tel zullen blijven, zoolang zij niet beseffen dat tegenwoor dig al de leden van een stand op het standpunt moeten staan van een voor allen en allen voor een niet met woor den, maar met de daad, en dit kan ik ben er volledig mee t akkoord alleen door het tot stand brengen van een machtig syndikaat verwezentlijkt wor den, en waarvoor geen beter bewijs dan bij de werklieden syndikaten. Door hun synkikaten worden onze werklieden en dit is rechtvaardig 1 gesteund, be schermd en desnoods verdedigd. Door wien of door wat worden wij, arme boerkens, verdedigd, beschermd of ge steund 1 In Gods naam door niets, door niemand. Ja, wel zullen wij mis schien in de Kamer enkele ware, trouwe boerenvrienden hooren, maar wat kan hun klein getal, tegenover de overwe gende macht van ons vijanden of van de onverschilligaards Zoodat het den schijn geeft alsof heel het land tegenover ons staat en strijdt. En werkelijk zoo gaat het immers in de wereld zijt ge zwak dan krijgt ge stooten en stampen van alle kanten. Als de leeuw, de koning der dieren, gezond is, wordt hij door al en gevreesd en geëerd maar in de fa- >el wordt verteld, toen hij zekeren dag ziek gevallen was, de ezel nog de eerste was om naar te stampen en te slaan Onze stand is de leeuw, als we willen, eene sterke gezonde leeuw vol kracht en macht en niemand zal het wagen hem te tergen. Maar helaas, de boeren zijn nog van elkaar gescheiden door kleine en groote veeten, hen ontbreekt vooral nog die solidariteit, die geest van broe derschap weinige onder ons kennen de zoetheid van de liefde in den gemeen- schappelijken strijd voor 't zelfde stands- belang, wij zijn, laat het ons maar recht uit biechten, zoodanig het buigen en bukken gewend, dat wij niet dur ven, ja den moed niet hebben om te gelooven dat, als we maar willen vooruitwe met ons getal kunnen wat wij willen. Veel boeren schijnen te gelooven dat zij geen menschen zijn als andere menschen van zich vroeger steeds voor stomme ezel te hooren verwijten, zijn zij er om zoo te zeggen, toegeraakt het als een echte waarheid aan te nemen. Die geest moet veranderen, dat gedacht moet er eerst uit, de boeren moeten overtuigd zijn van hun waardigheid als mensch, ze moeten gelooven in de werkelijkheid van hun organisatie, elk moet geestdriftig zijn steen bijbrengen voor dat grootsche gebouw, dat landbouwerssyndikaat heeten zal. Niemand thuis, allen er bij 1... Weliswaar de werkliedensyndikaten zijn tot eene verbazende macht aange groeid. De geschiedenis is daar noch tans om te bewijzen dat niet op enkele maanden die macht ontstaan is, maar dat het jaren zweet, geld, arbeid en zelfsopoffering heeft gekost om zoover te geraken alle dingen moeten hun tijd hebben. Nochtans moeten wij er op den kortst mogelijken tijd toe komen, dit syndikaat op stevige en onvergankelijke grondvesten op te richten. De oorlog heeft ons boerenmenschen een eind vooruit gebracht in den maat- schappelijken ommekeer, maar, zooals ik het daar heb gezegd, ontbreekt aan ve len onder ons nog het solidariteitsge voel, 't is te zeggen het syndikaal bloed en dat kan er niet ineens ingepompt worden. Ik betwijfel het niet of al de led^n van R. U. Z. zullen dadelijk bij springen, maar daarbuiten staan er velen die zeggen ik zou wel 1 Ik zou... dat is geen woord van een eerlijk man een man met een hart en een geest die zegt kort weg ik wil en hij doet het Een hoop blijft er voor mij nog opdat die geest zich rasser ontwikkele onder de boeren en dit is mijn vaste overtui ging dat zijn de landbouwkamers met heel die wetgeving zooals we ze duide lijk besproken en uitgelegd hebben. Hebben de landbouwers het geluk met die zoo kostbare instellingen be deeld te worden, dan zal voor hen een nieuw tijdperk aanbreken en dan zullen zij met groote stappen gaan op den weg van het syndicalisme. Dit zeg ik niet om de besten te ontmoe digen, in tegendeel, van nu af aan moet de hand aan het werk geslagen worden, het één zal het andere volledigen of hel pen verwezenlijken. Daar ligt voor ons een eerlijk land te bewerken, een stuk dat rijke oogsten zal dragen, geen werk, geen zweet ge spaard, de djakke in de lenden van de paarden en vooruit op het veld, waar de zonne daagt. H. Klopterop. De aanhoudende droogte brengt voor ons land het groot gevaar van gebrek aan drinkwater mee. De toestand wordt met den dag erger en de Inter- kommunale Watermaatschappij vreest dat zij kortelings groote beperkingen zal moeten brengen in de bevoorrading, zooniet het water geheel en gansch zal moeten afschaffen. Deze maatschappij heeft onlangs de inwoners der verschil lende steden en gemeenten, welke zij be dient, verwittigd dat zij spaarzaam met het water moesten omspringen. Deze verwittiging is niet genoegzaam aanhoord geworden. Eikendag overtreft het waterverbruik den beschikbaren voorraad, die dagelijks mag verbruikt worden, zoodat de algemeene voorraad op het punt is uitgeput te geraken. In dien de bevolking niet wil hooren zal zij moeten voelen, want, indien er geene beperking wordt gebracht aan het ver bruik, dan zal de waterleiding totaal af gesneden worden. Begrijpt men welke schrikkelijke ge volgen die gebeurlijkheid zou medebren gen, zoo voor de gezondheid als voor de openbare veiligheid Dat de water- verkwisters eindelijk eens redelijk wor den. Ten einde de landbouwopbrengst te vermeerderen, gaf het. Ministerie van Landbouw onlangs twee vlugschriften uit, in dewelke na aangetoond te heb ben hoe noodzakelijk het is én voor voortbrenger én voor verbruiker, de opbrengst van onzen landbouw steeds grooter en grooter te maken, de midde len worden aangewezen hoe die hoo- gere voortbrengst kan bekomen wor den. Beide vlugschriften behelzen voor den landbouwer nuttige en praktische middelen, waarvan er vele in 't bereik van bijna eiken boer liggen 't is te zeggen, dat dezen die willen veel dier middelen kunnen beproeven en uitvoe ren. Aan de hand dier vlugschriften zullen wij onze lezers met de er in aangegeven middelen leeren kennis maken en hun door raad en daad het in praktijk bren gen derzelfde zooveel mogelijk verge makkelijken. Niet alleen de Belgische regeering en het Belgische volk, maar heel de wereld hield onder en na den oorlog het oog op den landbouw. Nemen wij een klein voorbeeld aan ons land. De oorlog met zijn voedselbeperking en ontzaggelijke economische stoornis sen, heeft heel het land ontredderd daaruit ontstond een crisis die nu nog na 2 1/2 jaar nog immer zwaar drukt op gansch de bevolking. Van hoogerhand werd het noodige gedaan om in die crisisjaren de bevol king zooveel mogelijk hulp bij te bren gen. Wetten, verordeningen, hoogst- prijzen, in- en uitvoervergunningen, de eene goed de andere slecht, werden in werking gebracht, en deze beperking van vrije vlucht, welk voornamelijk met de belangen van den voortbrenger ten profijte van den verbruiker in botsing kwamen, hebben eenigszins de gemoederen van ons boerenvolk opge ruid tegen alle wettelijke of hoogere in menging. Ongelukkiglijk moeten wij toegeven, dat in het treffen van bijna alle hooger- genoemde maatregelen, voor geen greintje rekening werd gehouden met de belangen van de boeren, maar wan neer er nu van hoogerhand middelen worden aangewezen, ons boeren ten goede, dan mogen wij van deze toch wel gebruik maken. Herhaalde malen werd er in De Koornbloem,, nadruk opgelegd, dat ons landbouwers gedurig moeten ijveren om door veredeling van dieren en plan ten als uitlezing, kruisiging, invoering, doelmatige grondbewerking; oordeel kundige bemesting, steeds meer en beter produkten voort te brengen. Dat groo tere opbrengst op onze velden kan be komen worden, leert ons volgende sta tistiek In 1880 gaf 1 heccaar tarwe 15 zakken. In 1895 20 In 1910 steeg de opbrengsttot 25 Die uitslag kan nog verbeterd wor den zelf in die uitbatingen die lange jaren reeds befaamd zijn om de schoon heid en de overvloed hunner voort brengselen, ijvert men nog voortdurend om betere en hoogere voortbrengst met minder onkosten. Men kan steeds beter, hetzij in gewicht, hetzij in hoedanigheid, hetzij in vermindering der voortbrengst- kosten of onderhoudingskosten. Een ernstige landbouwer, die de gegevens der landbouwwetenschap ten zijnen dienste weet te stellen en uit te baten, zal dan ook nooit denken, dat hij met dat dier, die vrucht of deze of gene teelt wijze de geheele volmaaktheid bereikt heeft. ('t Vervolgt). Haspengouw en de Hooge Venenge ven zeker tegenwoordig een overgroo- ten doorslag in onze landbouwverdedi ging door hun sterke organisatie en snelle ontwikkeling. 't Is dus van belang voor ons die streek van nabij te kennen, om uit te maken hoe men er zoo goed vooruit gaat. Haspengouw (Oosterdeel van Bra bant, Westerdeel der provincie Luik en een klein Noorderdeel der provincie Namen) is de streek der groote land bouwbedrijven als in Zuid-Brabant groote hoven met weinig verspreide lan derijen, bruine kleigrond in uitgestrekte lichthellende velden hectaren weiden met heele kudden rundvee hoven met 20-30 koeibeesten en 8-10 paarden zijn er gewone. De pachten staan daar be trekkelijk veel lager, aankoopen van vet en voeder in 't groot gaan voordeeliger en zekerder en 't werk wordt er met halve kosten gedaan machienen om te zaaien, te maaien, te pikken enz. Uit dit alles maakt ge reeds licht op, dat de boeren het daar voor den oorlog reeds zoo scherp niet hadden, dat er meer ontwikkeling is omdat de pachters er zelf weinig werkten en dus den tijd hadden om alles na te loopen en na te zien en ze vrij hunne kinderen eenige jaren konden laten studeeren. Deze zijn daarom niet min boer gebleven, maar zij hebben natuurlijk er veel gemak bij ge kregen om te zien wat recht en onrecht is (ook als het boeren geldt) en de midde len te vinden en den weg tot verbete ring. Terwijl wij hier onder den oorlog dag op dag door de Duitschers en hun ge volg uitgeschud werden en marken op marken moesten afdoppen, hebben zij er natuurlijk heel gemakkelijk een dikke beurs gevuld. Die ontwikkeling en hun geld ('t geld doet nog altijd alles draaien en dansen) hebben het hun gemakkelijk gemaakt zich in korten tijd zoo sterk in te richten en zoover uit te breiden. Het aanpalende Hooge Venenland (oosterdeel der provincie Luik, achter de lijn Luik en Maas) wordt gewoonlijk voorgesteld als een dor bergland, een Kempenland dat eenige honderden me ters hooger ligt dan deze. 't Is een berg land ja, een sfeenland, waar hooge rots blokken boven de banen en rivieren uitsteken, of als donkere logge gevaar ten tusschen 't kreupelhout van de steil ste berghellingen. Maar veruit 't groot ste deel zijner uitgestrekte weiden zijn met oude hagen doortrokken met hier en daar een arduinen hoeve erin. Be werkt land vindt ge er weinig of niet, om de eenvoudige rede dat het veel te steenig is. Hun eenige levensbron is er hun vee, maar 't is een goede weiden leveren weinig werk op en maaien en hooi kee- ren wordt met machienen gedaan en 't is hun dus onmogelijk met weinig volk groote kudden vee te houden. Als besluit zij verkeeren er in veel gunstiger omstandigheden en kunnen ons dus door hun macht, die grooter is dan de onze veel vooruit heipen we moeten dus vast met hen samenwerken en dit zonder eenige achterdocht of knoeierij maar door onze belangen op sommige punten toch wat uiteenloopen, moeien wij ons sterk toonen en zijn, om dat wij als zwakkeren niet zouden ver- trappeld worden. Over onze bijzondere belangen kom ik wel eens terug. S. V. Landbouwersvereeniging van het Arr. Aalst REDT U ZELVEN Sam. Maatsch., Groote Markt, Aalst. Stichting der Afdeeling Er wordt in den schoot der Landbou wersvereeniging van hetArrondissement Aalst Redt U Zeiven samenwerken de maatschappij, gevestigt te Aalst, Groote Markt, overeenkomstig met ar tikel 3, litt. B, par. 1 der Standregelen, eene Spaar- en Leenbank gesticht waar van het reglement vastgesteld wordt als volgt Art. 1Deze inrichting draagt den naam van Redt li Zeiven, samenwer kende maatschappij, afdeeling Spaar- en Leenbank. Haar maatschappelijke zetel is deze van voornoemde maatschappij Redt U Zeiven, landbouwersvereeni ging. Zij heeft eenen afzonderlijken Be stuurder. Art. 2. Zij heeft voor doel, over eenkomstig dit reglement, de haar toe vertrouwde gelden tegen intrest te be leggen en ook leeningen toe te staan op hypotheken of goede borg. Zij mag ook grondpandrechtelijke of bevoorrechte schulden overnemen met verzekerings maatschappijen verdragen aangaan en overeenkomsten treffen om de ontlas- ting des schuldenaars te vergemakkelij ken. Art. 3. Indien een ten voordeele van de maatschappij bepand goed van eigenaar verandert, moet de verschul digde som, ten minste drie dagen vóór deze verandering terugbetaald worden, tenware de nieuwe eigenaar lid wierd en de persoonlijke verbintenis aanging de pandrechtelijke schuld over te ne men. Art. 4. De beheerraad der samen werkende maatschappij Redt li Zeiven heeft de meest uitgebreide macht voor het Beheer der afdeeling.Alles wat door de Wet of door de standregelen niet aan de algemeene vergadering wordt voor behouden, behoort tot de bevoegdheid van dien raad. Hij mag namelijk alle verdragen, koopen en ondernemingen maken en verlijden, alle roerende of on roerende goederen verwerven of ver vreemden, in huur nemen of geven, alle betalingen doen of ontvangen, er kwijt schrift voor eischen of geven alle ont leeningen doen voor korten of langen tèrmijn behalve bij middel van obliga ties alle wezenlijke rechten toestaan alle waarborgen aannemen en er afstand van doen handlichting geven voor alle bevoordeeligde of pandrechterlijke in schrijvingen en voor alle beslagnemin gen of tegenkantingen met of zonder betaling (hunne bevoegdheden, hunne wedden en, in voorkomend geval, hunne borg bepalen) alle zaakgelastigden of bedienden benoemen of afzetten hunne bevoegdheden, hunne wedden en, in voorkomend geval hunne borg bepalen in geval van betwistingen of moeilijk heden voor alle rechtsmachten pleiten als aanlegger zoowel als verweerder alle beslechtingen, oordeelen, vonnissen of arresten bekomen en ze doen uitvoe ren in alle maatschappelijke aanbelan gen onderhandelen, overeenkomen, toe stemmen, in der minne schikken of be slechten. De bovenstaande opnoeming is slechts opsommend en geenszins beperkend. Art. 5. De Raad mag, geheel of gedeeltelijk, zijne rechten overdragen of bijzondere macht geven aan den Afge vaardigde-Beheerder, aan den Alge- meenen Bestuurder, aan den Afzonder lijken Bestuurder en zelfs aan derden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1921 | | pagina 1