Buitenlandse!) Overzicht
Brief uit Iddergem
QUO VADIS
Allerleste Landen en Meersehen
9 schoone KANADABOOMEN,
EEN WOONHUIS
Huizen te koop te Aalst
Uit
||||jj||j|jj^&«vXj^|||jp£^^|jjjj|y&%!j%ff!^
doen opmerken, dat het zeldun in e
praktijk voorvalt, dat iemand zijn recht
op een gemeenen muur afstaat, gezien de
groote voordeelen die er aan vast zijn
een muur in gemeenschap te bezitten
daarbij, met het recht van mede-eigen
dom af te staan, verliest men terzelver
tijd ook zijn recht op de helft van de op
pervlakte van den grond waarop den
muur staat. Verder is het afzien der ge
meenheid niet mogelijk, wanneer de ge-
meene muur een gebouw ondersteunt
van den gebuur, die van de gemeenheid
zou willen afzien, (zie ons voorgaande
artikel) Doch, indien nu, buiten alle
waarschijnlijkheid, de beide mede-eige
naars van de gemeenheid afzien, dan zal
volgens Demolombe het volgende plaats
hebben De muur zal zoo blijven, tot
hij meer en meer in puinen vergaat, en
dat er op den duur geen muur meer zijn
zal. En dan, wanneer die muur zich in
eene stad of een voorgeborchte bevindc.
zal de eene gebuur den anderen tot af
sluiting kunnen verplichten (art. 66j
B. W.) Is het op den buiten, dan zal er
geen afsluitingsmuur meer bestaan en
de beide geburen zullen onder hen den
grond en de overgebleven bouwstoften
verdeelen.
Terloops zij hier de lezers aangeraden,
wanneer zij over een of ander punt uit
leg verlangen, vrij gebruik te maken van
de toelating die wij hier geven ons vra
gen te stellen. Die zullen altijd met veel
bereidwilligheid worden beantwoord.
Tevens drukken we den wensch uit dat
de bevoegde Overheden meer voor
drachten inrichte over deze kwestie.
C. - DE GRACHTEN.
Art. 666 Alle grachten tusschen
twee erven worden gemeen vermoed,
indien er geen titel of teeken van het
tegendeel bestaat.
Er is teeken dat de gracht niet gemeen
is, wanneer de kade of uitgeworpen aar
de alleen aan de eene zijde van de gracht
gevonden wordt alsdan gerekend uitslui-
telijk te behooren aan degene langs
wiens kant de opgeworpen aarde zich
bevindt.
Door kade verstaat men een dijkje op
den boord van den gracht, gemaakt om
het overstroomen te beletten.
De uitgeworpen aarde is de aarde,
die voortkomt van de delving of kui-
sching der gracht. Er bestaat geen an
der teeken van niet gemeenheid der
gracht dan dit hierhooger aangehaald.
De niet gemeenheid kan nog voort
spruiten uit eenen titel, zooals bijvoor
beeld eene akte, welke de juiste afmeting
van het erf bevat en waaruit blijkt dat
de gracht niet op de scheidingslijn maar
geheel op zijn erf valt.
Eindelijk kan ook de niet gemeenheid
voortspruiten uit de verjaaring van 3U
jaar, indien de gewoone voorwaarden
der verkrijgende verjaring vervuld zijn.
(Demolombe)
Wanneer we te doen hebben met een
niet gemeene gracht zijn er door de
wet zekere voorwaarden vereischt, die j
dienen nageleefd te worden om haar
mogen te graven
1°) De niet gemeene gracht moet ge
maakt worden, op een afstand van den
anderen eigendom gelijk aan de helft
der diepte van den gracht.
Die afstand zal van de geheele diepte
zijn indien de gracht tegen een akker of
bebouwden grond gemaakt is. Een voor
beeld zal dit ophelderen Ge wilt eene
gracht maken palende aan een bosch of
eene weide de diepte der gracht is l m.
dan moet gij hem op een afstand jmaken
van het naburig erf van 1 m. 2 o,5o
m.Wilt ge nu een gracht maken van
1 m. die op uw land, dat aan een be
werkten grond grenst, dan dient de a
stand 1 m. te bedragen.
2°) De grachten dienen ellend te zijn
gemaakt langs de zijde des gebuurs en
op zoodanige wijze, dat zij aan het at-
stroomen der waters niet kunnen hinde
ren.
Rechten en verplichtingen voortko
mende uit de gemeenheid der gracht.
a) Rechten De rechten zijn deze
van iederen mede-eigenaar, te weten
Het recht om van den gracht alle ge
bruik te maken en alle nut er uit te tr^h~
ken welke hij goed acht, zoo van het
water als van de boomen en gewassen,
welke daarin groeien. Dit alles echter in
gelijke mate met den gebuur, die even
eens op die gracht het recht heeft van
eigendom bezitzoodat de voortbren-
selen der gracht, als gewassen en aarde
uit de gracht gevoerd, tusschen beiden
moeten verdeeld worden. (1)
b) Verplichtingen De gemeene
gracht moet op gemeen kosten worden
onderhouden.
('t Vervolgt)
vijand te arbeiden, lieten zij zich dood
schieten, om aan deze barbaren te willen
ontvluchten. Daarom reken ik het mij
als een plicht en vraag mij af waarom
Iddergem het eenig dorpje in Vlaande
ren is, waar de namen onzer duurbaie
helden niet eeuwig zouden mogen prij
ken en vereerlijkt worden.
Hopende dat alle ingezetenen aan
dezen vaderlandschen plicht zullen vol
doen, breng ik een laatste hulde aan
mijne zoo diepbetreurde makkers, geval
len op het veld van eer en meteen aan
mijnen dierbaren broeder en aan allen
die stierven voor onze vrijheid.
Leon Cobbaert.
stel, en werd door een machtigen stoot
in de ruimte geschoten, met eene snelheid
van 75 kilometers per uur, zoodat het
tuig seffens vlucht kon nemen. De re
geering der Vereenigde Staten zou het
inzicht hebben al de oorlogschepen van
zulk een toestel te voorzien.
voor-
Als gemeenteraadslid en in naam der
gansche bevolking neem ik de eerbie
dige vrijheid aan mijne collegas te ver
zoeken mede te werken tot het bekomen
van electrische verlichting.
Daar er sinds één jaar reeds inrich
tingen zijn gedaan in verscheidene hui
zen tot het gebruik van licht en dezen
nog in de onmogelijkheid zijn zulks te
benuttigen, om reden dat de gemeente
eerst moet voorzien zijn van een trans
formateur (veranderingspost), ware het
wenschelijk en ieders belang daartoe
voldoening te bekomen.
Ook wil ik de aandacht trekken van
eenieder van onze gemeente, voor het
oprichten van een gedenkzuil voor de
gesneuvelden en martelaars onzer ge
meente. Waarom mag Iddergem, die
zich zoo moedig heeft gedragen gedu
rende de bezetting, zulks niet vereeuwi
gen Liever dan zich te laten wegsturen
naar vreemde kampen om voor den
De nationalistische oproerige bewe-
ging in Britsch-Indië is, ondanks de
aanhouding van de voornaamste onrust
stokers. verre van geëindigd. De mophas
beschikken over zeer modern oorlogs
materiaal en hun leger werft voort
durend nieuwe manschappen. Sinds
eenigen tijd echter is de strijd in hoofd
zaak op ekonomisch gebied overge
bracht men wil nu door stakingen en
boycot van den Engelschman trachten
het nationalistisch doel te bereiken. In
het Noorden zijn 20,000 wevers een
proteststaking begonnen. Te Calcutta
zijn 10,000 arbeiders in staking. Er is
een fonds gesticht ter bestrijding van de
anti-Engelsche propagandakosten.
In Malabar breidt intusschen de op
standsbeweging zich nog voortdurend
uit. Men vreest dat de onlusten zich tot
Noordelijk Malabar zullen uitbreiden.
Verscheidene pachters zijn naar Calcut
gevlucht.
De Engelsche regeering gaat intus
schen voort met het nemen van noodige
maatregelen, om de revolutionnaire be
weging te onderdrukken.
In Magazijn.
Zeebergkaai, Aalst.
Alfons Goosens, Burst.
Alle dagen te bekomen in den
middag van 7 1/2 tot 11 uur.
(Hieronderstaande prijzen gelden
voor de week van Maandag tot Sa
terdag inbegrepen en alles per» hon
derd kilos of met volle zakken geno-
men).
(Zonder zakken).
Maïs (Plata) 43,00
(extra kwaliteit!
Kleine duivenmaïs 43,00 (verw.)
Inlandsche zemelen 45.00
Witte kriel 54,00
Bloemkerns 58,00
Bloem (000) 101,50
Kleine bloem 65.00
Haver inlandsche 67,00
Gebroken Rijst 80,00
Lijnzaad E20
Cocoskoek 82,00
Arachidekoek 83,00
Gerst 48,00
Met zakken inbegrepen
Inlandsch lijnmeel 77,00
Amerikaansch
Gemalen maïs
Arachidemeel
Amerik. zemelen
i Fransche Kriel
Superphosphaat
Drooge pulp
Beproeft onze
79.00
48,00
85.00
43,00
50.00
19,00
Te Chicago was een persoon, die ter
dood veroordeeld werd, op het punt
door verhanging terechtgesteld te wor
den. Op het laatste oogenblik echter
werd de strafuitvoering geschorst daar
er twijfel opgerezen was nopens de
plichtigheid van den veroordeelde.. De
ze werd voor een nieuwen jury gedaagd
en deze sprak den man vrij.
De gewezen ter dood veroordeelde
vroeg nu als gunst dat men hem de koord
zou schenken waarmede men hem had
willen opknoopen. Hij kreeg ze en hij
heeft er een schommel mee vervaardigd,
waarin zich thans de kinderen uit zijne
buurt lustig vermaken.
IN
der
44,00
UC(Jlutu kleine bloem, profi
teert van de voordeelige prijzen.
KRUGER-PLANTGOED IS
MAGAZIJN BESCHIKBAAR.
DROOGE PULP wordt begin
week verwacht.
GERST. Er is eene partij gerst ot
skoekeloen gekocht, die gezond is en
een goedkoop voeder zal zijn voor de
dieren in magazijn beschikbaar aan 48 Ir.
de 100 kilos zonder zakken.
BESTE TAFELAARDAPPELEN
(van Hollandsche oorsprong/ worden
in magazijn verkocht aan 45 fr. de
kilos zakken toe.
Studie van Notaris DE
te Aalst.
VIS,
OPENBARE VERKOOPING
van
te MOORSEL, Nieuwstraat.
De Notaris DE VIS, te Aalst zal
openbaar verkoopenEen onlangs
In de Amerikaansch stad Philadelphia
heeft men proefnemingen gedaan om
vliegtuigen in gang te zetten bij middel
van een bijzonder toestel. Een water
vliegtuig, met twee personen aan boord,
werd geplaatst op de wieg van het toe-
henryk sienkiewicz.
nieuw gebouwd woonhuis met grond, te
Moorsel, Nieuwstraat, tusschen de Sta
tie en Dorpplaats, groot 2 aren 20 ca.
Bewoond door den eigsna^ Frans Hen-
drickx-Goossens. Ingebru. <tr?ding met
1 Januari 1922. r
Eenige Zitdag
Zaterdag 19 November 1921,
om 3 uur namiddag ter herberg van den
heer Philemon De Block, te Moorsel,
Dorpplaats.
OPENBARE VERKOOPING VAN
te Erondegem, Ottergem, Haeltert
en Oultre.
De Notaris DE VIS, te Aalst. zal
openbaar verkoopen
Gemeente Erondegem.
1. Land op den Kouter, groot 2i a.
70 ca. Gebruiker Leopold Janssens.
2. Land op den Molenkauter, groot
16 a. 80 ca. Gebruiker Frans Van den
Eeckhaut-De Troyer.
3. Land op Molenkouter, groot 16 a.
Gebruiker Jean De Boeck.
4. Land op Molenkouter, groot 15 a.
70 ca. Gebruiker Emiel Henderickx.
5. Land op Molenkouter, ten deele
op Erondegem enten deele op Otter
gem, groot 27 a. 40 ca. Gebr. Emiel
Slagmulder en Stanislas De Pauw.
6. Land op klein Scheerhuis. groot 21
aren 20 ca. Gebr. Louis Vettenburg
7. Land op Molenkouter, groot 1 7 a.
Gebr. Frans Van den Eeckhaut.
8. Land op 't Hemelsveld, groot 11 a.
70 ca. Gebruiker Cesar Rasschaert.
9. Meerschop Wippelgem, groot 13
aren. Gebruiker Gustaaf Verstuift.
10. Meerschop Wippelgem, groot 14
aren 90 ca. In regie.
Gemeente Ottergem.
11. Land op den Seskenskouter, groot
34 a. 60 ca. Gebr. Leonard en Jan-Bap
tist De Boeck.
12. Land op den Molenhoek, groot
18 a. 40 ca. Gebr. Remy Van denEeck-
hout en JeanDeTroyer.
13. Land op den Doorn, groot 18 a.
70 ca. Gebr. Domien Cooman.
14. Land daarnevens op den Doorn,
groot 28 a. 40 ca. Gebr. Alfons Siau.
15. Land daarnevens op den Doorn,
groot 28 a. 40 ca. Gebr.Leon. DeBoeck.
Gemeente Haeltert.
16. Land op Herbezienveld, groot 15
aren 10 ca. Gebr. Gustaaf Callebaut-
Vyverman.
Gemeente Oultre.
17. Land op het Hoogveld, groot 47
aren 60 ca. Gebr. Désiré Van derStockt,
Michel Sonck en Charles Stevens.
18. Land op den Hoogkouter, groot
47 aren 90 ca. Gebr. Fr. Van Muylem.
Eenige Zitdag
Maandag 7 November 1921,
om 1 uur, te Aalst, ter herberg van den
Boerenbond, op den hoek der Groote
Markt en Veemarkt.
GELD. Kapitalen te^bekomen ter
studie van notaris DE VIS.
iibai
iroerei
Bure
Gi
i'tre
Notarï
derd
lire voo
entehui
oël. te
«stuur
jor eer
ade ja:
lag ae
itzu. aa
legen 1
ti Wet
i op de
pacht
van eei
iet gew
Isbijzoi
:n dat
jaar
«eten 1
stelling
cent in
ad de
lit moe
)e verk
Jen he
al latei
[oop 1
tie B. n
Prosp
loop 2
lie B, i
Ge
loop 2
aerent
aren 4
Soete
1. Schoon onlangs nieuw gebouwd
Renteniershuis, Dendermondsche steen
weg nr 50.
1Schoon Handelshuis, Kerkstraat,
geteekend nr 22, met uitgangspoort in
de Rosmarijnstraat, groot 3 aren.
2) Renteniershuis hoek der Brussel-
schestraat en Houtmarkt, dienstig voor
handelshuis.
3) Huizen in de St Camillusstraat.
4) De herberg In den Zeshoek
nr 7, hoek Dendermondsche steenweg
en Veldstraat, bezondere ligging voor
groot handelshuis, hebbende 2 deuren,
en 5 vensters zicht gevend op 6 straten.
5.) Het Winkelhuis daarnevens nr
Veldstraat.
Zich te bevragen ter studie van No
taris DE VIS. te Aalst.
M;
2 ur
ter
utter.
Schoc
stallinge
«/raat.
Een s
t Aalst
lerberg
Een
Aalst, A
uiddell
4 sch
gen te
uiers 11
Een
gen te
Aalst-C
Gentse
bruikti
Een
renten
weg, r
verkoi
Eer
gem.c
schoo
zeer d
dellijk
Zie
MEE
kleine
goed
Studie van den Notaris MEERT
te Erpe.
OPENBARE VERKOOPING VA1
te ERPE, Halfbundel.
De Notaris MEERT te Erpe, zal na
mens den Ondervoorzitter der Recht
bank van Gent, heer Eugeen Verbrui
ghen, in het openbaar verkoopen I
9 Schoone Kanadaboomen van l,3Ui
tot l,83m. op WOENSDAG 23 NO"
VEMBER 1921.
Om 9 ure voormiddag in het haltDUi
delbosch.
Gewone voorwaarden en kompta
geld.
bij
bc
Ci
(1) Arthur De Vos bl. 200.
Verhaal uit de tijden van Nero
door
2.
Waarom Is. u misschien bij deze gelegen
heid op Pomponia verliefd geraakt Dat zou mij
spijten 1 zij is niet jong meer, en daarenboven erg
terruggetrokken. Ik kan mij geen slechtere com
binatie denken 1 Brrr
Neen, niet op Pomponia l„ riep Vinicius.
Op wie dan
Ja wist ik dat zelf maar Ik weet zelfs niet,
hoe zij heet Lygia of Callina In huis noemt men
haar Lygia, want zij is afkomstig van het volk der
Lygiërs maar tevens draagt zij ook haar vreem
den naam Callina. Het is een zonderling huis het
wemelt er van menschen, en toch is t er doodstil 1
Gedurende eenige dagen wist ik niet, dat daar een
godheid woonde. Maar op zekeren morgen zag ik.
dat zij zich aan de fontein in den tuin, waschte
en ik zweer u, bij het schuim der zee. waaruit
Aphodite opsteeg, dat de stralen der morgenzon
door haar lichaam heendrongen. Toen de zon op
ging, dacht ik dat haar lichaam onder mijn oogen
in licht zou wegsmelten. Sedert dat oogenblik heb
ik haar tweemaal gezien en ik ken geen rust en
vrede meer, begeer ik ook geen vrouwen, geen
goud, geen barnsteen, noch parelen of wijn, geen
gastmalen, maar Lygia, alleen
Als zij eene slavin is, koop haar dan
Zij is geen slavin
Wat is zij dan Een vrijgelaten van Plau-
tins
Zij is nooit slavin geweest, en kan dus geen
vrijgelatene zijn 1„
Dus
Ik weet 't niet 1 Een koningsdochter of iets
dergelijks
U prlkkeld mijne nieuwsgierigheid, Vinicius
Welnu dan, laat ik er u een en ander over
mededeelen, zooals Aulus Plautius t mij zelf ge
zegd heeft. Mijn Lygia werd in gijzeling gezonden
met haar moeder, de echtgenoote van den aan
voerder der Lygiërs, in den oorlog met de Sueven
en Japygers. Na den dood der moeder, die kort
daarna overleed, werd Ligia door Hister, die niet
wist wat hij met haar zou aanvangen, aan Pom-
ponius uitgeleverd, die over Germanlë het bestuur
voerde. Deze keerde, na den oorlog met den Kat
ten, naar Rome terug, en hield daar zijn triomf
tocht. Het meisje schreed toen achter den zege
wagen van den overwinnaar, maar daar een
gijzelaar niet als een gevangene behandeld kan
worden, wist ook Pomponius niet, wat hij met
haar zou beginnen en zond haar aan zijn zuster
Pomponia Graecina, de echtgenoote van Plautius.
In hun huis groeide Lygia op tot jonkvrouw, he
laas even deugdzaam als Graecina zelfs, en zoo
schoon, dat zelfs de bekoorlijkheid van Popaea
aan haar zijde overschaduwd wordt...
En wat wilt u dan eigenlijk
- Lygia wil ik hebben 1 Met deze armen,
waarmede ik nu de lucht omvat, wil ik dit meisje
omhelzen, en haar aan mijne borst drukken. Haar
adem wil ik inademen 1 Was zij een slavin, dan
gaf ik Aulus honderd andere nog nooit te koop
aangeboden meisjes voor haar 1 ik wil haar in mijn
huis hebben, zoolang mijn hoofd niet wit woidt,
zoóals de top van den Soracte in den winter
Al is zij geene slavin dan behoort zij toch tot
de familie van Plautius. En daar zij een verlaten
kind is, kan mijn haar als een alumna beschouwen.
Plautius zou u haar afkunnen staan, als hij wil
de
Dan kent u zeker Pomponia Grarcina niet
Ik ken Pomponia zeer goed een ware treur
wilg 1 en tevens eene ware phnenix onder onze
vier- of vijfmaal gescheiden vrouwen Ook Aulus
Plautius ken ik zeer goed. Ofschoon hij mijn le
venswijze afkeurt, heeft hij toch een zeker zwak
voor mij, en acht mij wellicht meer dan de anderen.
Wanneer u gelooft dat ik iets voor u doen kan
bij Plautius, dan ben ik geheel tot uw dienst.,,
Ik geloof dat u dat kunt. U hebt invloed op
hem en uw scherpzinnigheid is onuitputtelijk in
het uitvinden van middelen. Als u er dus Plautius
eens over spreken wilt...,,
Goed 1 laten wij dan in het triclinium gaan
ontbijten, daarna zullen wij ons naar Plautius la
ten dragen.,,
Vol dankbaarheid en bewondering richtte Mar
cus zijn oogen op het beeld van Hermes, die in een
der hoeken van het geurig vertrek stond, en riep
op opeens uit
Bij het licht van Helios Als de goddelijke
Alexander aan u gelijk was, verwondert Helena
mij volstrekt niet
In dezen uitroep lag evenveel oprechtheid als
vleierij. De vrouwen van Rome bewonderden
Petronius niet alleen om zijn schranderen geest en
zijn goeden smaak, maar ook om zijn sierlijke vor
men. Deze bewondering kon men ook lezen in de
trekken der meisjes van Cos, die nu zijn toga
plooiden, en waarvan het eene, Eunice genaamd,
die in stilte op hem verliefd was, hem vol verruk
king en toch bescheiden in de oogen keek.
Hij sloeg er echter geen acht op. glimlachte even,
sloeg zijn arm om den schouder van Marcus, en
geleidde hem naar de triclinium
Terwijl de overige slavinnen zich verwijderden,
bleef Eunce in het unctuarium achter, hief den met
barnsteen en ivoor ingelegden stoel van Petronius
op, en droeg hem naar de marmeren beeltenis van
haar heer. Het unctuarium was vol zonnegloed en
kleurschakeeringen welke over de marmeren
wanden speelden.
Eunice stapte op den stoel, en sloeg haar armen
om den hals van het beeld. Daarna schoof zij hare
gouden lokken weg, en terwijl zij haar slank ros
sig lichaam om het blanke marmeren boog, drukte
zij haar mond ep de koude lippen van Petronius.
TWEEDE HOOFDSTUK.
Na het ontbijt, wat de beide vrienden gebruikten
gp een uur, waarop de gewone stervelingen reeds
lang hun middagmaal genoten hadden, begaven zij
zich naar hun draagstoel, stapten in, en lieten zich
naar de Vilus Patricius, naar het huis van Aulus
dragen.
Daar Petronius onperweg bij den juwelier Ido-
meneus aan wilde gaan, gaf hij den weg over de
Vicus Appolümis en het Forum te nemen.
De reusachtige negers hieven de lectica op, en
zetten zich in beweging voor hen uit gingen sla
ven die pedi* equii genoemd werden.
Het komt mij in de gedachte,,, zoo begon
Petronius na eenige oogcnblikken, dat, als uwe
boschnimf geen slavin is, zij evengoed het huis van
Plautius kan verlaten, en haar intrek bij u nemen.
U zou haar met liefde omgeven en haar met rijk
dommen overladen. In het ergste geval komt de
zaak voor den Keizer, en dan kunt u zeker zijn
dat onze Koperbaard, dank aan mijn .invloed, op
uw zeide zal staan,,,
U kent Lygia niet I„ hernam Marcus Vinici-
us.
Datzelfde zou ik u kunnen zeggen ant
woordde Petronius.
Ik heb haar eerst bij de fontein gezien, en
haar daarna tweemaal ontmoet. Den eerste keer,
aan het avondeten, kon ik geen woord met haar
geen woord met haar spreken, daar Aulus mij
voortdurend bezighield. Den tweeden keer trof ik
haar aan bij den waterput in den tuin, waar zij
met eene lange buis, die zij met water vulde eenige
irisbloemen besproeide. Mijn knieën die niet beef-
den voor de huilende scharen der Parthen, sidder
den toen 1 Vol verwarring bedelde ik met de oogen
om medelijden, zonder een woord te kmnnen uit-
bren9enl" ('t Vervolgt.)
m
je.
I