REDT U ZELVEN r Arbeid adelt MAN EN VROUW Hoe een boomgaard aangelegd Goed Weidehooi a Palp voof den Herfst. Landbouwweekblad Stel niet uit ALLERLEI Werkzaamheden der maand JULI. 3 tl moet steeds de leus zijn van alle landbouwers. Leest en verspreidt ons Blad. <F ZONDAG 23 JULI 1922. Prijs 4ICJ centiemen. 4de JAARGANG Nr 186. nl Abonnementsprijs i 5,00 frank 's jaars. Men schryft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTA1RE CAUDRON, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Voor en door de Landbouwers Met het grootste genoegen zien we dat ook de vrouw haar deel wil nemen in den strijd voor de ontvoogding en de stoffelijke en geestelijke welvaart van onzen geliefden boerenstand. De Schepper zag in het begin van zijn werk dat er iets aan ontbrak en Hij zei Het is niet goed dat de man alleen zij. En de Heer schonk Adam de eerste vrouw. Onze leiders zagen ook met hun klare oogen dat er aan Redt U Zeiven iets ontbrak, namelijk het warme, teere hart, de liefde van de vrouw en ze nemen de eerste gelegenheid te baat om die kost bare hulp en medewerking aan te wer ven en die hulp kwam om zoo te zeggen van zelfs. De Koornbloem wil voortaan ook haar kolommen openzet ten voor vrouwenbeweging, zooveel het ons thans mogelijk is want we staan weer voor een gebeurlijke vergrooting van ons blad. De samenleving is thans reeds zoo in gericht dat de vrouw ten minste in de meest beschaafde landen der wereld de gelijke geworden is van den man op maatschappelijk en politiek gebied. Een kijkje door de eeuwen heen over tuigt ons dat het niet altijd zoo is ge weest, ver van daar. Zelfs nu nog zijn er landen, zooals bijvoorbeeld in Palestina, waar de vrouw als een dier gekocht of verkocht wordt voor zooveel en zooveel schapen. De vrouw heeft veel langer dan de man het slachtoffer van de barbaar- sche slavenhandelaars geweest. En de zoogezegde minderwaardigheid van de vrouw is nog bij sommige volkeren zoo diep met de geesten en met de zedens vergroeid, dat men er voor zotten zou aanzien degenen die zouden willen be weren dat b. v. het leven van een vrouw zooveel waard is als dat van een man in algemeenen zin gesproken, wel te verstaan. En dit wordt nochtans heden door de wetgeving in ieder beschaafd volk erkend. Dit zeg ik bijzonder om aan te toonen dat oude gebruiken of volkze den moeilijk uit te roeien zijn. De Vlaamsche landbouwer is van na- tuurwege een trouwe aanklever en ver dediger van de goede doch ook een. beetje van de min goede gewoonte en overleveringen van zijn ouders en groot ouders. Al wat nieuw is of hem nieuw schijnt, ontvangt of bejegent hij met wantrouwen. Daarom waarschuwen wij hen, die zich met vrouwenbeweging willen werk zaam stellen bij onze landbouwers, voor een al te groot optimisme. Verre van ons het gedacht van de ge- willigen te willen ontmoedigen, integen deel wij zeggen dit met een zuivere be doeling. Wie een strijd aanvangen durft, na heel de draagwijdte van de moeilijk heden en van den arbeid overschouwd te hebben, zal met zooveel te meer doel matigheid werken en meer kans van wellukken hebben. Kunnen wij iets voor de vrouwenbe weging en iets door de vrouwenbewe ging Ten allen tijde heeft men in ons land en voornamelijk in het Vlaamsche ge deelte van België aan de vrouw de plaats in het huishouden gegeven die haar toekomt. Zij heeft bij ons haar deel in het werk en haar paart in het genot voor zoover de goede gang van het fa milieleven het toelaat. Bij onze landbou wers is moeder-de-vrouw te huis minis ter van financiën zij houdt de kas. Zij is dan ook best op de hoogte of zou het moeten zijn van wat b. v. de stal op brengt, van de winsten te maken op het neerhof, van het verlies dat er daar of ginder kan geleden worden enz. Het is een feit dat er voor vele vrouwen nogal te leeren valt om hunne taak met vrucht te kunnen volbrengen. Dat is dan een eerste punt of factor waarmee wij zullen afrekenen. Een ander door het gezag en den in vloed die een goede vrouw in haar fami liekring weet te gebruiken, krijgt zij een zedelijke macht, die niet te onderschat ten valt. Meer dan één geval heeft ons reeds in deze overtuiging gesterkt. Hoe dikwijls zagen wij niet mannen hun eigen overtuiging laten varen voor die van de vrouw. Daarvan moet men dus ook een goed gebruik weten te maken. Meer dan eens hebben we gewag ge maakt van den drang onzer buitenbe volking naar de stad, om hun bedrijf te verwisselen met werk op de fabriek en in allerhande nijverheden uit zucht naar meer winst. Onze buitenmeisjes zijn aan dien invloed niet ontsnapt. Meer en meer staan ze vijandig tegenover het landbouwbedrijf. Als 't eenigzins zijn kan, met geen boer meer trouwen, dat is hun leus geworden. Liever met een klein bediende het bootje ingestapt, dan met een werkzamen boerenzoon. Liever een oogenschijnlijk gemakkelijk leven doorstaan, dan een arbeidzaam leven op het land. Waar moet dat naartoe, als de beste vrouwelijke krachten ons ook al gaan verlaten. Een gezonde, degelijke vrouwenbe weging zal de beste boerendochters en boerenvrouwen in een vereeniging sa menbrengen en ze op de hoogte stellen van hunne maatschappelijke plicht, die ze dan ook met veel liefde zullen vol brengen, Wij willen dus uit al onze krachten helpen en bijstaan de dapperen, die onze vrouwelijke jeugd voor den landbouw willen bewaren en onze boerenvrouwen stoffelijk en zedelijk steunen Daar staat ons verleden borg voor. Waar iets goeds te doen valt voor onze landbouwers schrikken wij voor geen moeilijkheden terug. De Koornbloem zal het hare bijdragen aan dat edele en verzedelijkend werk. Doch, alhoewel de invloed van de drukpers ten huidige dage zeer groot is en een onmisbare steun is gebleken voor alle grootsche ondernemingen, zal toch iedereen moeten bekennen dat een reeks dagbladartikelen onvoldoende zullen zijn om iets blijvend tot stand te brengen op gebied van vrouwenbeweging. Men moet den stier bij zijn horens durven te pakken of Een duidelijk omschreven programma zal moeten opgesteld worden, waarin de practische kant dezer nieuwe onder neming zal uiteengezet zijn. Onze boe- rinnekens zijn dapper en moedig, en zij die zich tot hen willen richten moeten dan afkomen me een precies doel, een vast plan, dan zijn ze zeker van hun zege praal. Onze boerin heeft ook nog wat te leeren over gewone huishoudkunde, naaiwerk, over het bereiden van gerech ten of tafelspijzen, over het kweeken en voeden van de dieren, over algemeene gezondheidsleer in huis en in den stal. De rondreizende landbouwscholen hebben reeds veel goed gedaan in die richting. Maar er zou iets blijvend moe ten bestaan, een inrichting waar onze boerinnen, vrouwen en meisjes raad en hulp kunnen vinden ten allen tijde. Dat kan onze vrouwenbeweging voor onze boerinnen doen. Dat de moedige zich aan het werk stellen, wij wenschen veel geluk in hun edele onderneming, 't is een een noodzakelijke en tevens heilige taak. Daar ligt een nieuw veld open voor onze werklustige oogen, de grond ligt braak maar vei. Zij die de hand daar aan 't werken zullen slaan en spitten, ploegen en zaaien zullen voor hun arbeid rijkelijk beloond worden met een weelderigen oogst. Dat is ten bate van geheel onze land bouwbevolking de innige wensch van De Koornbloem en van H. KLOPTEROP. In heel België staan alleen de aard appelen goed die van vreemd plantgoed gezet worden. In Frankrijk is het juist hetzelfde. Er zal dees jaar eene onge wone vraag zijn voor vreemd plantgoed van Industrie en Kruger. Wie niet rap zal zijn om te koopen zal het overschot krijgen of misschien nietsde vlugge zullen met de goede partijen gaan loopen zijn. Landbouwers opgepast Geeft uw blad na lezing voort aan vrienden en kennissen. Keus der Variëteiten. PERELAARS. VIII. De Kriekpeer maakt groote, sterke en wel ontwikkelde boomen met prachtig, pyramidaalvormige kruinen. De variëteit is zeer vruchtbaar, de pe ren hangen er op met gansche reesels. De vrucht is bolrond en klein. De klein ste zijn de zoetste, 't is ook zoo wat met de kriekpeer, ze is malsch, suikerzoet en fijn van smaak. In onze streek gedijt ze goed en voornamelijk de bruine die dan alhier ook meest aangetroffen wordt. Ze rijpt in Augustus, 't Is een variëteit die in Vlaanderen veel aangetroffen en fel gezocht wordt, 'k Heb er reeds genoeg van gezegd en men zou waarlijk moei lijk zijn in het kiezen, moest men dit peerken op zij duwen. IX. De buerrê d'Amanlis staat ge kend als een groote en sterke boom die zeer vruchtbaar is. De peer is dik, houdt goed vast aan den -boom en verdraagt goed de verzending, 't Is dus een varië teit die voor den groothandel allerbest geschikt is. De peer is saprijk, boterach- tig, aangenaam en verfrisschend van smaak. Geen wonder dus dat ze fel ge zocht wordt. K.Jules d' Aurolles die zich onder al le variëteiten onderscheidt door haar blinkend en donkergroen blad, maakt schoone boomen met prachtige kruinen. Ik vraag me soms af waarom deze peer soort in onze boomgaarden niet meer aangetroffen wordt. Ze voldoet nochtans onder alle opzichten. Tegen ziekten is ze beter bestand dan andere. De peer is prachtig van uitzicht, helderrood ge vlamd langs de zonzijde. Van smaak mag ze met de fijnste mededingen. Daarbij houdt ze vast aan den boom en bewaart een dikke maand langer dan andere boomgaardperen. Jules d'Aurol- les is bovendien vruchtbaar en draagt alle jaren, wel te verstaan, als men in jaren van overvloed als eens een peer ken offeren kan. Neemt ze gerust, niets mag u weerhouden. Ge moet z'hebben. XI. De buerré Six maakt boomen van middelmatige groeikracht en vormt geen al te schoone kruinen. In hoogstam ziet men ze toch vele en groote vruchten dragen. De peer is gemakkelijk te her kennen, groen van vel, dik naar boven en afgepunt naar onder met ribbetjes. Ze is fijn, sappig, smeltend en geurig. Van uitzicht is ze niet aanlokkend. Op be schutte plaats geeft ze goede uitslagen en als boomgaardpeer voor eigen ge bruik is ze zeer geschikt, 'k En ben maar half en half die peer genegen en 'k hoor de er wel eens klachten van, alhoewel meer lofbetuigingen. Ze rijpt in Octo ber. XII. De nouvelle Fulvie is een uit muntende Belgische peer gewonnen te Geldenaken in 1864 door Xavier-Gre- goire Nelis. De variëteit maakt slechts boomen van middelmatige groeikracht. De vrucht is groot, bultig en pyramied- vormig. Haar vleesch is sappig, geurig, boterachtig en smeltend, 't Is een schoone, voortreffelijke peer die rijpt in December-Januari en waarvan de kweek op groote schaal voor den handel varm aan te bevelen is. Voor eigen gebruik is ze ook allerbest geschikt. Geef ze in den boomgaard een plaatsken, waar ze wat uit den trok staat, ze is onderhevig aan valling. XIII. Le Lectier maakt boomen van groote groeikracht en maakt prachtige, pyramidaalvormige kruinen. De peer is groot, goudgeel doorspikkeld met vale stippels. Het vleesch is wit, fijn, smel tend, zeer sappig, gesuikerd, geurig en aangenaam van smaak. Ze is nog maar een vijf-en-twintig tot dertig jaren ge kend. De boom is regelmatig vruchtbaar en draagt tamelijk vroeg. De peer Le Lectier mag als een der beste en wipst- gevendste gerekend worden en verdient meer gekend, verspreid en gekweekt. XIV. De Catillac maakt sterke, goed weerstandbiedende boomen. De vrucht is dik en zelfs zeer dik. 't Is een peer om te braden en misschien voor dit gebruik wel de beste. Voor den groothandel staat ze algemeen gekend en is ten zeerste aan te bevelen. Ze houdt tamelijk vast aan den boom en is goed bestand tegen het verpakken en verzenden. Voor eigen gebruik is ze ook ten volle aan te prij zen. Nu de vrouwen onze beweging ook genegen 2ijn, zouden ze niet slecht doen, de Catillac te nemen om te laten dienen als een gezond, afdrijvend, smakelijk en geurig nagerecht. Als braadpeer hebben we ook nog de St Remy, die boomen maakt van groote ontwikkeling en zeer goed bestand is te gen de guurheden van 't naseizoen. Ze bewaart tot in den Zomer, tot de vroege peren er zijn en laat ons toe gansch het jaar van deze kostelijke fruitsoort te ge nieten. 't Is een dikke vrucht. In 't land van Herve wordt ze veel gekweekt en hoog geprezen. L. HAEMS, Landbouwvoordrachtgever. Benevens de bemesting en de bota nische samenstelling van de weide heeft het oogenblik van 't hooien een grooten invloed op de waarde van dit voedsel, In onze streken heeft men veelal voor gewoonte van laat te maaien, om rede dat men op dergelijke wijze een grooter gewicht bekomt. Deze doenwijze kan aangenomen worden als wanneer er groot gebrek aan veevoeder is, doch, bij gewone jaren valt ze af te keuren, omdat ze de kwantiteit boven de kwaliteit verkiest. Weze het ons geoorloofd nogmaals de aandacht onzer vrienden boeren op het volgende punt te bevestigen Toen het voeder waren geldt dient niet alleenlijk het bruto gewicht in aanmerking genomen maar ook en bovenal de hoeveelheid verteer bare bestanddeelen eiwit, vet en kool hydraten (suiker, zetmeel enz). Voor 't algemeen zou men voor het maaien den vollen bloeitijd moeten ver kiezen. Zoodoende bekomt men eene tamelijke hoeveelheid droogvoeder die zijne verteerbaarheid maar weinig of niet verloren heeft. Zelfs daar waar men zinnens is eene tweede snee te maaien kan men wat vroeger tot het hooien overgaan, 't Geen men in gewicht bij de eerste snee zou kunnen verliezen zal men gewoonlijk bij de tweede terug vinden en de hoedanigheid is beter. Men ge lieve hier te bemerken dat de toemaat, wel geoogst, gewoonlijk voedzamer is dan de eerste snee, tegenstrijdig met wat veel boeren denken. De ondervinding leert ons daarenbo ven dat het weder op 't einde Juni dik wijls regenachtig wordt, 't Is rond de dag en nacht-evening d. is rond 21 Juni dat het weder dikwijls veranderd en wordt het dan regenachtig, 't kan voor lang wezen. Men weet hoeveel eraan gelegen is met droog en zonnig weder kunnen te hooien. Hooi die meermalen beregend werd verliest veel van zijne waarde zijn schoone kleur verdwijnt, het wordt strooachtig, het verlies ook zijn fijn aroma die zoozeer den eetlust der dieren prikkelt en zooveel bij brengt tot een goede spijsvertering en benuttiging van 't rantsoen, het verliest daarenboven veel van zijn voedingswaarde en 't zijn de meest oplosbare, de best verteerbare bestanddeelen die eerst verdwijnen. Iedereen weet dat men moet vermijden 's morgens aan het hooi te werken voor aleer het vocht van den nacht opge droogd is. De hoopen moeten met zorg en regelmatigheid gemaakt worden der wijze dat de regen niet kunne binnen dringen en dat de winden ze niet omver werpen. De aanwezigheid in het hooi van veel kattesteert kan het hooi ge vaarlijk maken voor de paarden en de jonge hoornbeesten. De bemesting, de grond, de aard der gewassen hebben ook invloed op den geur en op den smaak van 't hooi. Goed hooi heeft een aangename, gezonde, zoetachtige smaak gemeen hooi is zuur of bitterachtig. Slecht hooi is altijd lich ter dan goed hooi (soortelijk gewicht). Het hooi mag noch te nat noch te droog zijn. Te nat is het moeilijk om bewaren, geeft aanleiding tot gistingen en soms zelfs tot brand. Het verliest altijd veel van zijn goede hoedanigheden. Te droog verliest het zijne bladeren, het wordt sprok en gaat gemakkelijk over tot stof. Het hooi wordt bewaard in mijten, op zolders en schelven. De beste plaats is een daartoe bestemde loods of afdak. De eenige zaak die men tegen deze be- waringswijze kan inbrengen is haren kost. Het bewaren boven de stallingen zal aanleiding geven tot bederf tenzij het hooi rustte op een dichten vloer. Het vervuild hooi van paarden en koeienstal len dient maar al te dikwijls voor schuil plaats voor allerlei gevaarlijke kiemen en bacteriën. Zekere menschen denken het geraadzaam soms eens windtochten door het hooi te laten. Dit is verkeerd. Het hooi moet zoo dicht mogelijk geperst worden en den zolder dient wel gevuld en weinig verlucht. Soms voelt men zich genoodzaakt hooi in te halen die nog niet al te droog is. Men zal alsdan het gevaar van gis ting, zooniet totaal vermijden, dan toch sterk verminderen. Men geve 10 keukenzout en meer voor zeer gemeen hooi. Het zouten wordt ook met voor deel op gezond hooi toegepast. Om zoet, gezond en voedzaam hooi te bekomen moet met eerst en vooral zijne weide goed verzorgen en namelijk eene volledige bemesting toedienen. D. BRICOUT. Zoo kalm als de avond is Die neerzijgt over 't land, Zoo kalm is mijn gemoed Ik ga langs sloot en kant Geen zucht naar meer geneugt, Geen lusten ongetemd, Geen diepgevoelde wee, Niets dat m'onrustig stemt Geen hoogmoed die mij kwelt, Geen wroeging van 't gemoed Geen zwarte toekomst, die Mij angstig wachten doet 't Is vredig rondom mij Ook in mijns harten grond... O, Heer, tot een gebed, Is dit de beste stond Des stijge op uit mijn hart Dees bede diepgevoeld Al wat mij heilzaam is, Het zij daarin bedoeld En als ik met.mijn beê Ook iets bekomen kan Voor moeder Vlaandren, Heer O, geef het, geef het dan Maak ook de droeve vrij Die vocht voor recht en taal, Maar nu zoo bitter boet Voor 't heilig ideaal Fons Van de Maele. De prijs van de pulp is in de meeste fabrieken nog niet vastgesteld. Eenigen hebben de prijs van 300 fr. vooruit ge zet en trachten hieraan te verkoopen. Evenwel willen de bijzonderste agenten hieraan niet contracteeren, daar de prijs gezien de afslag van alle waren en bij zonder de aardappelen, veel te hoog is. In evenredigheid van de prijzen van melk en boter, vet, vee enz. is deze prijs nog meer overdreven, tegen verleden jaar en zou het slechts mogen 150 frank de wagon zjjn. Volgens de inlichtingen die we kregen zijn er veel beeten geplant, en zijn ze, evenals hier goed gelukt. Wij moeten ons ook niet verwachten aan een totale mislukking van de rapen zooals verleden jaar integendeel verho pen we een goede rapenoogst. Rapen, beeten zijn veel geplant en goed gelukt. De prijzen van aardap pelen, melk, boter, vee veel verminderd alles neigt dus naar eene groote prijsver mindering der pulp. En nu zouden ze ons in plaats van 225 fr. zooals verleden jaar 300 fr. vragen. Hoe rijmt me dat te saam De bond koopt niet aan zulke prijzen, en zal wachten tot dezelve redelijk is. Zijn er leden die bij agenten aan 300 fr. willen koopen, hiervan zijn ze vrij. Er geschiedt thans in Frankrijk eene machtige landbouwbeweging. Hst zijn overal congressen, groote prijskampen, tentoonstellingen enz.. Deze genieten meestal veel bijval en wij moeten beken nen dat ze soms op meesterlijke wijze ingericht zijn. Frankrijk bekommert zich om den vooruitgang in zake landbouw. Zoo is er niet lang geleden nog een schoon congres geweest te Rodez, in 't zuiden, onder het eere-voorzitterschap van Mgr de bisschop van Rodez. Er waren meer dan 300 afgevaardigden onder welke eenige Belgen, Hollanders en Italianen. Er werden belangrijke besprekingen gehouden. Ook te Niort had in Juni een congres plaats en tevens een groote veeprijskamp voor het prachtige ras van Parthenay, het best gekende voor de boter de melk bevat tot 70 graden. Eindelijk had den er dit jaar veel teeltprijskampen plaats namelijk in het Departement Deux-Sèvres. Er waren prijzen van 2000 fr. meer een kunststuk van 500 fr., andere prijzen van 2000, 1000, 500 en 300 fr. De prijskamp genoot veel bijval. Een kunststuk van 3000 fr. was een prijs voor boeren-eigenaars. Wij kunnen niet genoeg de aandacht der belanghebbende op het nut van der gelijke prijskampen vestigen. In Frank rijk begint men er zoo goed het nut van te beseffen, dat het niet de openbare machten maar wel de landbouwinrich tingen zelf zijn die grootendeels de noo- dige gelden verschaffen.Er is geen voor uitgang mogelijk indien de boer zelf niet overtuigd is van de noodzakelijkheid van den vooruitgang, indien hij zelf dien vooruitgang niet wil bewerken. Ook willen wij nogmaals de aandacht onzer vrienden trekken op den prijskamp van aardappels, tarwe, rogge, dit jaar in de provincie ingericht, als voorbereiding voor den grooten prijskamp van toeko mend jaar. Wij zijn overtuigd dat al onze puike boeren zich onverwijld zul- llen laten inschrijven. Zie de voorwaar den in ons laatste nummer. Op de hoeve. Bereid alles voor oogst. Onderzoek de gebouwen en de plaatsen tot de oogsten en graangewas sen bestemd. Beproef de pikmachienen, dorschtuigen, enz. Bewaar het stalmest op eene belommerde en frissche plaats. In de stallen. Onderhoud de frisch- heid en de netheid. Verwijder en ver delg de vliegen. Gebruik van het turf- strooisel. Op het veld. Oogst suikrioen en rogge in. Oogst het graan ter maalderij bestemd een weinig vöör volkomen rijp heid in. Laat het graan tot de zaaiïng bestemd, volkomen rijpen. Laat de zwa den of schoven nooit op den grond lig gen. Plaats in struiken. Schuurt gij in of mijt gij op, breng goed droog binnen, dit is noodzakelijker dan wanneer gij ter plaats dorscht. Ontstoppel spoedig en pas eene roof- bouwteelt toe, 't zij voor voeder, 't zij voor groenbemesting. Wortelen of rapen in roofbouw. Strooi voor de ontstoppeling 400 kgr. superfosfaat, 200 kgr. chloorpotasch en 150 kgr. zwavelzuur ammoniak uit. Witte mostaard. Zij brengt spoe dig een overvloedig voeder voort. Men zaait ze in roofbouw. Zelfde bemesting als voor de wortelen en de rapen, uitge nomen dat de hoeveelheid zwavelzuur ammoniak tot 200 kgr. mag verhoogd worden. Inkarnaatklaver. Strooi bij de om ploeging 400 kgr. superfosfaat en 200 chloorpotasch uit, en voor de egging 75 kgr. zwavelzuren ammoniak. Zaai vervolgens op sterk vastgelegden grond. Voedermaïs. Mag nog gezaaid worden. Beetwortelen. Gebruik tegen de bladluizen, slakkenmeel, strooi met de volle hand 400 tot 500 kgr. uit. Verdub bel de hoeveelheid op de sterk aange taste plaatsen. Spurrie. Wordt in vochtigen zand- achtigen grond gezaaid. Bemesting tij- e d jes eej hin leu ir ;uK - RNBL c\ e\ e. 31

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1922 | | pagina 1