REDT U ZELVEN Arbeid adelt Graad inje Lagere School Hoe een boomgaaffd aangelegd Het Plantgoed in de Aardappelteelt Beroepskeuze en Onbeschroomd! en toch vredelievend Be?opn«''jd Landbouwweekblad Verkeerde Richting Flantaardappalen moet steeds de leus zijn van alle landbouwers. rIrder,Waarde hebb^ dan deze Het H°eKje Jap Leest e?i verspreidt ï%r ht ons Blati ZONDAG 13 OOGST 1922. Prijs io centiemen. 4de JAARG4£ Abonnementsprijs 5,00 frank 's jaars. en schrjjft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie GROOTE MAig^ 8( AALST Veranivvoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDrvjN AaLst Wij kennen reeds de opmerking die ZIT u ff f° Het onderwijs heeft hoofdzakelijk voor doel de vor ming of opvoeding van het kind. Voor Zvï- f ?laat betreft, moet deze ge schieden door het onderwijzen van vier grondvakken die zijn karton-, hout ijzer- en kleibewerking, doch alle eigen lijke beroepsonderwijs dient buitenae- sloten a Ons antwoord luidt 1° Wie heeft de keus gemaakt dezer 4 grondvakken, waarom moeten ze overal dezelfde we zen. 2° Op den buiten is en blijft de land bouw verreweg het bijzonderste vak, alle stielemans bezitten er een lapje grond dat ze zelf bewerken en iedereen zou er de begrippen van landbouw die nen te bezitten, des te meer dat de land bouw overal en altijd het bijzonderste vak blijven zal en dat de algemeene voorspoed van het land met nauwe ban den aan den voorspoed van den land bouw verbonden ligt. Zal men beweren dat de opvoeding van het kind min doeltreffend zou zijn, omdat ze zou ge schieden bij middel van bewegingen die hij later in het praktische leven zou kunnen gebruiken. Zal men beweren dat de landbouw die, wat men er ook over denke, talrijke kennissen vereischt, de noodige opvoedingskrachten niet zou bevatten om in den 4n graad gebruikt te worden. Welnu en zonder uit het oog te verliezen dat de 4e graad zooals wij hem verstaan geenszins het gebruik van hout bewerking enz. buiten sluit—wij denken te mogen bevestigen dat geen onder wijs zooveel opvoedingsvermogen bezit als een goed gegeven landbouwonder wijs. Door de talrijke en verschillende bewegingen die het vereischt, door de gedurige aanraking met de ontelbare, treffende en bekoorlijke natuurverschijn selen door de oefening in open lucht, door den geest van opmerking die het en zeerste ontwikkek, is het doeltref- end landbouwonderwijs een onveren lijkbaar opvoedingsmiddel en men mag dat het maar ver waar rJ°S l if°iU mO0en worden, daar baar mlkf """"nd het Om een voorbeeld te nemen, buiten het landbouwonderwijs, van de betreu renswaardige stijfheid van het huidig programma, zeggen wij dat talrijke on derwijzeressen zich thans moeten toe leggen op het bewerken van hout, het zagen enz. Welnu, zou hetzelfde doel niet kunnen bereikt worden door het onderwijs van even nuttige en meer vrouwelijke kennissen. Ons dunkens moet de 4' graad op den buiten voor doel hebben handige land bouwers met open en vooruitstrevenden geest te vormen. De andere vakken moesten maar in aanmerking komen tot zooverre ze bijdragen tot het bereiken van dit oogwit. De huidige inrichting schijnt ons bijgevolg als een lichaam zonder hoofd. De bijhoorigheden wor den onderwezen, het bijzonderste wordt stelselmatig buitengesloten. Het huidige stelsel opent den geest niet voor het landbouwvak, het kan het dus niet doen kennen of niet doen bemin nen, het zal dus voor gevolg zoo niet voor doel hebben den landbouw te verwijderen. Is het dat welke men be geert PARDAF. medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen 0ngeteekende stukken worden niet opgenomen opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. VVaar het er op aankomt de rechten der boeren te verdedigen tegenover ge lijk wie, te strijden onbeschroomd, ron der vrees, voor hunne belangen van al len aard, houden wij yoet bij stek. Het gouvernement blijf' wel meest altijd doof voor boerenstf^men. maar wij zullen blijven r—en schreeuwen al moest hw trommelvlies van zijn oor er van springen wij zullen kloppen en blijven k oppen tot dat de stukken er zullen af vliegen. Doch heethoofden zijn we met lekkériZT Van, onbereikbaar lui- cmS Z°,0als dat soms d<>or de so- lalisten aan hun volk werd hplrW i zullen wij nooit in de hoo7denvan 0J7j menschen trachten in te planten Het eenige wat wij willen en wat zi, recht- ln.n,iasbgerevenmhetefr T9™' 'S dat een loon naïr^^^ïefr^6 fflet wa=ro?'.,r9tt8'BÏÏ9S 2Vi. volle recht lijk leven dat zij onbetwistbaar hebben. Keus der Variëteiten. PERZIKEN. Over t algemeen hoort men, over de uitslagen met perzik als boomgaard boom, met weinig lof spreken. De be- komene uitslagen zijn gering en de te leurstellingen soms heel groot. De oor zaken er van zijn menigvuldig, doch laat ze ons eens te zamen opsporen en 'k ben overtuigd dat we, voor wat dit slag van boomen betreft, niet altijd oordeelkundig te werk gaan en ons weinig trachten te schikken naar de levensbehoeften van den boom. Eerst en vooral zijn oor sprong opgezocht Hij schijnt afkomstig te zijn uit het Zuiden van Azië. Hij verlangt dus een warme, beschutte plaats in den boom gaard langs den Zuidkant. Daarom ook geeft hij betere uitslagen tegen muur blootgesteld aan 't zonnelichi, dan wel in volle wind. Hij is bovendien onderhe vig aan gomziekte en geraaktheid. We moeten hem dus op een goed doordring baren bodem, eerder licht dan zwaar zetten en heel omzichtig te werk gaan met stikstofrijke meststoffen. Geeft ge hem geen kalk genoeg, dan zullen zijn vruchten vallen niet lang na het spenen, omdat ze, bij gebrek aan kalk hun steen niet kunnen vormen. Wilt ge ze zoet en aangenaam van smaak geef ze dan metaalschuim en houtassche en houd ze droog aan de voeten in natte gronden zijn ze inder daad grooter maar waterachtig en wei nig gesuikerd. Metaalschuim en hout assche oefenen bovendien een gunstigen invloed op de kleur der perziken. Wat vooral veel uit 't oog verloren wordt dat is de keus der variëteiten. Men wil prachtige, goede, gekende va riëteiten, aangeprezen in catalogussen in volle wind voortkweeken, die beter aan zuidermuur geplaatst staan; van daar dan ook gebrekkige uitslagen, ge ringe opbrengsten en vroegtijdige dood. De perzikboom uit zaad gewonnen is bijzonder geschikt voor den teelt in volle wind. Men zou dus beter doen zelf per- zikboomen te kweeken en ziehier hoe ge dient te werk te gaan. Boomen uit zaad gewonnen geven zelden of nooit de soort terug vanwaar ze voortkomen en met appel- en pere boom bekomt men bijna nooit een va riëteit die t voortkweeken waard is en hoe lang heeft ze dan nog op hare eer ste vruchten niet doen wachten. Anders nochtans is het gesteld met perzikboo- men I Wanneer we de wijze voorzorg nemen alleen steenen te zaaien van schoone en goede variëteiten zijn we bijna zeker goede soorten te bekomen en wel 90 waaronder soms verscheiden heden die de moedervariëteit overtref fen. Het is ook beter steenen te nemen van perziken die einde Juli, Augustus en ten laatste begin September rijpen om zoo vroege soorten te bekomen, die men in den boomgaard, om reden van hun vroegtijdig bloeien, een goede stand plaats moet gunnen. Wat nu gedaan met die sfeenen Ze voor den Winter zaaien is niet geraad zaam, ze zouden door overtollig regen water wel kunnen verrotten, soms ook al vervriezen bij groote koude of door ratten, muizen of andere knaagdieren verslonden worden. Ze bewaren ook niet lang hun kiemkracht, ge moet ze dus toch aan den grond toevertrouwen. Daarom zult ge ze laagstapelen in bak, kist of pot naar gelang de hoeveelheid die gij' er van bezit. Op een laag zand, legt ge een laag steenen, dan weer zand enz. om te sluiten met een laag zand. De bak, pot of kist wordt op een droge vorstvrije plaats gezet, 't zij kelder of anderzins of wel op een diepte van 30 tot 40 cm. in den grond gedolven. Men zaait dan de eerste schoone dagen van Maart. In Aalst en omstreken zijn er nochtans eenige variëteiten, die alhoewel niet altijd uit zaad gewonnen, toch goede uitslagen opleveren en als 't is om tijd te winnen is de laatste handelwijze nog t meest aan te prijzen. De perziken zijn onderverdeeld in ge wone en kale of naakte perziken. Als gewone verkiezen we1° de Amsden, prachtige perzik, goed van smaak, rijpend einde Juli, begin Augus tus. 2° Wilder. 3° Blondel, eigen aan de streek, zeer groot. 4° Reine des Vergers die onverbasterd uit 't zaad wederkeert. 5° Canada. 6° Waterloo. 7° De peche d'Oignies, die insgelijks onverbasterd uit 't zaad wederkeert. 8° De Grosse mignonne hative. Wie liefhebber- of hebster is voor een kale of naakte perzik neme deze van Felignies, die ook onverbasterd uit 't zaad wordt voortgeteeld. L. HAEMS, Bij deze verklaring willen wi, tans een andere voegen. noch- ?n 9eled,e,n st^even wij in De Koornbloem klaar en duidelijk dat, alhoewel wij het in 't grondbegwj eens zijn met het Nationaal Verbond der Belgische landbouwers, dat tot nu het meest aanhangers telt in 't Walenland, wij hen nochtans niet volgen kunnen op' de glibberige baan die leidt naar een modderpoel, naar de politiek, waar zij zich hals over kop willen insmijten. Er zijn menschen die het kwaad wil len zoeken waar het niet te vinden ïs" menschen die zeggen dat zij in onze wer king niet klaar zien. Aan die filosofen antwoorden wij Zet uwen grootsten bril op en leest aandachtig het volgende en vergeet het niet, want het schijnt dat ge een flauw geheugen hebt. Daarom zullen wij het u van tijd tot tijd eens herhalen Wij, dat wil zeggen de BOERENbond van Aalst, Redt U Zeiven, strijden met de pen, met het woord en met de daad eerst en vooral voor de stoffelijke belan gen van onze leden in het bijzonder en in het algemeen voor alle landbouwers die van goeien wil zijn. Daarom zijn onze inrichters er toe gekomen eene Samenwerkende Maat schappij te stichten voor Samenaankoop en Verkoop, daarom hebben ze een Onderlinge Brandverzekering tot stand gebracht, daarom hebben ze eene Spaar- en Leenbank in het leven geroepen en daarom ook nog zullen ze alles doen wat in hun macht is met de hulp van alle rechtzinnige boeren, want niets is hun te veel als het de boerenbelangen aangaat. Het verwondert ons wel eens dat er geleerde menschen zijn, die zoo gezegd werken voor standsorganisatie, en het toch niet kunnen verkroppen dat anderen aan hetzelfde edel werk hun krachten wijden. Het heeft er dan allen schijn van, dat zij enkel de standsveree- niging aankleven en verdedigen voor alle standen der samenleving, maar niet voor de landbouwers. Want ze zijn de eersten om onder elkaar onze menschen van den buiten, allerhande scheldwoor den naar den kop te smijten, die zij in dit eenig voor hen smalend woord boer samenvatten. Voor ons, wij zijn er fier over, wij verachten noch ons boerenwerk, noch onzen boerennaam. Boer is onzen eere- titel, boer is de naam van onzen stand, zooals een titel van graaf of baron een edelnaam beteekent. Graven en baron nen roemen op hun titel, wij roemen op onzen naam van BOER Zooals een edelman alles in 't werk stelt om den naam van zijn geslacht hoog te houden, zoo hebben wij gezworen den naam van ons geslacht, ons ras zooveel achting mogelijk te verwerven met eerst en vooral te zorgen voor onze stoffelijke belangen, wel wetende dat in deze we reld den mensch, wie hij ook zij, geschat en geacht wordt naar zijn stoffelijke welvaart. Er zijn nochtans edeler ge dachten die ons aldus handelen doen en deze is de bezonderste wij zijn eerst en vooral mensch, en als mensch wie zal het tegenspreken 1 hebben wij tot plicht te zorgen eerst en vooraf voor een menschwaardig bestaanop deze ge dachte, op dit grondbeg.v. u l gere gedachten gesteund. 1J° Verstaat ge dat wel, heeren i/osofen? Welnu, dan gaan we verder E-mensch leeft niet van brood a„ teen..., zult ge misschien zeggen 't Is JU.st tot daar dat we willen komen. Wij ook zijn van deze waarheid ten en de °VelW- Men verWi'É de boeren en de werklieden soms dat zij verachterd zijn, onbeschaafd of halfbeschaafd Maar spruit die achterlijkheid, die zoogezegde onbeschaafdheid niet voort uit armoede en miserie. Een arm volk is gewoonlffk een laaggezonken volk, terwijl men ziét dat die vo keren, waar 't meest stoffelijke welvaart heerscht, gewoonlijk van de hoogste beschaving genieten. Daar waar we"standendniJVMheid bl°eien' heerscht welstand, daar bloeien ook de kunsten en de wetenschappen. De zedeliike geestelijke welvaart zijn het gevtlg van stoffel,jken welstand. Spreek aan een rn!Gh j ?Veer(: van honger of van dorst over de heiligste dingen, als Gods dienst en Vaderland, hij zal het niï hooren, en zoo luid hij nog kan zal hff smeeken om brood, om drinken. Urn al die redenen werken wij eerst voor de korst brood 1 «rat ££•«-- deftigerbe- n J9en want wij zijn etl 7fVtrtkU1u da,t Zi> beter verdienen In 'etJ, e' beter kunnen hebben, geen versto'o;5n°gen geen paria's zijn, door den Staatl i a"e burgers moe- worden, zooals een g<?atig behandeld met zijn Wderen. Heeft%;v doet voorliefde voor P(>„ onder'' ^misschieu /- worden toch doorb^meTde^A a!ien gemeten. uezwJde maav Meer vragen de boeren ^et Zü 2- er fier op, en met veel rech/ da/zir trouwe burgers van het Vaderland zijn is het dan niet rechtvaardig dat men van regeeringswege ook voor hen iets doe, eerst en vooral op stoffelijk gebied, omdat dit de grondslag is, het allereerste begin. H. KLOPTEROP. Met gewone bestatigingen, die elk dagelijks kan nagaan, toonden wij in ons vorig artikel het groot belang aan, welk wij moeten hechten aan de keus van het plantgoed in de aardappelteelt. Schoon soort en zaadkeus, bij alle ge wassen in den landbouw geteeld bijzon dere aandacht vergen, zijn deze, tot nog toe, bij de aardappelteelt van het aller grootste gewicht en zulks om de volgen de reden 1) omdat wij in onze streek, over geen enkele goede inlandsche soort beschikken, die ten volle met ons klimaat en grondsoorten overeenkomt2) omdat de aardappel, als er geen bijzondere zorg wordt besteed aan de keus der voortteelers, op weinigen tijd afleeft. Die twee gegevens willen we nader toelichten. Een goede inheemsche soort hebben wij tot nog toe niet. Onze meeste op groote schaal gekweekte aardappel- soorten, als daar zijn, Industrie, Roode Star en Kruger zijn, als zoovele andere variëteiten, die uit andere landen hier werden ingevoerd. Van daar uit, dat ons klimaat en onze grond niet ten volle voldoet aan sommige natuurlijke noodwendigheden van die soorten, dientengevolge zal het steeds eene vereischte zijn om wel te lukken dat we nu en dan ons soort eens hernieuwen met ons plantgoed uit de oorspronkelijke landen aan te schaffen. De tweede aangegeven reden het vroegtijdig afleven der aardappelen in onze streek vindt zijne oorzaak, deels in het vorige, doch grootendeels in de slechte zorgen die wij aan de keus van het plantgoed geven en aan de slechte bewaring van het plantgoed. Nemen wij vooreerst de keus van het plantgoed. Hier bij ons wordt het plant goed meest bij alle landbouwers ver gaard, bij het uit rapen der aardappelen. Den geheelen oogst wordt bijeen ge goten en dan worden de dikke, het plant soen en de kleine afzonderlijk bijeenge raapt. Welnu die doenwijze is ten strengste af te raden en wel om de vol gende redenen Op ieder aardappelveld «"aan onge zonde, zwakke, uitgeplante struiken. Bij het uitdoen van dergelijke struiken bemerkt men, dat de opbrengst steeds veel minder is, dan bij gezonde, krachtige struiken, daarenboven zjjn de knollen van dergelijke planten meest allemaal 'an middelmatige grootte. Die struiken Cüoomte plantsoen, doch men hoeft fen di9ete2iiDOm te besef" van rlf. ^...aördaPPelen voortkomende i r9j'1Jke struiken, als voortteelers veel l km Van azende, krachtige, van zïk Dl9endfeJStrUiken- De vrachten taste élan y °f d°0r een 2iekte aan9e_ j I ZI'n niet alleen veel zwakker dand ^g^^ men dV °°k D°9 ia Zicb de bie- r ziekten van de moederplant. ons geenszins verwonderen dat onze aardappelen spoedig afgeleefd zijn, en het tweede jaar eene mindere opbrengst geven dan het eerste jaar. Met zoon doenwijze moet het ons geenszins ver wonderen, dat onze landbouwers ver plicht zijn jaarlijks al hun plantgoed fandw CQ U" H°Iland °f andere Hrï/al|d0en ?e iandboawers niet in Holland voor hunne plantaardappelen In de maanden Juli en Augustus zijn ze dagelijks m hunne aardappelvelden Ze zoeken er de planten op die ziekelijk s?ruieknenaAhieir d* and^ struiken. Al dezen die maar het geringste mmderwaafdevertoonen wor- Die ziftio aardaPPe|velden verwijderd. orondig gedalTk\2 3 !?aal Na mlSs' t' mt de keur*-gkom- den stanav£*den keuren en naar gelang meer bestand zijtassen en hun min of v punten gegeven aa£Taè*laen, I tijfc*, om hunne waarde vast te Die partijen dis het hoogst komen Pinten geven dan het degelijkste plant goed en worden aen de hoogste prijzen verkocht. Die doenwijze geeh de Hollandsche aardappelkweekers zeker meer werk dan aan de Belgische veibouwers, doch wordt dat werk hun honderd maal ver goed. Bewijs daarvan, zijn de hooge prijzen die betaald worden vaor dè aardappelen die van dergelijke gtkeurde velden voortkomen. Nu moeten onze Belgische bo>ren jaarlijks, honderd duizenden franken besteden, om aardappelplantgoed ut den vreemde aan te koopen. Wij bewe ren niet, dat men er hier kan toekomen zelf aardappelplantgoed op te doen, dat evenveel waarde heeft dan Hollandsch plantgoed, en dat wij het Hollandsch plantgoed niet behoeven. Maar toch durven we gerust zeggen, dat we, zoo wij de gepaste middelen gebruiken er kunnen toe komen onze aardappelen voortkomende van plantgoed van ge keurde Hollandsche velden, 2-3 jaar eene goeden oogst te doen geven en als wij om eene goede opbrengst te beko men, maar alle 3 jaar plantgoed uit Hol land zouden behoeven aan te koopen, zouden we toch veel van die honderd duizend franks zelf hebben gewonnen. Over de zorgen te besteden aan het plantgoed hebben wij het in ons volgend nummer. worden Drij Heeren van ons Bestuur zijn op reis naar Friesland om de aankoopen te doen van plantgoed Eerstelingen, Krugers en Roode Star. De Eerstelingen zullen eerstdaags verzonden worden en de Krugers einde September. Wij verzoeken de leden die nog be- geeren in te schrijven dit vóór Woens dag te doen aan de plaatselijke sekre- tarissen of rechtstreeks op ons Bureel. De Schrijvers worden vriendelijk ver zocht hunne lijsten seffens binnen te zenden. De Industries uit Polen zullen binnen eene maand gekocht worden. ®ér°uPfk,eUZe en beroepsopleiding i noodzakelijk om op de zekerste manie jne werkkrachten het meest te l il» kSffn9en °m met ecn minimun, y,. Krachten een maximum van voortbreng te verwezentlijken. 1 Maar om de geest en werkkracht v ons Belgisch volk het volle bedrag zijn voortbrengst te doen opleveren moet e aan beroepskeuze en beroepsopleidinc ce meer belang worden gehec.-1' dan ble1t0e het geval was. 1 Ofschoon de voortbrengers van alle standen in België daarii/y achter staan tegen deze vlsv I den, komt ons boerenvolk hier J Gaan niet duizenden en d Vlaamsche boerenjongens jaarl ranknjk het zwaarste boerenwi richten, terwijl de land- en tuinbouw metrtamofelen Uit VreCmde landeQ hie, met groote winst voor de vreemder worden aan den verbruiker verkocht. van ,'S f is de uitgestrekthei, van ons and te klein, om aan i.dt Belg[werkenwinst in voldoende op te leveren, om in zijn levensbf- ten te voorzien. Maar toch zou er lit liangebra'llt'' ter'n^ k""°C" land 264 w,erden er 'n r U" dm «eeSemê, .oï"! :n in cü' nJiraenen franks zonden "w hadcJetf voortbrengen in eigen land,' voor de landöêvPoodige kennis voor welvaart. Hier in onsTdi^de landbouw nog voor velen een armoeu^Src In vreemde landen wordt van^èi. aan de buitenjeugd, de liefde voor boerenleven ingeplant, het onderwijs landelijke jeugd is er gericht naar c stiel, die de kinderen in hun later lev., zullen uitoefenen, J Beroepskeuze en beroepsopleid'-et allebei onmisbaar voor hen, dit, willen sterk staan in het leven. J En beiden vallen grootendeels de bevoegdheid der moeder. Zij kiest voor haar kind het beroep of uit. Zij heeft na te gaan of er in kind een natuurlijken aanleg te bt ren is, voor dit of dat beroep. En Kier mag aan velen onzer vrouwen wel een verwijt wore maakt. Velen toch onder hen sch een groote hekel aan te hebben, kinderen als boer of boerin zien te Al wat ge wilt, willen ze hunne kin, laten worden, maar nooit of nooit bi. - Door erfelijkheid heeft een kind ge/ woonlijk veel natuurlijken aanleg, vooc het beroep zijner ouders, en nochtans^ doen vele buitenmoeders, veel moeite' om dien natuurlijken aanleg bij hun kind te verdringen, omdat bun Atv. 'ooeren~' stiel een slaafschen stiel schijnt, omdat hij niet voornaam en niet winstgevend genoeg is. Maar die ouders beseffen y:e- woonlijk niet, dat de boerenstiel, gron- dig aangeleerd, en gesteund door weteP - I schappelijk onderricht, hun kinder.,/ brengen kan tot gelukkig, edel leven, er hen eene goede broodwinning I geven. Een reisje in den vreemde, Holland Denemarken bijv., zou ons moederje^ doen zien, dat een boer ook een hee, voornaam mensch zijn kan, en dat hfi ook op heel fatsoenlijke wijze aan dei. kost kan komen. Maar daar wordt van jongsaf aan, ir het kinderhart de liefde voor het boeter leven ingeplant, en zijn de menschen fier opdat ze als boer geboren zijn met boeren hun brood verdienen. We komen hierop nog wel eens teru FRIDA. C e. e De ontvoogding der landbouwers moet hun eigen werk zijn. ^M5aar scu Geef uw u, KOORNBL schnnJ f °p2icht van het Ziek-enr0"^81513^90^ DemeD V3n zieke en zwakke struiken, dan moet het T.' i

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1922 | | pagina 1