REDT U
ZELVEN
Arbeid adelt
Graad inje Lagere School
Hoe een boomgaaffd
aangelegd
Het Plantgoed in
de Aardappelteelt
Beroepskeuze en
Onbeschroomd! en
toch vredelievend
Be?opn«''jd
Landbouwweekblad
Verkeerde
Richting
Flantaardappalen
moet steeds de
leus zijn van
alle landbouwers.
rIrder,Waarde hebb^ dan deze
Het H°eKje Jap
Leest e?i verspreidt
ï%r ht ons Blati
ZONDAG 13 OOGST 1922.
Prijs io centiemen.
4de JAARG4£
Abonnementsprijs 5,00 frank 's jaars.
en schrjjft in op ons Bureel en op alle postkantoren.
Aankondigingen volgens akkoord.
Bureel en Redactie GROOTE MAig^ 8( AALST
Veranivvoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDrvjN AaLst
Wij kennen reeds de opmerking die
ZIT u ff f° Het onderwijs
heeft hoofdzakelijk voor doel de vor
ming of opvoeding van het kind. Voor
Zvï- f ?laat betreft, moet deze ge
schieden door het onderwijzen van vier
grondvakken die zijn karton-, hout
ijzer- en kleibewerking, doch alle eigen
lijke beroepsonderwijs dient buitenae-
sloten a
Ons antwoord luidt 1° Wie heeft de
keus gemaakt dezer 4 grondvakken,
waarom moeten ze overal dezelfde we
zen. 2° Op den buiten is en blijft de land
bouw verreweg het bijzonderste vak,
alle stielemans bezitten er een lapje
grond dat ze zelf bewerken en iedereen
zou er de begrippen van landbouw die
nen te bezitten, des te meer dat de land
bouw overal en altijd het bijzonderste
vak blijven zal en dat de algemeene
voorspoed van het land met nauwe ban
den aan den voorspoed van den land
bouw verbonden ligt. Zal men beweren
dat de opvoeding van het kind min
doeltreffend zou zijn, omdat ze zou ge
schieden bij middel van bewegingen die
hij later in het praktische leven zou
kunnen gebruiken. Zal men beweren dat
de landbouw die, wat men er ook over
denke, talrijke kennissen vereischt, de
noodige opvoedingskrachten niet zou
bevatten om in den 4n graad gebruikt te
worden.
Welnu en zonder uit het oog te
verliezen dat de 4e graad zooals wij hem
verstaan geenszins het gebruik van hout
bewerking enz. buiten sluit—wij denken
te mogen bevestigen dat geen onder
wijs zooveel opvoedingsvermogen bezit
als een goed gegeven landbouwonder
wijs. Door de talrijke en verschillende
bewegingen die het vereischt, door de
gedurige aanraking met de ontelbare,
treffende en bekoorlijke natuurverschijn
selen door de oefening in open lucht,
door den geest van opmerking die het
en zeerste ontwikkek, is het doeltref-
end landbouwonderwijs een onveren
lijkbaar opvoedingsmiddel en men mag
dat het maar ver
waar rJ°S l if°iU mO0en worden, daar
baar mlkf """"nd het
Om een voorbeeld te nemen, buiten
het landbouwonderwijs, van de betreu
renswaardige stijfheid van het huidig
programma, zeggen wij dat talrijke on
derwijzeressen zich thans moeten toe
leggen op het bewerken van hout, het
zagen enz. Welnu, zou hetzelfde doel
niet kunnen bereikt worden door het
onderwijs van even nuttige en meer
vrouwelijke kennissen.
Ons dunkens moet de 4' graad op den
buiten voor doel hebben handige land
bouwers met open en vooruitstrevenden
geest te vormen. De andere vakken
moesten maar in aanmerking komen tot
zooverre ze bijdragen tot het bereiken
van dit oogwit. De huidige inrichting
schijnt ons bijgevolg als een lichaam
zonder hoofd. De bijhoorigheden wor
den onderwezen, het bijzonderste wordt
stelselmatig buitengesloten.
Het huidige stelsel opent den geest
niet voor het landbouwvak, het kan het
dus niet doen kennen of niet doen bemin
nen, het zal dus voor gevolg zoo niet
voor doel hebben den landbouw te
verwijderen. Is het dat welke men be
geert
PARDAF.
medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen
0ngeteekende stukken worden niet opgenomen
opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.
VVaar het er op aankomt de rechten
der boeren te verdedigen tegenover ge
lijk wie, te strijden onbeschroomd, ron
der vrees, voor hunne belangen van al
len aard, houden wij yoet bij stek. Het
gouvernement blijf' wel meest altijd doof
voor boerenstf^men. maar wij zullen
blijven r—en schreeuwen al moest
hw trommelvlies van zijn oor er van
springen wij zullen kloppen en blijven
k oppen tot dat de stukken er zullen af
vliegen.
Doch heethoofden zijn we met
lekkériZT Van, onbereikbaar lui-
cmS Z°,0als dat soms d<>or de so-
lalisten aan hun volk werd hplrW i
zullen wij nooit in de hoo7denvan 0J7j
menschen trachten in te planten Het
eenige wat wij willen en wat zi, recht-
ln.n,iasbgerevenmhetefr T9™' 'S dat
een loon naïr^^^ïefr^6 fflet
wa=ro?'.,r9tt8'BÏÏ9S
2Vi. volle recht
lijk leven
dat zij onbetwistbaar
hebben.
Keus der Variëteiten.
PERZIKEN.
Over t algemeen hoort men, over de
uitslagen met perzik als boomgaard
boom, met weinig lof spreken. De be-
komene uitslagen zijn gering en de te
leurstellingen soms heel groot. De oor
zaken er van zijn menigvuldig, doch laat
ze ons eens te zamen opsporen en 'k ben
overtuigd dat we, voor wat dit slag van
boomen betreft, niet altijd oordeelkundig
te werk gaan en ons weinig trachten te
schikken naar de levensbehoeften van
den boom. Eerst en vooral zijn oor
sprong opgezocht
Hij schijnt afkomstig te zijn uit het
Zuiden van Azië. Hij verlangt dus een
warme, beschutte plaats in den boom
gaard langs den Zuidkant. Daarom ook
geeft hij betere uitslagen tegen muur
blootgesteld aan 't zonnelichi, dan wel
in volle wind. Hij is bovendien onderhe
vig aan gomziekte en geraaktheid. We
moeten hem dus op een goed doordring
baren bodem, eerder licht dan zwaar
zetten en heel omzichtig te werk gaan
met stikstofrijke meststoffen.
Geeft ge hem geen kalk genoeg, dan
zullen zijn vruchten vallen niet lang na
het spenen, omdat ze, bij gebrek aan
kalk hun steen niet kunnen vormen.
Wilt ge ze zoet en aangenaam van
smaak geef ze dan metaalschuim en
houtassche en houd ze droog aan de
voeten in natte gronden zijn ze inder
daad grooter maar waterachtig en wei
nig gesuikerd. Metaalschuim en hout
assche oefenen bovendien een gunstigen
invloed op de kleur der perziken.
Wat vooral veel uit 't oog verloren
wordt dat is de keus der variëteiten.
Men wil prachtige, goede, gekende va
riëteiten, aangeprezen in catalogussen
in volle wind voortkweeken, die beter
aan zuidermuur geplaatst staan; van
daar dan ook gebrekkige uitslagen, ge
ringe opbrengsten en vroegtijdige dood.
De perzikboom uit zaad gewonnen is
bijzonder geschikt voor den teelt in volle
wind. Men zou dus beter doen zelf per-
zikboomen te kweeken en ziehier hoe
ge dient te werk te gaan.
Boomen uit zaad gewonnen geven
zelden of nooit de soort terug vanwaar
ze voortkomen en met appel- en pere
boom bekomt men bijna nooit een va
riëteit die t voortkweeken waard is en
hoe lang heeft ze dan nog op hare eer
ste vruchten niet doen wachten. Anders
nochtans is het gesteld met perzikboo-
men I Wanneer we de wijze voorzorg
nemen alleen steenen te zaaien van
schoone en goede variëteiten zijn we
bijna zeker goede soorten te bekomen en
wel 90 waaronder soms verscheiden
heden die de moedervariëteit overtref
fen. Het is ook beter steenen te nemen
van perziken die einde Juli, Augustus en
ten laatste begin September rijpen om
zoo vroege soorten te bekomen, die men
in den boomgaard, om reden van hun
vroegtijdig bloeien, een goede stand
plaats moet gunnen.
Wat nu gedaan met die sfeenen Ze
voor den Winter zaaien is niet geraad
zaam, ze zouden door overtollig regen
water wel kunnen verrotten, soms ook
al vervriezen bij groote koude of door
ratten, muizen of andere knaagdieren
verslonden worden. Ze bewaren ook
niet lang hun kiemkracht, ge moet ze
dus toch aan den grond toevertrouwen.
Daarom zult ge ze laagstapelen in bak,
kist of pot naar gelang de hoeveelheid
die gij' er van bezit. Op een laag zand,
legt ge een laag steenen, dan weer zand
enz. om te sluiten met een laag zand. De
bak, pot of kist wordt op een droge
vorstvrije plaats gezet, 't zij kelder of
anderzins of wel op een diepte van 30
tot 40 cm. in den grond gedolven. Men
zaait dan de eerste schoone dagen van
Maart.
In Aalst en omstreken zijn er nochtans
eenige variëteiten, die alhoewel niet
altijd uit zaad gewonnen, toch goede
uitslagen opleveren en als 't is om tijd
te winnen is de laatste handelwijze nog
t meest aan te prijzen.
De perziken zijn onderverdeeld in ge
wone en kale of naakte perziken.
Als gewone verkiezen we1° de
Amsden, prachtige perzik, goed van
smaak, rijpend einde Juli, begin Augus
tus. 2° Wilder. 3° Blondel, eigen aan de
streek, zeer groot. 4° Reine des Vergers
die onverbasterd uit 't zaad wederkeert.
5° Canada. 6° Waterloo. 7° De peche
d'Oignies, die insgelijks onverbasterd
uit 't zaad wederkeert. 8° De Grosse
mignonne hative.
Wie liefhebber- of hebster is voor
een kale of naakte perzik neme deze van
Felignies, die ook onverbasterd uit 't
zaad wordt voortgeteeld.
L. HAEMS,
Bij deze verklaring willen wi,
tans een andere voegen. noch-
?n 9eled,e,n st^even wij
in De Koornbloem klaar en duidelijk
dat, alhoewel wij het in 't grondbegwj
eens zijn met het Nationaal Verbond der
Belgische landbouwers, dat tot nu het
meest aanhangers telt in 't Walenland,
wij hen nochtans niet volgen kunnen op'
de glibberige baan die leidt naar een
modderpoel, naar de politiek, waar zij
zich hals over kop willen insmijten.
Er zijn menschen die het kwaad wil
len zoeken waar het niet te vinden ïs"
menschen die zeggen dat zij in onze wer
king niet klaar zien. Aan die filosofen
antwoorden wij Zet uwen grootsten
bril op en leest aandachtig het volgende
en vergeet het niet, want het schijnt dat
ge een flauw geheugen hebt. Daarom
zullen wij het u van tijd tot tijd eens
herhalen
Wij, dat wil zeggen de BOERENbond
van Aalst, Redt U Zeiven, strijden met
de pen, met het woord en met de daad
eerst en vooral voor de stoffelijke belan
gen van onze leden in het bijzonder en
in het algemeen voor alle landbouwers
die van goeien wil zijn.
Daarom zijn onze inrichters er toe
gekomen eene Samenwerkende Maat
schappij te stichten voor Samenaankoop
en Verkoop, daarom hebben ze een
Onderlinge Brandverzekering tot stand
gebracht, daarom hebben ze eene Spaar-
en Leenbank in het leven geroepen en
daarom ook nog zullen ze alles doen
wat in hun macht is met de hulp van
alle rechtzinnige boeren, want niets is
hun te veel als het de boerenbelangen
aangaat. Het verwondert ons wel eens
dat er geleerde menschen zijn, die zoo
gezegd werken voor standsorganisatie,
en het toch niet kunnen verkroppen dat
anderen aan hetzelfde edel werk hun
krachten wijden. Het heeft er dan allen
schijn van, dat zij enkel de standsveree-
niging aankleven en verdedigen voor
alle standen der samenleving, maar niet
voor de landbouwers. Want ze zijn de
eersten om onder elkaar onze menschen
van den buiten, allerhande scheldwoor
den naar den kop te smijten, die zij in
dit eenig voor hen smalend woord
boer samenvatten.
Voor ons, wij zijn er fier over, wij
verachten noch ons boerenwerk, noch
onzen boerennaam. Boer is onzen eere-
titel, boer is de naam van onzen stand,
zooals een titel van graaf of baron een
edelnaam beteekent. Graven en baron
nen roemen op hun titel, wij roemen op
onzen naam van BOER Zooals een
edelman alles in 't werk stelt om den
naam van zijn geslacht hoog te houden,
zoo hebben wij gezworen den naam van
ons geslacht, ons ras zooveel achting
mogelijk te verwerven met eerst en
vooral te zorgen voor onze stoffelijke
belangen, wel wetende dat in deze we
reld den mensch, wie hij ook zij, geschat
en geacht wordt naar zijn stoffelijke
welvaart. Er zijn nochtans edeler ge
dachten die ons aldus handelen doen en
deze is de bezonderste wij zijn eerst en
vooral mensch, en als mensch wie
zal het tegenspreken 1 hebben wij tot
plicht te zorgen eerst en vooraf voor een
menschwaardig bestaanop deze ge
dachte, op dit grondbeg.v. u l
gere gedachten gesteund. 1J°
Verstaat ge dat wel, heeren i/osofen?
Welnu, dan gaan we verder
E-mensch leeft niet van brood a„
teen..., zult ge misschien zeggen 't Is
JU.st tot daar dat we willen komen.
Wij ook zijn van deze waarheid ten
en de °VelW- Men verWi'É de boeren
en de werklieden soms dat zij verachterd
zijn, onbeschaafd of halfbeschaafd Maar
spruit die achterlijkheid, die zoogezegde
onbeschaafdheid niet voort uit armoede
en miserie. Een arm volk is gewoonlffk
een laaggezonken volk, terwijl men ziét
dat die vo keren, waar 't meest stoffelijke
welvaart heerscht, gewoonlijk van de
hoogste beschaving genieten. Daar waar
we"standendniJVMheid bl°eien' heerscht
welstand, daar bloeien ook de kunsten
en de wetenschappen. De zedeliike
geestelijke welvaart zijn het gevtlg van
stoffel,jken welstand. Spreek aan een
rn!Gh j ?Veer(: van honger of van
dorst over de heiligste dingen, als Gods
dienst en Vaderland, hij zal het niï
hooren, en zoo luid hij nog kan zal hff
smeeken om brood, om drinken.
Urn al die redenen werken wij eerst
voor de korst brood 1 «rat
££•«-- deftigerbe-
n J9en want wij zijn
etl 7fVtrtkU1u da,t Zi> beter verdienen
In 'etJ, e' beter kunnen hebben,
geen versto'o;5n°gen geen paria's zijn,
door den Staatl i a"e burgers moe-
worden, zooals een g<?atig behandeld
met zijn Wderen. Heeft%;v doet
voorliefde voor P(>„ onder'' ^misschieu
/-
worden toch doorb^meTde^A a!ien
gemeten. uezwJde maav
Meer vragen de boeren ^et Zü 2-
er fier op, en met veel rech/ da/zir
trouwe burgers van het Vaderland zijn
is het dan niet rechtvaardig dat men van
regeeringswege ook voor hen iets doe,
eerst en vooral op stoffelijk gebied,
omdat dit de grondslag is, het allereerste
begin. H. KLOPTEROP.
Met gewone bestatigingen, die elk
dagelijks kan nagaan, toonden wij in
ons vorig artikel het groot belang aan,
welk wij moeten hechten aan de keus
van het plantgoed in de aardappelteelt.
Schoon soort en zaadkeus, bij alle ge
wassen in den landbouw geteeld bijzon
dere aandacht vergen, zijn deze, tot nog
toe, bij de aardappelteelt van het aller
grootste gewicht en zulks om de volgen
de reden 1) omdat wij in onze streek,
over geen enkele goede inlandsche soort
beschikken, die ten volle met ons klimaat
en grondsoorten overeenkomt2) omdat
de aardappel, als er geen bijzondere
zorg wordt besteed aan de keus der
voortteelers, op weinigen tijd afleeft.
Die twee gegevens willen we nader
toelichten. Een goede inheemsche soort
hebben wij tot nog toe niet. Onze meeste
op groote schaal gekweekte aardappel-
soorten, als daar zijn, Industrie, Roode
Star en Kruger zijn, als zoovele andere
variëteiten, die uit andere landen hier
werden ingevoerd.
Van daar uit, dat ons klimaat en onze
grond niet ten volle voldoet aan sommige
natuurlijke noodwendigheden van die
soorten, dientengevolge zal het steeds
eene vereischte zijn om wel te lukken dat
we nu en dan ons soort eens hernieuwen
met ons plantgoed uit de oorspronkelijke
landen aan te schaffen.
De tweede aangegeven reden het
vroegtijdig afleven der aardappelen in
onze streek vindt zijne oorzaak, deels in
het vorige, doch grootendeels in de
slechte zorgen die wij aan de keus van
het plantgoed geven en aan de slechte
bewaring van het plantgoed.
Nemen wij vooreerst de keus van het
plantgoed. Hier bij ons wordt het plant
goed meest bij alle landbouwers ver
gaard, bij het uit rapen der aardappelen.
Den geheelen oogst wordt bijeen ge
goten en dan worden de dikke, het plant
soen en de kleine afzonderlijk bijeenge
raapt. Welnu die doenwijze is ten
strengste af te raden en wel om de vol
gende redenen
Op ieder aardappelveld «"aan onge
zonde, zwakke, uitgeplante struiken.
Bij het uitdoen van dergelijke struiken
bemerkt men, dat de opbrengst steeds
veel minder is, dan bij gezonde, krachtige
struiken, daarenboven zjjn de knollen
van dergelijke planten meest allemaal
'an middelmatige grootte. Die struiken
Cüoomte plantsoen, doch men hoeft
fen di9ete2iiDOm te besef"
van rlf. ^...aördaPPelen voortkomende
i r9j'1Jke struiken, als voortteelers
veel l km Van azende, krachtige,
van zïk Dl9endfeJStrUiken- De vrachten
taste élan y °f d°0r een 2iekte aan9e_
j I ZI'n niet alleen veel zwakker
dand ^g^^
men dV °°k D°9 ia Zicb de bie-
r ziekten van de moederplant.
ons geenszins verwonderen dat onze
aardappelen spoedig afgeleefd zijn, en
het tweede jaar eene mindere opbrengst
geven dan het eerste jaar. Met zoon
doenwijze moet het ons geenszins ver
wonderen, dat onze landbouwers ver
plicht zijn jaarlijks al hun plantgoed
fandw CQ U" H°Iland °f andere
Hrï/al|d0en ?e iandboawers niet in
Holland voor hunne plantaardappelen
In de maanden Juli en Augustus zijn
ze dagelijks m hunne aardappelvelden
Ze zoeken er de planten op die ziekelijk
s?ruieknenaAhieir d* and^
struiken. Al dezen die maar het geringste
mmderwaafdevertoonen wor-
Die ziftio aardaPPe|velden verwijderd.
orondig gedalTk\2 3 !?aal Na
mlSs' t' mt de keur*-gkom-
den stanav£*den keuren en naar gelang
meer bestand zijtassen en hun min of
v punten gegeven aa£Taè*laen,
I tijfc*, om hunne waarde vast te
Die partijen dis het hoogst komen
Pinten geven dan het degelijkste plant
goed en worden aen de hoogste prijzen
verkocht.
Die doenwijze geeh de Hollandsche
aardappelkweekers zeker meer werk dan
aan de Belgische veibouwers, doch
wordt dat werk hun honderd maal ver
goed. Bewijs daarvan, zijn de hooge
prijzen die betaald worden vaor dè
aardappelen die van dergelijke gtkeurde
velden voortkomen.
Nu moeten onze Belgische bo>ren
jaarlijks, honderd duizenden franken
besteden, om aardappelplantgoed ut
den vreemde aan te koopen. Wij bewe
ren niet, dat men er hier kan toekomen
zelf aardappelplantgoed op te doen, dat
evenveel waarde heeft dan Hollandsch
plantgoed, en dat wij het Hollandsch
plantgoed niet behoeven. Maar toch
durven we gerust zeggen, dat we, zoo
wij de gepaste middelen gebruiken er
kunnen toe komen onze aardappelen
voortkomende van plantgoed van ge
keurde Hollandsche velden, 2-3 jaar
eene goeden oogst te doen geven en als
wij om eene goede opbrengst te beko
men, maar alle 3 jaar plantgoed uit Hol
land zouden behoeven aan te koopen,
zouden we toch veel van die honderd
duizend franks zelf hebben gewonnen.
Over de zorgen te besteden aan het
plantgoed hebben wij het in ons volgend
nummer.
worden
Drij Heeren van ons Bestuur zijn op
reis naar Friesland om de aankoopen te
doen van plantgoed Eerstelingen,
Krugers en Roode Star.
De Eerstelingen zullen eerstdaags
verzonden worden en de Krugers einde
September.
Wij verzoeken de leden die nog be-
geeren in te schrijven dit vóór Woens
dag te doen aan de plaatselijke sekre-
tarissen of rechtstreeks op ons Bureel.
De Schrijvers worden vriendelijk ver
zocht hunne lijsten seffens binnen te
zenden.
De Industries uit Polen zullen binnen
eene maand gekocht worden.
®ér°uPfk,eUZe en beroepsopleiding i
noodzakelijk om op de zekerste manie
jne werkkrachten het meest te l il»
kSffn9en °m met ecn minimun, y,.
Krachten een maximum van voortbreng
te verwezentlijken. 1
Maar om de geest en werkkracht v
ons Belgisch volk het volle bedrag zijn
voortbrengst te doen opleveren moet e
aan beroepskeuze en beroepsopleidinc
ce meer belang worden gehec.-1' dan
ble1t0e het geval was. 1
Ofschoon de voortbrengers van alle
standen in België daarii/y
achter staan tegen deze vlsv I
den, komt ons boerenvolk hier J
Gaan niet duizenden en d
Vlaamsche boerenjongens jaarl
ranknjk het zwaarste boerenwi
richten, terwijl de land- en tuinbouw
metrtamofelen Uit VreCmde landeQ hie,
met groote winst voor de vreemder
worden aan den verbruiker verkocht.
van ,'S f is de uitgestrekthei,
van ons and te klein, om aan i.dt
Belg[werkenwinst in voldoende
op te leveren, om in zijn levensbf-
ten te voorzien. Maar toch zou er lit
liangebra'llt'' ter'n^ k""°C"
land 264 w,erden er 'n
r U" dm «eeSemê, .oï"!
:n in cü' nJiraenen franks zonden "w
hadcJetf voortbrengen in eigen land,'
voor de landöêvPoodige kennis voor
welvaart. Hier in onsTdi^de landbouw
nog voor velen een armoeu^Src
In vreemde landen wordt van^èi.
aan de buitenjeugd, de liefde voor
boerenleven ingeplant, het onderwijs
landelijke jeugd is er gericht naar c
stiel, die de kinderen in hun later lev.,
zullen uitoefenen, J
Beroepskeuze en beroepsopleid'-et
allebei onmisbaar voor hen, dit,
willen sterk staan in het leven.
J En beiden vallen grootendeels
de bevoegdheid der moeder. Zij
kiest voor haar kind het beroep of
uit. Zij heeft na te gaan of er in
kind een natuurlijken aanleg te bt
ren is, voor dit of dat beroep.
En Kier mag aan velen onzer
vrouwen wel een verwijt wore
maakt. Velen toch onder hen sch
een groote hekel aan te hebben,
kinderen als boer of boerin zien te
Al wat ge wilt, willen ze hunne kin,
laten worden, maar nooit of nooit bi. -
Door erfelijkheid heeft een kind ge/
woonlijk veel natuurlijken aanleg, vooc
het beroep zijner ouders, en nochtans^
doen vele buitenmoeders, veel moeite'
om dien natuurlijken aanleg bij hun kind
te verdringen, omdat bun Atv. 'ooeren~'
stiel een slaafschen stiel schijnt, omdat
hij niet voornaam en niet winstgevend
genoeg is. Maar die ouders beseffen y:e-
woonlijk niet, dat de boerenstiel, gron-
dig aangeleerd, en gesteund door weteP - I
schappelijk onderricht, hun kinder.,/
brengen kan tot gelukkig, edel leven, er
hen eene goede broodwinning I
geven.
Een reisje in den vreemde, Holland
Denemarken bijv., zou ons moederje^
doen zien, dat een boer ook een hee,
voornaam mensch zijn kan, en dat hfi
ook op heel fatsoenlijke wijze aan dei.
kost kan komen.
Maar daar wordt van jongsaf aan, ir
het kinderhart de liefde voor het boeter
leven ingeplant, en zijn de menschen
fier opdat ze als boer geboren zijn
met boeren hun brood verdienen.
We komen hierop nog wel eens teru
FRIDA. C
e.
e
De ontvoogding der landbouwers
moet hun eigen werk zijn.
^M5aar scu
Geef uw u,
KOORNBL
schnnJ f °p2icht van het
Ziek-enr0"^81513^90^ DemeD V3n
zieke en zwakke struiken, dan moet het
T.' i