I REDT U ZELVEN Arbeid adelt Vrije Tribuun Kool- of Sta if brand Veemarkt op Dinsdag 1 Juli 1925 Landbouwweekblad Hakvruchten Wi; zoeken Dienstwillige Personen. Index - cij er op 15 Juni 1925. moet steeds de leus zijn van alle landbouwers. 01gemeen@ Qes^houtuingen oüep ffophondel CDetens^happelijl^e bijdrage Stad flalst. Kep(m5 Jaapgnap^t m ZONDAG 5 JULI. 1925 Prijê 12 centiemen. 7de J AAKGANG 340 ■M Abonnementsprijs 6,00 frank 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie BRABANDSTRAAT, 53, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTA1RE CAUDRON, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Voor en door de Landbouwers Aan dit blad behoort een Bijvoegsel. Naar aanleiding van een artikel ver schenen in ons blad De Koornbloem van 21 Juni 11, get. Cam. Vincx, en handelende over de grieven der hop- planters, wil ik ook mijne bescheiden meening hierover doen kennen. De ievervolle Secretaris der Aalster- sche Hopfederatie schrijft, dat eenige eenvoudjge hopplanters het plan opge vat hadden een gezamenlijke werking op touw te zetten, ten einde de afschaffing te bekomen van zekere handelsmisbrui- ken in zake hopverkoop dat deze ge dachte veld won en dat een regionale bond gesticht werd. Welke is nu de reden van dien plot- selingen bijval, bij de vroeger zoo hard- hoorige en zoo moeilijk bijeen te trom melen hopplanters Zeker zijn het de misbruiken bij ver koop door achtbaren schrijver opge somd Doch bijzonder is het een dezer welke het laatste jaar in hare volle strengheid toegepast werd, te weten het afhouden van het facteursgeld tegen 1 °/o. Indien de planters vroeger enkel morden tegen goedgewicht, te veel af houden voor zak enz., misbruiken die zeker niet te rechtveerdigen zijn, maar waar zij aan gewoon waren, konnen zij moeilijk slikken, dat zoo in eens de koopman, bij de betaling, eene door de facteurs zelf vastgestelde som afhield en hun reeds zoozeer beperkte vrijheid nog meer insnoeide. Dit bracht de koppen bijeen, dit deed de werking ontstaan en is de oorzaak, het toovermiddel.van het ontstaan van den regionalen bond, wiens leden nu de algeheele afschaffing der misbruiken vragen. De plichten en rechten welke de aan gesloten leden zichzelf voorschrijven haalt schrijver aan onder A en B van zijn artikel en zegt verder Wanneer ik mij nu een oogenblik aan den tekst houdt van bovengemeld kontrakt, dan zie ik als bij tooverslag van den slor- digsten en zorgeloosten hopplanter tot den minst vertrouwbaren hopfac- teur, in eens tot ideale menschen her- schapen Dat er hopplanters zijn, die door het slecht verzorgen hunner waar den naam van zorgeloozen verdienen, geef ik toe, doch die naam mag niet te algemeen ge maakt worden. Want, telt men er niet velen die er roem op dragen,hunne waar goed te verzorgen, die kort plukken, goed drogen, die, in een woord, puike waar voortbrengen doch waar blijft de aanmoediging voor die goeden Per soonlijk heb ik er gekend, die als voor mannen waren, die prima waar voort brachten en die bij verkooping geen cent meer kregen dan hun gebuur, wiens waar dikwijls te wenschen liet bij le vering hadden zij buiten een tevreden hoofdknikje van den koopman, enkel den spotlach hunner minder nauwziende medematen. De handelwijze dezer laat- sten kan ik niet dan laken doch ieder zal moeten bekennen dat dit verre van aanmoedigend, integendeel ontmoedi gend werkt en in geenen deel kan bij dragen de hoedanigheid te verbeteren. De kooplieden zouden moeten beginnen met extra prijzen te geven voor goede waar en een kleine prijs voor slechte hop dit zou ten minste de goede aan sporen om vooruit te gaan en de lauwen aanwakkeren hen te volgen. De Heer Vincx schrijft verder Al de voorwaarden onder A en B ver- meld zijn eene trouwe weerspiegeling van de vroeger zoo hoog gewaardeer- de en tevens zoo strenge Reglemen- ten der ofBcieele hopwaag van Aalst,,. Hier ga ik met schrijver gedeeltelijk akkoord. De reglementen der hopwaag waren vroeger zoo streng, dat ze de be- drogzucht van planter en koopman kon nen intoomen en het is ook dank hieraan dat onze hop vroeger onze nationale roem uitmaakte, de Kunstperel van Vlaanderens Landbouwkroon Doch hoe kwamen veranderingen aan deze vroeger zoo strenge voorschriften, die den zorgeloozen planter met verbeurd verklaring zijner waar, zelfs met geld boete straften Zijn het niet de koopers geweest, die door hunnen overwegen den invloed bij de bevoegde besturen, artikel na artikel deden wijzigen De speelzucht of speculatie... ziedaar de ware schuldige Hop werd verkocht op termijn. Alle verhandelingen waren niet winstgevend en was er dan een koopman die slechte zaken deed, en toch aan zijne verplichtingen EER wilde doen, dan aarzelde hij niet mindere hoe danigheid, gemeene waar aan den man te brengen. Hiervoor was de hopwaag te streng, hij vroeg en kreeg verzachtin gen en wat bleef er na weinigen tijd nog over Genoeg om onze hopteelt te laten ten gronde gaan...om onze vroe gere grootheid en roem te niet te doen. En indien schrijver al de schuld van het verval der hop op den rug der plan ters wil leggen, gelijk zijn artikel doet veronderstellen, durven wij hier zeggen: De boeren zijn alleen de schuldigen niet; ook de koopmans mogen ootmoedig op de borst kloppen en het Mea Maxima Culpa (door onze allergrootste schuld) al was het dan ook inwendig, opzeggen. Ik zegde hooger gedeeltelijk akkoord. Want de regionale bond vraagt ook Bewijs van verkoop en levering bij overeenkomst Bij eigen ondervinding weten de boeren dat dit hoogstnoodig is. Bijzondere gevallen kan ik hier aan halen Twee jaar geleden werd bij ons hop verkocht, met het gewone gegeven woord leveren binnen Je veertien dagen Die zelfde hop lag na zes maanden nog ter plaatse bij den verkoo- persommige planters door gebrek, waren gedwongen bij den koopman te gaan bedelen, die dan hunne waar af nam tegen honderd en soms honderd vijftig franken beneden den koopprijs, Dit zijn wraakroepende gevallen, die bewijzen dat een kontrakt bij verkoop noodzakelijk is. Tot eer der hopkoop- mans mag gezegd worden, dat het maar enkelen onder hen zijn die zoo handelen willen. Schrijver brengt verder hulde aan de nagedachtenis van eenige voormannen aan de HH. Reniers, Beeckman en Hec tor Miserez. Voornamelijk in dezen laat- sten begroeten ook wij, hopboeren, den taaien werker, die onverpoosd voor het verbeteren der hop ijverde. Hij hoopte het vertrouwen tusschen planter, koop man en brouwer te brengen hij was den prediker van het kort plukken, het goed drogen, hij was den ontwerper der verbeterde hophasten, de draadvelden, de studiereizen en de hoptentoonstellin gen. Had men hem begrepen, dan ware dit wederzijds vertrouwen geene Uto pie maar werkelijkheid geweest. En dit vertrouwen is er noodig de koopers moeten zich kunnen vertrou wen op de planters, wederkeerig deze laatste op de koopers. De brouwers ook moeten kunnen vertrouwen stellen in hunne hopleveraars. Van de weinige kennis van sommige brouwers in zake hop mag geen misbruik gemaakt wor den zij mogen niet tevreden zijn met hop als ze maar goedkoop is, maar steeds goede waar eischen en er ook den prijs willen voor betalen. Dat een gegeven woord van eer hier niet volstaat, daar stem ik mee in ook dat de eenige radikale oplossing eene strenge hopwaag is, die alle waar borgen geeft, Doch dat al de hop bij regelmatig ingerichte hopmarkten zou geleverd worden, hoe ideaal het ook zij, noem ik een hersenschim, dat op eene zero zal uitloopen. Ik vraag op mijne beurt, zullen de boeren zoo naïef zijn, al hunne hop ter markt te brengen, daar den speelbal der koopers te zijn, die, als het slechte markt is, eenvoudig den gek houden met de boeren, die dan zouden gedwongen zijn tegen kleine prijzen te verkoopen of eene verloren reis te ma ken. Ik durf vrij antwoorden de plan ters willen ter stadswaag leveren, maar vragen verder geene veranderingen aan den verkoop, zij bestrijden er enkel de misbruiken van. Dat de koopers die ge woonten, welke als zoovele onrecht- veerdigheden schijnen, eenvoudig af schaffen, en de planters op hunne beurt onderwerpen zich aan alle kontrool, hoe streng hij ook zij. En dit kan niet anders dan vertrouwen en door vertrouwen voordeel aan beide partijen brengen. R. U. Z. Kool- en stuifbrand is een ziekte die zich voordoet op verschillende graange wassen de tarwe, het spelt, de haver en de gerst. Ook worden grassoorten, als het langgras, het zwenkgras en de ray-grassen, er door aangetast. Vroeger verwarde men al de verschil lende soorten dezer ziekte, die de bloe sems van de tarwe, de haver, de gerst... veranderden in een donkerbruin zwart poeder De opzoekingen van Brefeld, Jensen, Rostrup hebben bewezen dat er in werkelijkheid verschillende soorten bestaan en dat ieder van die soorten zich op een bepaald gewas ontwikkelt. Alzoo de stuifbrand van de tarwe ontstaat door de Ustilago tritici, die van de gerst door de Ustilago hordei, die van de haver door de Ustilago avence, die van de maïs door de Ustilago maydis en die van de Sorgho door de Ustilago sorghi. Ieder soort van Ustilago valt dus maar ééne soort van planten aan zonder aan planten van eene andere soort scha de te kunnen berokkenen. Alzoo blijft de Ustilago van de tarwe onschadelijk voor de haver Jensen heeft dit afdoen de bewezen. Daardoor hebben wij veel meer gemak om de ziekte te beperken en te bekampen zoo zal men op een veld waar b.v. de haver heel veel geleden heeft van de stuifbrand, het volgend jaar geen haver meer verbouwen, maar eenige jaren wachten eer men haver zal zaaien op het veld waar dit graangewas door stuifbrand is aangetast geweest. De Brandziekte, die behalve bij tarwe ook bij eenige andere granen en gras sen voorkomt, kan zich op tweeërlei wijzen openbaren en wel als stink- of smeerbrand en als stuifbrand. In beide gevallen komen in eene haar de korrels veelal niet tot ontwikkeling maar wor den veranderd. Bij den stinkbrand is het eene zwarte smerige massa van den vorm der korrel en bij den stuifbrand is het een zwart, weinig samenhangend poeder. De smeexbrand komt alleen bij tarwe voor, de stuifbrand ook bij gerst en haver. Die zwarte massa of dat zwarte poeder bestaat uit de sporen (zaden) van schimmels bij den smeer brand uit die van Tilletia caries, Tilletia laevis, bij den stuifbrand uit die van Ustilago carbo. Van de schimmelplan ten is overigens met het bloote oog niets te ontdekken haar mycelium of weef sel, waarop zich de sporen in de haren ontwikkelen, bevindt zich in de halmen, die in bijna hunne geheele lengte er mede doortrokken zijn. Uit dergelijke sporen als in de tarwevrucht voorkomen ont staat de ziekte. Wordt nu zaaigoed genomen waarop iets van die zwarte massa aanwezig is (eenige sporen of zaden), of zijn er van den vorigen oogst sporen in den grond gebleven of met den mest op het land gebracht, zoo komt, terwijl het zaad ont kiemt, uit de vochtig geworden sporen, een zoogenaamd promycelium (voor weefsel) voort, dat met het jonge kiem- plantje in aanraking komende, daarin dringt en, naarmate de tarweplant groeit, zich verder hierin ontwikkelt om na den bloeitijd der tarwe, in de haren nieuwe sporen te vormen. De ondervin ding heeft geleerd dat een vochtige lig ging van den grond en eene versche bemesting de ontwikkeling van den brand het meest begunstigen. Kan dus door eene drogere ligging aan den grond te geven en niet met verschen stalmest te mesten, die ont wikkeling worden tegengegaan dan hebben we als eerste vereischte om de tarwe vrij van brand te houden geen sporen vooral niet met zaaizaad op het land te brengen of de daarbij aanwezige sporen haar kiemVermcgen te doen verliezen. Oud zaaizaad nu is in den regel nog wel kiembaar, maar de daarop voorkomende brandsporen zijn het niet. Het nemen van dergelijk zaai zaad kan dus leen eerste middel zijn. Een tweede middel is het zaaigraan eene bijzondere behandeling te laten on dergaan om de brandsporen of de smet, welke ook na de zorgvuldigste reiniging, aan de korrels, vooral tusschen de haar tjes aan den top blijven kleven, te doo- den. Om de sporen van de Ustilago doelmatig te dooden, blijft er ons maar een enkele bestrijding voor handen n.l. de heetwaterbehandeling van Jensen. Men gebruikt daartoe een groote ton water op 55 graden verwarmd dan neemt men zakjes van 25 kgr. die men met het zaaigraan vult en in het warm water te weeken zet. Men zal de zakken niet te dicht toebinden opdat het zaai graan dat te weeken staat, zich zou kun nen uitzetten. Men lette vooral op de temperatuur die 53 graden moet zijn. Komt het koude zaaigraan in aanraking met het warme water, dan zal dit laatste rap afkoelen. Komt de temperatuur nu te dalen, dan moet men hierin voorzien met er opnieuw heet water bij te voe gen. Men zal het graan zoo dan gedu rende tien minuteu in het warme water in beweging houden, zonder het noch tans uit het water te laten komen. Na de tien minuten zal men het zaaigraan openspreiden om het te laten drogen. Op èén dag kan men zoo gemakke lijk 500 tot 600 kgr. zaaitarwe behande len. Die wijze van bestrijden, de eenige die met goed gevolg kan worden toege past, heeft reeds de beste uitslagen gele verd. Het eenige nadeel is dat men moet voorzichtig zijn met de temperatuur gaat die immers te hoog, dan zou men de kiemkracht van het zaaizaad in zekere mate kunnen beschadigen. L. MORTELMANS. In eene vorige bijdrage heb ik er op gewezen dat bijna al de nieuwe bepalin gen der laatste melkwet de officiëele be stempeling gaven aan de voorzorgen welke al de geleerden die de melk en de melkmikroben bestudeerden, onmisbaar achten tot het bekomen en bewaren van gezonde melk. Daar men een wet enkel dan zonder misnoegen volgt, wanneer men de over tuiging heeft dat ze werkelijk noodig en billijk is, zal ik, om die overtuiging aan de belanghebbende mede te deelen.in de ze bijdrage een kort overzicht geven van hetgeen over de mikroben der melk door de geleerden tot hiertoe is vastgesteld. De melk is, zooals iedereen wellicht weet, een volledig voedselhet bevat vet, eiwitstoffen en suiker, dus al de voe dingstoffen welke den mensch noodig zijn. De mikroben echter vinden ook in de melk al wat ze behoeven, zij verme nigvuldigen er zich met buitengewone snelheid en bewerken de ontbinding der melkbestanddeelen. De microben zijn kleine levende we zens waarvan de lengte en de breedte één of enkele duizendsten van een milli meter is. Men heeft een bijzonder toestel noodig om de mikroben te zien n. 1. de mikroskoop, maar toch kunnen we overal hun werking bestatigen, werking welke schadelijk of voordeelig kan zijn. Bepaalde mikrobehsoorten immers worden gebruikt in stokerijen, brouwe rijen, tot bereiden van wijn, kaas, azijn, brood enz. Op landbouwgebied ook heb ben we de werking van mikroben bestu deerd toen we spraken van nitrifikatie- bakteriën en van den bacil der wortel knobbeltjes (Bacillus Radicicola). Er zijn echter ook schadelijke mikro ben er zijn mikroben welke men patho- geen (ziekteverwekkend) noemt zooals de mikroob van tering, typhus, van mond- en klauwzeer enz.; andere mikro ben zijn ook nog schadelijk omdat ze de voedingstoffen bederven: ze veroorza ken wat men noemt de ziekten van bier, wijn, melk enz. De scheikundige ontzettingen welke door de mikroben bewerkstelligd worden ge schieden door tusschenkomst van diasta- sen, welke door de mikroben afgeschei den worden. Diastasen werken juist zoo als katalysators, waarvan weL'vroeger reeds spraken: dit zijn stoffen welke de snelheid der scheikundige omzettingen vermeerdert. Zonder katalysator is die snelheid dikwijls zóó klein, dat er geen scheikundige omzetting schijnt plaats te grijpen, doch het is bewezen dat kataly sators enkel de snelheid vermeederen van scheikundige omzettingen welke van zelfs, spontaan, neiging hebben tot ont wikkeling en dus met een bepaalde snel heid, hoe flauw ook, plaats grijpen. Van waar komen de melkmikroben? Hun oorsprong is veelvuldig. De be smetting kan aan de koe zelf te wijten zijn. Men heeft de aanwezigheid van mi kroben bestatigd in de melkvaten van de koe zelf, waar ze hetzij van buiten, hetzij door het bloed zijn binnengeraakt. Deze mikroben worden met de eerste stralen melk weggevoerd en veel schrijvers ra den dan ook aan de eerste stralen niet op te nemen, maar ze te laten verloren gaan. De stallucht is voorzeker ook een be smettingsoorzaak. Men heeft bemerkt dat de besmetting door den stallucht teweeg gebracht, veel vermindert wordt wan neer men de melk ontvangt in kruiken met smalle opening. Vele mikroben door het voeder aangebracht, vermenigvuldi gen zich in den darm en kunnen door de uitwerpselen of het strooisel in de melk gebracht worden. Wanneer men het strooisel wegneemt, kan men een aanzienlijke vermeerdering van het getal mikroben in den stallucht vaststellen. Deze vermeerdering kan nog uren nadien waargenomen wordenmen raadt bijgevolg ook aan vóór het melken alle nuttelooze beweging of verplaatsing van het strooisel te vermijden. Ziehier, volgens Barthel, het gemid deld getal mikroben in den stallucht per kubieken meter aanwezig Bij het uitdeelen van hooi: 3.193.000 Bij het melken 's middags1148.000 Onder den buik der koe3.200.000 De voornaamste oorzaken van besmet ting zijn echter het gebruik van vuile kruiken en emmers, ook de vuile handen van deze die met het melken gelast zijn, en de onreinheid van de uier der dieren. De eerste uren na het melken bestatigt men een vermindering van het getal mi kroben welke te wijten is aan het kiem- doodend vermogen der melk. Maar rond het 12de uur, begint de Bacterium lactis acidi, de eigenlijke melkzuurbacterie, de bovenhand te nemen. Tegelijkertijd daalt het getal der andere mikroben, daar ze door het gevormde melkzuur gehinderd worden. Onder de melkzuurbacteriën onder scheidt men 3 groepen De groep van Bacterium lactis acidi welke tusschen 18 en 30 graden de melk stremt op het tijdverloop van 24 uren. Deze mikroben zijn bijvoorkeur Het College van Burgemeester en Schepenen brengt ter kennis van de belang hebbende dat de gewone Hoornvee-Jaarmarkt dezer stad zal gehouden worden, op Dinsdag 7 Juli aanstaande, en dat er te dezer gelegenheid de volgende Pre- mien zullen uitgereikt worden 1° Voor het grootste getal magere Beesten, minstens 6 beesten 1° 30 fr 2° 20 fr.; 3e 10 fr. 2° Aan den verkooper die het grootste getal volle Vaarzen en Melkkoeien zal hebben ter markt gebracht, ten minste zes beesten le 30 fr.; 2' 20 fr. 3° Aan den verkooper die de schoonste bekalfde Vaars met 2 tanden zal heb ben ter markt gebracht le 30 fr. en gouden eeremetaal2e 20 fr. en zilvere eere metaal 3e 10 fr. en bronzen eeremetaa!. 4e Aan den verkooper die de schoonste bekalfde Vaars met 4 tot 6 tanden zal hebben ter markt gebracht le 40 fr. en gouden eeremetaal 2e 30 fr. en zilveren eeremetaal3e 20 fr. en bronzen eeremetaat4° 10 fr. en bronzen eeremetaal. 5° Aan den verkooper die de schoonste melkkoei bekalfd en onbekalfd zal heb ben ter markt gebrachtle 30 fr. 2e 20 fr 3e 10 fr. N. B. Deze 5 reeksen prijskamp zijn uitsluitelijk uitgeschreven voor Veever- koopers. VOORWAARDEN 1. De voorgeschreven Premiën zullen eeniglijk toegewezen worden na vast stelling en bewijs dat het daartoe vereischte getal Vee ter markt zal tentoonge steld, verkocht en geleverd geweest zijn. Nochtans zal de levering der gekochte dieren slechts mogen geschieden na de uitreiking der Premiën. 2. Ingeval van gelijk getal, zullen de Premiën toegekend worden aan den verkooper die de schoonste verzameling zal hebben ter markt gebracht. 3. De verkoopers of de tentoonstellers die meenen recht te hebben tot een der vermelde Premiën, zullen gehouden, zijn zich te doen inschrijven op gemelden dag, voor het begin der markt, van 7 tot 8 uren, bij de Jury, die zich terplaats zal bevinden. 4. De Jury zal voor elke soort van beesten de belooningen mogen inhouden, indien zij oordeelt dat geen der aangebodene dieren een prijs verdient. 5. De uitreiking der Premiën zal plaats hebben denzelfden dag, op klokslag 10 uren 's voormiddag en dit op verslag van eene door het College van Burge meester en Schepenen aangestelde Jury, samengesteld uit heeren Landbouwers, Stokers, Vleeschhouwers enz., die over alle schikkingen zullen beslissen zonder beroep. 6. Ér zal alle hulp aan koopers en verkoopers verleend worden. 7. De Veemarkt zal gehouden worden aan de Brusselschepoort, op de Hout markt. 8. Het Vee ter markt gebracht is vrij van plaatsgeld. Bijzondere Prijskamp uitgeschreven voor Vaarzen van inlandsch ras. (Voor het vaststellen van de echtheid van het ras zal de Jury zich gedragen naar de voorschriften van het Verbond der Veekweek-Syndikaten van Oost- Vlaanderen.) Reeks A. Vaarzen bekalfd en onbekalfd zonder en tot twee tanden lc Premie 30 fr. en gouden eeremetaal 2' premie 20 fr. en zilvere eeremetaal 3C premie 15 fr. en bronzen eeremetaal; 4e premie 10 fr. en bronzen eeremetaal 5S premie 5 fr. en bronzen eeremetaal 6e premie een bronzen eer;metaal7e premie een bronzen eeremetaal. Reeks B. Vaarzen bekalfd en onbekalfd met vier tanden T Premie 30 fr. en gouden eeremetaal 2' premie 20 fr. en zilvere eeremaal 3' premie 15 fr. en bronzen eeremetaal4C premie 10 fr. en bronzen eeremetral 5e premie 5 fr. en bronzen eeeremetaal6' pemie een bronzen eereme taal 7e premie een bronzen eeremetaal, Hoogergenoemde prijzen worden geschonken door het Bestuur der Sam Maatsch. Redt U Zeiven te Aalst. Voor de voorwaarden zie hierboven onder de nummers 3, 4, 5, 7, 8. Deze prijskamp wordt speciaal uitgeschreven voor het uitkiezen van de schoonste exemplaren van ons Vlaamsch ras en is toegelaten aan alle landbou wers en kooplieden. Gedaan te Aalst, den 6 Juni 1925. Op bevel De Secretaris, De Burgemeester en Schepenen Oscar REYNTENS. Eugeen BOSTEELS. anaërobiën, 't is te zeggen dat ze kunnen leven zonder lucht. De stremming begint van onderaan en stijgt zoo tot de opper- vlakte der melk. De groep van Bacterium acidi lactici stremt de melk tusschen 30 en 40 graden. De stremming begint aan de oppervlak te. De melkserum wordt troebel en heeft een slechten smaak. Deze mikrobengroep is vertegenwoordigd in Roquefort- en Cheddarkaas. De derde groep melkzuurbacteriën ontwikkelt zich met moeite in de melk. De zuurheid welke door de werking van deze mikroben ontstaat tengevolge van de omzetting van melksuiker in melk zuur, wordt gemeten in graden Dornic: 1 graad Dornic komt overeen met 1 gram melkzuur per liter melk. Vanaf 28 graden Dornic stremt de melk bij het koken: bij 70 of 80 graden stremt de melk spontaan op de gewone temperatuur. Er zijn ook mikroben die de eiwitstof fen aantasten. De twee voornaamste de zer mikroben zijn de Subtilis en de Ty- rothrix tennis; deze mikroben scheiden twee diastasen afhet lebbenzijm dat de kaasstof neerslaat en de casease die deze weer oplost onder vorm van peptonen, dit zijn de eerste ontbindingsprodukten van eiwitstoffen. Die mikroben worden aangebracht door het voeder en de uit werpselen der koe ze weerstaan aan de temperatuur van 100°. Op die tempera tuur nemen ze een speciaal gedaante aan ze worden sporen, dit is een weer standsgedaante welke sommige mikroben bezitten. In kaasmakerijen worden zuivere cul turen van enkele soorten melkbacteriën aangewend. Tyrothrix wordt aange wend tot bereiding van Briekaas. Art- haud-Berthet heeft ondervonden dat de melkzuurbacteriën noodig zijn om de vorming van Boterzuur en de verrot- tinsgistingen te belemmeren. Wat het melkvet betreft, het wordt ontbonden door de werking van kiemen welke men Torulas noemter onstaat aldus boterzuur dat aan ranse boter ha ren slechten smaak geeft. ('t Vervolgt). P. J. CLAUS. Scheikundige. De kosten welke de teelt van beeten en aardappelen vergt zijn aanzienlijk en merkwaardig is het dat deze kosten wei nig of niet veranderen, dat de opbrengst een hooge of een geringe weze. Een rij ke bemesting is het beste middel om een hooge opbrengst te bekomen. Indien men voor aardappelen van 3 tot 600 kg. So- danitraat van Chili zal gebruiken, vol gens den staat van den bodem en zijn vruchtbaarheid, dan wordt zelden, door de vooruitstrevende landbouwers, voor beeten, min dan 500 kg en vaak tot 1.000 kg. en meer, Sodanitraat gebruikt. Wil men de beste uitslagen bekomen, dan zal men ten minste de helft der ge bruikte hoeveelheid vóór het zaaien of poten toepassen, de andere helft bij het hakkenin gronden rijkelijk met orga nische stikstof voorzien, is het zelfs aan te raden de volle hoeveelheid vóór het zaaien of poten in te werken. Gewestelijke agentschappen voor ver koop van VEREDELDE ZAAIGRANEN worden aangeboden door Oude ernstige Belgische firma van eerste belangrijkheid voor ieder der vol gende plaatsen en omstreken 1Aalst2. Sottegem 3. Oosterzeele. Een agentschap per aangeduide plflflts NIETS AAN TE LEEREN. Eerlijkheid, wilskracht, volharding en kel vereischt. Schrijven ZADEN, bureel van te genwoordig dagblad. N, B. De kandidaten kunnen een der aangeduide plaatsen of eene naburige gemeente bewonen. Naar het onderzoek van het Ministe rie van nijverheid, Arbeid en Maatschap pelijke Voorzorg wordt het eenvoudig index-cijfer van de verhooging der klein handelsprijzen in België op den 15" Juni 1925, bepaald op 505 tegen 502 op 15 Mei 1925, l/T RNBL OEM 1 •k

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1925 | | pagina 1