REDT IJ ZELVEN GROND|WÏKROBE|NI Wat iedereen eens overdenken moet Landbouwweekblad Arbeid adelt ERRATA* Vrije Tribuun Iets over flopkmestie EEN OPROEP POSTTARIEVEN. WINTERGRANEN EN SCHEIKUNDIGE MESTSTOFFEN moei steeds de leus zijn van alle landbouwers. CDetens^hoppelijl^e bijdpage ZONDAG 27 SEPT. 1925. Prijs 12 centiemen 7de JAARGANG Nt ?52 Abonnementsprijs 6.00 frank 's jaars. Men schrjjft in op ons Bureel eu op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie BRABANDSTRAAT, 53, AALST Veraniwoordelijke Opsteller ORTA1RE CAUDRON, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen öngeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Voor en door de Landbouwers Aan dit blad behoort een Bijvoegsel. Nevens de insekten en de wormen leven in den grond een verbazende hoe veelheid mikroben. Ze halen hun kool en stikstofvoeding uit den humus, waar van zij tevens de scheikundige samen stelling wijzigen met een snelheid welke sterk afwisselt volgens de temperatuur, devoch igheid en ook de zure of alka lische (tegenovergesteld van zuur) reak- tie van den grond. De stoffen welke al dus voortgebracht worden hebben een rechtstreekschen terugslag op de vrucht baarheid van den grond, daar ze ge schikte voedstoffen zijn voor de plant. Hoe belangrijk echter de rol der bak- teriën ook weze, toch is hunne tegen woordigheid niet onmisbaar tot het leven der plant. Een plant kan zich im mers ontwikkelen in een gesteriliseerde t. t. z. mikrobenvrije oplossing van mi nerale stoffen, op voorwaarde dat die stoffen zulke scheikundige samenstelling hebben dat de plant ze kan vereenzel vigen. Het is juist de werking der mikroben de samenstelling van humus, welke door de plant als dusdanig niet kan vereen zelvigd worden, zoodanig te vereen voudigen, dat de ontbindingsprodukten door de plant gebruikt kunnen worden. Onder die ontbindingsprodukten komt vooral in aanmerking de ammo niak welke zelf door de nitrifikatiabak- teriën in salpeterzuur wordt omgezet. Wat het getal mikroben betreft, niet zelden vindt men in één gram akker grond meer dan een millioen dezer le vende wezentjes Een voorname groep is die der am- moniakvormende mikroben, wier wer king door Müntz klaar in 't licht werd gesteld. Op kalkrijke gronden zijn het vooral zeer gemeene mikroben die de ammoniakvorming bewerkstelligen op zure gronden zijn het zwammen of schimmelplanten die deze reaktie ver richten. Onder de mikroben stippen wij den Bacillus Mycoïdcs aan (Marchal). De zeer talrijke en welbekende schim melplanten die het ammoniakvormend vermogen bezitten, zijn de Aspergillus, de Mucor racemosus, enz. Wanneer de omzetting van humus in ammoniak met snelheid geschiedt, is zulks een gunstige omstandigheid voor de plantenvoeding, indien tevens de voorwaarden verwezenlijkt zijn welke een snelle omzetting van ammoniak in salpetuurzouten (nitraten) verzekeren. Alle soorten humus leveren niet even gemakkelijk ammoniak. Ten dien op zichte is het gebruik van groenmest gansch aangewezen het geeft zeer be vredigende uitslagen, indien het inkuilen geschiedt wanneer de plantenweefsels nog jong zijn en nog veel aminozuren bevatten, d. z. stoffen welke met ammo niak nauw verwant zijn en met snelheid in ammoniak kunnen omgezet worden. Het inkuilen zal duS liefst gebeuren in den bloeitijd. Wanneer de grond kalkrijk en wel verlucht is geschiedt de ammoniakvor ming met groote snelheid. De aldus ge vormde ammoniak kan geruimen tijd als dusdanig in den grond blijven, vooral bij lage temperatuur zooals in den Winter. Gedurende dat jaargetijde houdt de nitripkatie (omzetting van ammoniak in salpeterzuur) bijna op, daar ze een nocal warme temperatuur vergt. Laten wij hier herinneren dat ammo niak en ammoniakzouten rechtstreeks door de plant, in kleine hoeveelheid, kunnen vereenzelvigd worden, zonder een voorafgaande nitrifikatie ondergaan te hebben Zulks blijkt uit proeven door Müntz, Schloesing jr en Mazé op mikro- benvrijen grond verwezenlijkt, dus bui ten alle nitrifikatie om. Op kalkrijken grond echter wordt de ammoniak door tusschenkomst der nitri- fikatiebakteriën geoxydeerd t. t. z. met zuurstof verbonden. Aldus vormt zich salpeterzuur dat zich met kalk tot salpe terzure kalk (kalknitraat) verbindt. 2 N H3 8 O Ca O Ca (N03) 2 3 H2 O Terwijl de ammoniak gevestigd wordt door het adsorptievermogen van den grond (zie vorige bijdrage), worden de nitraten door het water meegevoerd dit verzekert een regelmatige verdeeling van den nitraat op het veld, maar het levert ook dit nadeel op dat het regenwater de nitraten naar de onderste grondlagen wegspoelt buiten het bereik der planten. Vooraleer men het bestaan der nitri- fikatiebakteriën vermoedde, had men veel theoriën verzonnen om de vorgiing van salpeter in den grond uit te leggen. Men dacht dat de stikstof en de zuurstof van den lucht zich in den grond tot sal - peterzuur verbonden dank aan den po reusen toestand der aarde welke afs ka talysator zou gewerkt hebben. Vele ka talysators hebben immers hun vermogen te danken aan hunne poreusen toestand, z. bv. houtskool, platina enz. Boussingault echter bewees dat de stikstof der lucht niet in aanmerking kwam bij de vorming van salpeterzuur. In een volgende bijdrage zullen we zien hoe Schloesing en Müntz de tus schenkomst van bakteriën bewezen, en we zullen het belang der nitrifikatie uit eendoen alsook de voorwaarden welke ze vereischt. P. J. CLAUS, Scheikundige. België met de kringen Eupen en Mal- medy telt thans een oppervlakte van 3.044.445 Hectaren. Wijd uitgestrekte grenzen heeft het dus niet en nochtans al zijn ze maar eng toch vereenigen ze in zich bijna al de soorten bouwgrond van de gematigde luchtstreek. Ik wou hier eerst uw aandacht op trekken om daarna aan de lezers en lezeressen van De Koornbloem eens de doen uit- schijnen hoe belangrijk de handel in fruit en groenten hier in ons klein land is. Alhoewel ons volk zeker ten achter staat bij andere volkeren in zake be schaafde en beleefde manieren, in zake algmeene ontwikkeling misschien, toch moeten we graag bekennen dat het van een anderen kant hoedanigheden heeft die we ook te vergeefs bij andere volke ren zullen zoeken. Daarom dragen we dezen in 't harte die ons volk ook zede lijk en geestelijk hooger willen bren- j gen, want eens daar terug op peil zooals j in de middeleeuwen zal men nogmaals j den roem en de grootheid van het Vlaamsche volk luid mogen verkon- digen. Welk volk bezit zulke behendige en taaie arbeiders als het Belgisch en in zonderheid het Vlaamsche volk. Voeg bij den erfelijken aanleg dat het bezit voor den teelt van fruit en groenten'ook nog het onderwijs dat het sedert eenige jaren genieten mag, en ge zult met mij bekennen moeten dat het niet alleen de geschikte grond is die hier zoo'n uitbrei ding van den handel in fruit en groenten heeft gegeven. Fier mogen we zeggen dat België in den vreemde een benijde faam heeft ver worven voor wat betreft de hoedanig heid en schoonheid van zijn tuinbouw- voortbrengselen. Inderdaad de vooruit gang vastgesteld op gebied 'ëan vervroe- j gen of vertragen, voor wat betreft de keuze der variëteiten aangepast aan het beoogde doel't zij men ze vroeger of later wenscht te bekomen, 't zij men ze smakelijker en schooner wil, 't zij men ze grooter en vruchtbaarder wenscht dit alles, zeg ik, laat ons heden toe in alle seizoen fruit en groenten op de markt te brengen en dat aan betrekkelijk gematig de prijzen. Om u een gedacht te geven hoe ons handelscijfer met het buitenland in zake fruit en groenten klimt, laat me zeggen dat het in 1920 slechts 28.410.183 kgr. bedroeg voor 't fruit en 81.439,348 kgr. voor groenten; in 1922 reeds 42.194.858 kgr. voor 't fruit alleen en 96.746.302 kgr. voor groenten. Voor wat betreft de waarde van deze producten moe'en we rekening houden met de schommelingen van onzen frank en is het heel moeilijk zich een juist denkbeeld er van te geven. Zoo voor 1920 bedroeg de opbrengst in franken 34.481.232 fr. voor 't fruit en 40.131.515 fr. voor groenten; in 1922 reeds 49.721.163 fr. voor 't fruit en slechts 33.248.175 fr. voor groenten. We moeten er nochans ook bijvoegen dat onze uitvoer van fruit en groenten voor den oorlog veel belangrijker was dan heden en dat we er verre van af zijn het aantal kgr. te bereiken dat we in 1913 bereikten en dit voornamelijk voor den uitvoer van groenten, deze was in 1913 geklommen tot 300.551.969 kgr. Nu we mogen niet vergeten dat de Belgische werklieden, kleine burgers die vroeger weinig of geen gebruik van fruit en groeten maakten, er thans groote hoe veelheden verorberen en dat er dus in 't binnenland veel meer fruit en groenten worden aan den man gebracht. Met de algemeene optelling van 1910 waren er in België 63.339 Ha. boomgaard. Zestien jaar te voren of in 1894 bedroeg dit getal slechts 47591 Ha. Er was dus, gedurende i deze tijdspanne, een vermeerdering waar te nemen van meer dan 17.000 Ha. en iedereen van ons weet dat er in 1920 en 1921 nog vele Ha. boomgaard zijn bijge komen. Het ware misschien ook al niet van belang ontbloot eens na te gaan in wel ke provincie van ons land men het meest boomgaarden aantreft. We zullen ze in orde van belangrijkheid opsommenLuik, Henegouw, Limburg, Oost-Vlaanderen, Brabant, West - Vlaanderen, Namen, Luxemburg en Antwerpen. De provincie Luik telt niet minder dan 17.460 Ha, boomgaard voor haar alleen. Henegouw 9425, Limburg 7850, Oost - Vlaanderen 7520, Brabant 7192, West - Vlaanderen 5753, Namen 5045, Luxemburg 2163. Deze laatste zal hare mindere hoeveelheid wel te wijten hebben aan haar klimaat en hare hoogere ligging. De provincie Antwerpen komt gansch aan den staart met ternauwernood 840 Ha. boomgaard. Hier moet de oorzaak gezocht worden in e'en aard van den grond en de slechte voorwaarden van zijn Kempen. We weten ook dat een deel van de boomgaarden in West-Vlaande ren door den oorlog gansch zijn vernield geworden, doch we mogen niet vergeten dat er sedert den wapenstilstand talrijke nieuwe beplantingen zijn aangelegd ge worden. De meeste uitbatingen van boomgaarden gaan gepaard met vee kweek, zoodanig dat de uitgestrektheid graslanden om zoo te zeggen in dezelfde verhouding is gestegen. Fruit- en vee kweek laten gepaard gaan is niet af te ra den bijzonder als men de voorzorg heeft genomen de vijf eerste jaren den grond tusschen de fruitboomen te bewerken en niet alleen het gras, maar ook deboomen een goede dosis natuurlijke en scheikun dige meststoffen toe te dienen, 't Vervolgt. L. HAEMS. Landbouwvoordrachtgever. In het nummer van verleden Zondag is in het arrikel De Amerikaansche Meeldauw van den Stekelbeziestruik een zetfout geslopen: De volzin Zoodra de struiken begin nen uit te loopentot aandeze laat ste geheeten wordtmoet zijn Zoodra de struiken beginnen uit te loopen behandelt men deze met ze te besproeien met een oplossing van 0,2 zwavellever, deze laatste is een oplos sing van zwavel met koolzure potasch die een leverkleur heeft en hierom zwa vellever geheeten wordt Zijn Uwe gebouwen en Uw roerend goed genoegzaam ver zekerd Zooniet is de Brandverzekering Redt U Zeiven daar om eene bij gevoegde verzekering te doen. We geven hier onder "Vrije Tri buun een antwoord van den heer B. De Coninck we laten aan iedereen het recht zich te verdedigen en zijne gedach ten vooruit te zetten. Waarde Heer Hoofdopsteller, Mijn eenvoudig briefken in uw num mer van 6" dezer verschenen heeft een lang schrijven van den heer Vincx uit gelokt welke ik om heel wat redenen niet onbeantwoord mag laten. Daarom doe ik nogmaals beroep op uwe welwil lendheid om dit een plaatsken te geven in uw zeer gewaardeerd landbouwblad. Laat me eerst en vooral zeggen, dat het niet in mijn bedoeling lag iemand te kwetsen en zoo ik me sterk op mijn recht als hopboer ongekunsteld uitdruk, dit alle redenen voor verontschuldiging vindt in een zeer karig onderwijs, in het minder gebruik van mijn pen, dan van mijn schup. Het spijt me dan ook dat de heer Vincx in den ongelijken strijd van een onderwijzer en een hopboer z'n pen heeft misbruikt om me te noemen een wereldreddende persoon met een hoogdravend pleidooi wiens onbe nullige uitvallen en "pretentie zoo hoog moedig en ijdel is en dat ik me dan ga inbeelden een verlosser van 't lijdend menschdom te zijn, die een mirakel zou verwezenlijkt hebben Bovendien worden m'n opmerkingen als 44 lawaaie rige kritiek betiteld, mijn persoon "een wijsgeerig alweter, wiens heethoofdig heid, koppigheid en weerspannigheid geweldig misplaatst zijn en getuigen van bitter weinig gezond verstand en oor deel En ten slotte wordt me één ijdele pretentie aangewreven, die geweldig belachelijk is Ge zult me mij toegeven, Heer Hoofd opsteller, dat zooveel scheld- en spot woorden naar aanleiding van een on schuldig briefje van 18 regeltjes, een beetje overdreven is en me, ten aanzien van mijn vakgenooten en vrienden, tot wederwoord verplichten. Degenen, die me kennen, zoo hophan delaars als boeren zullen lachen als ze gehoord hebben van mijn pretentie en wat weet ik al. Iedereen, die met mij omgaat, weet dat ik sedert jaren en ja ren al m'n zorgen m'n zeer beperkt ver stand gebruik voor de verbetering, voor de welvaart van onze hop Ik houd van de hoppe, ze is voor mij niet alleen een vrucht, ze is voor mij ook een sierplant, die 'k in mijn lochtingnog kweeken zou, al was ze ook overal verdwenen, al was haren prijs beneden alle schatting ge daald. Aan de hopkultuur heb ik 't beste van mijn boerenzorg en boerenverstand gewijd. Maar 't verkwijnen van die schoone kuituur, het bestaan van die schandige voorrechten, die misbruiken zijn, heb ben in mij ook een verzet gewekt, een verzet dat zich uit in jaren hardnekkige strijd voor ons recht en voor de recht vaardigheid. Ik heb niet de pretentie het lijdende menschdom te verlossen; ik dien mijn eigen belang, al dienend de recht vaardigheid. In dien strijd voor het recht der hop- pekweekers sta ik als een simpel soldaat sedert vele jaren. Ik duid het den Heer Vincx niet ten kwade, het doet geen afbreuk aan z'n persoonlijke verdiensten, noch aan z'n kennis, maar hij gelieve te overwegen, dat ik het recht van de hoppeboeren heb verdedigd tegen wie ook, op een tijdstip dat hij nog niet eens 't bestaan van een hopkultuur ver moedde. Hij. die vandaag zoo beleefd schimpt op een hoppeboerken en zelfs zijn uitsluiting uit de hopfederatie vraagt, vergete niet, dat ik den strijd tegen de misbruiken, den strijd tegen een onrecht vaardige wetgeving en meteen den strijd voor meer onafhankelijkheid door een degelijke pachtwet heb meegestre den op een oogenblik, dat er een beetje meer vervolging vanwege sommige grooten aan verbonden was. De misbruiken, die de hophandelaars bevoordeeligen zijn door de getroffen overeenkomst tusschen de hopfederatie en de hophandelaars voor een deel weg geruimd, andere misbruiken zijn ver meerderd. Zoo heeft eene commissie beslist. Ben ik verplicht me daarbij neer te leggen Ben ik verplicht op een baal van 100 kgr. tegen 1000 fr. verkocht 3°/o of 60 fr. toe te geven, 60 fr. te verlie zen alleen aan het schandige goedge wicht, omdat gij dit helpen beslissen hebt. Heb ik niet tot plicht en voor belang te strijden tot alle misbruiken zijn uit geroeid Heb ik niet tot plicht alle hopboeren te wijzen op het bestaande en verscherp te misbruik van het goedgewicht heb ik niet tot plicht allen aan te wakkeren den strijd voort te zetten tot de verwe zenlijking van de eenige goede oplossing de afschaffing van alle misbruiken Ik heb mijn handteekening gezet onder eerlijke voorwaarden, onder de rechten en de plichten van Elk het Zijne ik ben bij de boeren van Mijlbeek zelf ge weest om daar handteekens voor in te zamelen, om aan de boeren te vragen dat ze in de voorwaarde van afschaffing van alle misbruiken hun hop zouden plukken en verzorgen als eerste hoeda nigheid en ik zou me moeten neerleggen bij een oplossing die sommige onrecht vaardigheden in stand houdt of ver scherpt Ik doe het niet Ik houd m'n woord tot het laatste Ik blijf strijden tot alle voorrechten verdwenen zijn op dit gebied ik treed ook op tegen alle overeenkomsten, die daaraan afbreuk doen. Jaren en jaren zijn we benadeeligd, BESTOLEN geweest. Niemand kan me overtuigen dat we moeten juichen en dankbaar zijn omdat we 't, dank zij een door een commissie vastgestelde overeenkomst een beetje minder zullen zijn. Niemand kan 't me instampen dat, als er toegevingen te doen zijn, de eeuwigbedrogen boeren die moeten doen. Sterk op dat recht, het goede recht, vast overtuigd mijn plicht te doen als hoppeboer en eenig vertegenwoordiger der boeren in de hopcommissie, heb ik geschreven en gezegd wat ik meende te moeten schrijven en zeggen. En of ik daarom bedreigd word, door een niet-hoppeboer uit de federatie der hoppeboeren te worden gebannen, toch zal ik geen duimbreed afwijken van de nu afgeteekende lijn,ten bate onzer hop kultuur, ten bate onzer hoppeboeren, ten bate van de rechtvaardigheid. Ik zou wel graag nog een woordje gezegd hebben over den rol onzer hop commissie, maar ik meen dat ik reeds al te veel misbruik heb gemaakt van de verleende gastvrijheid. Ik stop dan ook met het beleefd verzoek om een plaatsje bij een betere gelegenheid en met mijn innigen dank om opname. B. DE CONINCK. Lid der Hopcommissie van de Stadswaag. (Ingezonden tnededeeling). De bedrijvige zomermaanden met hun drukke arbeid en onophoudende zorgen, hunne congresdagen en vergaderingen, uitstappen en tentoonstellingen zijn voorbij. Voortdurend hebben we ons best ge daan om de voortbrengst enzer onder nemingen zoo hoog mogelijk te maken We hadden te kampen met heel ongun stige weergesteltenis, en onze landbou wers zullen wel zelf moeten zorgen dat de bres van dezen zomer wordt dicht gemaakt. We hebben tenioonstellingen bezocht, öp ons eigen hoeve en velden bevindin gen opgedaan, die ons hebben geleerd. Gebuur en vriend hoorden we zinspelen op dit of op dat, welk bij hen is voorge komen. Nieuwe soorten zaad en plantgoed werden hier en elders aangewend, hier had men met die nieuwe soort 'n goede uitslag, elders 'n fiasco. Weiazen over landbouwwetenschap pen, sociale aangelegenheden en over zoovele zaken, die we juist genoeg ken nen om tot het besef te komen dat we van dat alles veel te weinig weten. Meer weten Meer ontwikkeling Het is als 'n levensbehoefte geworden voor heel ons volk. Nooit als nu werd er zooveel geschre ven en gesproken Nooit als nu was de drang naar ontwikkeling zoo stukend als vandaag. Wanneer men eenigen tijd in gezelschap is van enkele personen, tot welken stand of beroep die ook behoo- ren, dan hoort men zooveel verschillige zaken bespreken, worden zooveel vra gen gesteld, die 't bewijs leveren dat ons volk van tegenwoordig graag zooveel weet, en gretig luistert naar onderricht. Om die drang naar ontwikkeling te voldoen en de leerzucht te verzadigen is er in vele centra's stof of liever gelegen heid genoeg Men beschikt er over bi bliotheken, leeszalen, tooneel- of studie kringen, voordrachten enz. In vele buitenmiddens is er van dat alles weinig of niets te vinden en is er meestal niets dat ten dienste is van die genen die er met ontwikkelingslust be zield zijn. Zeker is er veel van wat hoo ger genoemd werd, dat in vele gemeen ten niet kan worden tot stand gebracht. Ofwel beschikt men niet over het noo- dig getal belanghebbenden, ofwel mist men er de leidende kracht om iets aan te vangen, ofwel wil den eene zus en den andere zoo. Hoe de toestanden en omstandighe den ook zijn, toch is het in elk geval een feit dat er in vele gemeenten van ons arrondissement niets bestaat dat ons volk ontwikkeling kan bijbrengen. Zoo hebben we om er enkele te noemen die we best kennen Aygem, Bambrugge, Borsbeke, Burst, Helder- gem, Herzele, Hillegem, Kerkxken, Let- terhautem, Nederhasselt, Ressegem, St Lievens Essche, Steenhuyze, Vlierzele, Woubrechtegem en Zonnegem. Daar zal men wel hier of daar 'n too- neelkring vinden die zoo goed als het is werd bijeengescharreld, of 'n boekerij, maar toch moet men bekennen dat er weinig wordt gedaan om de ontwikke ling vooruit te helpen. Toch zijn er op al die gemeenten vele mannen die zich in die niets-doenerij dikwerf vervelen en die uit al hun krach ten zouden meewerken om ook daar iets tot stand te brengen. Welnu laten we eens de hand aan 't werk slaan en in weinige weken zijn we scheep. Er zijn in hoogergenoemde gemeen ten enkele personen die zich graag zouden in betrekking stellen met al degenen die iets voelen uit die ge meenten om 'n studiekring te stich ten. Daarvoor wordt er gevraagd dat al degenen die daar iets voor voelen, hun naam, juist adres en beroep, on der omslag zouden sturen naar 't bu reel van dit blad, Brabantstraat, 53, Aalst, op den omslag op goed zicht bare wijze zettend de letters S. K. In den loop der maand Oktober zullen ze tot 'n eerste vergade ing worden uitgenoodigd. Men gelieve de namen in te sturen voor 10 Oktober. Een juist afgebakende werkschets of programma kunnen we niet geven, om reden dat we eerst wenschen kennis te maken met de verlangens onzer toekom stige leden. Toch kunnen we van nu af aan zeggen minstens bij voldoende belangstelling dat we niet wenschen droog-wetenschappelijke kursussen te geven, maar graag iets zouden tot stand brengen naar ieders gading, WelaanDat al degene uit genoemde streek, 't zij oud of jong, landbouwer, burger of werkman, niettalme zijn naam in te sturen, minstens als hij iets voelt voor ontwikkeling. We vragen ook dringend de meewer king van intellectueele krachten, onder wijzers, oud-studenten enz. enz. We meenen het overbodig voor de zóó ver langde hulp van die meer regelen te melden. Die menschen weten genoeg wat hun volk noodig heeft en zullen niet aarzelen hun plicht te doen. Nota van de Redactie. Voor dit stuk werd in ons blad een plaats ge vraagd en tevens vroeg men of op ons bureel de adressen mochten ingestuurd worden. We zullen dat dan ook doen, maar op voorwaarde dat dezen kring uitsluitend werkt tot zedelijke en gees telijke verbetering van ons volk. Op de Spaar- en Leenbank Redt U Zeiven doet men de vei ligste en voordeeligste geldbeleg ging. Indien onze landbouwers tot een ruim toepassen der kunstmeststoffen zijn overgegaan, geschieden deze toe passingen niet altijd oordeelkundig genoeg. Zoo hebben vooruitzettin gen, welke noch op wetenschap noch op ervaring steunden, hun het aan wenden van stikstofmeststoffen bij het zaaien der wintergranen doen ver waarloozen. Rogge en tarwe echter nemen de helft, zoo niet de twee der den op der stikstof die ze noodig hebben, voor het einde der maand Maart. In deze behoefte zullen wij moeten voorzien en wel met een stik stofmeststof waarvan de stikstof on veranderd kan worden benuttigd. Hierom is bij het zaaien het toepas sen voor de wintergranen van 150 tot 200 kg. Sodanitraat van Chili een volstrekte noodzakelijkheid. i Wij geven hieronder de bijzonderste veranderingen welke van af lstt October a. s. zullen in voege komen Voor binnenland. Gewone brieven 0,30 fr. per 50 gram of gedeelte van 50 gram. Stalen zonder waarde 0,05 fr. per 50 gram of gedeelte van 50 gram met mi nimum van 0,20 fr. De pakjes monsters mogen niet meer dan 500 gram wegen en niet meer dan 45 centimeter lang, 20 centimeter breed en 10 centimeter dik zijn, of, indien zij den vorm van eenen rol aannemen, niet meer dan 45 centimeter lang zijn en niet meer dat 15 centimeter middellijn heb ben. Zaakpapieren 5 centiem per 50 gram of gedeelte van 50 gram, bruto-gewicht, met minimum van 30 centiem per pak. Het port van de onder open omslag of onder band verzonden gedrukte naam- of adreskaartjes, met of zonder mededee- ling, is vastgesteld op 15 centiem per zending van 10 gram en minder. Deze kaartjes mogen niet meer dan 10 centimeter lang en 7 centimeter breed zijn; zij mogen niet vergezeld gaan van eenig drukwerk of ander voorwerp. Op de gedrukte adreskaartjes, zonder eenige mededeeling wordt, welke afme tingen zij ook mogen hebben, het tarief voor gewone drukwerken toegepast, wanneer zij afzonderlijk bloot verzonden worden. Het verlies van een aangeteekend voorwerp voor het binnenland verplicht het beheer tot betaling, aan den afzender of in zijne plaats, aan den bestemmeling, van eene schadeloosstelling van ten hoog ste 100 frank. Voor buitenland. Zullen later bekend gemaakt worden de nieuwe tarieven toepasselijk in het verkeer met het Groothertogdom Luxem burg. Nederland en de postbureelen van den Duitschen, Franschen of Nederland- schen grenskring. De algemeene taksen, in België toe passelijk op de poststukken met het bui tenland gewisseld zoowel in het gebied van de Postvereeniging als buiten dit gebied alsmede op de brieven en doosjes met aangegeven waarde, de postwissels, de in te vorderen waarden, de verreken- zendingen, de postabonnementen en de postoverschrijvingen, in het verkeer met zekere landen van de Vereeniging, zijn vastgesteld als volgt, onder voorbehoud, dat de door bijzondere Overeenkomsten opgelegde taksen van toepassing blijven. In België gefrankeerde brieven 1 fr. tot 20 gram boven de 20 gram, 60 cen tiem meer per 20 gram of gedeelte van 20 gram. Zendingen uit België: Enkele postkaarten 60 centiem Postkaarten met betaald antwoord: 1 fr. 20 c. Gefrankeerde drukwerken, zaakpa pieren en monsters zonder waarde20 centiem per 50 gram, met minimum van 1 frank per zending voor de zaakpapie ren en 40 centiem voor de monsters. -/• Postwissels: Kosten van uitgiftevast recht1 fr evenredig recht50 centiem per 100 fr. i III RNBLOEM *SBW>awiMgHI h i I llillIBWMfT'irnW ammoniak zuurstof kalk kalknitraat water Ingezonden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1925 | | pagina 1