REDT IJ
ZELVEN
GROND|WÏKROBE|NI
Wat iedereen eens overdenken moet
Landbouwweekblad
Arbeid adelt
ERRATA*
Vrije Tribuun
Iets over flopkmestie
EEN OPROEP
POSTTARIEVEN.
WINTERGRANEN EN
SCHEIKUNDIGE MESTSTOFFEN
moei steeds de
leus zijn van
alle landbouwers.
CDetens^hoppelijl^e bijdpage
ZONDAG 27 SEPT. 1925.
Prijs 12 centiemen
7de JAARGANG Nt ?52
Abonnementsprijs 6.00 frank 's jaars.
Men schrjjft in op ons Bureel eu op alle postkantoren.
Aankondigingen volgens akkoord.
Bureel en Redactie BRABANDSTRAAT, 53, AALST
Veraniwoordelijke Opsteller ORTA1RE CAUDRON, Aalst.
De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen
öngeteekende stukken worden niet opgenomen.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.
Voor en door de
Landbouwers
Aan dit blad behoort een Bijvoegsel.
Nevens de insekten en de wormen
leven in den grond een verbazende hoe
veelheid mikroben. Ze halen hun kool
en stikstofvoeding uit den humus, waar
van zij tevens de scheikundige samen
stelling wijzigen met een snelheid welke
sterk afwisselt volgens de temperatuur,
devoch igheid en ook de zure of alka
lische (tegenovergesteld van zuur) reak-
tie van den grond. De stoffen welke al
dus voortgebracht worden hebben een
rechtstreekschen terugslag op de vrucht
baarheid van den grond, daar ze ge
schikte voedstoffen zijn voor de plant.
Hoe belangrijk echter de rol der bak-
teriën ook weze, toch is hunne tegen
woordigheid niet onmisbaar tot het
leven der plant. Een plant kan zich im
mers ontwikkelen in een gesteriliseerde
t. t. z. mikrobenvrije oplossing van mi
nerale stoffen, op voorwaarde dat die
stoffen zulke scheikundige samenstelling
hebben dat de plant ze kan vereenzel
vigen.
Het is juist de werking der mikroben
de samenstelling van humus, welke door
de plant als dusdanig niet kan vereen
zelvigd worden, zoodanig te vereen
voudigen, dat de ontbindingsprodukten
door de plant gebruikt kunnen worden.
Onder die ontbindingsprodukten
komt vooral in aanmerking de ammo
niak welke zelf door de nitrifikatiabak-
teriën in salpeterzuur wordt omgezet.
Wat het getal mikroben betreft, niet
zelden vindt men in één gram akker
grond meer dan een millioen dezer le
vende wezentjes
Een voorname groep is die der am-
moniakvormende mikroben, wier wer
king door Müntz klaar in 't licht werd
gesteld. Op kalkrijke gronden zijn het
vooral zeer gemeene mikroben die de
ammoniakvorming bewerkstelligen op
zure gronden zijn het zwammen of
schimmelplanten die deze reaktie ver
richten. Onder de mikroben stippen wij
den Bacillus Mycoïdcs aan (Marchal).
De zeer talrijke en welbekende schim
melplanten die het ammoniakvormend
vermogen bezitten, zijn de Aspergillus,
de Mucor racemosus, enz.
Wanneer de omzetting van humus in
ammoniak met snelheid geschiedt, is
zulks een gunstige omstandigheid voor
de plantenvoeding, indien tevens de
voorwaarden verwezenlijkt zijn welke
een snelle omzetting van ammoniak in
salpetuurzouten (nitraten) verzekeren.
Alle soorten humus leveren niet even
gemakkelijk ammoniak. Ten dien op
zichte is het gebruik van groenmest
gansch aangewezen het geeft zeer be
vredigende uitslagen, indien het inkuilen
geschiedt wanneer de plantenweefsels
nog jong zijn en nog veel aminozuren
bevatten, d. z. stoffen welke met ammo
niak nauw verwant zijn en met snelheid
in ammoniak kunnen omgezet worden.
Het inkuilen zal duS liefst gebeuren in
den bloeitijd.
Wanneer de grond kalkrijk en wel
verlucht is geschiedt de ammoniakvor
ming met groote snelheid. De aldus ge
vormde ammoniak kan geruimen tijd als
dusdanig in den grond blijven, vooral bij
lage temperatuur zooals in den Winter.
Gedurende dat jaargetijde houdt de
nitripkatie (omzetting van ammoniak in
salpeterzuur) bijna op, daar ze een nocal
warme temperatuur vergt.
Laten wij hier herinneren dat ammo
niak en ammoniakzouten rechtstreeks
door de plant, in kleine hoeveelheid,
kunnen vereenzelvigd worden, zonder
een voorafgaande nitrifikatie ondergaan
te hebben Zulks blijkt uit proeven door
Müntz, Schloesing jr en Mazé op mikro-
benvrijen grond verwezenlijkt, dus bui
ten alle nitrifikatie om.
Op kalkrijken grond echter wordt de
ammoniak door tusschenkomst der nitri-
fikatiebakteriën geoxydeerd t. t. z. met
zuurstof verbonden. Aldus vormt zich
salpeterzuur dat zich met kalk tot salpe
terzure kalk (kalknitraat) verbindt.
2 N H3
8 O
Ca O
Ca (N03) 2 3 H2 O
Terwijl de ammoniak gevestigd wordt
door het adsorptievermogen van den
grond (zie vorige bijdrage), worden de
nitraten door het water meegevoerd dit
verzekert een regelmatige verdeeling van
den nitraat op het veld, maar het levert
ook dit nadeel op dat het regenwater de
nitraten naar de onderste grondlagen
wegspoelt buiten het bereik der planten.
Vooraleer men het bestaan der nitri-
fikatiebakteriën vermoedde, had men
veel theoriën verzonnen om de vorgiing
van salpeter in den grond uit te leggen.
Men dacht dat de stikstof en de zuurstof
van den lucht zich in den grond tot sal -
peterzuur verbonden dank aan den po
reusen toestand der aarde welke afs ka
talysator zou gewerkt hebben. Vele ka
talysators hebben immers hun vermogen
te danken aan hunne poreusen toestand,
z. bv. houtskool, platina enz.
Boussingault echter bewees dat de
stikstof der lucht niet in aanmerking
kwam bij de vorming van salpeterzuur.
In een volgende bijdrage zullen we
zien hoe Schloesing en Müntz de tus
schenkomst van bakteriën bewezen, en
we zullen het belang der nitrifikatie uit
eendoen alsook de voorwaarden welke
ze vereischt.
P. J. CLAUS,
Scheikundige.
België met de kringen Eupen en Mal-
medy telt thans een oppervlakte van
3.044.445 Hectaren. Wijd uitgestrekte
grenzen heeft het dus niet en nochtans
al zijn ze maar eng toch vereenigen ze
in zich bijna al de soorten bouwgrond
van de gematigde luchtstreek. Ik wou
hier eerst uw aandacht op trekken om
daarna aan de lezers en lezeressen van
De Koornbloem eens de doen uit-
schijnen hoe belangrijk de handel in fruit
en groenten hier in ons klein land is.
Alhoewel ons volk zeker ten achter
staat bij andere volkeren in zake be
schaafde en beleefde manieren, in zake
algmeene ontwikkeling misschien, toch
moeten we graag bekennen dat het van
een anderen kant hoedanigheden heeft
die we ook te vergeefs bij andere volke
ren zullen zoeken. Daarom dragen we
dezen in 't harte die ons volk ook zede
lijk en geestelijk hooger willen bren- j
gen, want eens daar terug op peil zooals j
in de middeleeuwen zal men nogmaals j
den roem en de grootheid van het
Vlaamsche volk luid mogen verkon-
digen.
Welk volk bezit zulke behendige en
taaie arbeiders als het Belgisch en in
zonderheid het Vlaamsche volk. Voeg
bij den erfelijken aanleg dat het bezit
voor den teelt van fruit en groenten'ook
nog het onderwijs dat het sedert eenige
jaren genieten mag, en ge zult met mij
bekennen moeten dat het niet alleen de
geschikte grond is die hier zoo'n uitbrei
ding van den handel in fruit en groenten
heeft gegeven.
Fier mogen we zeggen dat België in
den vreemde een benijde faam heeft ver
worven voor wat betreft de hoedanig
heid en schoonheid van zijn tuinbouw-
voortbrengselen. Inderdaad de vooruit
gang vastgesteld op gebied 'ëan vervroe- j
gen of vertragen, voor wat betreft de
keuze der variëteiten aangepast aan
het beoogde doel't zij men ze vroeger
of later wenscht te bekomen, 't zij men ze
smakelijker en schooner wil, 't zij men ze
grooter en vruchtbaarder wenscht dit
alles, zeg ik, laat ons heden toe in alle
seizoen fruit en groenten op de markt te
brengen en dat aan betrekkelijk gematig
de prijzen.
Om u een gedacht te geven hoe ons
handelscijfer met het buitenland in zake
fruit en groenten klimt, laat me zeggen
dat het in 1920 slechts 28.410.183 kgr.
bedroeg voor 't fruit en 81.439,348 kgr.
voor groenten; in 1922 reeds 42.194.858
kgr. voor 't fruit alleen en 96.746.302
kgr. voor groenten. Voor wat betreft de
waarde van deze producten moe'en we
rekening houden met de schommelingen
van onzen frank en is het heel moeilijk
zich een juist denkbeeld er van te geven.
Zoo voor 1920 bedroeg de opbrengst in
franken 34.481.232 fr. voor 't fruit en
40.131.515 fr. voor groenten; in 1922
reeds 49.721.163 fr. voor 't fruit en
slechts 33.248.175 fr. voor groenten. We
moeten er nochans ook bijvoegen dat
onze uitvoer van fruit en groenten voor
den oorlog veel belangrijker was dan
heden en dat we er verre van af zijn het
aantal kgr. te bereiken dat we in 1913
bereikten en dit voornamelijk voor den
uitvoer van groenten, deze was in 1913
geklommen tot 300.551.969 kgr.
Nu we mogen niet vergeten dat de
Belgische werklieden, kleine burgers die
vroeger weinig of geen gebruik van fruit
en groeten maakten, er thans groote hoe
veelheden verorberen en dat er dus in 't
binnenland veel meer fruit en groenten
worden aan den man gebracht. Met de
algemeene optelling van 1910 waren er
in België 63.339 Ha. boomgaard. Zestien
jaar te voren of in 1894 bedroeg dit getal
slechts 47591 Ha. Er was dus, gedurende
i
deze tijdspanne, een vermeerdering waar
te nemen van meer dan 17.000 Ha. en
iedereen van ons weet dat er in 1920 en
1921 nog vele Ha. boomgaard zijn bijge
komen.
Het ware misschien ook al niet van
belang ontbloot eens na te gaan in wel
ke provincie van ons land men het meest
boomgaarden aantreft. We zullen ze in
orde van belangrijkheid opsommenLuik,
Henegouw, Limburg, Oost-Vlaanderen,
Brabant, West - Vlaanderen, Namen,
Luxemburg en Antwerpen. De provincie
Luik telt niet minder dan 17.460 Ha,
boomgaard voor haar alleen. Henegouw
9425, Limburg 7850, Oost - Vlaanderen
7520, Brabant 7192, West - Vlaanderen
5753, Namen 5045, Luxemburg 2163.
Deze laatste zal hare mindere hoeveelheid
wel te wijten hebben aan haar klimaat en
hare hoogere ligging.
De provincie Antwerpen komt gansch
aan den staart met ternauwernood 840
Ha. boomgaard. Hier moet de oorzaak
gezocht worden in e'en aard van den
grond en de slechte voorwaarden van
zijn Kempen. We weten ook dat een deel
van de boomgaarden in West-Vlaande
ren door den oorlog gansch zijn vernield
geworden, doch we mogen niet vergeten
dat er sedert den wapenstilstand talrijke
nieuwe beplantingen zijn aangelegd ge
worden. De meeste uitbatingen van
boomgaarden gaan gepaard met vee
kweek, zoodanig dat de uitgestrektheid
graslanden om zoo te zeggen in dezelfde
verhouding is gestegen. Fruit- en vee
kweek laten gepaard gaan is niet af te ra
den bijzonder als men de voorzorg heeft
genomen de vijf eerste jaren den grond
tusschen de fruitboomen te bewerken en
niet alleen het gras, maar ook deboomen
een goede dosis natuurlijke en scheikun
dige meststoffen toe te dienen,
't Vervolgt.
L. HAEMS.
Landbouwvoordrachtgever.
In het nummer van verleden Zondag
is in het arrikel De Amerikaansche
Meeldauw van den Stekelbeziestruik
een zetfout geslopen:
De volzin Zoodra de struiken begin
nen uit te loopentot aandeze laat
ste geheeten wordtmoet zijn
Zoodra de struiken beginnen uit te
loopen behandelt men deze met ze te
besproeien met een oplossing van 0,2
zwavellever, deze laatste is een oplos
sing van zwavel met koolzure potasch
die een leverkleur heeft en hierom zwa
vellever geheeten wordt
Zijn Uwe gebouwen en Uw
roerend goed genoegzaam ver
zekerd
Zooniet is de Brandverzekering
Redt U Zeiven daar om eene bij
gevoegde verzekering te doen.
We geven hier onder "Vrije Tri
buun een antwoord van den heer B.
De Coninck we laten aan iedereen het
recht zich te verdedigen en zijne gedach
ten vooruit te zetten.
Waarde Heer Hoofdopsteller,
Mijn eenvoudig briefken in uw num
mer van 6" dezer verschenen heeft een
lang schrijven van den heer Vincx uit
gelokt welke ik om heel wat redenen
niet onbeantwoord mag laten. Daarom
doe ik nogmaals beroep op uwe welwil
lendheid om dit een plaatsken te geven
in uw zeer gewaardeerd landbouwblad.
Laat me eerst en vooral zeggen, dat
het niet in mijn bedoeling lag iemand te
kwetsen en zoo ik me sterk op mijn recht
als hopboer ongekunsteld uitdruk, dit
alle redenen voor verontschuldiging
vindt in een zeer karig onderwijs, in het
minder gebruik van mijn pen, dan van
mijn schup.
Het spijt me dan ook dat de heer
Vincx in den ongelijken strijd van een
onderwijzer en een hopboer z'n pen
heeft misbruikt om me te noemen een
wereldreddende persoon met een
hoogdravend pleidooi wiens onbe
nullige uitvallen en "pretentie zoo hoog
moedig en ijdel is en dat ik me dan ga
inbeelden een verlosser van 't lijdend
menschdom te zijn, die een mirakel
zou verwezenlijkt hebben Bovendien
worden m'n opmerkingen als 44 lawaaie
rige kritiek betiteld, mijn persoon "een
wijsgeerig alweter, wiens heethoofdig
heid, koppigheid en weerspannigheid
geweldig misplaatst zijn en getuigen van
bitter weinig gezond verstand en oor
deel
En ten slotte wordt me één ijdele
pretentie aangewreven, die geweldig
belachelijk is
Ge zult me mij toegeven, Heer Hoofd
opsteller, dat zooveel scheld- en spot
woorden naar aanleiding van een on
schuldig briefje van 18 regeltjes, een
beetje overdreven is en me, ten aanzien
van mijn vakgenooten en vrienden, tot
wederwoord verplichten.
Degenen, die me kennen, zoo hophan
delaars als boeren zullen lachen als ze
gehoord hebben van mijn pretentie en
wat weet ik al. Iedereen, die met mij
omgaat, weet dat ik sedert jaren en ja
ren al m'n zorgen m'n zeer beperkt ver
stand gebruik voor de verbetering, voor
de welvaart van onze hop Ik houd van
de hoppe, ze is voor mij niet alleen een
vrucht, ze is voor mij ook een sierplant,
die 'k in mijn lochtingnog kweeken zou,
al was ze ook overal verdwenen, al was
haren prijs beneden alle schatting ge
daald. Aan de hopkultuur heb ik 't beste
van mijn boerenzorg en boerenverstand
gewijd.
Maar 't verkwijnen van die schoone
kuituur, het bestaan van die schandige
voorrechten, die misbruiken zijn, heb
ben in mij ook een verzet gewekt, een
verzet dat zich uit in jaren hardnekkige
strijd voor ons recht en voor de recht
vaardigheid. Ik heb niet de pretentie het
lijdende menschdom te verlossen; ik dien
mijn eigen belang, al dienend de recht
vaardigheid.
In dien strijd voor het recht der hop-
pekweekers sta ik als een simpel soldaat
sedert vele jaren. Ik duid het den Heer
Vincx niet ten kwade, het doet geen
afbreuk aan z'n persoonlijke verdiensten,
noch aan z'n kennis, maar hij gelieve te
overwegen, dat ik het recht van de
hoppeboeren heb verdedigd tegen wie
ook, op een tijdstip dat hij nog niet
eens 't bestaan van een hopkultuur ver
moedde. Hij. die vandaag zoo beleefd
schimpt op een hoppeboerken en zelfs
zijn uitsluiting uit de hopfederatie vraagt,
vergete niet, dat ik den strijd tegen de
misbruiken, den strijd tegen een onrecht
vaardige wetgeving en meteen den
strijd voor meer onafhankelijkheid door
een degelijke pachtwet heb meegestre
den op een oogenblik, dat er een beetje
meer vervolging vanwege sommige
grooten aan verbonden was.
De misbruiken, die de hophandelaars
bevoordeeligen zijn door de getroffen
overeenkomst tusschen de hopfederatie
en de hophandelaars voor een deel weg
geruimd, andere misbruiken zijn ver
meerderd. Zoo heeft eene commissie
beslist.
Ben ik verplicht me daarbij neer te
leggen Ben ik verplicht op een baal
van 100 kgr. tegen 1000 fr. verkocht 3°/o
of 60 fr. toe te geven, 60 fr. te verlie
zen alleen aan het schandige goedge
wicht, omdat gij dit helpen beslissen
hebt.
Heb ik niet tot plicht en voor belang
te strijden tot alle misbruiken zijn uit
geroeid
Heb ik niet tot plicht alle hopboeren
te wijzen op het bestaande en verscherp
te misbruik van het goedgewicht heb
ik niet tot plicht allen aan te wakkeren
den strijd voort te zetten tot de verwe
zenlijking van de eenige goede oplossing
de afschaffing van alle misbruiken
Ik heb mijn handteekening gezet onder
eerlijke voorwaarden, onder de rechten
en de plichten van Elk het Zijne ik
ben bij de boeren van Mijlbeek zelf ge
weest om daar handteekens voor in te
zamelen, om aan de boeren te vragen
dat ze in de voorwaarde van afschaffing
van alle misbruiken hun hop zouden
plukken en verzorgen als eerste hoeda
nigheid en ik zou me moeten neerleggen
bij een oplossing die sommige onrecht
vaardigheden in stand houdt of ver
scherpt
Ik doe het niet
Ik houd m'n woord tot het laatste
Ik blijf strijden tot alle voorrechten
verdwenen zijn op dit gebied ik treed
ook op tegen alle overeenkomsten, die
daaraan afbreuk doen.
Jaren en jaren zijn we benadeeligd,
BESTOLEN geweest. Niemand kan
me overtuigen dat we moeten juichen
en dankbaar zijn omdat we 't, dank zij
een door een commissie vastgestelde
overeenkomst een beetje minder zullen
zijn. Niemand kan 't me instampen dat,
als er toegevingen te doen zijn, de
eeuwigbedrogen boeren die moeten
doen.
Sterk op dat recht, het goede recht,
vast overtuigd mijn plicht te doen als
hoppeboer en eenig vertegenwoordiger
der boeren in de hopcommissie, heb ik
geschreven en gezegd wat ik meende
te moeten schrijven en zeggen.
En of ik daarom bedreigd word, door
een niet-hoppeboer uit de federatie der
hoppeboeren te worden gebannen, toch
zal ik geen duimbreed afwijken van de
nu afgeteekende lijn,ten bate onzer hop
kultuur, ten bate onzer hoppeboeren,
ten bate van de rechtvaardigheid.
Ik zou wel graag nog een woordje
gezegd hebben over den rol onzer hop
commissie, maar ik meen dat ik reeds al
te veel misbruik heb gemaakt van de
verleende gastvrijheid. Ik stop dan ook
met het beleefd verzoek om een plaatsje
bij een betere gelegenheid en met mijn
innigen dank om opname.
B. DE CONINCK.
Lid der Hopcommissie van de
Stadswaag.
(Ingezonden tnededeeling).
De bedrijvige zomermaanden met hun
drukke arbeid en onophoudende zorgen,
hunne congresdagen en vergaderingen,
uitstappen en tentoonstellingen zijn
voorbij.
Voortdurend hebben we ons best ge
daan om de voortbrengst enzer onder
nemingen zoo hoog mogelijk te maken
We hadden te kampen met heel ongun
stige weergesteltenis, en onze landbou
wers zullen wel zelf moeten zorgen dat
de bres van dezen zomer wordt dicht
gemaakt.
We hebben tenioonstellingen bezocht,
öp ons eigen hoeve en velden bevindin
gen opgedaan, die ons hebben geleerd.
Gebuur en vriend hoorden we zinspelen
op dit of op dat, welk bij hen is voorge
komen.
Nieuwe soorten zaad en plantgoed
werden hier en elders aangewend, hier
had men met die nieuwe soort 'n goede
uitslag, elders 'n fiasco.
Weiazen over landbouwwetenschap
pen, sociale aangelegenheden en over
zoovele zaken, die we juist genoeg ken
nen om tot het besef te komen dat we
van dat alles veel te weinig weten.
Meer weten Meer ontwikkeling
Het is als 'n levensbehoefte geworden
voor heel ons volk.
Nooit als nu werd er zooveel geschre
ven en gesproken Nooit als nu was de
drang naar ontwikkeling zoo stukend
als vandaag. Wanneer men eenigen tijd
in gezelschap is van enkele personen, tot
welken stand of beroep die ook behoo-
ren, dan hoort men zooveel verschillige
zaken bespreken, worden zooveel vra
gen gesteld, die 't bewijs leveren dat ons
volk van tegenwoordig graag zooveel
weet, en gretig luistert naar onderricht.
Om die drang naar ontwikkeling te
voldoen en de leerzucht te verzadigen is
er in vele centra's stof of liever gelegen
heid genoeg Men beschikt er over bi
bliotheken, leeszalen, tooneel- of studie
kringen, voordrachten enz.
In vele buitenmiddens is er van dat
alles weinig of niets te vinden en is er
meestal niets dat ten dienste is van die
genen die er met ontwikkelingslust be
zield zijn. Zeker is er veel van wat hoo
ger genoemd werd, dat in vele gemeen
ten niet kan worden tot stand gebracht.
Ofwel beschikt men niet over het noo-
dig getal belanghebbenden, ofwel mist
men er de leidende kracht om iets aan
te vangen, ofwel wil den eene zus en
den andere zoo.
Hoe de toestanden en omstandighe
den ook zijn, toch is het in elk geval een
feit dat er in vele gemeenten van ons
arrondissement niets bestaat dat ons
volk ontwikkeling kan bijbrengen.
Zoo hebben we om er enkele te
noemen die we best kennen Aygem,
Bambrugge, Borsbeke, Burst, Helder-
gem, Herzele, Hillegem, Kerkxken, Let-
terhautem, Nederhasselt, Ressegem, St
Lievens Essche, Steenhuyze, Vlierzele,
Woubrechtegem en Zonnegem.
Daar zal men wel hier of daar 'n too-
neelkring vinden die zoo goed als het is
werd bijeengescharreld, of 'n boekerij,
maar toch moet men bekennen dat er
weinig wordt gedaan om de ontwikke
ling vooruit te helpen.
Toch zijn er op al die gemeenten vele
mannen die zich in die niets-doenerij
dikwerf vervelen en die uit al hun krach
ten zouden meewerken om ook daar iets
tot stand te brengen.
Welnu laten we eens de hand aan
't werk slaan en in weinige weken zijn
we scheep.
Er zijn in hoogergenoemde gemeen
ten enkele personen die zich graag
zouden in betrekking stellen met al
degenen die iets voelen uit die ge
meenten om 'n studiekring te stich
ten.
Daarvoor wordt er gevraagd dat
al degenen die daar iets voor voelen,
hun naam, juist adres en beroep, on
der omslag zouden sturen naar 't bu
reel van dit blad, Brabantstraat, 53,
Aalst, op den omslag op goed zicht
bare wijze zettend de letters S. K. In
den loop der maand Oktober zullen
ze tot 'n eerste vergade ing worden
uitgenoodigd. Men gelieve de namen
in te sturen voor 10 Oktober.
Een juist afgebakende werkschets of
programma kunnen we niet geven, om
reden dat we eerst wenschen kennis te
maken met de verlangens onzer toekom
stige leden. Toch kunnen we van nu af
aan zeggen minstens bij voldoende
belangstelling dat we niet wenschen
droog-wetenschappelijke kursussen te
geven, maar graag iets zouden tot stand
brengen naar ieders gading,
WelaanDat al degene uit genoemde
streek, 't zij oud of jong, landbouwer,
burger of werkman, niettalme zijn naam
in te sturen, minstens als hij iets voelt
voor ontwikkeling.
We vragen ook dringend de meewer
king van intellectueele krachten, onder
wijzers, oud-studenten enz. enz. We
meenen het overbodig voor de zóó ver
langde hulp van die meer regelen te
melden. Die menschen weten genoeg
wat hun volk noodig heeft en zullen niet
aarzelen hun plicht te doen.
Nota van de Redactie. Voor dit
stuk werd in ons blad een plaats ge
vraagd en tevens vroeg men of op ons
bureel de adressen mochten ingestuurd
worden. We zullen dat dan ook doen,
maar op voorwaarde dat dezen kring
uitsluitend werkt tot zedelijke en gees
telijke verbetering van ons volk.
Op de Spaar- en Leenbank
Redt U Zeiven doet men de vei
ligste en voordeeligste geldbeleg
ging.
Indien onze landbouwers tot een
ruim toepassen der kunstmeststoffen
zijn overgegaan, geschieden deze toe
passingen niet altijd oordeelkundig
genoeg. Zoo hebben vooruitzettin
gen, welke noch op wetenschap noch
op ervaring steunden, hun het aan
wenden van stikstofmeststoffen bij het
zaaien der wintergranen doen ver
waarloozen. Rogge en tarwe echter
nemen de helft, zoo niet de twee der
den op der stikstof die ze noodig
hebben, voor het einde der maand
Maart. In deze behoefte zullen wij
moeten voorzien en wel met een stik
stofmeststof waarvan de stikstof on
veranderd kan worden benuttigd.
Hierom is bij het zaaien het toepas
sen voor de wintergranen van 150
tot 200 kg. Sodanitraat van Chili een
volstrekte noodzakelijkheid.
i
Wij geven hieronder de bijzonderste
veranderingen welke van af lstt October
a. s. zullen in voege komen
Voor binnenland.
Gewone brieven 0,30 fr. per 50 gram
of gedeelte van 50 gram.
Stalen zonder waarde 0,05 fr. per 50
gram of gedeelte van 50 gram met mi
nimum van 0,20 fr.
De pakjes monsters mogen niet meer
dan 500 gram wegen en niet meer dan
45 centimeter lang, 20 centimeter breed
en 10 centimeter dik zijn, of, indien zij
den vorm van eenen rol aannemen, niet
meer dan 45 centimeter lang zijn en niet
meer dat 15 centimeter middellijn heb
ben.
Zaakpapieren 5 centiem per 50 gram
of gedeelte van 50 gram, bruto-gewicht,
met minimum van 30 centiem per pak.
Het port van de onder open omslag
of onder band verzonden gedrukte naam-
of adreskaartjes, met of zonder mededee-
ling, is vastgesteld op 15 centiem per
zending van 10 gram en minder.
Deze kaartjes mogen niet meer dan 10
centimeter lang en 7 centimeter breed
zijn; zij mogen niet vergezeld gaan van
eenig drukwerk of ander voorwerp.
Op de gedrukte adreskaartjes, zonder
eenige mededeeling wordt, welke afme
tingen zij ook mogen hebben, het tarief
voor gewone drukwerken toegepast,
wanneer zij afzonderlijk bloot verzonden
worden.
Het verlies van een aangeteekend
voorwerp voor het binnenland verplicht
het beheer tot betaling, aan den afzender
of in zijne plaats, aan den bestemmeling,
van eene schadeloosstelling van ten hoog
ste 100 frank.
Voor buitenland.
Zullen later bekend gemaakt worden
de nieuwe tarieven toepasselijk in het
verkeer met het Groothertogdom Luxem
burg. Nederland en de postbureelen van
den Duitschen, Franschen of Nederland-
schen grenskring.
De algemeene taksen, in België toe
passelijk op de poststukken met het bui
tenland gewisseld zoowel in het gebied
van de Postvereeniging als buiten dit
gebied alsmede op de brieven en doosjes
met aangegeven waarde, de postwissels,
de in te vorderen waarden, de verreken-
zendingen, de postabonnementen en de
postoverschrijvingen, in het verkeer met
zekere landen van de Vereeniging, zijn
vastgesteld als volgt, onder voorbehoud,
dat de door bijzondere Overeenkomsten
opgelegde taksen van toepassing blijven.
In België gefrankeerde brieven 1 fr.
tot 20 gram boven de 20 gram, 60 cen
tiem meer per 20 gram of gedeelte van
20 gram.
Zendingen uit België:
Enkele postkaarten 60 centiem
Postkaarten met betaald antwoord:
1 fr. 20 c.
Gefrankeerde drukwerken, zaakpa
pieren en monsters zonder waarde20
centiem per 50 gram, met minimum van
1 frank per zending voor de zaakpapie
ren en 40 centiem voor de monsters.
-/• Postwissels:
Kosten van uitgiftevast recht1 fr
evenredig recht50 centiem per 100 fr.
i
III
RNBLOEM
*SBW>awiMgHI h i I llillIBWMfT'irnW
ammoniak
zuurstof
kalk
kalknitraat water
Ingezonden.