Zijn mooiste boon. fjaaimacMenefT;1; BSHHSBBIHIia D n. Grootste en Bestkoopste GUSTAAF VTDTSfvitr Zeêberokui, fe GREEP UIT HET WERKELIJKE LEVEN Op het spiegelgladde ijsvlak dat zich uren ver uitstrekte, bewoog zich dien Zondag namiddag een talrijke menigte. Schaatsers van beider kunne, van allen ouderdom zwierden en slierden in pijl snelle, lenige vaart over het glinsterend gladde vlak en gaven het geheel een aanblik van een genotvol schouwspel. Daartusschen gleden de verliefde pa ren, met de handen kruisgewijs in elkaar, in een gelijkmatig bewegen hunner soe pele lijven, genoeglijk koutend, en met een van genot stralend gelaat,in sierlijke bochten, door de honderden schaatsers heen, zich niet storend aan de plagende en vroolijke scherts die vrienden en ken nissen hen toewierpen. Ernest Bruylandt, 'n knappe, rijzige jongman van even in de twintig, met n frisch, ietwat bleek gelaat, waarin twee donkergrijze oogen immer open de we reld instaarden, lei zoo juist de laatste hand aan het vastbinden zijner schaatsen. Met voorzichtige passen doorschreed hij den afstand die hem van het ijs scheidde en keek toen met speurenden blik naar de bonte menigte die zich ver re en bij voortbewoog en door elkaar wemelde. Plots gleed over 's jongelings gelaat een tevreden lachje en hij bewoog zich toen in sierlijke vaart over het ijsveld waar een groepje jonge meisjes, dat en kele honderden meters verders bij elk ander stond te kouten en te lachen. Met een lenigen zwaai zwenkte Ernest er om heen. Ohé I Ernest, neem je me niet mee riep plots uit het groepje een zil veren meisjesstem. De jonge man liet zich op één schaats langzaam uitglijden om stil te houden bij het groepje. Glimlachend vroeg hij Wie is 't die 'k meenemen moet Mij, Ernest, mij een viertal meisjes riepen het tegelijk. Ernest Bruylandt was bekend als de beste schaatser uit d'omgeving. die het in snelheid en sierlijkheid van ieder afwon. Slechts een enkele jonge man was hem een geduchte mededinger in iederen wedstrijd, namelijk Ludolf Van Olmen. Deze jonge man had het vorige jaar, op enkele meters vóór, den wed strijd op het ijs gewonnen. Ernest was toen tweede geweest, edoch had onder den rit een tuimeling gemaakt, wat hem voor de meesten als werkelijke over winnaar deed doorgaan. Dit was het dan ook waarom de meisjes zoo graag met hem schaatsten. Met 'n glimlach bekeek de jongeling thans de meisjes onderzoekend, toen bleef zijn blik even in zachte streeling rusten op 'n donkere brunette. Alsof ze zijn blik voelde, sloeg het meisje even de wimpers omhoog, om ze dadelijk daarop weer hare bruine diepe oogen te laten overschaduwen. Zeg, meisjes, je allen meenemen is me niet mogelijk scherste Ernest edoch, zoo Annie wil, die neem ik graag mee? Deze vraag was haast rechtstreeks gericht tot de mooie brunette en meteen lichte aarzeling maakte het meisje zich los uit het groepje en gleed naar hem toe, terwijl op enkele Eva'sgezichtjes 'n blosje van jaloezie kwam leven. Immers ze benijdden het innerlijk dat Annie bo ven hen verkozen wierddoor dien knap pen jongeling die zoon uitstekend schaatser was. Ernest knikte het groepje meisjes nog eens vriendelijk toe en reikte toen Annie de handen waarin ze kruisgewijs de hare legde. Even trilden 's jongelings handen, toen hij in vasten greep hare gehand- schoende teere vingeren omsloot, toen zetten ze gelijktijdig aan, hunne lijven vast aan elkaar gesloten, deinend in ge lijkmatige rhytmische beweging van links naar rechts en omgekeerd. Enkele seconden schaatsten ze zwij gend verder, tot het meisje plots, zonder hem aan te kijken, vroeg Ernest, waarom vroeg je niet lie ver Clara, die naast me stond, die schaatst veel beter dan ik Op 's jongelings lippen kwam n min achtend trekje. Die zanikt me de ooren vol van dingen die 'k liefst niet hoor van haar. Wil ik je wat vertellen, Ernest Clara houdt van je Dat heb ik reeds enkele dagen gezien, en daarom juist had ik liefst dat je haar gevraagd had. Nu weet ik beslist dat ze me mijden zal in het vervolg. Hij keek haar even ernstig aan. Annie, geef je wat om hare vriend schap En wat je me daar zegt dat wist ik reeds 'k Heb gisteren omtrent een uur met haar geschaatst en toen heb ik gevoeld, wat ze zonder spreken, me verduidelijken wou 1 Clara houdt van me, dat is een feit, edoch ik houd van haar niet Hij zei het zoo beslist dat ze even verwonderd opkeek. Nu... als je zoo spreekt, dan... dan hou je reeds van iemand anders, zei ze aarzelend. Zij voelde zijne handen plots een se conde trillen in de hare, tevens zag ze zijne oogen haar verschrikt en met een vreemde glanzing er in, aanstaren. - Annie, je kunt vandaag goed ra den, zei hij met een stem waarin hij vruchteloos poogde een schertsenden klank te leggen. Jawel, ik hou reeds van een andere, en dit reeds maanden. Ze glimlachte ietwat verward. Reeds maanden En nochtans in 't dorp weet niemand daar iets van. Dat is zoo vreemd niet en zijn stem trilde nerneus aangezien het meisje dat ik liefheb het misschien zelve nog niet eens vermoedt. Ernest, ge verbaast me Waarom vraag je haar dan niet Hij schokschouderde, en bij zijn ant woord kreeg zijne stem een weemoedig innigen klank Omdat ik tot op heden vooruit weet dat ik eene teleurstelling zou op- loopen. Ik heb liefst in stilte haar te ver eeren, Annie Zoo, ten minste heb ik nog immer de hoop levend in me Ze boog haar donkergelokt kopje naar hem toe en zei toen diep ernstig Ernest, je bent een zonderling. Se dert je door je vader van de hooge- school teruggetrokken bent, ben je heel anders dan vroeger. Ik weet soms niet wat ik van jou moet denken. Je hebt in 't dorp niets dan vrienden die voor jou door 'n vuur zouden loopen, en toch, je zondert je telkens weer af. Soms kun je dagen aan elkaar je in 't volk begeven met al de vroolijkheid van je karakter, om de week daarop in het veld bij je paarden en ploeg staan te droomen. Ernest - en in een plotse vertrouwelijk heid drukte ze zijne hand wat vaster iets toch wil ik je zeggen, namelijk, dat ik voor jou 'n groote vriendschap ge voel Met oogen die schitterden van een vreemd vuur had de jongeling geluisterd, edoch thans, bij hare laatste woorden kwam er plots op zijn gelaat een bittere trek van verzet, en zijne lippen trilden nerveus. Ik dank je, Anna, om je vriend schap, antwoordde hij schor, op het woordje vriendschap,, bijzonder druk kend en toen plots 'n andere toon aan nemend Willen we terugkeeren Om twee uur begint de prijskamp in snelrij- den en ik moet dan daar zijn. Een plotse schrik kwam op Annie s gelaat. Doe je mee in den prijskamp, Er- nest vroeg ze gejaagd. Hij bekeek haar verwonderd. Maar zeker, Annie, 'k Heb nu een mooie gelegenheid om Ludolf Van Ol men den prijs af te dingen, want onte gensprekelijk zal hij thans verliezen. Met een krachtig gebaar dwong ze hem om stil te houden, en onwillekeurig gehoorzaamde hij en liet zich langzaam uitglijden. Ze stonden een eindje afgezonderd van de overige schaatsers en snel greep ze zijn arm. Ernest, geef je er veel om dat je Ludolf overwint Hij lachte ietwat bevreemd. Ik doe 't enkel om hem te bewij zen dat ik vlugger ben dan hij. t Ove rige kan me niet schelen. En zoo Ludolf wint, zal je dan boos zijn op hem. Ik In het geheel niet. Maar, waar wil je heen, Annie, met je vragen Ze zei het plots haastig en verward, tevens smeekend. Ernest, zoo je een weinig vriend schap voor me gevoelt, laat Ludolf dan winnen Met een plotsen schok staarde hij haar aan. Annie, waarom vraag je dat Hou je dan van hem Ze kleurde diep en wendde snel haar gelaat af. Sedert een paar maanden voel ik dat hij van me houdt. Van morgen nog sprak hij me aan en ik schaam het me te zeggen, doch ik heb hem beloofd dat, zoo hij heden overwinnaar bleef in het schaatsenrijden, ik op zijn voorstel eens zou nadenken. Ernest keek haar doordringend aan. En nu vraag je me om hem te la ten winnen Dus, hou je toch van hem Ze wrong in diepe verwarring de handen in elkaar. Ik weet het zelve nietEdoch, ik weet dat hij "t onmogelijke zal dozn om te winnen Moest het nu anders zijn, dan weet ik niet wat daaruit zou volgen. Ernest Bruylandt klemde even de tan den op elkaar, terwijl op zijn gelaat n uitdrukking van smartelijk leed kwam. Annie, zei hij schor, je weet niet wat je me daar vraagt. Daar straks had deze prijskamp voor me haast geene waarde. Nu wel Omdat je me vraagt om iemand te laten winnen die... hij brak plots af en zei toen met geheel an dere stem Omdat jij het me vraagt zal Ludolf winnen. Annie Ze meende hem dankend de handen te vatten, terwijl hare oogen even de zijne zochten... Toen trilde plots 'n machtige rilling door hare leden en als onwille keurig sloeg ze de handen aan het hart. De blikken van Ernest gaven haar, snel als de bliksem, n wereld van vermoe dens. Zonder nog 'n enkel woord te uiten, legde ze hare handen in de zijne en in snelle vaart droegen hunne schaatsen hen thans naar het begiu van het ijsvlak waar reeds honderden nieuwsgierigen zich verdrongen rond een twintigtal jonge kerels die aan den wedstrijd gingen deelnemen. De blikken van Ludolf Van Olmen, n stoere jongeman van ongeveer den ouderdom van Ernest, keken donker en dreigend, toen Ernest Bruylandt met Aouie kwam aangesliecd. Toen echter Annie hem met een hoofdknikje toelacht verdween die som bere uitdrukking van zijn gelaat. Even daarna stond Ernest met de deelnemers op ééne lijn, klaar om te ver trokken. De af te leggen weg was niet te ver. De vertrekkenden hadden in rechte lijn vijf kilometers af te leggen om daar rondom een man, die eene vlag droeg, heen te zwenken en terug te keeren. Een der inrichters riep nog even de namen aftoen klonk het vertreksein, en snel als de bliksem schoten een twin- tal jonge mannen vooruit, luidruchtig toegejuicht door de hen nastarende menigte. Ludolf Van Olmen nam dadelijk de leiding op zich, terwijl zijne schaatsen met een wondere vlugheid door het ijs sneden en hem gaandeweg een vreese - lijke snelheid gaven. Eo, op een paar passen van hem ver wijderd. schaatste Ernest met eene lenig heid die Ludolf knarsetanden deed. Immers, terwijl Ludolf lijnrecht, met groote, veerkrachtige uithalen naar het doel schaatste, gleed de andere, zwaai end in zwierigen boog op de buitensneê zijner schaats, in zigzaglijn vooruit en hield gelijken stand met zijn mededinger. Hij overvleugelde hem letterlijk in snel heid en kunst. Reeds na 'n tweetal kilometers waren de andere mededingers 'n heel eind ach teruit gebleven, en bleek van woede hoorde Ludolf zich door n bekende spottenderwijs toeroepen Hé, Ludolf, is het een spel van kat en muis? Hij balde met een gesmoorden vloek de vuisten en trachtte nog zijne snelheid te verhoogen. Vergeefs Ernest Bruy landt snelde met een lichten spotlach naast hem voort, méér nog Op een twintigtal meters van den man met de vlag, waar omheen ze moesten om den terugweg aan te vangen, snelde Ernest als de bliksem hem voorbij en zwenkte toen in een breeden sierlijken zwaai om den man, op den voet gevolgd door Lu dolf. Zóó vingen ze den terugweg aan Beiden meetten thans eikaars bewe gingen, ofschoon Ludolf innerlijk voelde dat de overwinning niet twijfelachtig was. Ginds in de verte zag men reeds de honderden nieuwsgierigen die de twee schaatskampioenen opwachten Ernest keek even met diep leedver maak naar zijn tegenstander, die met zwoegende borst naast hem schaatste. Hij was bewust dat hij hem zonder moeite overvleugelen kon, edoch de be lofte aan Annie bond hem. Toch wou hij nog voor 't laatst hem zijne meerder heid bewijzen en daarom wou hij nog maals met enkele vlugge rukken zijne snelheid verdubbelen. Toen ontving hij plots 'n vreeselijken stoot van Ludolf, zoodat hij met een breeden zwaai naar links uitweek, om toen zijn evenwicht te verliezen en laog- uit op het ijs terecht te komen Met een ruk was hij terug overeind, staarde even den voortvluchtenden verraderlijken aanvaller na en klemde, innerlijk ziedend van woede, de tanden op elkaar. Toen schoot hij terug vooruit met een razende vaart Van op de aankomstlijn had men de beide mannen elkaar zien raken en toen een van hen zien vallen. Een kreet van meelij ging toen op, edoch toen men den gevallene terug zag overeend komen en vooruitsnellen, kreeg de eindstrijd dub bele belangstelling. Op een honderdtal meter vóór Ernest schaatste Ludolf met een snelheid alsof er zijn leven van afhing, daarachter kwam Ernest aangestormd,met de vaart van een sneltrein en inwinnend met iedere streek die hij gaf. Het schouwspel was eenig en er trad dan ook bij de menigte een diepe stilte in, toen de twee kampers op een hon derdtal meters naderden. Ludolf keek plots achterom en ver schrikte. Waar haalde zijn medekamper die ongeziene snelheid Slechts vijf en- twintig meters scheidden hen nog en Er- nest naderde naderde 1 Ludolf zag reeds het grimmige gezicht op hem af stormen en als in doodsangst vloog hij letterlijk vooruit. Nutteloos De andere won in... zienderoogen En plots barstte uit de wachtende menigte een geweldig bijvalsgeroep los. Men moedigde Ernest met woord en daad aan. Deze had het niet meer noodig, als een zinnelooze slierde hij over het ijs, vergetend alles rond hem, zelfs zijne belofte aan Annie. Hij zag alleen zijn vluchtenden vijand, Ludolf, en wilde, moest hem vóór zijn op de eindmeet Nog een twintigtal meters scheidden hen van deze en nog was Ernest enkele meters achter LudolfMet een opperste poging verhoogde hij zijne vaart en plots voelde de andere iets als een ge- wuif van kleederen die de zijne raakten. Een enkele second flitsen een paar oogen als bliksemschichten in elkaar. Toen gleden ze beiden, zij aan zij, over de eindmeet Een donderende kreet ging op uit de menigte. Twintig armen tegelijk tilden Ernest Bruylandt van het ijs en droegen hem hoog boven de hoofden weg, ter wijl geen hand noch arm zich uitstrekte naar Ludolf Van Olmen Slechts Annie, de mooie brunette na derde hem en stak 'hem schroomvallig de hand toe. Ludolf, dat was een heftige strijd en uwe neerlaag is er nog schoon om. Neerlaag hij werd spierwit Wie zegt je dat ik eene neerlaag leed Ik kwam tegelijk met Ernest de eind meet over Ernest is gevallen, Ludolf, en dat door uwe schuld, misschien onwetens, doch de jury zal 't in aanmerking nemen. Ik weet het antwoordde hij dof, we stieten onwillens tegen elkaar Op dit oogenblik naderde Ernest het tweetal, met een nog van opwinding gloeiend gelaat. Ludolf, ik dank je voor dien stoot, zei hij sarcatisch. De volgende maal zal ik beter oppassen. Hij groette even Annie met een hoofd knik en verwijderde zich. De schaatsers verspreidden zich terug over het ijsvlak, terwijl hier en daar en kele groepjes onder mekaar den wed strijd nog bespraken en telkens den jon geling aanspraken wanneer hij naderde. Zoo ging de namiddag zoeken Ernest Bruylandt meende juist naar den spoor- wegdam te schaatsen om daar zijne schaatsen te ontbinden, toen plots op een honderdtal passen bezijden hem een vreeselijke angstkreet opging. Ver schrikt wendde hij snel het hoofd om en zag van alle kanten schaatsers en schaat.- sters zich naar de plaats spoeden van waar de hulpkreet kwam. Ernest kreeg plots een groot gevoel van angst in zijn ziele en snelde ook daarheen. Als een zinnelooze wrong hij zich met de ellebogen -door de omstaanders en wat hij toen zag deed hem een oogenblik het bloed in de aderen stoken. In de ijs- oppervlakte was een groot gat van on geveer een meter doorsnede. Daar was iemand ingestort. Als een bliksemflits ging die gedachte door het hoofd van Ernest eo tegelijk wou hij eene vraag stellen. Men liet er hem den tijd niet toe, want op den rand van het zooeven afgebroken ijs lag Annie reeds geknield en jammerde als uit zinnig Rozeke, mijn arm zusterke! O God, ze gaat verdrinken! Een geweldige schok voer Ernest door de leden, zijn denken consentreerde zich plots op eene enkele gedachte: Hier ging een menschenleven te loor! Zonder een enkel woord sprong hij vooruit om een seconde daarna met een grooten plons in het opene water te ver dwijnen. Een kreet van afgrijzen en bewonde ring ging op uit de omstaanders. Het wa ter stond daar ongeveer twee meters hoog en het was vreeselijk gewaagd wat Ernest daar deed. Een vreeselijke stilte trad toen plots in, en alleen de mooie Annie verbrak deze door haar zachte gesnik. Als werktuigelijk vouwden som mige vrouwen de handen samen, in stilte biddend dat de moedige jongeling in zijn heldhaftig pogen mocht slagen. Daar waren mannen en jongelingen die met strakke, bleeke gezichten en gebalde vuisten onbeweeglijk naar het rustige' water staarden, ten prooi aan een inner lijke machtige ontroering. Annie schreid- de niet meer alleen! Achter witte zak doeken verborgen zich koortsige, ver wrongen gezichten wier oogen zich vul den met heete tranen. Seconden die eeuwen leken gleden voorbij in ademlooze stilte. Toen kwam er plots een roerige beweging in de ope ning. midden het ijs. Tien mannen tege lijk vielen op hunne knieën, begeerig de handen uitstrekkend om de dood hare prooi te ontrukken. En plots ging een machtige jubelkreet op. Het water liet zijne prooi los en het donkere hoofd van Ernest rees langzaam omhoog. De harensluik over het wezen geplakt verscheen hij als een prachtige watergod. Twintig armen tegelijk strek ten zich naar hen en grepen eerst dat bleeke hoofd, toen een der koude door natte armen. Zóó rees hij langzaam om hoog, en toen helmde een tweede jubel kreet over het ijs! Ernest torschte in zijn arm een meisje van een vijftiental jaren, dat bleek, uiterst bleek aan zijn borst lag, .edoch dat leefde Met een ruk haalde men thans beiden uit het ijskoude water, en toen rukte men hen snel de bovenkleêren van het lichaam, terwijl vrouwen en mannen hunne over jassen en mantels aanboden, begeerig om toch ook iets bij te dragen. Een oogenblik slechts staarde Ernest Bruylandt rond zich, toen vielen van zij ne ijskoude lippen twee woorden waar. in heel zijn ziel lag- Vrienden, geredean J Enkele jongelingen sleurden hem niee.-dersei om hem in looppas naar huis te dragemekers, vreezend dat de vreeselijke koude, nood,, ten lottig ging worden voor hem, terwijl anen doe deren het bewustelooze meisje naar huis ZÉF droegen Jer p Een tweetal dagen nadien schoot EtlüXI nest Bruyland uit zijn looden sluimeDRLE wakker en staarde ietwat bedremmelierG rond zich. De terugslag van het koudpder bad had zich laten gevoelen op hem ei toen zijne vrienden hem tehuis gebrachKER hadden was hij dadelijk onder de dekenjer V gestopt. Daags nadien had hij vol koorteder liggen raaskallen en zijne ouders vrees den reeds het ergste. Edoch tegen defWC avond was hij rustig geworden, en ruler Pi na een kalmen nacht voelde de jongelingder zich volkomen lekker.en richtte zich over eind in zijn bed. DN L Het gerucht dat hij maakte wierd iler C het aangrenzende vertrek gehoord, waoïder dadelijk daarop ging de deur open ei op den drempel verscheen de mooi" Annie. I0CÏ Annie, stralend in de pracht hare/anne jeugdige schoonheid, die met de groolneer j, oogen vol tranen op zijn ledikant toe knol snelde en hem snel de hand greep, ge ge Annie! stamelde hij verward - jen Hoe kom jij hier? ,e Hoe ik hier kom? ze smoorc^ mee een snik van groote ontroering Ernes|e jant sinds gisteren ben ik nog niet te hu.,, geweest. Ik moest hier zijn, hier, ondie v; hem die mijn zusje redde, te verzorger Hij keek haar verwonderd aan. K.O: Ben jij sinds gisteren hier? Hoelat dan lig ik reeds te bed? Ope Ze glimlachte zacht. W^FOIl Sinds voorgisteren namiddag Ej Lede nest! en plots op innig diep ontrce» Not; den toon Ernest, ik heb hier uren zibaarli ten schreien aan uw ledikant, vreezen" c- dat je moedige daad je 't leveo zo£en z gekost hebben. O, dat ware vreeselije Hai geweest. t 28 ai Hij staarde haar ontroerd aan. \dolf I Annie, ware het dan zoo vree5),QC0 j lijkZij die mijn ziel bezit zal toch nin£?en z mer mijn liefde deelen. Ie Sas: Ze boog zich snel over hem en lei heen 90 de hand op den mond. f De I Zwijg nu maar! fluisterde Over zacht Zij, die ge liefhebt, bemint jiEen 1 reeds meer dan je 't vermoeden kuit C, n Vöórgisteren begreep ze je voor het eer'uikt d thans heelemaall trdeeh Annie! Met een ruk greep hij halO m. beide handen en staarde haar diep in ot 1 oogen. Ze wendde zich niet af, integende't 2. Ze sloeg plots de armen om hem heit 5. en terwijl ondèr hare wimpers twee gli't 4. sterende tranen perelden, fluisterde 2, Ernest, niet alleen dankbaarhiEen z bindt me voortaan aan jou ook Iiefdsectie Met een jubelkreet sloeg hij de armuikste snel om haar heen. L En juist op dit oogenblik opende zPen m de kamerdeur en op den drempel vfprugï toonde zich de moeder van Ernest, r1 e' het gelaat der goede vrouw kwam e^ikt c! gelukkig lachje, toen trok ze zich [Een z; scheiden terug. secHe Januari 1926. Van den Broeck Em Een z uikt d poeder"AKKER" Het gezendheidssnuifje. Verwijdert het stof uit neus en Jongen verlicht valling in 't hoofd, verdrijft schele hoofdpijn. Doet U eens heer lijk niezen, maakt Uw brein helder. Overal verkrijgbaar. r, se groot rievei Magaiïe va 10, K< Nergens kunt ge dat vinden. Vitesse-machienen, Vesta, Kai: Opet Anker, Durkopp, Phoenix, Origiiiwr Mundlos, Naumman, Phaffe, Victo11-^ enz. vanaf 400 fr. Nieuwe tafels en 1 te A< fers 25 fr. op maat. Alles op aanvrat Not 10 jaar waarborg op factuur. Ins wi Occassiemachienen Singer en andt van merken vanaf 125 fr. '.SSEE Herstellingen aller systemen, en Onmogelijke Concurrentie, n sch t nr KorteSint Janstraat, 25 Park, AAljdeel i, pale royer Aalst, drukkerjj, "De Koorabloeofn eder

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1926 | | pagina 6