V Pfaetisehe Wenken VEETEELT SodanitPaat van Ghili (lletensmaafdigheden. Landbouwweekblad SCHAAL ,M'e Koornöloem onze Lezers Je"^ üitlezing van Zaai- en Plantgoed L ZONDAG 7 FEBRUARI 1926 Prijs 12 centiemen. 8ste JAARGANG Nr 371 machie Irodeer ctrischi c. en Arbeid adelt Abonnementsprijs 6,00 frank 's jaars. Men schrjjft in op ons Bureel en op alle postkantoren Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie BRABANTSTRAAT. 53, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON, Aalst- Voor en door de Landbouwers isse) )e strijd woedt hevig op heel front. Onze mannen die den nd overal verslaan trekken vierend verder op. Het kan niet met zekerheid gezegd den wie de vesting Schaal Koornbloem zal overmees- alsl.n. Verscheidene detachemen- kwamen reeds aan de spits om r andere weera' voorgespron- te worden Vie zal de zege behalen ;n we zeggen dat er benevens iroote overwinnaar van de haal De Koornbloem nog ige glorierijke strijders zullen die schoone prijzen zullen be en, ten andere (dit voor de n) isch/.dere aanbrenger van ten inste drie nieuwe lezers (lenen prijs bekomen. oor de magazijniers wordt het 1 op 8 gebracht, ït I Pilo, mannen de tijd wordt tegen einde Februari moet ag gewonnen zijn. De namen al de strijders zullen in De rnbloem vermeld worden. agaanE BIJZONDERE VOORWAARDE e Bedienden en Voordracht- :rs kunnen niet meedoen aan n prijskamp, daar zij veel gelegenheid hebben dan de azijniers of andere leden om s te winnen. Doch voor deze gorie zal er eenen bijzonderen 0/1$camp bestaan. Drie Prijzen sj honken door onzen Hoofdop- ':r O. Caudron, waaronder als prijs een kleine doch prach- ichaal. !lo, mannen van de daad, de len uit de mouwen en dat reeds veen zijn best doe om zooveel nen te veljjk leden aan te winnen voor m to? (Vrii 9evol9d)- Ier kerk waren eens zeven pachtertjes t over het boerenland, lam n<''den 'and 9aan huren >eddekeïpen kand aan hand. rmon /Zuchtte een der pachtertjes: rmen. v. 3e dage f naar 9^steld, vas hij ,nnen we' 'acd gaan huren, ander i 1 kost ons teveel geld e Rond°ns 'and vei-deelen rig beCVendk2ijndee!\ ,Ue arei wi) weer huren aardaitalen niet te veel- n rTP^/onden de pachtertjes HraWlfa e aoedt men 91n9 verdeelen, hen et ^un tock niet mêe- ie der"ldc 1 9rootst' en 't beste riep niet overeen, is dén flin9ea ziï weer huren, it 1 anduurder da? voorheen. houtein de ^ent ^et boerenland en rozet309^ was door de zon- leid de werkte ieder pachtertje wen etlard Weer a,s hil kon' te voot0Uwden 1 ^and en hielden 't schoon »ene m werkten zonder loon. of eet' P. L. •s in de op het het zijal 't Verv over met het oog op Onze aanstaande Veldprijskampen. (De zienswijze van den heer Van Godt- senhove, Staatslandbouwkundige te Brugge). Doel der Uitlezing. De uitlezing heeft voor doel, moederplanten voort te brengen, die door hoogere innerlijke op brengstkracht, door grootere weerstandskracht tegen ziekten en ongunstige groeiomstandigheden, door betere aanpassing aan hun kweekdoel boven andere uitmun ten en deze hoedanigheden aan hun nakomelingschap overzetten, De uitlezing staat aan 't orde van den dag, en met reden, want door haar zal 't mogelijk worden de grenzen der opbrengstkracht onzer veldvruchten wijder te stel len, de landbouwopbrengst van het land hooger op te drijven, met een woord, de landbouw in 't al gemeen een nog belangrijker fac tor te maken in de economische heropbeuring van het land. Ten einde de uitlezing te hel pen verspreiden en haar duurzame grondslagen aan te duiden, kortom ten einde de uitlezing vrij te hou den van slenter en haar op prac- tische wetenschappelijke grondbe ginselen te doen steunen, willen we graag enkele artikels wijden aan dit zóó belangrijk heden- daagsch landbouwvraagstuk en dit vooral met het oog op onze aanstaande veldprijskampen. Uitlezing en Teelt Ook door doelmatige teeltzor- gen kan men de opbrengst ver- hoogen, de weerstandskracht ver- grooten, de plant nader bij het doel brengen, waarvoor men ze kweekt. Doch de aldus vertoonde eigenschappen zetten niets over zij zijn enkel 't gevolg van teelt- zorgen. Nochtans mogen de teeltzorgen nooit dus ook niet bij uitgele zen planten uitblijven: zij moe ten de goede hoedanigheden, door uitlezing verworven, gelegenheid bieden zich op de meest volkomen wijze te ontwikkelen. Teeltzorgen verhoogen echter de innerlijke ktveekwaarde der geteelde plant niet hun invloed strekt niet verder dan tot den be komen oogst, terwijl het goede, door uitlezing bekomen, tot de nakomelingschap ©verstrekt. Noodzakelijkheid der Uitlezing. Uitlezing verzekert eene hooge re opbrengst en bizonderlijk weer- standkrachtiger planten, zoodat ten minste op twee wijzen een rij ker opbrengst verzekerd is Door de verhoogde innerlijke op brengstkracht éénzijds en door de verhoogde weerstandskracht an derzijds, zooals ziekten, groei- ongevallen, legeren, enz... Ook de hoedanigheid der pro ducten wordt verbeterd (grooter en steviger graan, rijker kernen, beter in kaf gesloten rogge enz.) Uitlezing geeft hooger innerlijke waarde, meer kweekwaarde aan de producten. Oogst men een hooger opbrengst, enkel aan de toegediende cultuurzorgen te dan ken, en waar de uitlezing voor niets in tusschenkomt, dan bevat die oogst enkel de vrucht van 't werk en de goede cultuurzorgen van den landbouwer. Ontstaat echter de hooge opbrengst door 't feit der uitlezing, dan bevat de op gedane oogst ook de vrucht van den verstandelijken arbeid van den landbouwer en bekomt deze opbrengst aldus eene innerlijke waarde, die bijblijvend en erfelijk is, d. i. eene waarde, die niet meer bij maat of gewicht kan geschat worden. Hedendaagscb Bedrog in den Zaadhandel. De landbouwer, die niet uitleest en toch een maximum-opbrengst bekomen wil, is verplicht uitgele zen zaai- en plantgoed aan te koo- pen. Daar uitwendig geen verschil te bemerken is tusschen uitgele zen en onuitgelezen zaai- en plant goed daar anderzijds de eerste, om haar innerlijke waarde duur is, ligt het bij de hand, dat sommige onkiesche handelaars het gansch gemakkelijk zullen aandurven de eene waar voor de andere te le veren, daar zij zoodoende tegen overdreven hooge prijzen zullen afzetten, wat ze aan billijke prijzen inkochten. Voegen we hierbij dat het voor oordeel dat de verbeterde zaai zaden noodzakelijk van den vreemde moeten komen, bij vele landbouwers zoodanig is inge worteld, dat het menigmaal voor valt dat de zaadhandelaar, om zijne klienten te voldoen, voor in gevoerd zaaigoed verkoopt, wat dikwijls op enkele kilometers af stand van zijn woonplaats gewon nen werd Dit vooroordeel is, naar de ondervinding leert, de hoofdbron, waaruit onzeggelijk groot bedrog, dat hedendaagsch op verbazend hooge schaal wordt uitgebaat, gesproten is. Als paddestoelen, zegt Staats landbouwkundige, H' Van Godt- senhoven, zijn ze uit den grond gerezen, die tallooze nieuwe fir ma's, waarvan sommige zelfs jaar lijks van naam veranderen. Ron kende titels worden aangenomen, in vreemde taaibenamingen, om de lichtgeloovige landbouwers wijs te maken, dat de opgedrongen waar aldus verkocht, rechtstreeks uit den vreemde komt. Een behendig ge maakte propaganda maakt, reeds maanden vooraf, den lof eener nieuwe zoogezegde uitlezing, en zelfs ernstige dag- en vakbladen worden te goeder trouw bedrogen, en laten behendig opgestelde arti kels verschijnen, waarin de nieuwe verscheidenheid tot in den derden hemel verheven wordt. 't Bedrog neemt alle mogelijke en onmogelijke vormen en bena mingen aan, en vindt jammerlijk eene geredelijke hulp in het voor oordeel, dat verbeterd zaaizaad noodzakelijkerwijze uit den vreem de moet herkomstig zijn Het middel om zich tegen dit bedrog te vrijwaren is de inland- sche uitlezingde uitlezer zelf heeft de eerste opbrengstverhooging en de landbouwers der streek, wien het aan noodigen tijd of bekwaam heid ontbreekt, kunnen bij hem, die zich aan de noodzakelijke sta tuten der gewaarborgde keurvel- den dient te onderwerpen, in volle vertrouwen koopen. Voederbeeten in den Stal. Voederbeeten hebben groote betee- kenis voor stalvoedering gedurende den Winter. Zeer terecht is de laatste jaren op een meer uitgebreiden beetenbouw aangedrongen. In Denemarken kende men al langer dan hier de groote waarde van voeder beeten als voeder voor melkvee. Men heeft gepoogd vast te stellen hoeveel beeten van een bepaald drogestofgehal te noodig zijn om 1 kg. graan te ver vangen. Men moet dit nu niet zoo op nemen alsof men geen graan behoeft te voederen (wij nemen nu aan dat dit het krachtvoeder moet daarstellen) als men maar genoeg voederbeeten en andere wortelgewassen heeft. Trouwens dat weet iedere veehouder wel beter, want graan (rogge, haver, gerst) bevat een wel niet groote, maar ook een niet te verwaarloozen hoeveelheid verteerbaar eiwit en bee ten bevatten er maar een uiterst kleine hoeveelheid van. De beeten, die men in Denemarken in waarde gelijk stelt met 1 kg. 'graan, bevatten boven dien minder droge stof dan een 1 kg. graan, dus moet dan het evenwicht weer hersteld worden door ook meer ruwvoe- der te geven, al schommelt de grootte van de vereischte hoeveelheid dróge stof dan ook tusschen vrij ver van elkaar gelegen grenzen. In de hoeveelheid beeten, die 1 kg. graan vervangt, is altijd veel min ver teerbaar eiwit dan in 1 kg. graan,'t is dus duidelijk, dat men de hoeveelheid eiwit, welke men minder geeft, op 'n andere wijze in het rantsoen moet invoeren. Aan het centrale proefstation te Stockholm zijn uitgebreide onderzoekin gen verricht naar den invloed van de beetenvoedering op de melkproductie. Hierbij is het volgende gebleken. Wan neer men niet te veel beeten voedert, kloppen de rezultaten voor 't algemeen met de vroeger opgedane ervaringen, doch men heeft ondervonden, dat groote hoeveelheden beeten niet zoo goed tot waarde komen als kleinere. De proeven werden genomen onder leiding van prof. Nils Hanson. In wis selende hoeveelheden werd 1,2 kg. ha vermeel vervangen door een hoeveelheid beeten, die 1,1 kg. droge stof bevatte, 1,2 kg. havermeel bevat gemiddeld 1,04 kg. droge stof, dus nam men in beeten iets meer droge stof dan in haver meel. Bij alle proeven kwamen de grootere giften der beeten minder goed tot hun recht dan kleinere hoeveelheden. Het nadeeliger verschil was bijzonder groot als men de hoevoelheid beeten van 30 op 40 a 45 kg. per dag en per koe bracht. Ook bij vroeger genomen proe ven tezelver plaatse stelde men vast, dat groote rantsoenen hooi en bee ten slechter tot waarde kwamen dan kleinere hoeveelheden. Het lijdt dan ook geen twijfel, dat in sommige streken van ons land, waarin zeer veel beeten ver bouwd en in zeer groote hoeveelheden vooral aan mestrunderen gevoederd worden, niet van die beeten bekomen wordt, wat er van te halen is. Te Stock holm bleek, bij de laatstgenomen proe ven, dat, als men niet meer geeft dan 25 a 30 kg. beeten per dag en per volwas sen rund. 1,1 kg. droge stof in beeten (en een overigens aan de eischen vol doendrantsoen) dezelfde waarde heeft als 1,2 kg. graan; gaf men maar onge veer 15 kg. beeten per dag, dan woog 1,1 kg. droge stof in beeten op tegen iets meer dan 1,2 kg. graan. Dit bleek bij de proeven met melkkoeien genomen, uit eenige verhooging der hoeveelheid melk, waarvan het vetgehalte overigens iets lager was dan toen de koeien een kleinere daghoeveelheid melk produ ceerden. Toen men 40 a 45 kg. beeten per koe gaf, nam zoowel de melkhoeveelheid als het vetgehalte der melk af. De te geven hoeveelheid beeten hangt ook samen met het gewicht van het dier, de grootte der mogelijke melkproduktie en de andere voeders, die deel van het rantsoen uit maken, koeien die 500 550 kg. wegen en 15-17 kg. melk per etmaal geven, moet men hoogstens 30 a 35 kg. beeten per etmaal voederen. De proeven hebben verder doen zien. dat onder bepaalde omstandigheden beetengiften van 15 kg. per dier vol- doende zijn maar volgens onze mee ning mag men 20 a 25 kg. en voor zeer zware dieren 25 a 30 kg. als een goed voederbeetenrantsoen beschouwen. Men verbouwe dus niet meer beeten dan men zoo economisch mogelijk ver- voederen kan. Indien men voor elk vol wassen rund gedurende 200 staldagen op 5000 kg. beeten rekent, gaat men wel veilig Natuurlijk kan men het niet zoo netjes opmikken. want per Ha. wor den in verschillende jaren verschillende hoeveelheden geoogst, maar de beeten, welke men voor het volwassen rundvee te veel heeft, zijn goed voor jong vee en varkens, alsmede in niet groote hoeveel heden ook voor koudbloedpaarden T. H. LIET is de Voordeeligste Stikstofmeststof omdat het 15 1/2 nitrische stikstof, onmiddellijk en geheel door de plan ten opneembaar, inhoudt het ten allen tijde mag gebruikt worden en volgens het geval, inge werkt of als dekmest toegepast het den grond niet verzuurt, het geen van allerhoogst belang is het zonder het minste bezwaar met de phosphorzuur- en potaschmesten 'mag vermengd worden het een zekere, regelmatige en snelle werking heeft, wanneer het oordeelkundig gebruikt wordt het voor alle teelten past. Kiekenvoeder. Men treft vaak in den handel poeders aan welke de kiekens meer zouden doen leggen. Dit uitwerksel wordt ook effec tief bereik, maar de kiekens zijn dan ook vroeg uitgeput en moeten veel vroeger gedood worden, dan het noodig geweest ware, indien men de zaken haren natuur lijken gang had laten gaan. Ziehier het recept volgens hetwelk deze poeders ge woonlijk bereid worden men neemt twee deelen Cayennepeper, vierdeelen gemengde specerijen en zes deelen gin- gember. Aan elke kilo van dat mengsel voegt men een lepel gemalen koffie. Men verstrekt dit poeder 2 a 3 maal per week aan de kiekens gewoonlijk mengt men het met fijn gekapt vleesch. Mond- en Klauwzeer, 'l ot heden is tegen deze ziekte nog geen specifiek geneesmiddel gevonden. In Oktober 1921 heeft M. Bean, veearts te Avallon, volgende geneesmiddel voor gesteld Créosote 20 gr. Alcohol 100 gr. Water 850 gr. Met deze vloeistof worden het mond- slijmvlies en de aangetaste uier meer maals daags ingestreken. De wonden aan de pooten worden verzorgd met de bekende eau de Gou lard (loodacetaat) of ook met cresyl en in ergere gevallen met Rabelwater. d. i. een verdunde oplossing van vitriool. Men geeft drank met gerstemeel of met zemelen en voegt er een handgreep keu kenzout bij. Na de genezing krijgen de dieren een afzettingsmiddel. Als voorbehoedend middel Men laat alle twee dagen gedurende een tien tal minuten door koking volgend meng sel in de stallen verdampen eer men er de dieren uit verwijdert Créosote 25 gr. Kaliumsulfide 50 gr. Water 800 gr. Kaliumsulfide mag wellicht door na- triumsulfide vervangen worden. Créo sote, dat tegen menschentering en chro nische bronchitis gebruikt wordt, zal men zich zich bij de apothekers kunnen verschaffen. Paarden voeding Ziehier enkele gepaste rantsoenen (volgens Herm. König in de Deutsche Landwirtschaftliche Presse) 1) Haver 2,5 kgr.maïs 2,5 kgr.me lasse 0,5 kgr.hooi en stroo 8 kgr. a De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen Ongeceekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven 'ij hebben steeds eerbied gekoesterd voor tegenstrevers welke er op uit waren in de ■n ten uitvoer te brengen een recht op ant- d dat hun krachtens de wet kon toekomen, i dezen eerbied voelen wij niet voor men- i die, in de uitvoering van hun recht, wat lichtzinnig omspringen met de waarheid, tunne eigene tegenstrevers onderduims be- ipen. belasteren en zoeken hatelijk te maken, vendien, bewerende rechtsgeleerde te zijn, len minsten eerbied hebben voor de wet op ukpers, 't zij dat ze meenen zich zelf boven :t te mogen plaatsen, jon entendeur... Ingezonden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1926 | | pagina 1