P Voeding en Verpleging van den Kmeekstier Vergunningskwestie m Landbouwweekblad u WETENSCHAPPELIJKE BIJDRAGE MensclienYoeding. Anti-Landbouwpolitiek Eenige woorden geschiedenis over onze Paardenfokkerij. Bemesting der Wortel- en Knolgewassen. ra s ZONDAG 27 JUNI 1926 Prijs 12 centiemen. 3ste JAARGANG Nr 391 )üeer rische ns Arbeid adelt Abonnementsprijs i 6 00 rraok 'a jaara. Mes scbrjjft in op ons Bureel en op alk postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie i BRABANTSTRAAT, 53r AALST Verantwoordelijke Opsteller i ORTAIRE CAUDRON, Aalst. Voor ea door de Landbouwers 'il »P Na zoovele bijdragen besteed te heb ben aan de voedingsleer, mogen we niet alaten de algemeene beginselen over pijsvertering en stofverwisseling die we in bestudeerd hebben, toe te passen op e menschenvoeding. In menschenvoeding wordt de voe- jingswaarde meestal in caloriën uitge rukt. We herinneren er aan dat de ca utie de hoeveelheid warmte is welke oodig is om 1 kilo vloeibaar water van op 1° te brengen. Het getal caloriën dat door verbran- ing van een bepaalde stof vrij komt, voedt bepaald met behulp van een calo- imeter. Ongeveer 1 gram stof wordt [ebracht in een stalen bom van binnen set platina bedekt, in betrekking met lektrische draden welke door den troom gloeiend worden en aldus de of doen branden. Deze bom is gesloten n gevuld met zuurstof op een drukking an 15 k 25 atmospheren. Het toestel is [eplaatst in een gewogen hoeveelheid 'ater waarvan de temperatuur vóór en na de operatie wordt vastgesteld. Uit de mperatuursverandering kan men de veelheid warmte uitrekenen welke door de verbranding is voortgebracht. Als praktische caloriënwaarde ge- iruikt men in de rantsoenberekeningen rolgende cijfers 1 kilo eiwit 41oo Cal. 1 koolhydraten 41 oo 1 vet 89oo Met deze cijfers kan men dus de voe dingswaarde eener bepaalde voedstof be ekenen. Ais voorbeeld zullen we de 'oedingswaarde van melk uitcijferen liter melk bevat gemiddeld 33 gram eiwit, 32,5 gr. vet en 47,5 melksuiker we hebben dus als caloriënwaarde Eiwit 33 X 4,1 - 135,3 Cal. Melkvet 32,5 X 8,9 289,2 Melksuiker 47,5 X 4,1 194,8 Totaal 619,3 Cal. Hoeveel caloriën moeten er dagelijks mder den vorm van voedsel aan den mnsch verschaft worden Zulks wisselt natuurlijk af naar ge- ang de mensch zich in volledige rust «vindt of min of meer zwaren arbeid verricht, Rust2432 Cal, Gematigde arbeid 2945 Zware arbeid 3200 Zeer zware arbeid 5000 Deze cijfers zijn vastgesteld per dag en voor volwassen menschen. Ziehier een spijslijst welke deze gege vens praktisch uitvoerbaar maakt (uit Handboek der menschenvoedingsleer„ van Prof, Dr A. J. J. Vandevelde) Wet en vs dal m we ssen de or de hen 1 aan ersoni' schrijft nkelei dat de en >andei i 1 die rar de jlDe it wie han- dempt s lage :oken, Het |t ook Pe' eigen Igt) ot Irood gr. 450 550 550 400 Aardappelen 400 500 500 650 Melk 300 300 300 300 Vleesch 160 180 200 200 Groenten 300 300 300 300 Vet 30 35 60 65 laas 30 50 30 lijst 100 Meel 120 Ürwten - - 125 170 Het Is niet voldoende de noodige hoe veelheid calorieën in de voeding te ver schaffen er moet acht gegeven worden lat niet alleen brandstoffen door het ichaam vereischt worden, maar ook 'ouwstoffen zooals eiwit. Volgens vele schrijvers moest het da- gelijksch eiwitrantsoen 118 gram be dragen voor gemiddelden arbeid. Dit eiwitrantsoen is volgens andere schrij vers te hoog Volgens Chittenden zou «t slechts 60 gr. per dag en volgens dindhede slechts 50 gr. per dag moeten ledragen. Men mag besluiten dat een gr. eiwit per dag een voordeelig rantsoen is. Door onderstaande tabel zal men de oedingswaarde der eetwaren kunnen vergelijken vlag. rundvl. 20 0 2,7 121 Vet rundvl. 17,5 0 23.7 306 Vet zwijnvl. 14,1 0 35,4 398 ^ag. zwijnvl. 19,6 0 6 150 daring 15 0 6,9 137 Schelvisch 16,4 0 0,2 82 Mossels 9,5 3,5 1.1 70 Eieren 12,2 0,7 11,4 168 Melk 3,2 4,8 3,5 67 Kaas (Eedani) 24,6 3,3 26 374 Wit tarwebr. 5,5 56,6 0,4 253 Gesch. aardap. 1,5 20 0,1 88 Erwten 17 45,8 0,6 271 Bloemkool 1,8 3,8 0,2 26 Wortels 0,8 6,9 0,1 32 Radijs 0.9 3,2 0,1 18 Asperges 1,4 2 0,1 16 Appelen 0,3 12,6 0 52 Aardbeziën 0,4 9,9 0 42 Druiven 0,5 17,4 0 72 Drooge vijgen 2,7 56,3 0 238 Witte suiker 0 97,9 0 391 Honig 5 55,5 17,7 424 We trekken hier de aandacht op de zeer verschillende voedingswaarde der groenten. P. J. CLAUS, Scheikundige. Vervolg Dikwijls wordt de jaarling stier nog heel den Zomer op de weide gezet; dat is natuurlijk het ideaal en zou algemeene regel moeten zijn. Dat stelsel is het goedkoopste, het best geschikte voor den groei van den stier en ook om hem zoo tam mogelijk te houden. De weide- gang kan ook. nog heel goed toe gepast worden voor een tweejari gen stier; de dagelijksche onder vinding bewijst zulks onbetwist baar. De ergste vijand van den stier is de stal. Jonge stieren moeten een zwaar rantsoen van groeiende dieren ontvangen. De beste voedermethoden zijn ofwel uitsluitend groen voeder op de weide. Voor een stier van 12 tot 18 maand met een middelmatig ge wicht van 450 kg. moet het rant soen bevatten A) Zomerrantsoen45 a 50 kg. gras of klaver B) Winterrantsoen8 kg. hooi, 2 kg. haverstroo, 10 kg. beeten, 1 kg. haver, 1 kg. aardnootkoek. Voor een stier van 20 tot 24 maand, met een middelmatig ge wicht van 550 a 600 kg.: A) Zomerrantsoen: 50 a 60 kg. gras of klaver, 1 a 2 kg. haver, B) Winterrantsoen: 8 kg. hooi 4 kg. stroo 15 kg. beeten 1.5 kg. haver 1/2 kg. aardnootk. Volwassen stieren moeten ge voederd worden gelijk ossen die matig werk verrichtenalleen geve men een beetje meer eiwit. Zoo is voor een stier van 800 kg. volgend rantsoen zeer aan gewezen 13 kg, goed hooi of stroo vol gens beliefte; 5 kg. haver; 10 kg. beeten. De haver wordt geplet of gema len toegediend en aardnootkoek kan natuurlijk vervangen worden door lijnmeel, paardenboonen, enz. De dekstier moet altijd in goe den voedingsstand verkeeren, dat is: hij mag niet mager zijn, maar hij mag ook geen vet aanzetten. Tevens moet de stier vurig blijven haver is daarvoor het beste kracht voeder. In den drukken dektijd zal men liefst geen pulp geven, weinig beeten en aan volwassen stieren ook maar weinig groen voeder. Waterachtige voeders werken de zwaarlijvigheid in de hand, een ge brek dat bij de stieren met zorg dient vermeden te worden. Na de drukke dekperiode, geeft men nog enkel onderhoudsvoeder goed hooi als grondslag, met daar bij eene kleine hoeveelheid groen voeder of beeten volgens het sei zoen en een weinig haver of koeken. De meeldranken zijn in alle op zichten af te keuren; zij verzwak ken het gestel. Als eenige drank geve men helder water. Regeling van den dekdienst. De stier mag reeds op den leef tijd van 15 maanden matigen springdienst verrichten; hij mag gedurende de eerste dekperiode in t geheel 40 tot 50 koeien dekken, maar nooit meer dan éénmaal daags. Het tweede dienstjaar kan hij een totaal van 70 a 80 koeien bedienen, doch in elk geval niet meer dan twee bespringingen daags. Op driejarigen ouderdom mag hij vier bespringingen per dag doen en in 't geheel een honderdtal koeien bedienen. Er moeten altijd minstens twee uren verloopen tusschen twee op volgende dekkingen. Het dekken zal best geschieden op een min of meer afgesloten rus tige plaats, en dan nog, ofwel bij de hand, ofwel in een stand. Dit laatste middel wordt toegepast voor min of meer boosaardige of schichtige koeien. Aanhouding van den dekstier. De meeste jonge stieren worden niet langer dan één dektijd aange houden. Het voortdurend gebruik van jonge stieren is zeker niet be vorderlijk voor de teelt. Immers wij kennen in dit geval niets aan gaande het overervingsvermogen dier jonge stieren. In alle opzichten ware het wenschelijker een stier die van goede afkomst is en een goed nakomelingsschap blijkt te geven, verscheidene jaren, ja zelfs zoo lang mogelijk aan te houden. Om te weten of een goed stier naar wensch overerft moet hij bewaard worden tot op den leeftijd van ten minste 5 jaar. Slechts van dien leeftijd af, als de oudste zijner dochters reeds melk geven, kan men zich nauwkeurig rekenschap geven van de waarde van een fokdier. En in geval zulke stier goed overerft, zou hij minstens tot zijn 10', zelfs tot zijn 12' jaar moe ten behouden blijven. Immers men verlieze niet uit het oog, dat het aantal goede kweekstieren steeds zeer beperkt en bitter klein is. Doch om dit doel te bereiken, moet men zekere jammerlijke fouten, welke thans in de tegenwoordige doen wijze van stier houden bestaan, vol strekt doen verdwijnen. Onder deze wantoestanden noe men wij in de eerste plaats het vroegtijdig vetmesten van stieren. overal waar deze verkeerde han delwijze geschiedt, kan de kweek onmogelijk in degelijke voorwaar den tot vooruitgang komen,omdat men dan nooit stieren bekomt, waarvan men weet of zij beste kalveren voortbrengen. Daaren boven hoeveel krachtvoeder wordt er derwijze niet nutteloos verspild? Hoeveel stieren zijn er niet, die door deze ziekelijke vetmesting traag en ten halve dekken Daar enboven de beooreeeling der fok- dieren zou er reeds ruimschoots bij winnen, aangezien ze dan op veel eenvoudiger gemakkelijker en vooral op heel wat juister en ern stiger manier zou gebeuren. Cam. V1NCX, Landbouwleeraar. DE of de De Regeering, spijts haar plechtige verklaring, aan alle Belgen het rechtma tig loon van hun arbeid te verzekeren,- heeft onze landbouwers alweer eens net jes om den tuin geleid. Immers door het gezegend vergun ningsstelsel in voege te brengen, dwarsboomt ze stelselmatig den vrijen uitvoer der landbouwproducten. De noodlottige en ongewettigde af breuk der gedane belofte beschouwen we bovendien als een stoutmoedige be- leediging ten opzichte van den Belgi schen landbouw. Over enkele dagen nog voerde de eerste minister het woord voor eene be- langrijke landbouwvereeniging en deed te dier gelegenheid nog een warmen op roep tot al de boeren opdat ze éénparig hun kostbare en onmisbare medewer king zouden verleenen tot de heropbeu ring van onzen erbarmelijken finantie- toestand, want voegde hij er plechtig aan toeDe Belgische Landbouw vooral kan het land uit z'n neteligen toestand redden Brengen we nu die getuigenis van het Regeeringshoofd in botsing met de anti- economische maatregelen door diezelfde Regeering in zake landbouwprodukten getroffen, dan staan we almeteens voor de grofste beleediging en de schreeu wende onbezonnenheid, die ooit iemand kan... droomen. Zulks noemen we in andere woorden de boeren n hoop vleiende komplimen- ten toezwaaien, om hen achter den rug een laffen toer te spelen. En aan zulke Regeering zouden onze landbouwers hun vertrouwen dienen, te schenken. Dit ware ons dunkens een voudig zelfverraad plegen en volle dig instemmen met de hatelijke maatre gelen ten hunnen opzichte alléén getrof fen, bij uitzondering van alle andere nij verheidstakken. In de rubriek Marktbericht van een dagblad las ik zooeven toevallig het volgende over De Steenkolen. Alle verhandelen gen gebeuren nog steeds in opslag.Voor musschenkoppen 30/50 anthraciet werd tot 280 frank geëischt voor levering in het binnenland, doch niettemin is er niets van vast te krijgen alles wordt verzonden aan het buitenland. Zou onze achtbare heer Minister van Handel en Nijverheid daar ook kennis van hebben Zoo ja, dan zou hij niet slecht doen hier ook van zijn gezegend vergunningsstelsel gebruik te maken, om dien overgrooten kolenuitvoer stop te zetten. Maar och, 't is waar ook Kolen zijn immers geen landbouwproducten en bij gevolg moet de Minister hier netjes de oogen dichtknijpen en doen alsof er'niets gebeurde. Ook onze grootschreeuwers en pa niekzaaiers blijven hier doofstom als vis- schen, immers kolenja, dat product behoort aan dikke, vette, rijke menee- ren.... kolenmagnaten, en... daar mag geen handje worden aangestoken, want hemel Ge zoudt iets zien en ge zoudt iets hooren Maar uilskuikerij, kalverij, zwijnerij, ja al wat door die boerenlum- mels wordt voortgebracht, daar moeten ze de hand opleggen, want die volksuit hongeraars moeten in de prang gehou den worden En nochtans naar den tekst van die mooie en vleiende Regeeringsverklaring zouden wij, boeren, net zooals de andere arbeiders en voortbrengers der nijver heid, vrij mogen werken en onze produc ten vrij mogen verkoopen. Dat zou misschien werkelijk zoo ge beurd zijn, hadden onze boerkens zóó naïef geweest hun boter, eieren, kalveren en zwijntjes doodeenvoudig aan zuiveren factuurprijs aan die gulzige groot- stadslanterfanten afgestaan. Doch Meneer de Minister moet toch ook wel weten denk ik, dat schier al de grondstoffen noodzakelijk tot de land bouwproductie, gefaktureerd worden hetzij in ponden, dollars of guldens. Aardappelen, graan en groenten groeien toch zeker niet van den hemel- schen dauw. Daartoe zijn scheikundige meststoffen vannoode die de boer aan haast onbereikbaar hooge pond- en dol lar-prijzen moest aankoopen. Om deD onbewusten stedeling één versch ei te bezorgen, heeft de boer maïs moeten koopen aan verbazende hooge prijzennogmaals in ponden of dollars. Om den morrenden stedeling een kalfs- of varkensgebraad op te disschen moest ons boerke zakken krachtvoe ders aankoopen die in dollars en pon den sterling hoefden betaald. Dat alles weet de heer Wauters en zijn Regeerings-konfraters toch zeker zoo goed als om 't even welk ongelet terd boerke. Ja, dat weten ze maar al te best. Dat weten ook die beruchte paniekzaaiers der fransche pers, maar daarover zwijgen ze allen dat ze zweeten Doch wij, boeren, weten dau ook waaraan ons te houden Wij ontkennen aan de Regeering het recht ons in die voorwaarden te durven vragen onze medewerking te verleenen totde nationale finantiëele heropbeuring. Het is uwe overtuiging, heeren der Re geering, dat wij, boeren, daaraan ruim schoots kunnen meehelpen. Welnu dan. die overtuiging is en blijft ook de onze. Maar zoolang gij de anti-landbouw politiek blijft doorvoeren, welke recht streeks indruischt tegen de landbouw- en de economische belangen van het land, kunnen of zullen wij onze mede werking tot het fioantiëel herstel niet verleenen. Integendeel, uwe anti landbouwpoli tiek zoo ze behouden blijft moet noodzakelijke aanleiding geven tot ont moediging en productie vermindering van den landbouw, wat een algemeene ramp zou zijn voor de schatkist en de verbruikersmassa "Stel uw daden naar uw woorden Want ijdele woorden zijn geen [oorden Van af de vroegste tijden zijn onze landbouwers, bij de uitlezing van het paardenras, altijd bezield geweest met een eenig vaststaand vooruitzichtna melijk het scheppen van een zwaar trek paard, dat aan last en vermoeinis zou weten te weerstaan in plaats va_ -het lichtere zadel- en legerpaard, zooals des tijds de hooge oomes trachtten in te voeren. Men herinnere zich nog de Stoeterij van Tervueren, onder het bewind van Napoleon I tot stand gekomen, en welke verdween onder het Keizerrijk. Koning Willem bezielde eveneens de gedachte al de hengsten van het lichte ras samen te brengen. Hij ook richtte een stoeterij in te Wilferdange, doch oogstte evenmin bijval als zijn voorgan ger. Ten tijde der Belgische revolutie werd de stoeterij terug naar Tervueren over gebracht, doch verwierf er even weinig bijval, om reden dat er enkel hengsten van het volbloedras gekweekt werden. Suikerbeeten. In goede leemgronden met 30- 40,000 kg. stalmest800-1000 kg. Sodanitraat van Chili 800 kg. Superphosphaat200 kg. Chloor- potasch, Voederbeeten. Met 30.000 kg. stalmest en meer 600-800 kg. Sodanitraat van Chili 600 kg. Superphosphaat of 1000 kg. Thomasslakken 250 kg. Chloorpot- asch of 100 kg. Sylviniet. Aardappelen. In rijke gronden met 30.000 kg. stalmest300-500 kg. Sodanitraat van Chili600 kg. Superphosphaat 250 kg. Chloorpotasch. In gronden van minder goede hoe danigheid en met min dan 30 000 kg. stalmest400-600 kg. Sodanitraat van Chili800 kg. Superphosphaat 300 kg. Chloorpotasch. ,aMM- R NEL OEM De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bedragen Ongetcekende. stukken worden niet opgenomen Niet opgenomen bandschriften worden niet teruggegeven i VM Per dag 3 Gematig. arbeid Zware arbeid zeerzwar arbeid Per 100 gr. Eiwit Koolhyd. Vet Caloriën Ingezonden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1926 | | pagina 1