De Witte Groeve
BREUKEN
bandboaoimacbiDes -
EIÏIIEL TAVERNIÈR
- Deugdelijke Pardessus -
HANDELSBANK
-van af 129 frank
Raglans Regenmantels Trench-Coats
Huis Karei Heiremans
AALST
Een
Nuttig Geschenk.
KERSTNOVELLE
Üe zwijgende rust van den guren De
cemberavond kwam snel over het wit-
besneeuwde landschap. Als donkere
schimmen stonden in de nabijheid der
Eikenhoeve, de oude reuzeboomen met
ontbladerde takken, somber-stil, en lie
ten den bijtenden stormwind gieren door
hun naakte kruinen, met een klagelijk,
droef geluid dat vaak de menschen hui
veren en rillen doet. Toen kwam de
maan op. n Bleeke, koude maan, zilver
wit, die haar licht over het toegesneeuw-
de land uitstraalde.
In de ruime keuken der Eikenhove zat
Maarten, de dertigjarig-sterke boer,
somber en zwijgend, in den hoek der
schouw, diep verzonken in gedachten,
paffend aan zijn lange meerschuimen pijp.
Vlak tegenover hem zat z'n oude
moeder. Het hoofd der oude vrouw was
diep op de borst gezonken en traag gle
den tusschen haar vingeren de kralen
van haar paternoster.
Maarten stond plots op en opende de
deur van het woonvertrek, om enkele
oogenblikken met aandacht naar buiten
te kijken. Toen wierp hij met een ruk de
deur dicht.
D'r zal terug sneeuw komen, moe
der
De oude vrouw hief langzaam het
hoofd op, en keek haar zoon aan.
Net lijk het moet zijn. Maarten.
Een Kerstnacht zonder sneeuw is niet
half zoo mooi.
't Kan me geen zier schelen
gromde hij Ik ga straks naar m'n bed,
en dat er dan gebeure wat wil.
Maarten en berispend hief
moeder den vinger op Je gaat van
nacht niet naar bed, doch wel naar de
middernachtmis.
Hij vloog overeind.
Ik naar de middernachtmis Ha.
nu niet, of nimmermeer
Langzaam richtte ook de vrouw zich
op en legde haar hand op z'n schouder,
terwijl ze hem diep in de oogen keek.
Maarten, je gaat wél Dit is de
eerste Kerstnacht dat je terug bent van
ginds, en je moét gaan, hoort je t Je
bent vroeger geen enkel jaar aan dien
plicht te kort gekomen, en thans moet
je het ook doen.
Vroeger hij lachte, een spot-
tead-smartelyken lach Vroeger was
Maarten 'n eerlijk man die door ieder
geacht werd. Vroeger zag je zoon het
leven vol zon en dierf hij ieder in het ge
laat kijken, thans vluchten de menschec
me, thans haten ze me, en als ze me zien
stooten ze elkaar aan en fluisteren Kijk,
dat is Maarten Beulinck, die wierp,
negen jaar geleden, Frans Holmen in de
witte groeve, zoodat hij verongelukte
Moeder hij stiet het heesch van smart
uit je zoon is een moordenaar en
daarom is het best dat hij de menschen
schuwt Want ik haat ze, ik haat ze
Kalmeerend lei de vrouw haar hand
op zijn hoofd en met iets als een snik sta
melde ze
Maarten' zwijg Je weet genoeg
dat het niet waar is T
Niet waar 1... God en ik weten het
alleen 1 stiet hij uit Jij ook, moeder
gelooft het niet, doch al de anderen ge-
looven het wél. De dorpelingen,de hee-
ren uit de stad en de rechters. Zij hebben
me daarom gestraft Negen jaar tucht
huis Negen jaar lang hebben ze me op
gesloten tusschen vier kale wanden met
alleen den schralen troost van een getra
lied venster, waardoor ik iederen dag 'n
lapje zon te aanschouwen kreeg. Moe
der, de wereld gelooft me een moorde
naar, want Goris, de boschwachter heeft
het getuigd. Die zag het, h(j heeft het ge
zworen 1
Mijn jongen en liefdevol trok ze
hem naar zich toe Jij bent onschuldig,
zoowaar als dezen nacht het groote
wonder van Kerstmis gebeuren zal I
Weet je, niet ik alleen ben Jovertuigd
van je onschuld, ook Lina weet het 1
Lina Een kreet als van een ge
tergd dier ontsnapte aan zijn lippen en
kreunend greep hij naar zijn hoofd
Moeder, zwijg me van Lina Om haar
heb ik geleden als 'n verdoemde. Om
haar heb ik, in uren van wanhoop,
willen "t hoofd te pletter loopen tegen de
muren mijner cel. Om haar heb ik ge-
tandeknarst, gevloekt en geweend I...
Qoo 1...
Snikkend als een kind zonk de sterke
man op zijn stoel terug.
Maarten, weet je dat Lina me
iederen Zondag komt bezoeken Weet
je dat ze 't me telkens nóg herbaalt dat
ze je onschuldig gelooft en je trouw blijft
tot het uiterste
Hij wierp met een bruuske beweging
't hoofd in den nek, zoodat ze zijn on
troerd gelaat en roodgeweende oogen
zag.
Moeder, wat heb ik nog aan haar
trouw 'n Eerbaar meisje huwt geen
moordenaar.
Ze verborg zwijgend het gelaat in de
handen en terwijl het somber stil werd
weende de oude vrouw stil mee, voelend
in de diepte van haar liefhebbend moe
derhart het groote, ontzettende leed van
haar eenigen jongen.
Maarten had deze stellige beschuldi
ging aanhoord met grenzelooze verba
zing en een spottenden glimlach. Hij
mas immers overtuigd van zijn onschuld.
Doch het gerecht vatte het anders op
en trots zijn honderd maal herhaalde
verklaring van onplichtigheid werd
Maarten veroordeeld tot negen jaar
tuchthuis.
Na de eerste wanhoop dezer veroor
deeling had Maarten, in de eenzaamheid
zijner cel er dagen lang op nagedacht en
zich de herssens gepijnigd om te begrij
pen waarom de boschwachter hem be
schuldigd had. Vruchtelooze moeite 1
Zijn ontredderd brein loste de zaak niet
op en, vloekend tegen het noodlot,
machteloos gedoemd tot boete om een
anders misdaad onderging hij zijn straf
in haar geheel.
Thans was hij terug vrij, doch ge
brandmerkt voor de menschen I
Tranen van machtelooze razernij
schoten hem nu nog in de oogen en met
een woedend gebaar balde Maarten,
hier aan den boord van den afgrond,
zijn vuisten.
Rond hem gierde de ruwe wind in de
takken der boomen en joeg hem witte
sneeuwvlokken in het gelaat, doch hij
merkte het niet eens op, verloren als hij
was in smartelijke herinneringen.
Plots schrikte hij bij het gekraak van
brekende takken. Snel verborg zich de
jonge man achter een dikken boomstam
en keek behoedzaam rond.
Een donkere gedaante miek zich los
uit de donkerheid der boomen en nader-
Heel in de verte begon plots 'n bron
zen klokje te kleppen, en gelijktijdig hie
ven moeder en zoon 't hoofd en keken
sprakeloos naar elkaar,
Toen kwam de moeder langzaam bij
hem, en met een stem die beefde van
diepe ontroering smeekte ze
Maarten, aa Hoort ge de klok
ken roepen Kom, toon je aan de
menschen zooals je werkelijk bent geble- 1
ven, trots alles 'n Diep kristelijke jon
gen wiens geweten zuiver is.
Hij staarde baar enkele seconden lang
aan toen rees hij met een ruk overeind,
zette zija hoed op en schoot 'n overjas
aan,
Tot straks, moeder Ik ga
Schreiend teekende ze met bevende
hand *n kruisje op zijn voorhoofd.
Ga, mijn jongen.
'n Oogenblik later stond Maarten
Beulinck buiten en huiverend knoopte
hij zijn overjas hooger toe
De maan had zich teruggetrokken
achter grauwe wolken en in witte, dich
te vlokken dwarrelde de sneeuw naar
omlaag, dekkend, steeeds warmer, de
bevroren aarde meteen wit winterkleed.
Maarten's stap kraakte in de blanke
vacht toen hij snel begon door te stap
pen naar het dorp, vanwaar, uit den
onzichtbaren kerktoren, de bronzen klan
ken bonsden die de menschenkinderen
naar de middernachtmis riepen.
Maarten 's hoeve lag een groot half
uur gaans van het dorp een smalle we
gel voerde, dwars door het Beukenbosch,
erheen.
Dit bosch lag op een hoogen heuvel,
en vlak er achter liep de weg langs den
boord eener gapende diepte. Dat waren
de mergelgroeven, sinds lang in onbruik
cn vervallen.
Eens, lange jaren terug, kwamen daar
noeste werklieden, de witte mergelsteen
uithouwen,waarmee de bouw der dorps
kerk voltrokken werd.
Maarten Beulinck rilde toen hij langs
den boord dezer groeven kwam en onwil
lekeurig bleef hij enkele seconden lang
stilstaan.
Hier was het negen jaar geleden ge
beurd. Hier was een jong menschenle-
ven verguisd op enkele oogenblikken
tijds het leven van Frans Holmen...
Frans Holmen Onwillekeurig zag
Maarten de lenige gestalte van den ver
moorde terug. Frans was de zoon van
den kasteelbewoner wiens boschwachter
zoo n bezwarende getuigenis afgelegd
had tegenover Maarten. Frans was jaren
lang de boezemvriend van Maarten ge
weest, tot op zekeren dag beiden hetzelf
de meisje lief kregen. Frans Holmen
werd door Lina Lancke afgewezen en
sindsdien vermeden de jongelingen el
kaar.
Toen kwam die onvergetelijke Kerst
nacht
Maarten had, naar jaarlijksche ge
woonte, de middernachtmis bijgewoond
en had zich daarna ter rust begeven.
Enkele uren nadien werd hij ruw wakker
geschud door twee gendarmen die aan
zijn bed stonden en hem bevolen hen te
volgen.
Toen hoorde de jonge man zich be
schuldigen van moord op den persoon
van Frans Holmen die met verpletterde
ledematen in de witte groeve gevonden
was door den boschwachter. Deze bosch
wachter had er de uitdrukkelijke verkla
ring bijgevoegd dat hij het heele drama
zien gebeuren had. Maarten had Frans
Holmen plots vastgegrepen en over den
boord der groeve geslingerd om daarna
snel weg te loopen, vooraleer de bosch
wachter tijdig tusschen komen kon.
de langzaam den boord der groeve
Maarten spande zich in om deze gedaan
te te herkennen, doch vruchteloos. De
warrelende vlokken sneeuw mieken alles
onduidelijk.
Intusschen stond de gedaante lang
stil op een tiental passen van hem. Toen
zeeg ze plots op de knieën en breidde
de armen uit, als in gebed.
Een vaag gevoel van onrust bekroop
Maarten. Was het sorns geen krankzin
nige daar voor hém God, de ongeluk
kige kan in den afgrond storten. Snel
besloten verliet hij zijn schuilplaats om
naar de gedaante toe te snellen.
Hoorde deze het kraken van de
sneeuw onder Maartens stappen Ze
was plots overeiad en toen herkende
Maarten een man. Een oogenblik bleef
deze, als aan den grond genageld staan,
toen slaakte hij een grooten kreet...
Maarten I.. De schim van Maarten
Met een enkelen sprong wierp hij zich
met uitgespreide armen in de diepte.
Doodelijk ontzet bleef Maarten stil
staan. Groote Grod, wie was deze on
gelukkige. die vooraleer zich te zelf
moorden, met zoo'n angst zijn naam uit
riep
Toen vermande hij zich en ijlde naar
den boord der groeve om zoo mogelijk
j nog hulp te bieden, doch vergeefs peil
den zijn oogen de duisternis en vergeefs
trachtte zijn luisterend oor een enk len
klank of gekreun op te vangen. Daarbe
neden. in de donkere diepte bleef alles
stil en alleen het ruischen van den kou-
den rukwind was hoorbaar. Geluidloos
sloegen de sneeuwvlokken hem in het
van opwinding gloeiend wezen.
Radeloos stond de jonge man enkele
minuten stil, zich afvragend wat hem te
doen viel, toen knoopte hij snel zijn jas
dicht en, huiverend om het ontzettende
en tevens van kou, zette hij het op een
loopen in de richting van het dorp, om
hulp te gaan zoeken.
De afstand was nauwelijks een tien
tal minuten en toch baadde Maarten let
terlijk in het zweet toen hij langs den
binnenwegel vlak op de dorpsplaats te- I
recht kwam. A
Groepjes menschen gingen zwijgend
en ingetogen ter kerke en het was voor
een dezer groepen dat de jonge man op- 1
gewonden staan bleef.
Ei, menschen, blijf staan,daar is een
ongeluk gebeurd
Het groepje, waaronder een viertal
mannen, bleef stilstaan en een der man
nen herkende Maarten.
Verduiveld, dat is Maarten
Er klonk n zekere terughouding in
zijn stem en als onwillekeurig deinsden
de anderen terug.
Schrik niet menschen smeekte
Maarten— doch ga mee met me. Daar
is iemand in de witte groeve gevallen.
In de witte groeve
En dat vertelt gij ons
Dèar waar Frans Holmen ver
moord werd...
Dergelijke uitroepen wisselden elkaar
snel af en als zooveel beschuldigingen
voelde Maarten hun oogen op zien we
gen. Een diepe, plotse pijn sneed hem
toen in den boezem, docb snel vermand?
hij zich.
Vrienden aarzelt nu niet langer.
Misschien leeft de ongelukkige nog.
Kom, laat ons gaan en trachten wij hem
te vinden.
Toen ontwaakte toeh het medegevoel
in enkelen, terwijl de vrouwen het van
groepje tot groepje voortfluisterden, tel
kens met een schuwen, achterdochtigen
blik op Maarten en haastig werden een
paar lantaarnen bijgehaald.
Een twintig mannen waren ondertus-
schen reeds bij mekaar en zoo sloeg de
groep de richting in naar de Witte
groeve.
Maarten ging voorop met een bran
dende lantaarn in de ijskoude hand en
geleidde de groep langs een omweg naar
den bodem der groeve.
Intusschen dwarrelde de sneeuw nog
immer in dichte vlokken naar omlaag en
gaf de zwijgende mannen, bestraald door
de lichten, een spookjesachtig aanzien.
Eindelijk hield Maarten stil.
Dat men zich in groepjes verdeele
beval hij Ieder groepje met een
lantaarn.
Men volgde zijn bevel op zonder te
genspraak, en dadelijk begon ieder te
zoeken.
Het was een uiterst moeizaam werk
tusschen de hier en daar verspreid lig
gende groote mergelsteenen, die thans
verdoken lagen onder een steeds aan
dikkende sneeuwvlaag. Bijwijlen strom
pelde er iemand en dan was 't een
koortsig zoeken, denkend den gevallene
gevonden te hebben.
Plots slaakte Maarten een lichten
kreet. Zijn voet had dwars door de ge
vallen sneeuwlaag heen. een weeken
bodem onder zich gevoeld. Snel bukte
zich de jonge man en wroette met de
handen de sneeuw weg.
Toen slaakte hij een luiden kreet.
Hierheen, jongens, hierheen 1
Dadelijk kwamen allen naar Maarten
toe, die druk bezig was nog immer de
sneeuw weg te ruimen.
Hebt gij hem gevonden
Jawel, kijk hier
En zijn lantaarn oplichtend, toonde
de jonge man aan de met ontzetting toe
kijkende mannen een zwarte massa
waarin nog moeilijk een menschen li
chaam te herkennen viel. Het was een
vormloos hoopje, door den ruim dertig
meter diepen val als 't ware inéén ge
drukt.
Gauw, jongens.dat iemand om een
draagberrie ga naar het dorp, zei Maar
ten ontroerd. Hier is menschelijke hulp
overbodig. Verwittig meteen den veld
wachter.
Hier ben ik reeds, klonk n zware
stem en meteen drong door de menigte
'n stoere man in uniform.
De man der wet knielde bij het lijk en
bekeek het opmerkzaam.
Kent iemand hem
Er volgde een ontkennend antwoord.
Dan zullen we zijn zakken onder
zoeken.
En de daad bij het woord voegend,
begon de veldwachter te zoeken. Uit
een der binnenzakken kreeg bij eindelijk
een opgevouwen papier in handen.
Laat zien wat bet is, gromde de
man. Dat iemand even de lantaarn hoo
ger houde
Een algemeene stilte trad in, en reik
halzend stonden de mannen te luisteren,
terwij! de veldwachter langzaam las
Men beschuldige niemand van mijn
dood, want ik heb mezelf recht gedaan.
Wroeging en zelfverwijt zijn hiervan
de oorzaak. Op de plaats waar ik eens,
negen jaar geleden, een ander het le-
ven benam, heb ik vrijwillig den dood
gezocht. Ik weet dat Maarten Beu-
linck op dit oogenblik reeds vrij is.
Dat hij mij vergiffenis schenke want
hij heeft geboet om mijn misdaad.
Ik heb Frans Holmen in de witte groe-
ve geworpen omdat hij mij betrapte
op wildstrooperij. Ik wist dat Maar-
ten Beulinck daar juist voorbijgegaan
was en heb hem beschuldigd. Dat God
mij vergeving schenke, want jk heb
vreeselijk gezondigdMen geve
Maarten Beulinck zijn eer terug. Dan
zal ik toch ten minste een deel mijner
vreeslijke schuld hersteld hebben.
Ik teeken dit schrijven,
Antoon Leysen,
Boschwachter.
De veldwachter las dit gebrekkige
schrift in groote stilte, toen riep hij uit
Maarten, onschuldig
Gelijktijdig wendde zich iedereen om
naar Maarten, doch deze had geen be
sef meer van wat er omging. Zonder
een enkel geluid was de sterke, groote
man in bezwijming gevallen.
I oen Maarten Beulinck terug tot het
bewustzijn kwam, kreeg zijn gelaat da
delijk n uitdrukking van hooge vreugde.
In het vertrek waar men hem ge
bracht had, bevond zich naast enkele
anderen, Lina, zijn vroegere verloofde,
die stralend van geluk naar hem toe
kwam.
Maarten, Goddank, ia eer her
steld
Ze juichte als een kjnd, en wankelend
kwam hij overeind terw(jl hij de armen
openbreidde.
waar
vroeg bij
van geluk aan
Lina, dus toch
onzeker.
Ze stor tte schreiend
zijn borst.
Dat deed het Kerstkind Maarten
December 1926. Tj
Van'den Broeck'Ém'"-
Zekere en radikale genezing
zonder operatie.
j KOSTELOOZE RAADPLEGINGEN
I Mijnheer, J. GLASER, vader, de be-
roemde Fransche Specialist, heeft zijn
j bureel ingesteld, rue de la Fraternité,
te Brussel (Noordstatie).
De weerhouden BREUK verdwijnt
deze welke het niet is verdikt en stelt den
breuklijder bloot aan de gevaren der
verenging. Gij allen die aangetast zijt
door verrekkingen, verzakkingen, buik
wonden, BREUKEN, wacht niet tot
een ongeval u teneer slaat. Vermijdt de
operatie die kostelijk is en tiïdverlies ver
oorzaakt, en gaat M. GLASER, vader,
raadplegen. Hij alleen zal uwe breuken
doen weerhouden en ze genezen zonder
u te verplichten uw werk te verlaten.
Aarzelt niet langer 1
Kostelooze raadplegingen, van 9 tot 3
uur, te Aalst, den 3" Zaterdag der
maand. Hotel de la Gare.
Deinze, 24 November, Café Cornells.
Men spreekt Vlaamscb.
van de beste merken en aan de voordee-
ligste prijzen, zooais
De echte Melotte ploegen, goed gesteld
en gescherpt van alle zwaarten. Enkele
ploegen eigen maaksel in alle zwaarten
schoeppers met en zonder wielen, hand-
schoeppersalle soorten braakmachines.
aardappelaanaarders en -uitroeiers, van
1 en 2 paarden (gansch nieuw model),
Kleddens of Stoppelkettingen.
Nieuw soort beerpompen zonder slot.
Raapmolens gansch in ijzer en staal.
Groote keus van voeder douchen, maai
en pikmachines.
Eenig Agentschap voor Aalst en om
liggende van de beroemde dorschma-
chines L. Clays. Al de werktuigen z(jn
gewaarborgd en verzekerd van verwis-
selstukken. Alle herstellingen worden
met zorg afgewerkt.
Landbouwers koopt uwe landbouw
werktuigen in vertrouwen bij
Gebreveteerd smid
Werktuigkundige
Blaae&tttraat, 34, Aalst,
(nab(j bet slachthuis).
Prijzen buiten alle concurrentie.Overgroote keus in magazijn
Manufaktuur
MOLENSTRAAT, 29,
Breng dit adres mede. het
geeft U recht tot
Naamlooze Vennootschap
Albert Liénartstraat, 10, Aalst. Kapitaal fr. 8.000.000
Wij aanvaarden geld op rekening aan volgende intresten
4
Op 14 dagen t
Op termijn
Op Spaarkas t
Op Kasbons 51
Op zicht r voor handelaars t »/0
boven fr. 20.000 4,50
boven fr. 50.000 (vrij van lasten! 4^50
sommen van ten minste 1.000 fr. 5.50
van 3, 6, 9 maanden ot 1 jaar 5.75
van 5 jaar 6.50
op zicht - vrij van lasten - 4,60
op termijn - vr(j van lasten - 5.50
voor drie maanden, stukken van ten minste T
1.000 fr. en hooger, interest op voorhand
betaalbaar en vrij van lasten.
Öp Kasbons 6 "/0 t voor 6 maanden vast, stukken van ten minste
1.000 fr. en hooger, interesten op voorhand
betaalbaar en vrij van lasten.
AGENTSCHAPPEN Lede, Dreefstraat, 53Denderhautem, bij
den Heer Cyr. Van Damme, DorpKerkxken, bij den Heer Jos. Tem
merman - Van Londersele Audegem, bij de Heer Victor Cooreman,
Dorp Herzele, GroendreefWieze, by de Heer Gbmaar Heyndrickx,
Molenstraat.
oor
mut
Lil wb Am jmt Uit \5*«dstriid