Het Duur Levea en de
Landbouwerscrisis
Maag-en darmontsteltenis
of zakpijn bij paarden,
Voordrachten
i
8
Veeziekten
Landbouwstudiekring
van het Kanton Herzele
ZONDAG 13 OCTOBER !929
PrSf» 20 centiem
II de JAARGANG Nr 563
Arbeid
edeit
Abonnementsprijs 10.00 frank jaste*.
Men schrijft Is op ons Bureel en op alle postkantoren.
Aankondigingen volgens akkoord.
Bureel en Redaküe t BRABANTSTRAAT. S3, AALST
Verantwoordelijke Opsteller t
ORTAIRE CAUDRON. Aalst.
Voor «e door
de Landbouwers
Maatschappelijke Vraagstukken
Het is zonder twijfel een bittere spot
ternij dat op het oogenblik dat de Ka
mer van Koophandel van Antwerpen
een huidebanket inricht ter eere van de
ministers Jaspar, Houtart en Francqui,
omdat ze zoogezegd onzen frank van
den ondergang hebben gered, het index-
djfer der kleinhandelsprijzen ineens een
nieuwen sprong van 10 punten naar de
hoogte heeft gemaakt, om het onge
hoord peil te bereiken van 889.
Dit cijfer beduidt dat de kleinhandels
prijzen der voor het dagelijksch leven
noodige artikelen bijna 9 maal hooger
zijn dan vóór den oorlog. Het was wer
kelijk niet noodig den lofbazuin te ste
ken over een stabilisatie die aan onze
munt de 3/4 van zijne waarde heeft ont
nomen en tevens het dure leven heeft
gevestigd op een peil waarvan de hoog-
tegrenzen vooralsnog niet zijn gekend.
Heeft de stabilisatie op den huidigen
lagen voet misschien voordeelen opge
leverd voor de nijverheid en den groot
handel, dan is dit niet het geval voor de
verbruikers of de landbouwvoortbren-
gers. De landbouw staat voor harde
crisisjaren. Het jaar 1929 is verre van
gunstig.De oorzaken zijn gekend stren
ge Winter, Lente zonder voldoende zon,
voortdurende droogte, te zware pach-
ten, overproductie aan landbouwartike- 1
len over de wereld, steeds duurder wor
dende arbeidskrachten.
Voegt daarbij de ongunstige ver-
oopsprijzen voor talrijke landbouwpro-
dukten zooals aardappelen, granen, sui-
erbeeten, hoppe en vee en het zal da
delijk opvallen dat de toestand nietroos-
Jeurig is,
Hoe daaraan verhelpen Er wordt
ons toegeroepen richt het landbouw-
>edrijf doelmatig in, maakt het meer
winstgevend door specialisatie, uitlezing,
samenwerking.
Alles goed en wel 1 Wij die sinds ja-
ten onze krachten inspannen om door
vereeniging en samenwerking het land-
louwbedrijf meer wetenschappelijk en
daardoor meer winstgevend te maken,
;unnen best dien raad missen van tal
rijke personen, door wie hij ons zoo
goedkoop wordt toegestuurd Die lie
den vergeten doorgaans dat uitvoeren
keel wat meer tijd en moeite vergt dan
leggen; zij verliezen bovendien uit het
dat om vruchtbaar te zijn een wer
king moet kunnen geschieden in het ge
paste midden 1 Dit midden nu is niet
uimschoots genoeg aanwezig, omdat zij
die het moeten scheppen, en hier bedoe-
itn we vooreerst de openbare besturen,
gebreke blijven 1
Terwijl wij in de landen die ons om-
igen door de regeeringen maatregelen
treffen om het bestaan van den ic-
idschen landbouw te verdedigen, blijft
staatsbestuur schier werkeloos 1
Wt zij maatregelen ten voordeele van
itbinnenlandsche voortbrengst, dan ge-
•chiedt zulks bijna uitsluitend ten bate
'>n de nijverheid
Zooals wij in ons weekoverzicht mee
deelden verhoogt Frankrijk zijn invoer-
'echten op de vreemde landbouwpro
ducten, de Vereenigde-Staten verstrek
ken millioenen dollars als voorschotten
tón den landbouw, Italië heeft de in
voerrechten op vreemde tarwe verhoogd
v'n 7 tot 14 goud-lira, Polen heeft zijn
tolrechten onlangs aanzienlijk verhoogd j
°P vreemde granen en andere landbouw-
tóortbrenselen. Tal van andere landen
tómen beschermende maatregelen ten
voordeele van hunnen landbouw
Wat gebeurt er bij ons?! De open-
W besturen roeren niet, alsof de schit-
torentate dagen voor onzen landbouw
zijn weggelegd.
Het vreemd vervroren vleesch wordt
door vrijstelling van overdrachttaks aan-
JMnoedigd in zijne mededinging met het
tórsch inlandsch vleesch op onze binnen-
«ndache markten, dan wanneer iedereen
"eet dat de veeteelt volstrekt niet winst-
Stvecd is voor den voortbrenger
Le verhocging van invoerrechten om
<®ze hopteelt vaD deD ondergang te vrij-
*Bren en haar te beschermen tegen on-
rlijke vreemde concurrentie wordt niet
'opgestaan de Regeering beperkt zich
o') de instelling tener coinmicie die wel
licht den pul zal kunnen vulien als het
kalf verdionken is
In bevoegde landbouwmiddens werd
herhaaldelijk aangedrongen bij de Re
geering tot afschaffing der overdracht
taks op de inlaDdsche granen om aldus
de voortbrengers eenigszins te bevoor-
deeligen bij den afzet of verkoop. Men
klopt tot heden op doovemans deuren.
De inlandsche tabakteelt heeft met de
meest ernstige moeilijkheden te kampen,
nochtans wordt er door het bestuur
geen vermindering van accijnsrechten in
't vooruitzicht gesteld.
Terwijl de invoer van onZe paarden
in Frankrijk, Duitschland en Italië on
derworpen is aan hooge tolrechten, stelt
België zich tevreden met het onbedui
dend invoerrecht van 2 °/0 op vreemde
paarden
De fruitoogst is dit jaar overvloedig.
Daarbij is de uitvoer naar Engeland
zeer moeilijk. Deze overproduktie heeft
voor gevolg dat de voortbrenger voor
sommige fruitsoorten zelfs geen prijzen
bekomt die hem toelaten de kosten van
plukken en vervoer ter markt te dek
ken. Nochtans geniet de verbruiker niet
van die lage prijzen. Terwijl voor peren
en appelen aan de voortbrengers prij
zen van 25 tot 80 centiem, volgens de
soort worden geboden, worden door de
voortverkoopers in de steden prijzen
gevraagd van 2,50 tot 4 fr. het kg.
Wij zijn in dit blad herhaaldelijk op
gekomen voor de oprichting van nijver
heidsinstellingen tot vervaardiging van
fruitwijnen. Deze inrichtingen zijn on
misbaar om de verwerking van ons fruit
te verzekeren en zijne prijzen bij' over-
vloedigen oogst op een loonend peil te
houden. Wij hebben als aanmoediging
dezer nieuwe nijverheid aan de regee
ring tijdelijke vrijstelling van accijns
rechten alsmede de noodige voorlich
ting en propaganda dopr de bevoegde
staatsdiensten gevraagd.
Tot heden blijkt er van hoogerhand
weinig of niets gedaan te zijn om deze
nieuwe tak onzer landbouwindustrie in
het leven te roepen.
Men begrijpe ons niet verkeerd Wij
beschouwen beschermende invoerrech
ten van staatswege niet als de ideale
oplossing voor den bloei van den land
bouw, wel wetende dat deze zijn heil
moet vinden in een doelmatige en we
tenschappelijke uitbating, gesteund op
een bloeiend vereenigingsleven doch
waar de naburige landen meer en meer
hunne grenzen sluiten voor onze land-
bouwprodukten, ten einde hunne eigene
voortbrengers te bevoordeeligen, schijnt
ons het tijdstip aangebroken dat onze
regeering ook zonder verwijl de noodige
maatregelen treffe om de talrijke takken
van ons landbouwbedrijf,die met onder
gang zijn bedreigd, het bestaan te verze
keren. Want zooals wij het bij den aan
vang van deze bijdrage aantoonden, is
alle werking tot meer rationeele uitba
ting tot vruchteloosheid gedoemd, in
dien het midden waarin zij zich moet
ontwikkelen daartoe niet is voorbereid
en geschikt gemaakt.
Zakpijn komt zeer dikwijls voor bij
paarden, ook muilezels en ezels.
Oude paarden wier maag lui en lam
geworden is en wier tanden versleten en
onregelmatig zijn geworden, bezitten er
eene groote voorbeschiktheid toe en zijn
er dan ook zeer onderhevig aan.
Wanneer de paarden aanstonds na
hun maaltijd worden ingespannen of af
mattend werk verrichten dan komt zak
pijn zeer vaak voor.
Bloedarmoede, hevig hitte, windtoch
ten, luiheid van 't zenuwstelsel, het
drinken van al te koud water slecht en
bedorven voedsel, stoffig, slijkerig, ver
duft of beschimmeld hooi, vervrozen
voeder en zelfs goed voeder maar in
overtolligheid genomenpaarden die
zich lostrekken des nachts en gaan smul
len in de haverkist, deze zijn allen ge
wone oorzaken om zakpijn te weeg te
brengen.
Wanneer zakpijn zich vertoont één
uur na het eten dan is er enkel eene
maagontsteltenis.
Dan bestatigt men slechts eene droef
geestigheid het dier krabt met de voor-
pooteD, maar zoo men buikrommelingen
hoort dan mag men op eene spoedige
i
herstelling en genezing hopen, vermits
weldra het dier mest zal lossen dan
zegt men de zakpijn is rap over
gegaan.,, Maar wanneer de ontsteltenis
erger is dan komen de kolieken op, ge
woonlijk voorkomend twee of drie uren
na het eten.
Kolieken is zakpijn of liever darmen-
pijn.
De muil is warm en droog en riekt
zuurachtig, rinsch. Het dier gaapt dik
wijls en vertoont braaklust, terwijl het
verstopt geraakt en oploopen kan,
(opgeblazen staan),
N. B. Eene koe die oploopt staat
dik langs den linkerkant (kant van het
hart) en wordt daar gestoken, maar een
paard staat dik langs den rechterkant.
Een paard dat zakpijn heeft wordt
ongerust en droefgeestig en is opgehitst
en gansch teoeergeslagen. Het bekijkt
dikwijls zijne lenden en krabt met de
pooten, legt zich neder ea springt plot
selings recht, laat zich weder vallen om
zich met heftigheid heên en weêr te
rollen.
Wanneer het paard met den staart
kwispelt dan verraadt dit zakpijn in den
endeldarm
Bij alle soorten van zakpijn doet het
dier geweld om water te lossen, en het
kan in sommige gevallen aardige hou
dingen aannemen bijv. de houding van
een zittenden hond.
De algemeene gevoeligheid is ver
stompt, de slijmvliezen zijn bloedig
dooraderd (bijv. steenroode kleur der
oogleden) de polsslag en de ademhaling
versnellen.
Zeer dikwijls worden de uitpuilende
deelen van het lichaam zooals, oog,
heupstaart en rugbeenderen gekwetst
bij het lomp vallen of wentelen.
In sommige gevallen schijnen de die
ren het instinkt.de natqurdrift voor zelf
behoud verloren te hebben en maken
verwarde en buitensporige gevaarlijke
bewegingen waarbij het dier fel begint
te zweeten.
Er zijn verschillende soorten zakpijn
bij de paarden. Al wat op het zenuw
en spijsverteringsstelsel een abnormale
invloed uitoefent kan zakpijn verwekken.
1Krampen veroorzaakt door koude
of door koude dranken bijzonder als de
dieren bezweet zijn.
2. Zakpijn met (opgeblazenheid) buik
uitzetting door kiemend of gistend eten
of verstopping.
3. Zakpijn met bloedaandrang.
4 Zakpijn veroorzaakt door slechte
spijsvertering in maag en darmen.
5. Door ontstekingen en door over
vloedige suikervoeding (b. v, melas.)
6. Door vernauwing, opsluiting of op
stopping der darmen.
7. Door wormen.
8. Door vergift.
Bij de runddieren zijn de kenteekenen
zoo onrustbarend niet, men ziet slechts
dat het runddier trappelt en met de poo
ten naar den buik kapt.
Bij de runddieren wordt
1. Zakpijn veroorzaakt door ontste
kingen.
2. Door slechte spijsvertering en koud
water.
3- Door darmopstopping, doordien
een deel van de darmen in een opvol
gend deel kruipt.
4. Door darmuitzakking (breuk).
Wanneer een dier van zakpijn geneest
dan krijgt het gelaat een geheel andere
uitdrukking, de krampen gaan over, men
hoort goed de buikrommelingen en het
dier lost overvloedig en malsch mest,
maar het eerste mest is gewoonlijk hard.
Wanneer echter de dood er mede be
moeid is dan is dit het gevolg van ver
stikking of versmachting of zelfvergifti
ging door maagbreuk of scheuring.
De scheuring wordt veroorzaakt
meestendeels door het vallen bij hevige
krampen of door het bijeendrukken der
maag tusschen de lachspier (de ziel)
en de andere ingewanden.
Het naken des doods wordt zichtbaar
bij de volgende kenteekens.
Het koud zweet breekt uit, en het dier
begint te bibberen, terwijl de ademha
ling en de polsslag versnellen en verslap
pen, de oogen zien er verbaasd en dof
uit, de koorts gaat over en er treedt een
rustig oogenblik in, maar dit oogenblik
is zeer onheilspelend, en verraderlijk,
want dit voorspelt het einde, den dood.
Zakpijn is eene kwaadaardige ziekte
want op honderd aangetaste dieren ster
ven er altijd zeker vijftien of twintig.
Vele gevallen van zakpijn zou men
kunnen voorkomen zoo de paarden, ge
rust mochten eten en zoo men ze niet te
rap deed werken na het eten, zoodoende
zou de regelmatige spijsvertering onge
stoord kunnen gebeuren.
Sommige paarden zijn onderhevig
aan zakpijn doordien zij hun haver niet
goed malen de oorzaak ervan is dat
hun gebit gebrekkig ea onregelmatig is,
dat noemt men de paarden hebben
haken.
Men zorge er ook voor dat men de
dieren geen koude dranken toediene of
te veel drank geve wanneer zij bezweet
staan, men weze eveneens zeer voorzich
tig in 't voederen van versch hooi en
nieuwe of verdufte haver of killig groen-
voeder.
Des zondags vermindert men het
rantsoen eten, en men geve een ontlas
tenden drank, wortelen, bitterpeeën en
lijnzaaddrank zijn eveneens uitstekend
Moeten de paarden drinken voor of
na het eten
Het is een algemeen bekende gezond-
heidsregel dat droog voedsel beter ge
malen en met speekselsap gemengd
wordt en hierdoor beter verteert dan
met bet toedienen tezelvertijd van drank.
Want door het veel drinken worden
de mond- en maagsappen fel verdund
en de vertering der vaste voedingsstof
fen wordt aldus zeer belemmerd en be
moeilijkt.
Daarom mag men aanstonds voor of
na het eten geen drinken geven maar
het is zeer wenschelijk dat men eerst te
drinken geve en eenigen tijd later de
haver voedere, bijv. twintig minuten of
'n halfuur later. Bij het voederen van
haver is het natuurlijk voordeeliger dat
men eerst laat drinken, want bij onder
vinding weet men dat als men drinken
na de haver geeft, er veel haver doorge
spoeld wordt, dewelke dus onverteerd
verloren gaat.
Ook bij het vlug toedienen van drin
ken na het havervoeden, kan de haver
zich zoo uitzetten dat daaruit nadeelige
gevolgen voortvloeien en hevige zak
pijn zoo veroorzaken.
Algemeene behandeling in geval van
zakpijn
Wordt zakpijn bestatigd dan neme
men aanstonds een droogen stroowisch
en wrijft men het dier eens goed over
den rug en ribben, daarna wandelt men
met het dier over en weêr zoo het rus
tig is dekt men het warm en laat men
het liggen op een dik warm strooien bed.
Als doel moet men zich stellen de
maag zoohaast mogelijk te ontlasten.
Men mag prikkelende dranken geven
maar van kleinen omvang zooals koffie,
thee, alcool, enz.., terzelfdertijd kan men
klisteer geven (lavementen zetten) van
zeepsop langs deD aars.
Het beste is altijd, aanstonds den vee
arts te ontbieden die onderhuidsdhe in
spuitingen kan doen van arecoline, pilo
carpine, eserine, veratrine, morphine,
naar gelang den aard der ziekte,en die de
beste uitslagen geven,
D' v. J. W.
Dezen Winter, evenals voorheen, zal
het bestuur van R. U. Z. zijne talrijke,
goed gedokumenteerde voordrachtge
vers, kosteloos ten dienste stellen van
zijne leden.
We zenden in dit vooruitzicht naar
den Heer Voorzitter of Magazijnier
van iederen bond eene lijst met een
heele reeks onderwerpen van voor
drachten. Daaruit zullen er heel zeker
een paar zijn die in bijzondere mate,
iederen bond op zijn eigen aanbelangen.
We hebben bovengenoemde heeren ge
vraagd ons deze onderwerpen te willen
aanduiden, ook het lokaal waar men de
voordrachten geven zou en de datums
welke best passen.
Eene bijzondere zorg is besteed ge
worden tot het opmaken dezer reeks
voordrachten. We hebben enkel deze
gekozen welke er zich toe leenen, om
op den korten tijd waarover een voor
drachtgever beschikt, de landbouwers
iets te kunnen aanleeren, dat hun wer-
j kelijk nut bijbrengt, en dat ieder van
hen dan ook ten zijnen profijte op zijne
hoeve zou kunnen toepassen.
Wij zijn er ten volle van overtuigd,
dat we daarin zullen gelukt zijn. We
zouden dan ook gaarne zien, dat zoo
veel mogelijk iedereen die kan, de voor
drachten bijwone. 't Is eene beste gele-
genheid om zijne kennissen te verrijken,
om zich meer en meer te leeren thuis
voelen bij de verstandige landbouwers,
die bij jarenlange praktijk ook de bere
deneerde nieuwe gedachten doen sa
mengaan.
We durven hopen dat we in onze ver
wachtingen niet zullen teleurgesteld
worden dat ook de gemeentebesturen
zullen het nut dezer voordrachten in
zien voor hunne gemeente, en dat zij,
daar waar ze het kunnen, ons ter zijde
zullen staan met raad en daad. Dit vra
gen we bijzonderlijk van de gemeenten
waar we benevens de voordrachten,
een avondkursus inrichten.
Gezien ons beperkt getal leerkrachten
kunnen we ons in deze richting niet
naar believen ontplooien en mogen de
gemeenten, waar ze een avondkursus
hebben, zich zeer bevoorrecht achten.
Ware het te veel gevraagd dat deze
benevens raad en daad ook wat steun
zouden toekennen, al ware het maar om
enkele prijzen onder de leerlingen te
kunnen uitlogen, of om door eene kleine
toelage de leeraars wat aan te moedigen
in hunne lastige taak. Gemeentebestu
ren, hier hebt ge de gelegenheid te too-
nen. hoe ge de algemeene belangen der
landbouwers verstaat. Maakt er gebruik
van
Hier volgen de onderwerpen der
voordrachten
1) Groententeelt.
2) Konijnenkweek.
3) Kiekenkweek.
4) Fruitteelt.
5) Bemestingsleer.
6) Veevoeding.
7) Veeteelt.
8) Varkenskweek en Voeding.
9) Boekhouding.
10) Pachtwet.
11) Veeverlossing.
12) Landelijk recht.
13) Stal verbetering, Hoevebouw.
14) Hopkultuur.
15) Tabakteelt.
16) Witloof kuituur.
17) Zaadteelt.
Op Zondag 6 Oktober opende onze
studiekring de voordrachtenreeks van
zijn derden jaargang. Gezien den bijval
en de belangstelling van vorige jaren
was er hoop op flinke opkomst, en die
hoop werd niet teleur gesteld, integen
deel.
Bij de opening werd door den schrij
ver van den studiekring gewezen op
den reeds afgelegden weg, met het be
gin van dezen jaargang. Hulde werd
gebracht aan het Provinciaal Bestuur
van Oost-Vlaanderen en de Landbou
wers vereeniging Redt U Zei ven die
door milde toelagen en medewerking de
degelijke werking van den Kring moge
lijk maakten. Zoo doende werd de land
bouwbevolking van het Herzeelsche in
de mogelijkheid gesteld zich steeds meer
en beter te ontwikkelen.
Er werd gewezen op de wereld-ver
maardheid van het Huis Svalof, dat
door zijne wetenschappelijke navor-
schingen en bekomen resultaten den
landbouw reeds ruim eene halve eeuw
groote diensten heeft bewezen. Een
dankwoord werd toegestuurd aan Heer
Boersma, bestuurder van het Svalof
Zaaizadenkantoor voor België, die zoo
bereidwillig toestemde hier eene voor
dracht te komen geven over Ziekten
van graangewassen. Ontsmetting
van zaaigranen.
Het woord werd dan verleend aan
heer Boersma, die gedurende twee volle
uren de aandacht der aanwezigen wist
geboeid te houden. Een eenigszins vol
ledig verslag geven over die puike voor
dracht is onmogelijk, en we moeten ons
bepalen bij enkele bijzonderheden
De oogst kan in de beste gronden, bij
de meest volledige bemesting, omringd
met de beste zorgen, toch onvoldoende
opbrengst geven, namelijk als de stand
te dun of de planten kwijnen door ziek
te Het gebeurt bij onze graangewassen
j dat hunne eerste ontwikkeling wat te
wenschen laat, of dat jonge plantjes
sterven, dan wordt de oorzaak daarvan
geschoven op het weder 't is te koud,
te droog, te nat, enz. enz., nochtans heb-
j ben de wetenschappelijke navorschin-
M—MIHMIIWIII wa—»«M 1 i «11—IBII
De mïdewwkira xjjs vrra*twratw<Mflk vaar ham bQdragea
Oagcteekea^c stnkktK worde» «let opge«»jn«s.
Niet opgeaoaisn hsutditchrlfteu worde» airt tereggeqevt».