Het XIII' C ongres
van de U. P. A.
Landbouwweekblad
De Fransche Hopboeren
Landbouwkamer
I
Een Boerefeestdag
te Lede
ZONDAG 8 MAART 1931
Prijs'25 een,tics»
13de JAARGANG Nr 636
Arbeid
adelt
Abonnementsprijs 12,00 frank 's jaars.
Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren.
Aankondigingen volgens akkoord,
Bureel en Redaktie: DE VILANDERSTRAAT, AALST
Verantwoordelijke Opsteller
ORTAIRE CAUDRON, Aalst.
Voor en door
de Landbouwers
Eeae grootc Betooging tegen
de Landbouwkrisis.
Kalm en waardig betoogden op
Zondag 1 Maart 25,000 landbou
wers in de straten van Brussel.
Het XIIIe jaarlijksch congres van de
U. P. A. (Waalsche Landbouwvereeni-
ging) is dit jaar met eene bijzondere be
langstelling gevolgd. Op Zaterdag,
eerste dag. woonden reeds een overr
groot getal landbouwers in de Brasse
rie Flamande de openingsvergadering
bij. Deze landbouwers begrijpen de
noodzakelijkheid zich te vereenigen, zich
te scharen onder de boerenvlag, omdat
die vlag en die alleen hen redden kan
uit dezen ergen krisis.
Zoo men dit congres nagaat in al
zijne termen, kan men het betitelen als
het Krisiscongres Bijna uitsluitend
is het gewijd aan het bestudeeren van
teelten, als granen, suikerbeeten, aardap
pels enz, onder oogpunt van voort-
brengstkosten en verkoopsprijs aan de
belastingen, de tolrechten, in een woord
aan alles wat als oorzaak van dezen
krisis aanzien wordt.
Op Zondag 1 Maart defileerden
25,000 boeren in de straten van Brussel,
kalm en waardig, doch vastberaden om
hun recht op leven te verdedigen en
hulp van het gouvernement te eischen.
Te lang reeds wachten wijcommis-
siën, beloften, raadgevingen hebben wij
genoeg. De landbouwers deden hun
plicht. Doeltreffende maatregelen ter be
strijding van de krisis werden aange
duid. Het gouvernement, wil het zijn
plicht doen, wil het de landbonwers niet
laten smachten, moet de verantwoorde
lijkheid op zich nemen.
Op de vergadering van Zaterdag,
welke talrijk bijgewoond werd en voor
gezeten door den Heer Criquelion, toon
de deze in zijn openingsrede dat deland-
bouw niet op gelijken voet beschermd
is tegen de nijverheid, dat deze ongelijk
heid, welke is als 1 tegen 8, moet ver
dwijnen. De landbouw leeft sedert twee
jaar van zijne reserven, maar deze zijn
nu verdwenen heden leeft hij met zijn
eigen kapitaal. In 1929-30 gaven het
meerendeel van onze uitbatingen van 30
tot 50 °/o van het kapitaal verlies.
De openbare macht moet ons helpen.
Wij moeten eene politiek invoeren van
bescherming voor den landbouw.
En zich wendende tot den heer Baels,
minister van Landbouw, die deze verga
dering bijwoonde, zegde hij
Gij, Heer Minister,hebt reeds krach-
tige pogingen gedaan, wij zijn er U
dankbaar voor. Maar er moet meer
gedaan worden. Al de ministers, uwe
collega's moeten overtuigd worden.
Men moet ook de volksvertegenwoor-
digers en senators doen inzien dat de
„toestand ernstig is en eene onmiddel-
lijke en krachtige ingrijping vereischt.
Zeg hun, Heer Minister, dat gij met
u hebt, al de landbouwers, groote en
kleine, Waalsche en Vlaamsche, die
allen willen voor hun werk vergoed
zijn die willen hunne kinderen voe-
den zonder hunne jonge jaren te moe-
ten uitbuiten
De Heer Minister van Landbouw, als
antwoord op deze redevoering, zegde
Dat hij altijd met vreugde zulke ver
gaderingen bijwoont, wetende dat de
landbouw eene groote ekonomische
macht' is, de basis van 's lands voor
spoed; wetende ook dat de landbouw-
klas onuitputbaar is, waar de steden
vernieuwing en versterking zoeken.
Hij betreurt den huidigen toestand
van den landbouwer, die werkt met
volharding, die nooit werkloos is, doch
voor dit werk niet vergoed is.
Hij wenscht de inrichters en deelne
mers aan dit congres geluk, en zegt
hun den moed niet te verliezen en het
met hunne wenschen eens te zijn.
Het gouvernement nam reeds maat
regelen en zal verder zijnen plicht
doen.
In de Verschillende afdeelingen wer
den verscheidene wenschen uitgedrukt
betreffende de tarwekrisis, de suiker-
beetkw estie, de boternijverheid, de
eierenvoortbrengst en andere. Van de
hopkwestie geen spraak, geen wonder
I ook, daar het bijna uitsluitend Waalsche
j landbouwers waren,
j Wij wenschen deze Waalsche boe-
j ren met hun krachtig optreden geluk, en
i hopen dat de Vlamingen zich zullen ont
doen van eiken baud die hen tegen
houdt en zich zullen s?naren onder ééne
vlag, de boerenvlag, om als vrije land-
bouwers en tegenover wie het ook zij,
naar het voorbeeld hunner Waalsche
broeders, hunne rechten te eischen.
mmmmvi «aiaiiHiBaraHns
T alrijke bedrijfstakken van on
zen landbouw zijn met' onder
gang bedreigd. Wanneer gaat
de Regeering handelend op
treden 11
(2de bijdrage)
In onze vorige bijdrage hebben wij
enkele beschouwingen gewijd aan den
huidigen toestand en aan de vooruit
zichten van onze veeteelt, thans komt de
hoenderkweek aan de beurt.
Na den oorlog heeft deze op enkele
jaren zulkdanige uitbreiding genomen
dat hij voor wat de geldelijke opbrengst
betreft als een der belangrijkste takken
van onzen landbouw dient beschouwd.
De twee laatste jaren hebben die snelle
vlucht gebroken. De niet voordeelige
prijzen der eieren in 1929 hebben een
achteruitgang veroorzaakt in den hoen
derkweek, zoodat de eiervoortbrengst in
1930 merkelijk is gedaald. Bijzonder de
uitvoer van eieren onderging eene ge
voelige vermindering, daar hij in 1930
enkel 1500 millioen stuks bedroeg ter
waarde van 420 millioen frank tegen
700 millioen stuks ter waarde van 660
millioen frank in 1929.
Voorzeker is deze exportafname
eenigszins te wijten aan beschermende
maatregelen getroffen doop vreemde
landen zooals Duitschland ten voordeele
zijner eigene voortbrengers, doch de bij
zonderste oorzaak ligt in de niet doelma
tige inrichting van onzen eieruitvoer
Hoe anders zou het uit te leggen zijn'dat
landen zooals Denemarken en Holland
niet alleen hun vroegeren eieruitvoer tot
stand houden doch zelfs ontwikkelen
voornamelijk op de Engelsche markten
terwijl de Belgische eieren geleidelijk
hunnen afzet zien inkrimpen?
Sommige onzer eieruitvoerders deden
hunne verzendingen met de grootste
zorgeloosheid en zagen er niet tegen op
bedrieglijke handelspraktijken toete'pas-
sen om tijdelijk meer geld te verdienen.
De gevolgen lieten niet op zich wachten:
het Belgische ei dat reeds een flinke
plaats had veroverd op de Engelsche
markt werd er stilaan als minderwaardig
aanzien en zoo werd door enkele schui
mers een geweldige knak gegeven aan
den voorspoed van duizende hoender
kweekers. i
Van meetaf heeft onze Vereeniging
op de bres gestaan om van de Regeering
afdoende maatregelen te bekomen tot
bestrijding van bedoelde oneerlijke han
delspraktijken. Het, heeft echter vele 1
maanden geduurd alvorens door de Ka-
mers een wet werd gestemd de Regeering
machtigende de vereischte toezichts-
maatregelen op den eieruitvoer toe te
passen. Op het huidige oogenblik is men
nog bezig met het treffen dier maatrege
len, terwijl dit sedert lang een voltrok
ken feit is bij onze bijzonderste mededin
gers zooals Denemarken en Nederland.
Om het bestaan van duizende onzer
landbouwers te verzekeren had ons par
lement tijd genoeg, terwijl het onlangs
de hoogdringendheid verleende aan het
bespottelijk wetsvoorstel op de lijken-
verbranding. Intusschen heeft een der
belangrijkste bronnen van inkomen voor
onzen landbouwersstand groot nadeel
ondergaan en zal het moeilijk, ja wellicht
onmogelijk zijn voor onze hoenderteelt j>
den achterstel op de vreemde markten 1
in te halenv i
Komen wij thans aan een andere cul-
tuur die van zeer gewichtig belang is
voor sommige Vlaamsche streken en in-
zonderlijk voor de gemeenten van het
land van Aalst en van Poperinghen na
melijk de hopteelt. De hop sterft weg,
omdat zij nog enkel zware verliezen op
levert aan dezen onzer boeren welke
haar met Vlaamsche koppigheid niet
willen laten varen
Van Regeeringswege wordt wel her
haaldelijk betoogd dat de slechte prijzen
der inlandsche hop te wijten zijn aan
hare geringe hoedanigheid die haar on
geschikt maken voor het vervaardigen
,1
der fijne biersoorten welke den smaak
der verbruikersmassa hebben veroverd
Men geeft dan ook de hopboeren den
raad de hoeveelheid te vervangen door
de hoedanigheid en zich uitsluitend toe
te leggen op de teelt van verfijnde hop
soorten.
Deze oplossing is werkelijk al te sim
plistisch om doeltreffend te zijn
De herinrichting onzer hopcultuur
volgens de nieuwe wetenschappelijke
uitbatingsmethoden kost veel geld. Hoe-
velen onzer kleine hopboeren zijn bij
machte die geldelijke offers te brengen,
en zelfs indien zij er toe in staat zijn, hoe-
velen zullen er niet tegen opzien het te
doen in de huidige omstandigheden waar
er niet het minste vooruitzicht bestaat
voor de hopproductie eenigszins loonen-
de prijzen te bekomen
Werpen wij enkel een blik op den
huidigen toèstand om ons daarvan te
overtuigen
Op tolgebied stellen wij vast dat Bel
gië enkel een invoerrecht heeft van 60 fr.
de 100 kgr. op vreemde hop, terwijl on
ze hop in Frankrijk een inkomend recht
moet dragen van 175 fr„ in Duitschland
van 510 fr., in Tcheco-Slowakye van
742 fr., in Engeland van 1278 fr., in de
Vereenigde-Staten van 1900 fr. Dit
enorm verschil van invoerrechten heeft
voor gevolg niet alleen dat de uitvoer
van Belgische hop naar het buitenland
onmogelijk is, doch ook dat de voor den
uitvoer beschikbare hop in het buiten
land den weg neemt naar België waar zij
onze hopkweekers eene doodende con
currentie aandoet.
Toen in de Kamers gevraagd werd
onze invoerrechten op vreemde hop
soorten te verhoogen om ze eenigszins
aan te passen aan de tolrechten geheven
door de naburige landen, verzette zich
de Regeering tegen dezen maatregel om
dat deze in strijd was met de bepalingen
der handelsverdragen gesloten door
België met bepaalde vreemde Staten
Er was nochtans een andere maatre
gel die een uitkomst bood zonder in strijd
te zijn met de handelsverdragen namelijk
het heffen van een overdrachttaks of
verbruiktaks van 6 °/o tot 10 op de
vreemde ingevoerde fijne hopsoorten
Doch ook van dezen laatsten maatregel
wil onze Regeering niet hooren
In het dan niet bespottelijk vanwege
de Regeering de hopkweekers aan te zet
ten zonder eenige zekerheid betreffende
de toekomst hunne huidige kuituur in te
richten op gansch andere grondslagen
Tot heden is de Regeering trouwens
zelf achterwege gebleven met een doel
matig opgevatte en flink doorgevoerde
werking tot verbetering van de hopteelt.
Volgens de verklaringen van onzen mi
nister van Landbouw werden enkele
landbouwkundigen naar het buitenland
gezonden om er de hopcultuur te bestu
deeren, doch zulks kon niet volstaan om
de huidige crisis te lenigen.
Vooreerst is er een bijzondere instel
ling noodig, men noeme ze hopinstituut
of iets dergelijk wier taak het zou zijn na
te gaan welke hopsoorten het voordee-
ligst worden geteelt en op welke wijze
de hopcultuur dient beoefend om de
meest winstgevende voortbrengst te be
reiken Het organisme dat wij bedoelen
zou benevens zijne taak van wetenschap
pelijk onderzoek ook voor opdracht heb
ben de landbouwers voor te lichten bij
middel eener zoo ruim mogelijke vulga
risatie zooals het inrichten van tentoon
stellingen. het aanleggen van proefvel
den, enz.
Verder zou het ook zorgen door aan
gepaste propaganda voor de uitbreiding
der afzetmogelijkheden voor onze in
landsche hopproductie
Van bevoegde zijde werd reeds her
haaldelijk aangedrongen bij de Regeering
tot uitvaardiging van het verbod nog
verder mannelijke hopplanten te kwee
ken, daar deze zeer nadeelig zijn voor de
hoedanigheid der hopproductie
Naar ons weten heeft de minister van
Landbouw desbetreffende nog geene
maatregelen getroffen.
Zooals altijd, onderzoekt beraad
slaagt en descussieert men maanden lang
over de ontworpen regeling, terwijl dé
met ondergang bedreigde hopcultuur
slechts baat kan vinden bij spoedige en
doeltreffende maatregelen
('t Vervolgt)
vragen Beschermingsmaatregelen
voor hunne hop en eene premie
voor den Uitvoer.
Voor eenige dagen vergaderden in
Hazebroeck, de Fransche hopboeren.
Zij vroegen met klem verhooging der
invoerrechten op de hop en een premie
stelsel voor uitvoer of dumping.
Deze vergadering was voorgezeten
door een invloedrijk Senator, die in naam
der Regeering, beschermingsmaatregelen
beloofde in der mate, dat de teelt winst
gevend blijft.
Terwijl afgevaardigden van alle lan
den in den schoot van den volkeren
bond, besprekingen houden om een ver
gelijk te treffen in zake tolpolitiek, ter
wijl Briaftd veel tam-tam maakt, met zijn
"vredesplan,, en de Vereenigde Staten
van Europa, duurt de economische oor
log voort. De eene aanval na het andere
wordt door Frankrijk genomen, stelsel
matig worden alle produkten getroffen.
Nu de hop, later misschien onze druiven
en ons witloof. In 1929 betaalde de hop
voor invoer in Frankrijk 75 fr. verleden
jaar 125 fr. en er wordt er krachtig ge-
eischt dit te verhoogen tot 400 fr. en ten
andere voor een stelsel van hooge premie
voor den uitvoer.
Wanneer zal onze regeering eindelijk
begrijpen; dat er ten minste verdedigend
moet opgetreden worden tegen deze
Fransche aanvallen op onze produkten.
Want voor de uitvoer van hop wordt
bijzonder België bedoelddat schoone
woorden en beloften onze hopteelt niet
redden kan, en dat er maatregelen moe
ten genomen worden om onze boeren in
staat te stellen hop voort te brengen in
zelfde voorwaarden als de hopboeren
in andere landen.
Nhastaisii&iset!&3
Op 20 Februari hield de Landbouw
kamer van Oost-Vlaanderen eene ver
gadering te Gent. Aan de dagorde staan:
1° Verkiezing bestuur 2° Rekening
3° Begrooting 1931 4° Inkomrechten
op haver en suikerbeet5° Verlichting
der buitenwijken.
De Heer Voorzitter opent de verga
dering en heet de aanwezige leden
welkom.
Mr Van Steenberghe stelt voor
gansch het bestuur bij handgeklap te
herkiezen. (Aangenomen).
De heer advokaat Van de Velde,
bestendig afgevaardigde, wordt be
noemd in de plaats van Mr Akkerman,
ontslaggever.
Mr Akkerman wordt in zijne hoeda
nigheid van secretaris der Landbouwka
mer vervangen door den heer Jozef
Menschaert, hulpschrijver, maar die
feitelijk sinds lang al het schrijfwerk
deed.
Na eenige gedachtenwisseling en wat
gekibbel werd de rekening en begroo
ting goedgekeurd. Aangezien de kas
nogal goed voorzien is, worden ruime
toelagen verleend aan verschillige co-
micen en plaatselijke vereenigingen,
wat niet belet dat sommige leden begee-
ren de staatstoelage van een derde op
den helft te brengen.
De Heer Ondervoorzitter geeft een
beknopt overzicht aangaande de suiker-
beetkwestie en somt de voordeelen op
door de wetgevers aan de landbouwers
verleend. De aanwezige leden uit de
grensstreek zijn hiermee hoegenaamd
niet tevreden, wat dan ook menige tegen
spraak verwekt. Enkele onaanneembare
voorstellen worden gedaan en ten slotte
is de vergadering het eens op de inge
voerde beeten rechten te heffen in de
maat van den inhoud aan suiker. Men
bemerkt dat de vergadering min of meer
zenuwachtig wordt en men mompelt
van rechten op vlas, hop, tabak enz.
Onze afgevaardigde, Mr Ruyssinck,
vraagt aan den heer Voorzitter de mo
gelijkheid rechten op de ingevoerde
rogge te heffen, daar die vrucht voor
geen menschelijke voeding bestemd is
en tot niets goed is (de peperkoekfabrie-
ken op zij geladen) dan om alkohol te
maken.
Gezien het late uur, stelt de heer
Maenhout voor de verschillende punten
tot de volgende vergadering te ver
schuiven.
De vergadering wordt geheven om
4 1/2 uur.
Was den 2" Maart van 't jaarkalen
der 1931 voor de meeste stervelingen
een doodgewone wroetersdag, voor de
boeren, leden der melkerij St Antonius
te Lede, beteekende hij veel meer dan
een Zondag, want op dien datum vier
den zij immers het door hen zoo betracht
jaarlijksch feest.
Op hun pikkebeste of in Zondags-
kleeren kwamen ze langs kouter en
wegeltjes dorpwaarts. Oude boeren met
op hun stoeren kop de zijden muts, naar
oud gebruik uit vroeger dagen bijtend
en knauwend op de sappige tabaksprui-
me of dampend lijk schoorsteenen uit
pijp en baardbrandertje. Jonge, met in
hun oogen den glans van inwendig ge
neugte en uitbarstensgereed plezier, een
fijn cigaretje of dikke feestcigaar in den
lachenden mond zich vermengen tot een
mengelmoes van jong en oud, tot een
van ongeduld trippelende massa, snak
kend naar het einde van het halve uur,
die den samenloop der omstandigheden
hen tot langer wachten had genoopt,
want den laatsten dienst van een over
ledene deed de H. Mis, door onze boe
ren aangevraagd, 30 minuten later aan
vangen.
Na die stille ingetogenheid en chris
telijke plichtsvervulling ging het eerste
bezoek als blijk van erkentelijkheid en
dankbaar gevoelen, naar de Melkerij,
instelling door en voor onze boeren, zoo
dierbaar omdat daar juist voor hen de
grootste opbrengst ligt in hun land
bouwbedrijf...
Van daar begon de vroolijke optocht;
't bezoek aan de natte kapelletjes waar
de laatste teruggehoudenheid rap werd
weggespoeld. Dragen onze buitenmen-
schen in 't algemeen den naam van
"zwijgers,, en weinig gespraakzame ke
rels, dit gezegde houdt in alle geval geen
stand eens dat ze 'nen fermen pot binnen
hebben, want afzonderlijk zijn ze dan
niet beter te vergelijken dan aan ons
Land in woord en beeld om hun
ijver in het vertellen met verheffing van
stembanden veel tremeloo in de stem
en veel zeggende gebaren.
Tegen 1 uur popelde al meer dan een
zweetdruppeltje op menig gezicht, on-
noodig te zeggen dat de beenen graag
onder de feesttafel werden geschoven.
Hier verdienen de kooksters met aan
hun hoofd de wakkre Aline een woord
van dank en openlijke hulde, want om
zoo maar 151 magen te vullen naar den
smaak en goesting van eenieder, hoeft
er meer dan goeden wil, daar is kunst
bij noodig.
Na een smulpartijtje van belang waar
menig broekriem werd ontspannen, gaf
de Voorzitter de inleidingen toen de
verslaggever, een -korte samenvatting
der bijzonderste feiten en gebeurtenissen
van het verloopen boekjaar, met de
voorlezing van 't bilan, waarvan de uit
slag de beste vooruitzichten laat verho
pen in de toekomst, en een uitgesproken
wensch daarstelde, in korten tijd alle
aanwezigen als aandeelhouders in ons
bloeiende maatschappij te zien.
En toen den voordrachtgever den
Heer Vincx uit Aalst, die in gepaste
termen handelt over het nut eener ge
zonde samenwerking, zijn machtig en
boeiend woord miek diepen indruk op
de aanwezigen en zijn puike rede werd
dan ook op een luid applaus onthaald.
De moeilijksten werden bevredigd:
de leden om den bekomen uitslag onder
geldelijk opzicht en hunnen interest en
't bestuur om de aanwinst van 46 nieuwe
leden, aanwinst die getuigt van geloof
en onbegrensd betrouwen in het streven
en de werking der leiders. Op ieders
wezen glom en blonk den gelukkigen
glimlach van blije en innige voldaanheid.
Een verheugende vaststelling is het
immer stijgende getal leden dat van jaar
tot jaar vermeerdert.
Onvermoeibare werkers hebben een
machtsontplooiing bewerkt en een
krachtig bewijs van macht en sterkte
daargesteld, onze boeren hebben begre
pen en meegewerkt. Dit jaar waren er
reeds 151 aan de tafel, nog meer moeten
er komen.
Immer vooruit en hooger op is onze
leuze en voortgaande op den rechten
weg hopen we ons ledental in een korten
tijd te zien verdubbelen!
naHMMMM
Dc medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen.
Ongeteckende stukken worden niet opgenomen.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.