Landbouwweekblad
De Wettelijke Beperking der Pachtprijzen
GRONDBELASTING
Naar meer Rechtvaardigheid in zake
Frankrijk en onze
Landbouw*
Ons Standpunt
Wat
we doen
zullen
Een ander punt van ons Programma
i
ZOND A® 5 JUNI
tfnj.ii 23 centlern
ilde JAARGANG N« 701
Arbeid
adelt
Abonnementsprijs t 12,00 frank 's jaars.
Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren.
Aankondigingen volgens akkoord,
Bureel en Redaktie: DE VILANDERSTRAAT, AALST
Verantwoordelijke Opsteller
ORTAJRE CAUDRON, Aalst.
Voor en> door
de Landbouwers
Onze leden hebben van dag tot dag
den kardnekkigen strijd kunnen volgen
welke onze Vereeniging voert teneinde
van het parlement de wettelijke regeling
der pachtprijzen te bekomen. Onze wer
king steunt op de meest volstrekte
eiscken van billijkheid alsmede op eco
nomische beweegredenen waarmede het
bestaan van onzen landbouw is gemoeid.
Dit hebben wij afdoend aange
toond op verschillende vergaderingen
en in talrijke bijdragen van ons blad en
onder meer in onze nummers van 24
Januari en 31 Januari 1.1. onder de
hoofding "De pachtprijzen en de huidige
landbouwcrisis
Zal onze stem eindelijk gehoor vinden
in de Regeeringsmiddens
Te oordeelen naar de regeeringsver-
klaring van het tweede ministerie Renkin
schijnt dit het geval te zijn. De eerste
Minister kondigde immers de neerleg
ging aan van een wetsontwerp teneinde
de misbruiken te beletten inzake de
vaststelling der pachtprijzen.
Hoe dit ontwerp er zal uitzien kunnen
wij thans nog niet zeggen. Wij zullen
het grondig ontleden zoodra het ter
wereld komt. Wij spreken nu reeds de
verwachting uit dat het nieuwe ontwerp
niet den langen lijdensweg zal moeten
afleggen van de andere landbouwwetten
alvorens het wet wordtdaar de scher
pe landbouwnood geen verder uitstel
meer duit. Intusschen schijnt het nuttig,
teneinde ten gepasten tijde een juist oor
deel te vormen over de beteekenis van
het aangekondigde ontwerp, hier een
overzicht te geven van de uitingen van
het parlementair initiatief tot regeling
der pachtprijzen.
Het eerste Vlaamsch-
Nationalistisch Voorstel
In 1924 werd door de Vlaamsch-Na-
tionale Kamergroep een ontwerp van
paentwet ingediend, hetwelk een rege
ling der pachtprijzen door het vaststellen
van maximum-pachtprijzen voorzag.
Ook bevatte |het een artikel volgens
hetwelk een pachter vermindering van
pachtprijs zou kunnen bekomen ingeval
de opbrengst van een grond aanzienlijk
lager was als bij het aangaan der pacht
overeenkomst te verwachten was.
Hier volgen ten andere de artikelen
van bovengemeld voorstel handelende
over regeling der pachtprijzen
Art. V zegde Ingeval tengevolge
van buitengewone omstandigheden,
buiten de schuld van den pachter de
opbrengst van het jaar aanzienlijk min
der is geweest dan bij het aangaan der
overeenkomst te verwachten was, mag
de pachter een evenredige vermindering
van huursom vragen. Dit recht vervalt
na verloop van 6 maanden na het eindi
gen van het huurjaar waarvoor de prijs
verschuldigd is.
Art. VII. De maximum-pachtprijs
per hectare zal voor de verschillende
hoeven, weiden en landerijen door een
door de wet voorziene Pachtcommissie
worden vastgesteld, enz.
Het eerste Socialistisch
Voorstel
Door de Socialisten werd het jaar
nadien, in 1925, een voorstel ter beper
king der pachtprijzen ingediend. Dit
voorstel beperkte de pachtprijzen op
driemaal den prijs geldende op 1 Augus
tus 1914.
De Kamerafdeelingen hadden dit
voorstel in princiep aanvaard en op 3
Mei 1928 werd namens de Middenaf-
deeliug een verslag ingediend waarbij
het beginsel der beperking werd gehul
digd, doch waarbij tevens het maximum
bedrag van de pachtprijs werd gebracht
van 300 tot 450 t.h. van den vooroor-
logschen prijs.
Het tweede Vlaamsch-
Nationalistisch Voorstel
Op 19 November 1931 werd de
de kwestie echter opnieuw opgerakeld
door de Vlaamsch-Nationale Kamer-
groep.
De heer Adiel De Beuckelare. ver
tegenwoordiger voor het arrondissement
Aalst, diende samen met de heeren
Leuridan, Van den Bulcke en Van Op-
denbosch een wetsvoorstel in waasvan
hieronder de beknopte toelichting
In strijd met artikel 6, alinea 2, der
nieuwe pachtwet wordt, gedurende een
termijn van 3 jaar vanaf de bekendma
king der nieuwe wet door het Staatsblad,
aan den huurder van een landgoed, het
recht verleend aan de invoege zijnde
pacht te verzaken mits een voorafgaan-
den opzeg van 3 maanden.
Gedurende den zelfden termijn van
drie jaar, kan de huurder die zulks ver
kiest, ook de vermindering vragen van
den pachtprijs.
Daartoe moet hij zich zelf wenden tot
een speciaal daartoe ingestelde kamer,
bestaande uit een voorzitter, zijnde den
Vrederechter van het Kanton, en vier
bijzitters, voor de helft landbouwers
eigenaars en voor de helft landbouwers
pachters, benoemd door den Heer Mi
nister van Landbouw.
De eigenaar vaneen landgoed waarop
vermindering van pachtprijs is verleend,
zal in dezelfde mate van rechtswege
ontslagen worden van de betaling van
grondlasten.
De landbouwer-eigenaar kan geheel
of gedeeltelijk ontslagen worden van het
betalen zijner grondlasten volgens de
beslissing der Kamer hooger vermeld.
Het tweede Socialistisch-
Voorstel
4 maanden na het neerleggen van
bovengemeld voorstel werd door de
heeren Mathieu, Brunet, Chalmet, de
Rasquinet, Gelders en Doms, socialisti
sche volksvertegenwoordigers ook een
nieuw voorstel ingediend waarvan hier
onder de samenvatting
Ieder pachter heeft het recht de
herziening van zijn pachtprijs te vragen,
onverschillig of deze in geld betaalbaar
is of in natura. De pachtprijzen in natura
worden in geld omgezet op basis der
gemiddelde waarde van de aangeduide
producten gedurende de drie jaar die
de aanvraag tot herziening voorafgaan.
De herziening kan door den pachter
aangevraagd worden onverschillig of
zij door het pachtcontract is voorzien of
niet. Elk beding waardoor de pachter
zich door het contract het recht ontzegt
de pachtherziening te vragen is nietig.
De nieuwe pachtprijs moet de billijke
huurwaarde vertegenwoordigen op den
dag der aanvraag. Deze huurwaarde
wordt vastgesteld rekening houdende
met al de gegevens tot waardeering en
zonder dat de nieuwe prijs hooger mag
zijn dan deze bepaald in de pachtover
eenkomst die aan herziening isonder
worpen.
Eigenaar en pachter kunnen voor
eerst eene minnelijke schikking treffen
over de herziening van den pachtprijs.
Is die minnelijke schikking onmogelijk,
dan wordt de billijke huurwaarde vast
gesteld door de paritaire commissie wel
ke is opgericht in den zetel van elk rech
terlijk arrondissement.
Deze paritaire commissie bestaat uit
den voorzitter der Burgerlijke Recht
bank of zijn afgevaardigde en uit twee
door het lot aangeduide bijzitters de
eene genomen uit een lijst van vier
eigenaars-verpachters, de andere uit een
lijst van vier pachters of vroegere
pachters.
Beide lijsten worden door de Besten
dige Deputatie van de Provinciale Ra
den, om de drie jaar, opgemaakt.
De Commissie legt er zich op toe de
partijen overeen te brengen. Zoo zij
daarin slaagt maakt zij proces-verbaal
op harer bemiddeling. In het tegenover
gesteld geval doet zij uitspraak bij een
met redenen omkleed vonnis, na alle
dienstige inlichtingen te hebben inge
wonnen.
De aanvraag tot herziening wordt
door den pachter gedaan bij eenvoudige
verklaring ter griffie van de Burgerlijke
Rechtbank.
Het voorstel regelt de gevallen waar
in een der partijen de bijzitters in de
Commissie kunnen wraken, omdat hun
ne aanwezigheid geen genoegzame
waarborgen van onpartijdigheid zou
geven.
De beslissingen van de paritaire
commissiën worden onherroepelijk ge
wezen. Zij kunnen alleen wegens onbe
voegdheid, machtsoverschreiding of
schennis der wet worden bestreden door
rechtsmiddel in verbreking. De nieuwe
prijs in herziening vastgesteld, treedt in
werking voor de pacht van het jaar ge- j
durende hetwelk de aanvraag in herzie- s
ning werd ingediend.
Indien na een /eerste herziening, de
economische omstandigheden derwijze
veranderd zijn, dat ze ofwel een ver- t
hooging ofwel een verlaging van meer s
dan een vierde der vroeger vastgestelde
huurwaarde met zich brengen, kunnen
de eigenaar en de huurder, op dezelfde
wijzen en om de drie jaar, herziening
aanvragen van den vroeger vastgestel-
den prijs.
Echter, zal de prijs nooit hooger
mogen zijn dan degene vermeld in de
pachtovereenkomst.
Hoogerstaande samenvatting van de
in het parlement ingediende wetsvoor
stellen laat onze lezers toe zich een ge
dacht te vormen van wat door de poli
tieke partijen werd gedaan en... over de
verschillende methoden die worden
vooruitgezet tot wettelijke regeling der
pachtprijzen.
In een volgend nummer zullen wij
deze voorstellen commenteeren en ver
gelijken met ons standpunt in dit belang
rijk landbouwvraagstuk.
Nog liefdesverklaringen die wurgen.
Het gaat niet op of het brengt weinig
aarde aan den dijk te strijden voor het
verkrijgen van enkele lapmiddelen voor
onzen noodlijdenden landbouw, als er
tevens niet wordt gezocht om de sinds
zoovele jaren bestaande mistoestanden,
schreeuwende onrechtvaardigheden uit
den weg te ruimen.
Zoo in zake pachtprijzen,
zoo in zake grondbelasting.
I. Omtrent liet wezen der
Grondbelasting voor de boeren
Onze lezers hebben reeds vroeger de
gelegenheid gehad dit te leeren kennen,
op ons Congres van 1928 werd dit ten
andere klaar en duidelijk bepaald. We
houden er echter aan, nu we ook op dit
terrein een intense actie willen voeren,
vooraf in de groote lijnen nog eens te
bepalen waar we naartoe willen, opdat
we mekaar, wij en degenen die tegen
over ons zullen staan, goed zouden
verstaan.
Eerst en vooralde grondbelasting
drukt te zeer den kleinen boer-eigenaar
van een lapje grond, hetwelk hij met
veel moeite, na misschien jaren lang
werken en wroeten, met de overgeble
ven spaarcentjes heeft kunnen aankoo-
Onze lezers hebben in ons nummer
van verleden week gezien dat de Fran-
sche Regeering de in- en doorvoer van
aardappelen en groenten herkomstig van
België heeft verboden. We weten niet
welke reden voor dit invoerverbod
wordt aangegeven, is het misschien om
dat onze Regeering invoerverbod opleg
de voor de Fransche door de gevaarlijke
Colorado-kever aangetaste aardappelen?
Zouden we misschien om 't lieve
Frankrijk genoegen te doen de plaag
alhier moeten laten overkomen
Onze Regeering heeft wel dergelijke
wraakmaatregel van Frankrijk gevreesd
en daarom zoolang gewacht om de
noodzakelijke voorbehoedsmaatregel te
gen de Colorado-kever te treffen.
Dit feit toont weer 'n keer klaar de
mentaliteit onzer Zuiderburen, het stelt
klaar hun overheerschingszucht in het
licht, hun leenheerenpolitiek ten on
zen opzichte.
Voelt men te Brussel de schoppen
niet? We zijn nieuwsgierig om te weten
wat men er doen zal en verzoeken hen
toch beleefd eens indachtig te zijn dat
onze boeren graag met het kleinst-
mogelijk minimum...verlies hun groenten,
hun aardappelen zouden willen verkoo-
pen, want het gaat heusch al slecht ge
noeg.
Ze de heeren te Brussel moeten
er ons dunkens ook niet meer op slapen,
want elke dag brengt ons nieuwe ver-
j liezen mee.
De groententeelt heeft een groote
i uitbreiding genomen onder den druk van j
verschillende omstandigheden. Onze
eigen beperkte markt kan deze verhoog- i
de voortbrengst onmogelijk afnemen,
we moeten met een vrij-aanzienlijk deel
buiten de grenzen. Zoo neemt Frankrijk
ruim 1/3 van den Belgischen groenten-
uitvoer af, wat de belangrijkheid der
Fransche markt voor onze groenten-
kweekers aantoont.
Dit deurtje-dicht doen van Frankrijk
zal ons dus verre van goed doen en t is
te hopen dat deze maatregel spoedig,
zeer spoedig zal worden opgeheven.
't Is te hopen...!
Dat onze Regeerders eens hunne
Fransche collega's er op wijzen dat Bel
gië een respectabele afnemer is van
Fransche wijnen en luxe-artikelen, en
dat we wel eens zou kunnen gedwon
gen zijn van "poets wederom poets,, te
spelen. Misschien zullen ze dan wel een
toontje lager zingen, wat zeker niet mis
staan zou.
pen.
Een klein voorbeeld zal dit duidelijk
aantoonen.
We nemen een handelaar met als
eigendom één huis met magazijn (een
handelaar heeft immers om zijn bedrijf
uit te oefenen niets anders noodig), waar
van het kadastraal inkomen (gewoonlijk
huurwaarde verminderd met 1/6) vast
gesteld is op 1000 fr. Die handelaar zal
als grondbelasting hoeven te betalen
10 °/o aan staat-j-doorgaans 20 °/o
provinciale opcentiemen -J- doorgaans
80°/o gemeentelijke opcentiemen; samen
dus 20 °/o hetzij (1000 X 10 (1000
X 20 (1000 X 80 °/o) 100
20 -f 80 200 fr.
Nemen we nu daarnaast een land
bouwer, eigenaar van een huis en één
Ha. land.
Het kadastraal inkomen van dit huis
bedraagt doorgaans zooveel op den
buiten als dit van den handelaar, zegge
1000 fr. Het kadastraal inkomen van
1 Ha. land kan ook 1000 fr. bedragen
(veelal i 800 fr.)
Deze kleine landbouwer zal dus aan
grondbelasting betalen
Huis 1000X20° lo=l 00+20+80=200
\ancf 1000X20°/°= 100+20+80=200
Totaal fr. 400
Dus die kleine landbouwer betaalt
het dubbel der grondbelasting van den
handelaar, die misschien in zijn winkel
jaarlijks 50,000 frank verdient, terwijl
op het huidig oogenblik de boer nog
verlies zal boeken met de uitbating van
i zijn grond. Alles komt hierop neer een
landbouwer betaalt op de onroerende
goederen die hij uit den aard van zijn
bedrijf noodig heeft 20 °/o van het
kadastraal inkomen (vast of vermoede
lijk inkomen) terwijl b.v. een handelaar
Dit feit toont ook weer 'n keer het
verderfelijke van 't protectionistisch
(Zie vervolg 2de blz. onderaan lste kol.)
op zijn roerend kapitaal (en uit den aard
van zijn bedrijf is het allemaal roerend)
in veel mindere mate wordt belast.
Bijgevolg de voet der grondbelas
ting zou ten minste voor de kleine
boeren-eigenaars moeten verminderd
worden.
We hopen toch dat de Regeering de ge
dane belofte houden zal en alleszins voor
de jaren 1932 en 1933 de voet der grond
belasting zal brengen op 7 °/o (in plaats
van 10) van het kadastraal inkomen, en
dat ook de 50 °/o verhooging van het
kadastraal inkomen voor de gronden
niet herschat na 1926, niet zal van toe
passing zijn voor de volgende jaren
Dit omdat deze maar uitzonderings.
maatregelen waren als overgang tot de
herziening van 't kadaster zal gedaan
zijn. Die uitzonderingsmaatregelen heb
ben onze boeren echter heel wat lieve
centjes gekost die ze bijzonder nu
uiterst goed zouden kunnen gebruiken.
Dus... we gelooven aan de woorden
der Regeering en verwachten "contri
butiebiljetten,, met als maximum-belas
ting 7 °/o voor staatmet vermindering
der provinciale en gemeentelijke op
centiemen, met afschaffing der 50
verhooging van het kadastraal inkomen
voor niet-herschatte gronden na 1926.
Voor de bepalingen nopens schatting
van het kadastraal inkomen verwijzen
we naar "De Koornbloem,, van 1 Mei
1.1. waar onze wenschen in 't lang en in
't breed zijn uiteengedaan.
II. Omtrent de heffiog der
Grondbelasting
Herhaalde malen, in ons blad, in tal-
looze openbare vergaderingen hebben
we er reeds op gewezen dat het betalen
der grondbelasting door den huurder
de GROOTSTE ONRECHTVAAR
DIGHEID is we noemen die praktijk
noch min noch meer als ONZEDE
LIJK.
We moeten geen bijkomstigheden uit
den hoek halen om deze woorden te
rechtvaardigen, al de misbruiken die uit
deze bestaande onrechtvaardigheid
voortvloeien kunnen we onverlet laten
er wordt door iemand belasting betaalt
om het BEZIT van andermans goed
dat, en dat alleen volstaat om er ons met
alle kracht tegen te verzetten.
Er wordt ons wel eens geantwoord
dat het weinig baten zal door wettelijke
maatregelen den eigenaar-verhuurder te
verplichten de grondbelasting zelf te
betalen hij zal immers in dat geval de
pachtprijs in dezelfde verhouding ver-
hocgen.
Ons antwoord daarop
1° Moest nu, op dit oogenblik, die
maatregel toegepast worden, de pach
ters met een loopend pachtkontrakt
zouden toch met de som aan grondbe
lasting betaald hun pachtprijs zien ver
minderen.
2° De pachters zouden dan toch weten
aan wat zich te houden. Ze weten op
voorhand hoeveel hun pachtprijs is,
zonder het risico te loopen bij het einde
van den pachttermijn nog een onbe
paalde som als grondbelasting te moe
ten afdoppen, lijk het nu gebeurt, zon
der het risico te loopen op den hoop
toe meer te moeten geven aan den eige
naar dan deze is verschuldigd aan het
Beheer der Belastingen.
3° Moest er (wat Redt U Zeiven reeds
sinds zoovele jaren voorstelt) een be
stendige regeling der pachtprijzen ko
men, volgens gezonde beginselen, dan
was het den eigenaar niet mogelijk tot
in 't oneindige zijn pachtprijs op te
drijven.
Dat zijn, dunkt ons, wel zaken die
tellen kunnen, en zal er dan nog moge
lijkheid blijven voor de eigenaars om
de pachters onrechtvaardige lasten op
te leggen het zal eenmaal toch in min
dere mate zijn.
Menschenwerk zal nooit volmaakt
zijn, de strengste wet of het meest bin
dend besluit zal nog altijd een achter
poortje openlaten voor den een of an
deren betrokkene, maar we verkiezen
dan toch een klein deurken boven een
breede, wijd-openstaande poort
We zijn niet zoo naïef te gelooven dat
een sinds zoovele jaren bestaande
toestand zal veranderd worden in een
handomdraai, degenen die nu er van
genieten zullen niet zoo gemakkelijk
hun voorrechten te grabbel gooien,
maar.,, 't kan verkeeren, zei Breero. Er
is op korten tijd reeds zooveel veran
derd, en er kan en er zal nog zooveel
veranderd worden. Het volk, het kleine
volk, de werkman, de boer, de kleine
middenstander wordt dag na dag meer
iwiimii'h ifiMim w Wir"(jiirfiïïii
De medewerkers zijn verantwoordelijk voor tmn bijdragen
Ongeteekende stukken worden niet opgenomen.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven.
f
6
Staat Prov. Gem.