Het Stiefkind der Regeering
- De
Toestand van onzen
Landbouw
Algemeen Herstel
Conjunctuur
der
Arbeid adelt.
Landbouwweekblad
Voor en door de Landbouwers
ZITDAG
Hoelang nog zullen de Boerenleiders
dezen toestand dulden
Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven
A
Z@MBA0 10 JANUARI 1937.
Prfja 25 ccatnm
i9Jc JAARGANG N* 940
Abonnementsprijs 12 fr. 's jaars.
Men schrijft in op ons
Bureel en op alle postkantoren.
Het overnemen van artikelen
zonder aanduiding der bron
is streng verboden.
Bestuurder en verantwoordelijke Opsteiier
O. CAUDRON.
Bareel en Redactie t Zeebergkaai, 4, Aalst.
Oe medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hunne
bijdragen.
Aankondigingen volgens
akkoord.
Onze Landbouw wordt meer en meer
In een vorig nummer hebben wij ge
meld dat de geheimzinnigheid waarmede
het op 21 December afgesloten handels
akkoord met Frankrijk van officieele
zijde omringd werd, weinig goeds voor
spelde voor onzen landbouw.
Nu een tipje van den sluier is opge
heven, vernemen wij dat het invoer
contingent voor witloof, dat voor den
huidigen oogst 47.500.000 kg. netto-
gewicht bedroeg, verminderd werd tot
42.500.000 kg. voor de toekomst. Te
vens wordt het invoerrecht dat tot heden
7,50 fransche frank het kwintaal be
droeg (of 10,35 belgische frank), ver
hoogd tot 12 fransche frank (16,55 bel
gische frank) I
Onze staalnij verheid bekomt echter
de opheffing door Frankrijk van de
belemmeringen inzake den uitvoer van
oud-ijzer dat zij noodig heeft voor hare
fabrikatie.
Volgens de gekende traditie heeft
onze landbouw eens te meer als wissel
munt gediend ten bate onzer nijverheid 1
Frankrijk heeft ook eens te meer ge
toond wat het voorheeft wanneer het
spreekt over de wegruiming van de
hindernissen inzake het internationaal
goederenverkeer.
Onze land- en tuinbouw blijven in de
huidige economische inrichting van
dezen Staat gedoemd om de onderge
schikten te blijven van de nijverheid.
2. Het voorloopig handelsakkoord
met Australië.
Het Staatsblad van 24 December
publiceert de voorloopige handelsover
eenkomst tusschen de Belgisch-Luxem-
burgsche Unie en Australië. Ook in deze
overeenkomst komt het euvel tot uiting
dat wij hierboven aanklagen.
De nadeelen van de overeenkomst
treffen uitsluitend den landbouw, terwijl
al de voordeelen de nijverheid ten goede
komen.
Inderdaad, de toegevingen door Bel
gië gedaan betreffen uitsluitend land
bouwproducten zooals vrije invoer
van zekere vetten, wol en ruwe vellen,
consolidatie van het invoerrecht op
versche peren, 125 fr. per 100 kg. van
1 Februari tot 31 Augustus en op
versche appelen, 25 fr. per 10C kg. van
1 April tot 31 Augustus.
Onder de talrijke posten waarbij
Australië voordeelen aan België toe
kent, is niets te vinden dat den land
bouw ten goede komt. Enkel onze nij
verheid komt hiervoor in aanmerking.
Wie zegde ook weer dat de econo
mische heropleving niet volledig is zon
der een behoorlijke winstmarge ook in
den landbouw
Na de inzinking der prijzen in het zui
velbedrijf wordt een tweede bijzondere
tak van onzen Vlaamschen landbouw
zeer zwaar door de abnormale prijs
daling getroffen. Wij bedoelen de hoen
derteelt.
De toestand is de drie laatste maan
den zoodat terwijl de prijzen der eiers
lager zijn dan verleden jaar, de voeder-
kosten der hoenders, welke 75 be
dragen der bedrijfsuitgaven, 25 hoo-
ger loopen dan op het overeenstemmend
tijdstip van 1935.
De ineenstorting der prijzen heeft zich
vooral vertoond tijdens de maand De
cember 1.1. Zij bereikte ten opzichte van
December 1935 30%.
Het hoeft geen betoog dat in derge
lijke omstandigheden de toestand voor
onze hoenderkweekers onhoudbaar
wordt en dat onze hoenderteelt snel ten
onder moet gaan.
Zooals wij het meermaals hier hebben
aangetoond, komt het onverklaarbaar
voor dat onze hoenderkweekers verder
de invoertaks op de granen moeten be
talen, waarmede de premie aan de
graanverbouwers wordt uitgekeerd. Wij
vragen diensvolgens dat deze invoertaks
zonder verwijl wordt afgeschaft op de
granen die als voeders worden aange
kocht door onze hoenders- en varkens
kweekers. Verders eischen wij dat de
uitvoer onzer eieren naar de
ste afnemingscentra door de Regeering
worde ondersteund, zooals zulks reeds
sedert ruimen tijd geschiedt door decon-
curreerende exportlanden. Wellicht zal
de Regeering hier ook weer het heilmid
del zoeken in een of ander studiecom
missie zooals wij het tot heden beleefden
voor het zuivelbedrijf.
Wat kan ten slotte onze Vlaamsche
landbouw aan de heeren uit Brussel
schelen, als de nijverheid met de groote
banken het maar goed stellen I
Hoelang zullen de boerenleiders de
zen toestand dulden
den stand van het landbouwindex in De
cember 1934. De verkoopprijzen van de j
akkerbouwproducten bereikten alsdan
het index 395, en deze van de veeteelt-
producten het index 488, hetzij een glo
baal index van 459, terwijl het index
der voortbrengstkosten gestegen was
tot 655. Deze cijfers beteekenen dat de
landbouwer in December 1934 voor
495 frank verkocht wat hij v®ór den
oorlog voor 100 frank verkocht, zoodat
de verkoopprijs in December 1934 mer
kelijk bleef onder het peil der waarde
vermindering van ons geld op bedoeld
tijdstip. Anderzijds bedroeg de kostprijs
zijner producten 6 1/2 maal meer dan
vóór den oorlog. Tusschen de twee in
dexen van verkoopprijzen en voort
brengstkosten bestond dus het nadeelig
verschil van 196 punten. Wanneer men
weet dat vóór den oorlog onze land
bouwers het moesten stellen met de
uiterst geringe winst van circa 100 frank
per ha, zal men dadelijk beseffen hoe
ongunstig de economische toestand was
van onzen landbouw vóór de jongste
devaluatie.
Op 1 April 1935 werd de Belgische
frank gedevalueerd met 28 Deze
devaluatie, gepaard met andere oorza
ken, zooals de stijging van de tarwe-
prijzen op de wereldmarkt, het tekort
bij de productie in sommige teelten zoo
als bij de aardappelen en in den varkens-
kweek, had voor gevolg het index der
verkoopprijzen merkelijk te verbeteren.
Anderzijds reageerde zij niet dadelijk op
al de posten der voortbrengstkosten
zooals bvb. op de loonen. Enkel de
kostprijzen der meststoffen en der voe
ders voor het vee werden, en dan nog
niet volledig, beïnvloed door de munt-
ontwaarding.
In Oktober 1935 bedroeg het index
der verkoopprijzen dan ook 569, dit der
voortbrengstkosten 642, zoodat het ver
schil, alhoewel nog nadeelig, van 196
punten in December 1934 gedaald was
tot 73 punten. Er was dus een niet te
versmaden verbetering aanwezig.
Jammer genoeg, heeft deze verbete
ring niet mogen voortduren en is de
bijzonder- malaise tijdens het afgeloopen jaar op
nieuw zeer sterk toegenomen.
Ziehier hoe de toestand zich voor
deed volgens het landbouwindex, tijdens
de maand October 1936 bij vergelij
king met het index der maand October
1935:
1935
1936
484
608
569
642
517
588
566
712
+33
—20
—3
+70
+6,8%
-3,3%
0,53%
+10,9°/°
Deze cijfers wijzen uit dat het index
der voortbrengstkosten gestegen is met
10,9 °/o, terwijl dit de ontvangsten voor
akkerbouw- en veeteeltproducten ge
bouw offert aan de geldkoffers daald is met 0,53 Het verschil tus-
der groote bankiers en nijver- sc^en beide indexen toont aan dat dit
heidsmagnaten 7
»ert,
Het is het gebruik op het einde van
't jaar in elk bedrijf de uitslagen der uit
bating na te gaan, of in meer technische
woorden gezegd de balansrekening op
te maken.
Wij willen zulks in groote trekken
doen voor onzen landbouw betrekkelijk
het verloopen jaar 1936. Zeggen wfj al
dadelijk dat over 't algemeen beschouwd
de belansrekening voor onzen landbouw
tijdens het jaar 1936 bepaald ongun
stig is.
Om de uitslagen van een bedrijf te
bepalen, dient er rekening gehouden van
twee faktoren de verkoopprijs der pro
ducten voortgebracht in het bedrijf en de
voortbrengstkosten dezer producten. Bij
de opzoeking der oorzaken welke de
bedrijfsresultaten in een of anderen zin
hebben beïnvloed, dient verder niet uit
het oog verloren, dat schier de algeheel-
toeid onzer landbouwproducten, wat
betreft het prijzenpeil, op rechtstreeksche
of onrechtstreeksche wijze afhankelijk
is van de prijsnoteeringen op de wereld
markt.
Waar staan wij dus einde 1936 £3
Om den huidigen toestand van „het
landbouwbedrijf te bepalen, moeten wij
een terugblik werpen op de economische
positie van onzen landbouw vóór de
muntdevaluatie.
Toen deze werd ingevoerd verklaarde
de heer Van Zeeland immers dat zij
voor doel had aan elk bedrijf een be
hoorlijke winstmarge te bezorgen zonder
dewelke een economische heropleving
niet mogelijk is. Wij willen in deze bij
drage onderzoeken of deze winstmarge
ook aan den landbouw te beurt is ge
vallen.
Vóór de muntdevaluatie was de toe
stand van onzen landbouw zeer benard.
Zulks wordt duidelijk aangetoond door
der voortbrengstkosten dit der ont
vangsten opnieuw met 146 punten over
schrijdt.
Het index der ontvangsten voor
akkerbouwproducten vertoont een stij
ging met 6,8 dit der veeteeltproduc
ten een vermindering met 3.3
De verbetering van het index bij de
akkerbouwproducten spruit voort uit de
stijging van de wereldprijzen voor de
verschillende graansoorten. Deze be
draagt in October 1936 ten opzichte
van dezelfde maand 1935 30,7% voor
de tarwe, 34,1 voor de rogge, 0,8
voor de haver, 32,8 voor de gerst.
Er is bovendien een verhooging van
5,3 voor het vlas, 44 voor de
chicoreiboonen, 31 voor het stroo.
Slechts de aardappelen en de suiker ma
ken uitzondering. Hier werd eene ver
mindering vastgesteld onderscheidelijk
van 6,9 en 6,3
De toestand onzer graanverbouwers is
dus in 1936 sterk verbeterd, te meer dat
zij onder vorm van teeltpremiën nog
genieten van de vergunningstaks van
10 frank per 100 kg. op den invoer van
vreemde granen.
De ontvangsten voortkomende van de
veeteeltproducten zijn sedert een jaar
fel gedaald.
Voor de boter bedraagt de vermin-
(Zie vervolg 2° bladzijde.)
Bij het nieuwe jaar.
Hei meest verheugend feit is de prijsstijging
Landbouwproducten.
der
Het is een gewoonte geworden, op
het einde van ieder jaar, even te bl(jven
stilstaan om te zien hoever we weder
gevorderd zijn op den weg van de eco
nomische heropleving.
In 1932 werd het dieptepunt van de
crisis bereikt: 1933 bracht een lichte
herneming; in 1934 breidde de herne
ming zich zeer traag en onregelmatig
uit: in 1935 werden de eerste grond
slagen gelegd voor het herstel en in 1936
heeft de conjunctuurverbetering zich
verder in snel tempo ontwikkeld en is ze
algemeen geworden.
Deze ontwikkeling gingen in enkele
landen zelfs zoo snel van stapel dat voor
een terugslag terecht werd gevreesd.
Dit klinkt wellicht voor vele meuschen
te bout en te stout. Mogen we hen doen
opmerken dat het ingetreden herstel
niet mag worden verward met een terug
keer tot de verhoudingen die sedert het
uitbreken der crisis moesten worden op
gegeven. Deze crisis we hebben het
hier herhaaldelijk betoogd is een
structureeie crisis. Ze heeft hare sporen
dan ook zeer duidelijk nagelaten in de
structureeie wijzigingen van de wereld
economie die zich sinds 1929 hebben
voltrokken.
Dit openbaart zich in de middelen die
te baat werden genomen om uit de diepte
van de crisis te geraken en het openbaart
zich eveneens in den aard van het her
stel en in de wijze waarop het zich vol
trekt. In tegenstelling tot wat dusverre
blijkens de geschiedenis het geval is ge
weest. heeft de overgang van de crisis
naar stijgende conjunctuur zich niet
simpel voltrokken op het gebied van het
prijzen- en kostenstelsel. Prijzen en kos
ten spelen weliswaar ook thans nog een
rol van wezenlijke beteekenis, het
zwaartepunt werd echter verlegd.
Wij bedoelen hier vooral de defini
tieve doorvoering van het beginsel der
nationaal geleide economie die in hare
verdere gevolgen een binnenlandsche
welvaartspolitiek heeft in het leven ge
roepen.
Dat de bewapeningsroes in deze
binnenlandsche welvaartpolitiek een te
groot aandeel neemt, verheugt ons min
der. Nochtans, dit ter zijde gelaten,
geeft de gang van zaken in vele opzich
ten reden tot tevredenheid.
De productie van tal van grondstof
fen heeft zich in den loop van het voor
bije jaar snel uitgebreid en ging gepaard
met een belangrijke prijsstijging. Men
mag niet vergeten dat de economische
crisis begonnen is met een prijsval van
de bijzonderste wereldartiekelen en dat,
indien men tot normale omstandigheden
wil terugkeeren, de prijzen op een nor
maal peil, het is te zeggen op een loonend
peil, moeten worden teruggebracht.
Het meest verheugend feit in dit op
zicht is voorzeker de prijsstijging van de
landbouwproductentarwe, maïs, rogge,
haver, katoen, wol, enz. Alles laat voor
zien dat dus ook in den loop van het
nieuwe jaar de koopkracht van de land
bouwende bevolking, over de heele
wereld, zal worden versterkt, en het
gevolg daarvan zal zijn een grootere
vraag naar nijverheidsproducten. Het
woord van Bismarck is nog altijd waar
als het den boer goed gaat, gaat het
heel de wereld goed.
Ook de vraag naar de nijverheids
grondstoffen zooals ijzer en staal, tin en
zink, rubber, hout enz. steeg in merke-
mate. Ten deele was deze vraag het ge
volg van de bewapeningsroes, ten deele
ook het gevolg van een groote behoefte
aan deze grondstoffen voor vredesdoel
einden. De auto-en machinesnijverhe
den,de scheepsbouwwerven, de fabrieken
van spoorwegmateriaal en verbruiks-
artikelen, voerden hun productie in vele
gevallen tot het peil van vóór de crisis
op. De grootere vraag ging gepaard met
een prijsstijging en de economische
heropbloei van de Scandinaafsche lan
den en van de Zuid-Amerikaansche
republieken, bijvoorbeeld, is juist ten
grooten deele gelegen in deze grootere
en stijgende navraag naar ertsen, hout,
tarwe en katoen en de hoogere prijzen
die er op de wereldmarkten konden
voor bedongen worden.
De stijging van de winsten in de
nijverheid en de algemeene betere gang
van zaken hebben reeds in zekere landen
tot hoogere loonen voor de arbeiders
geleid, zoodat ook in den loop van het
voorbije jaar de toestand van de nijver
heidsarbeiders er beter op geworden is.
Dit proces heeft zich echter spijtig ge
noeg niet altijd in de noodige rust en
kalmte voltrokken.
Voor de verdere ontwikkeling van
den economischen toestand is het nood
zakelijk dat een merkelijk deel van de
hoogere winsten worde verbruikt door
grootere loonuitgaven. Voor alles komt
het er op aan de koopkracht van de
arbeidende bevolking zoo hoog moge
lijk op te voeren, zonder een normalen
gang van de bedrijven in gevaar te
brengen.
„J. Niet in alle landen weliswaar bereikte
het conjunctuur-herstel dezelfde hoogte.
De economische ontwikkeling is in 1936
evenals de vorige jaren zeer onregelma
tig geweest. In 1935 waren het vooral
de landen van het toenmalig goudblok
die ver achterwege bleven. Het groote
belang van de ontwikkeling in 1936
trekt zich dus als het ware samen rond
de gebeurtenissen van September 1.1.,
toen Frankrijk, Zwitserland en Neder
land achtereenvolgens de oude munt-
pariteit loslieten. In Nederland en Zwit
serland zijn nu ook de eerste teekeuen
van de economische heropleving stilaan
merkbaar geworden, terwijl in Frank
rijk, waar het aan de noodige rust en
orde mankeert, men den goeden weg
kan vinden.
Als gevolg van de onregelmatige ont
wikkeling van den toestand doen zich
in sommige landen teekenen voor van
verzadiging en minder snellen vooruit
gang dan te voren (Engeland en de
Vereenigde-Staten)in andere landen
gaat de verbetering verder in snel tempo
door, terwijl vooral in de landen die het
langst hebben vastgehouden aan de
oude goudpariteit de economische op
gang nog slechts in een beginstadium
verkeert.
Op het einde van 1935 moesten we
enkele landen noemen die nog dieper in
de crisis wegzonken thans kunnen we
het verheugend feit vaststellen dat, bui
ten Frankrijk wellicht, geen enkel ander
land geheel van beterschap werd ge
speend.
Dat we aan het einde zijn van al onze
miseries willen we niet beweren. Er
blijven nog pijnlijke vraagstukken op te
lossen opruiming van de handelsbelem
meringen, herstel van het normaal be
talingsverkeer, stabilisatie der munten,
werkeloosheid, enz. enz. Het feit dat
niettegenstaande de politieke verwikke
lingen, die in den loop van het voorbije
jaar talrijk opdoken, het herstel nieuwe
vorderingen heeft gemaakt, stemt niet
temin hoopvol.
van Rechtskundige Dienst
wordt gehouden op Zondag
7 Februari van 8,30 tot
10,30 uur, in ons Lokaal
Groote Markt, Aalst.
VERZEKERINGEN. - Een af
gevaardigde van de Verzekeringsmaat
schappij Redt U Zeiven is regelmatig
ALLE ZATERDAGEN in ons lokaal,
Groote Markt.
Hij is ter beschikking der belangheb
benden om alle inlichtingen te geven
over verzekeringen van allen aard i
brand, ongevallen, leven enz.
TELEFOON 267.
1. Het Handelsakkoord met
Frankrijk.
3. Onze Vlaamsche landbouw
gaat ten onder.
Wanneer roepen ze hunne leden op
voor een gezamenlijk en krach
tig verzet tegen de doodende
politiek onzer Regeering, die
de belangen van den land
INDEX-ONTVANGSTEN
Akker bouw
produkten
Fapierfrank
Veeteelt-
produkten
Papierfrank
Globaal
index
Papierfrank
Index voort
brengst
kosten.