V
VERGOEDINGEN
De Boterkwestie.
De Landbouw en de
Buitengewone Begrooting
L'
Arbeid adelt*
Landbouwweekblad
Voor en d
oor de Landbouwers
ZITDAG
Landbouwkomiteit der ENGELAND
Stad Aalst
Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven
ZONDAG 28 NOVEMBER 1937.
Abonnementsprijs 12 fr. 's jaars.
Men schrijft in op ons
Bureel en op alle postkantoren.
Het overnemen vi
zonder aanduiding
is streng ver]
an artikelen
der bron
aoden.
Bestuurder en verantwoordelijke Opstelier
O. CAUDRON.
Bareel en Redactie t Zeebergkaai, 4, Aalst.
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hunne
bijdragen.
Aankondigingen volgens
akkoord.
voor Dieren op bevel der Overheid afgemaakt.
Het Koninklijk Besluit van 28 Juni
1930 voorziet de volgende vergoedin
gen voor dieren op bevel der overheid
afgemaakt
Artikel 1Een vergoeding wordt
op de Staatsfondsen verleend aan lede
ren eigenaar op de hierna aangeduide
dieren op bevel der bevoegde overheid
afgemaakt in het openbaar belang ter
oorzake van een der volgende besmet
telijke ziekten
1° De kwade droes en de dourine bij
het paard, den ezel, den muilezel en den
pakezel
2° De besmettelijke longziekte bij de
runddieren
3° De runderpest of besmettelijke
typhus bij de herkauwers en de varkens
4° De schaapspokken bij de schapen
5° Het mond- en klauwzeer bij de
herkauwers en varkens
6° De hondsdolheid bij de eenhoevige
dieren, de herkauwers en de varkens.
Art. 2. In geval van afmaking op
bevel" der overheid ter oorzake van
kwade droes, besmettelijke longziekte,
schaapspokken of hondsdolheid, moet
de eigenaar, om recht op vergoeding te
hebben, vaststellen
A. Dat de afmaking van het dier be
volen werd door den burgemeester der
gemeente of zijn afgevaardigde, ten ge
volge van een verslag van den opzich
ter-veearts
B. Dat de lijken der dieren ongeschikt
tot het verbruik in hun geheel aan een
vilbeluik werden afgeleverd ofwel ver
nield in overeenstemming met in voege
zijnde reglementen betrekkelijk het af
halen en het vernielen der ongezonde
dierenlijken
C. Dat de afmaking plaats had in
tegenwoordigheid van een politieagent
en dat het lokaal waar het ziek dier ver
bleef onmiddellijk is ontsmet volgens de
aanduidingen van den aangenomen vee
arts
D. Dat de waarde van het dier, ten
koste van den eigenaar, vastgesteld werd
door twee schatters genoemd en be-
eedigd door den burgemeester der ge
meente of, bij gebrek van dezen, door
den gouverneur der provincie
E. Dat hij zich, vanaf de verschijning
der ziekte, geschikt heeft naar de arti
kels 319 en volgende van het Strafwet
boek, alsook naar artikel 3 van het
koninkliik besluit van 20 September
1883, en dat hij, bij den aanvang der
ziekte, een aangenomen veearts heeft
ontboden
F. Dat de afgemaakte paarden en
andere eenhoevige dieren ten minste
vijf en veertig dagen in goede gezond
heid in het land verbleven en het hoorn
vee, de schapen, de geiten en de varkens
ten minste sinds dertig dagen.
De voorwaarden aangestipt onder de
letters E en F worden niet opgelegd in
geval van hondsdolheid, noch in de ge
vallen van verdenking van besmettelijke
longziekte.
Art. 3. De vergoeding wordt bere
kend op de helft van de waarde der
dieren. Deze vergoeding zal echter de
5.000 frank per eenhoevig dier niet
overtreffen. Voor een runddier mag zij
niet meer d^n 2.000 frank bedragen en
niet meer dpn 100 frank voor eene geit.
200 frank voor een schaap en 750 frank
voor een varken.
Art. 4. Op verzoek van den op
zichter-veearts, beveelt de burgemeester
de afmaking der dieren van dourine aan
gedaan.
Eene vergoeding van 701. h. der
waarde van het afgemaakt dier wordt
aan den eigenaar van hetzelfde toege
kend voor de afmaking op bevel der
overheid ter oorzake dezer ziekte.
Voor het berekenen dezer vergoeding
wordt de schatting gedaan op de wijze
aangeduid onder de letter D van artikel 2
van het tegenwoordig besluit. De ver
goeding zal de 5.000 frank niet mogen
overtreffen.
De vergoeding wordt niet toegestaan
in geval van overtreding van de schik
kingen van het koninklijk besluit van
31 December 1921 en namelijk wanneer
de verklaring van het bestaan der ziekte
niet gedaan werd tijdens het eerste
ziektetijdperk. Zij wordt ook geweigerd
aan de eigenaars van hengsten en ezels
die niet zorgvuldig het bijzonder boekje
hielden voorgeschreven door artikel 8
van gemeld koninklijk besluit en over
eenkomstig het model door den Minister
vastgesteld.
Art. 5. In de gevallen door den
Minister van Landbouw bepaald, be
veelt de burgemeester de afmaking der
dieren aangedaan of verdacht besmet te
zijn van mond- en klauwzeer. Eene ver
goeding wordt uit dien hoofde aan den
eigenaar van het afgemaakt dier ver
leend zij is gelijk aan de totale waarde
van het dier mits aftrok van de waarde
van het vleesch, den afval en de huid
der geslachte dieren. De schatting wordt
gedaan overeenkomstig de voorschriften
van letter D van artikel 2 van het tegen
woordig besluit.
Art. 6. De opzichter-veearts doet
de herkauwers en varkens afmaken
1* Die op clinische wijze van runder
pest zijn aangedaan
2° Die verdacht zijn als besmet dezer
ziekte ter oorzake hunner aanraking of
samenwoning met de zieke dieren, of
ter oorzake hunner aanraking met per
sonen of voorwerpen aanzien als door
de ziektekiemen besmet in een haard
der ziekte
3° Die zonder zich in de voorwaarden
van het 2° te hebben bevonden, noch
tans mogen aanzien worden als besmet
wegens hun verblijf in de nabijheid van
een haard van besmetting.
Worden gelijk gesteld met de dieren
verdacht als besmet, voor wat de af
making betreft, de herkauwers en var
kens die binnen de besmette streek be
paald door artikel één van het koninklijk
besluit van 25 November 1920, getreden
zijn of die er zouden uitgetreden zijn
zonder toelating van den opzichter
veearts.
De afmakingen gebeuren in tegen
woordigheid van den opzichter-veearts
behalve degene waarvan spraak in
voorgaand alinea die moeten gebeuren
onder de bewaking van een officier van
de politie.
Een vergoeding wordt verleend aan
den eigenaar van een dier afgemaakt als
aangedaan of als verdacht besmet te zijn
van runderpest.
Voor het berekenen dezer vergoeding
wordt de schatting van het dier op voet,
door twee schatters gedaan, aangeduid
volgens de schikkingen van letter D
van artikel 2 van het tegenwoordig
besluit.
Deze schatters stellen bovendien vast
of het geschatte dier in goeden staat of
niet voor de beenhouwerij is.
Voor de dieren afgemaakt als aange
daan, is de vergoeding van 70t.h. van de
waarde van het dier vastgesteld als hier
boven aangeduid.
(Wordt vervolgd)
- BERICHT -
Het Landbouwkomiteit van de Stad
Aalst, in samenwerking met het College
van Burgemeester en Schepen, noodigt
de belanghebbende kweekers en liefheb
bers uit tot het bijwonen van
Twee belangrijke
Voordrachten
1. Op DINSDAG 14 DECEMBER
te 7 uur 's avonds, in de feestzaal van
het Stadhuis te Aalst.
De heer R. Geerinckx, Algemeen Op
ziener van het Tuinbouwonderwijs van
Oost-Vlaanderen, spreekt er over
Deze voordracht zal opgeluisterd
worden door lichtbeelden over den tuin
bouw en handel in Nederland(Westland).
2. Op DINSDAG 21 DECEMBER
te 7 uur 's avonds, in de feestzaal van
het Stadhuis te Aalst.
De heer Guldentops, leeraar aan de
Tuinbouwschool te Gent, spreekt over:
Het komiteit rekent op een groote
opkomst vooral van deze die belang
stellen in den kweek en den handel van
groenten en fruit.
Iedereen van binnen en buiten de stad
is welkom.
Voor het Landbouwkomiteit der
Stad Aalst
De Schrijver, De Voorzitter,
L. Haems. O. Caudron.
Voor het College
De Secretaris, De Burgemeester,
O. Reyntens A. Nichels.
III.
Door verminderde aanvoer merkelijke prijsstijging.
We hadden gedacht met de twee
vorige artikels de kleine studie van de
Engelsche landbouwpolitiek te sluiten.
We doen het niet. De boterkwestie
staat hier weer aan de orde van den dag
en we willen even voor onze lezers uit
wijden over ditzelfde vraagstuk gelijk het
zich in Engeland stelt.
Zooals het verleden jaar het geval
was, valt nu in de laatste vijf of zes
maanden weer een kennelijke verminde
ring van een boteraanvoer waar te ne
men. In 1936 was dit te wijten aan de
ongunstige weersomstandigheden voor
de boterproductie in Australië en ge
deeltelijk ook in Nieuw-Zeeland. Welke
oorzaak thans deze vermindering van
boterinvoer voor gevolg heeft, weet
men niet juist. In sommige invoerkringen
spreekt men over een gebrek aan orga
nisatie vanwege de uitvoerende landen.
Mogelijk. Doch we zijn er zeker van, dat
de reactie op de goederenmarkten, die
tot een veel omzichtiger dekkingspoli-
tiek van den kant der Engelsche invoer
ders heeft geleid, daarbij klaarblijkelijk
ook een rol heeft gespeeld. De vrees
voor prijsdaling gelijk bijna voor alle
goederen is gebeurd heeft de Engel
sche invoerders aangezet hun inkoopen
te verminderen.
Voor de eerste negen maanden be
droeg de geheele invoer van boter in
Engeland ongeveer 7,18millioen cwt
tegen 7,44 millioen cwt in hetzelfde
tijdsverloop van het vorige jaar. Een
vermeerdering van den aanvoer uit De
nemarken en uit Nederland heeft het
tekort van andere zijde aangezuiverd,
althans in zekere mate. Intusschen is dan
van Rechtskundige Dienst
wordt gehouden op Zondag
5 Dec. van 8,30 tot 10,30
uur, in ons Lokaal, Groote
Markt, Aalst.
VERZEKERINGEN. - Een af
gevaardigde van de Verzekeringsmaat
schappij Redt U Zeiven is regelmatig
ALLE ZATERDAGEN in ons lokaal.
Groote Markt.
Eindelijk werd, na dertig dagen crisis,
een nieuwe Regeering samengesteld. Zij
zal Dinsdag voor het Parlement ver
schijnen en wij zullen in de gelegenheid
zijn toekomenden Zondag de Regee-
ringsverklaring te onderzoeken op het
stuk van den Landbouw.
Normaal moest het Parlement gedu
rende de afgeloopen maand ijverig ge
werkt hebben en op dit oogenblik zou
den reeds verschillende begrootingen
besproken geweest zijn.
Deze week werd evenwel de begroo
ting van buitengewone ontvangsten en
uitgaven voor het dienstjaar 1938, door
gaans kortweg de buitengewone begroo
ting, aan de leden van den Senaat rond
gedeeld.
Deze begrooting omvat thans tweeër
lei uitgaven vooreerst de eigenlijke
buitengewone uitgaven, en daarenboven
de buitengewone uitgaven gedaan op
kredieten waarvan de bestemming vast
gesteld werd door den Dienst voor
Ekonomisch Herstel. Met andere woor
den beteekent dit dat de buitengewone
begrooting draagt over de eigenlijke
buitengewone uitgaven, die niet meer
terugkomen, en over deflnanceering van
de groote werken tot opslorping van de
werkloosheid.
De eigenlijke buitengewone uitgaven
beslaan de gezamenlijke eerbiedwaar
dige som van 1.202.294.112 fr., terwijl
de uitgaven voor de uitvoering van
groote werken het bedrag bereiken van
1.320.747.500 fr. De buitengewone be
grooting handelt dus over meer dan
twee en half milliard.
Wel wordt er beweerd dat er een
grof misrekeningsken gebeurde bij de
redactie van de begrootingen, d.i. bij de
raming van de inkomsten en uitgaven.
Het is niet het oogenblik om hierover
uit te weiden. De nieuwe Regeering zou
evenwel de begrootingen moeten amen-
deeren om de uitgaven te verminderen
en deze vermindering zou hoofdzakelijk
slaan op de buitengewone begrooting,
welke met een milliard zou ingesneden
worden.
verklaarden dat er voor 1.202.294 112
frank eigenlijke buitengewone uitgaven
voorzien worden.
Deze interesseeren de volgende de
partementen Openbare erken on
geveer 450 millioenLandsverdediging
ongeveer 490 millioenVervoerswezen:
135 millioenFinanciën41,5 millioen
Onderwijs: 45 millioen Volksgezond
heid: 11 millioen: P.T.T.: 18,6 millioen.
Voor het Ministerie van Landbouw
zijn er niet de minste eigenlijke buiten
gewone uitgaven voorzien. Wij herha
len op een globaal bedrag van meer dan
1200 millioen frank. Het departement
j van Landbouw heeft de eer dit voor-
recht te deelen met Ekonomische Zaken
en Binnenlandsche Zaken,
j Uitgaven D. E. H.
i Er zijn dan de tweede reeks uitgaven
voorzien door de buitengewone begroo-
ting, n.l. deze waarvan de bestemming
vastgesteld werd door den Dienst voor j
Ekonomisch Herstel. Deze uitgaven be-
loopen samen het peulschilletje van
eventjes 1.320.747.500 fr. of meer dan
1320 millioen.
Deze post wordt als volgt verdeeld
tusschen de verschillende departemen
ten Binnenlandsche Zaken (in ronde
cijfers) 48,5 millioen Volksgezondheid
115 millioen Onderwijs 104 millioen
Openbare Werken 810 millioen; Eko
nomische Zaken 2 millioen Landsver
dediging 33 millioen Financiën 37,5
millioen Verkeerswezen 130 millioen
P. T. T. 21 millioen.
En Landbouw zullen de lezers vra
gen Landbouw wordt bedacht met
18.225.000 fr. Men vergelijke met de
andere departementen, behalve Justitie,
Buitenlandsche Zaken die niets krijgen.
Uitgaven voor Landbouw.
Laat ons nu even onderzoeken welke
uitgaven voorzien worden voor het Mi
nisterie van Landbouw.
(Zie vervolg 2de bladzijde.)
toch de boteraanvoer uit Denemarken
in het genoemde tijdsverloop van 1,64
tot 1,75 millioen cwt en uit Nederland
van 579.271 tot 593 792 cwt gestegen.
Het lijdt echter geen twijfel dat de
aanvulling van deze zijde onvoldoende
is en'als verklaring daarvan wordt er
o. m. op gewezen dat de invoer uit Ne
derland zoowel als uit Denemarken
werd benadeeld door een gedeeltelijke
verplaatsing der leveringen naar Duitsch-
land.
Het is derhalve niet te verwonderen
dat de Britsche boterprijzen sterk naar
omhoog zijn geloopen. Doch wat wel de
aandacht verdient, is dat deze merkelijke
prijsstijging tot een niet onbelangrijken
achteruitgang van het boter verbruik
heeft geleid. In den kleinhandel werd
melding gemaakt van een aanzienlijke
vermindering van de vraag en de groot
handel weigerde volgens de Britsche
bladen van verleden week eenvoudig
nieuwe contracten aan de nieuwe prijzen
af te sluiten. Het verbruik in Engeland,
dat kort geleden nog ongeveer 9.500 ton
per week bedroeg, werd voor de laatste
week op ongeveer 8.000 ton geraamd.
Zoo was de toestand midden-Novem-
ber.
Intusschen is er reeds verbetering ge
komen in den aanvoer van boter van
overzee. Er zijn groote hoeveelheden
boter uit Nieuw-Zeeland aangekomen
en voor de eerste weken van December
is er een verdere groote aanvoer van
boter uit Australië en Nieuw-Zeeland
voorzien. Dit feit heeft er toe geleid, dat
de prijzen in even snel tempo zijn ge
daald als zij tevoren waren gestegen.
Volgend klein staatje is voorzeker
leerrijk om den zwakken stand van de
boterprijzen in Engeland aan te toonen
Prijzen per Cwt in shilling
19 Nov. 5 Nov. Nov. 1936
Nieuw Zeeland finest salted
122 152 110
Australië uitgezochte kwaliteit
121 151 108
Deensche boter
144 160 120
Wat zonderling is, is dat zoowel het
verbruik van boter als van margarine
gestadig toeneemt. De omvang van de
margarineproductie in Engeland was in
den laatsten tijd ongeveer 9 °/o hooger
dan verleden jaar om dezen tijd. Doch
ook valt er te wijzen op een sterke toe
neming van het boterverbruik. Bij een
tamelijke vaste productie van inlandsche
boter, had de invoer van boter verleden
jaar, ten beloope van 9,75 millioen cwt,
een recordhoogte bereikt. Het overtrof
den invoer van 1935 met anderhalf mil
lioen cwt en was aldus ongeveer even
veel hooger als in het eerste jaar na den
val van het pond sterling, terwijl hij on
geveer het dubbele bedroeg van in het
laatste jaar dat aan den oorlog vooraf
ging.
Wanneer men den invoer in zijn ge
heel beschouwt, dan blijkt het hoe snel.
tengevolge van de preferentieele behan
deling in het Britsche imperium, de aan
voer uit de Britsche Dominions is toe
genomen. Dat geldt in de eerste plaats
voor de boter uit Nieuw-Zeeland, waar-
van de invoer in 1931 nog slechts 1,92
1 millioen cwt bedroeg, om vervolgens in
1933 tot 2,51 millioen te stijgen en ver
leden jaar een hoogte van 2,79 millioen
cwt te bereiken. De aanvoer uit Austra-
lië beliep in 1931 1,55 millioen cwt. in
j 1935 reeds 2.11 millioen cwt, waarna
echter de droogte van het vorige jaar
tot een felle reactie leidde.
Onder de niet-Britsche leveranciers
heeft intusschen Denemarken zijn posi
tie als eerste in de rij weten te handha
ven. Wat echter vooral de aandacht ver
dient. is de stijging van den aanvoer uit
Nederland. In 1932 bedroeg de invoer
nog slechts 47.000 cwt om in 1935 reeds
het cijfer van 464.000 cwt te bereiken en
in 1936 op te loopen tot 746.000 cwt.
Uit de reeds bekendgemaakte cijfers
over den invoer van dit jaar, blijkt dat
aan deze stijging nog geen einde is ge
komen.
TELEFOON 267.
Vergoedingen voor afmaking op
bevel der overheid ter oorzake
van kwade droes, besmettelijke
löngziekte, schaapspokken of
hondsdolheid.
Vergoedingen voor afmaking
op bevel der overheid van dieren
van dourine aangedaan.
Vergoedingen voor afmaking op
bevel der overheid van dieren
aangedaan of verdacht besmet te
zijn van mond- en klauwzeer.
Vergoedingen voor herkauwers
en varkens op bevel der overheid
afgemaakt ter oorzake van
runderpest.
«Nieuwe richtingen inzake Groen-
tenteelt en Groentenhandel
Nieuwe richtingen inzake
Fruitteelt en Fruithandel
De buitengewone uitgaven. Wij