De Voeding der Huisdieren
De Landbouw
in het Parlement
1
Arbeid adelt*
Landbouwweekblad
Voor en door de Landbouwers
door de tijden heen
Het ongehoord Schandaal
der Overdrachttaks bij Noodslachting
Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven
ZQND.AG 9 JANUARI 1938
Prijs 35^centiem
20de JAARGANG Nr 992
Abonnementsprij15 fr. 's jaars.
Men schrijft in op ons
Bureel en op alle postkantoren.
Het overnemen van artikelen
zonder aanduiding der bron
is streng verboden.
Bestuurder en verantwoordetyke Opstelier
O. CAUDRON.
Bareel en Redactie t Zeebergkaai, 4, Aalst.
Belangrijke raadgevingen aan de kweekers.
Van oudshcid bestond er eene kennis
die lederen landbouwer moest bezitten,
om zijne verschillende dieren zoo goed
en voordeelig mogelijk te voeden.
Het was er toen enkel aan gelegen de
beste weiden, waaraan een beek of wa
terbron was verbonden voor de beesten
op te zoeken. De koeien liepen dag en
nacht buiten en zoogden hun kalvers
zooals nu nog de meeste zoogdieren
doen.
In latere tijden vond de mensch het
beter de melk zelf af te trekken voor
eigen gebruik en er slechts een deel van
aan de kalvers te geven.
Zóó kwam het dat hij zocht om door
betere voeding meer melk van de koe
te bekomen en de kalvers ander voedsel
in vervanging van de onttrokken melk
te geven.
De eerste Krachtvoeders.
Allerlei granen en graanafval kwa
men eerst het voeder verrijken, en later
de afval van de oliefabrieken onder
den vorm van lijnkoeken. Dit waren
de eerste krachtvoeders.
Enkele tientallen jaren vóór dea oor
log kwamen de kracht voeders voorgoed
in den handel. Door uitbreiding der
nijverheid die velerlei afvallen voort
brachten, kregen we aardnootkoeken,
katoenkoeken, cocoskoekea en meer
ander voeder.
Sinds enkele jaren is een groote voor
uitgang waar te nemen in de manier van
voeding der huisdieren, terwijl tal van
producten als palmkoeken, sesaam,
soya en meer, op de markt werden
gebracht.
Iedere grondstof bezit zeer verschei
den eigenschappen voor wat vet en
eiwit betreft.
De Eiwitten.
De wetenschap berekende dat de die
ren groote hoeveelheden eiwit noodig
hebben en ook dat alle eiwitten ver
schillende eigenschappen bezitten,waar
van eenige de vleeschvorming, andere
de melkgifte, nog andere den groei en
den algemeenen gezondheidstoestand
der dieren bevorderen.
Men kwam tot het besluit dat er
diende gezocht om de
passende eiwitten
voor ieder doeleinde te vinden. Daarom
is het noodig te weten voor elk dier
welke soort koeken, granen of melen
dient gegeven en hoe een samenstelling
der verschillende soorten eiwitten dient
berekend. Men moet ook rekening hou
den met de hoeveelheden eiwit, vet en
koolhydraten, om met bijvoeging van
de noodige mineralen en vitaminen tot
een volledig voeder te komen.
Vitaminen en Mineralen.
Over 20 jaar sprak men nog weinig
of niet van deze twee onmisbare en
kostelijke elementen.
Slechts de laatste jaren wist men eerst
welke groote rol derzelve in de voeding
van menschen en dieren spelen.
Wat zijn Vitaminen
We zullen als antwoord geven het
geen de Veeteeitconsulenten van het
Ministerie van Landbouw in hun boek
over Varkensvoeding 1937 zeggen
Behalve eiwitten, vetten, koolhydra-
ten en minerale zouten, bevat het voe-
n der nog andere stoffen, vitaminen,
ook edelstoffen genaamd, die voor
n de levensverrichtingen van het grootste
n belang zijn.
We moeten dus zorgen dat de voe
ders die we aan de dieren geven, bui
ten de hooger aangehaalde stoffen
ook vitaminen bevatten. Ze zijn
onmisbaar voor de gewondheid en de
groeikracht.
De Mineralen.
De laatste vinding der wetenschap
inzake de voeding is de rol te bepalen
der minerale zouten.
Deze zijn in sommige voeders, onder
meer in gras, voldoende aanwezig, ter
wijl in de meeste voeders hieraan ge
brek is.
Deze minerale zouten zijn allernood
zakelijkst voor de beendervorming, de
verteerbaarheid der voeders en de aan
vulling van deze zouten bij de melkge
vende dieren is van het grootste belang.
Een volledig Voeder
voor huisdieren moet dus in juiste hoe
veelheden al de opgesomde eigenschap
pen bezitten.
Het moet de voldoende eiwitten, vet
ten en koolhydraten bevatten, welke
passen voor het dier, volgens ouderdom
en ras, en of men groei, vleeschvorming
of melkgifte betracht.
Het mag geen gebrek hebben aan
Vitaminen noch aan Mineralen opdat
het dier de voeders volledig zou kunnen
verteren en er de noodige stoffen putten
welke het noodig heeft om te geven wat
wij ervan verlangen.
De Volledige Voeders
der S. M. Redt U Zeiven
Onze Maatschappij heeft zich steeds
toegelegd op het verschaffen aan hare
leden van de beste grondstoffen.
Wat de voeders voor de verschillende
huisdieren betreft, kwamen we ertoe,
met behulp van ervaren vakmenschen.
tot het bereiden der meost volledige
volmaakte voeders, waarvan we
hier een korte beschrijving en gebruiks
aanwijzing willen geven.
Onze Kiekenvoeders.
Voor kiekens dient vooraf voor de
gezondheid gezorgd, omdat dit een
hoofdvereischte is voor welgelukken.
1. Voor kleine kuikens van 1 dag
tot 3 weken maken we het
Opfokvoeder A.
2. Van 3 tot 10 weken het
Opfokvoeder B.
Beide voeders zijn op de meest zorg
zame manier samengesteld en gaven de
laatste jaren buitengewoon goede uit
slagen.
3. Het Poeljenmeel, van 10 weken
tot 4 1/2 maand, komt vervolgens aan de
beurt. Door voeding van dit meel be
komt men kloeke en gezonde poeljen.
De groei is zeer groot en het sterftecijfer
is onbeduidend.
4. Voor de volwassen kiekens heb
ben we het zoo gunstig gekend
Legmeel
samengesteld. Dit is het meest volledige
en best bereide voeder dat in den handel
wordt gebracht. Het is zeker zóó goed
als het beste buitenlandsch produkt. al
hoewel de prijs veel lager is.
Voor de verschillende ouderdommen
van kiekens hebben we nog onze ver
schillende Korrelvoeders, vanaf de
eendagkuikens tot de leghennen.
Hoe voedert men de kiekens
Ie dag enkel wat brood- of beschuit
kruimels, daarna Opfokvoeder I tot drie
weken.
Hierbij moet niet veel korrel worden
gegeven, doch alleen een weinig ge
strooid om de kiekens bezig te houden
(Korrel 3).
Vanaf den 20™ tot den 24™ dag gaat
men stilaan over van Opfokvoeder I op
Opfokvoeder II, zoodat op den 24™
dag uitsluitend Opfokvoeder II wordt
gegeven met Korrel 3.
Na de 6* week gaat men de hoeveel
heid Korrel 2 stilaan verhoogen en
minstens 2 3 maal per dag zooveel
uitstrooien als de kiekens achter elkaar
gaarne opeten.
Daarnaast kunnen ze dus den gehee-
len dag nog Opfokvoeder 2 eten uit de
voederbakken.
Vanaf de 9e week gaat men stilaan
Opfokvoeder 2 vervangen in Poeljen-
meel, zoodat op 10 weken alleen Poel
jenmeel wordt gegeven met Korrel
welke geleidelijk wordt vervangen
Korrel 0 of 00.
Poeljenmeel met 2 A 3 maal per dag
volop.
Korrel 0 of 00 geeft men tot 4 1/2
maand, waarna geleidelijk wordt over
gegaan op Legmeel.
Legmeel stek men in droogvoeder-
bakken regelmatig ter beschikking en
voedert daarbij in twee portie's 50 tot
65 gram korrel naar keus per hen en
per dag, naar omstandigheden en tijd,
s winters meer en 's zomers minder.
Kleine kiekens moeten naast voeder
steeds frisch drinkwater, fijne schelpen
en houtskool ter beschikking hebben.
Tevens zoo spoedig mogelijk wat
groenvoeder.
Veel frissche lucht zonder tocht en
vooral ook hier om denken
Nooit teveel kiekens in een kot I
Daarmede wordt het meeste geld
verspeeld.
Poeljen en Leghennen moeten ook
schelpen en houtskool, frisch drink
water en groen ter beschikking hebben.
Ook lucht en licht, zonder tocht, en
evenmin overbevolkte hokken,hoogstens
4 hennen per m2 hok oppervlakte.
Slachtkiekens voedert men tot aan 8
weken gelijk de andere, daarna geve
men Kiekenmestmeel tot 12-13 weken.
Het navetten circa 1 a 2 weken moet
gebeuren op de fokkerij, of in de hokken
en met Kiekennavetmeel.
Dit meel moet eenige malen per dag
gedampt worden met botermelk.
Zorgen door zindelijkheid en smake
lijkheid, dat de kiekens veel eten, want
daardoor vetten ze snel.
Daarnaast botermelk of frisch water
volop ter beschikking stellen.
('t Vervolgt).
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hunne
bijdragen.
Aankondigingen volgens
akkoord.
Onze lezers weten dat kamerleden en
senatoren het recht hebben vragen te
stellen aan de ministers. Indien zij er
den wensch toe uitdrukken, d.i. indien de
gestelde vragen van algemeen belang
zijn, dan worden zij afgedrukt in de
"Vragen en Antwoorden,,. Dit stelsel
vermijdt talrijke interpellaties. Er dient
evenwel bijgevoegd dat de ministers dik
wijls de kunst verstaan om naast de
kwestie te antwoorden. Wij zullen hier
na enkele vragen en antwoorden be
lichten welke in den laatsten tijd over
landbouwaangelegenheden gesteld wer
den.
Jong vee op de weide.
VRAAG. Senator De Boodt had
vernomen dat de Rijkswacht van Putte
verschillende processen-verbaal had op
gemaakt tegen landbouwers die 's nachts
hun veulens op weiden lieten loopen,
op dewelke zich geen stal bevond. Ook
de gendarmerie van Weelde trad in
dezen zin op en bekeurde landbouwers
omdat zij 's nachts jong vee op weiden
lieten loopen, op dewelke geen stal
voorhanden was.
De katholieke senator vroeg dan ook
op grond van welke wet deze processen-
verbaal opgemaakt werden en verder
dat er onmiddellijk een einde zou ge
steld worden aan dergelijke plagerijde
boeren weten immers beter dan wie ook
2.
in
Het is niet de eerste maal dat onze
Vereeniging met kracht heeft geprotes
teerd tegen de heffing der overdracht
taks bij noodslachting.
Reeds op ons congres van 24 Juni
1928 was de afschaffing dezer taks het
voorwerp der motie welke wij over
maakten aan de Regeering.
Herhaaldelijk hebben wij nadien deze
afschaffing geëischt en nog in ons num
mer van 14 Februari 1937.
Wij vinden het onduldbaar, ja zelfs
immoreel, dat de fiscus nog zijn part
komt opeischen wanneer onze boeren,
door het noodlot getroffen, hunne dieren
moeten van de hand doen tegen een
bespottelijken prijs. De invordering
door den fiscus van de overdrachttaks
komt dan neer op de laakbare daad van
een anders ongeluk profiteeren 1
Dergelijke handelwijze is te vergelij
ken met het instinct van de hyena 1
Op fiscaal oogpunt is de overdracht
taks bij noodslachting zelfs niet te ver
dedigen Wat is immers de slachtings
taks Zij is niets anders dan de forfai
taire overdrachttaks welke alle verhan
delingen of verkoopen dekt van het vee
bestemd voor de slachterij, ot vaa het
geslachte vleesch.
De naam van slachtingtaks werd haar
enkel gegeven omdat zij geheven wordt
bij de slachting.
Welnu het inzicht van den wetgever
is enkel geweest de forfaitaire over
drachttaks te doen betalen op een waar
die een normale verkoopswaarde heeft
en niet op een waar die achteraf blijkt
zijn normale handelswaarde totaal of
grootendeels verloren te hebben.
De heffing der slachtingstaks op een
dier die wegens noodslachting zijne
waarde bijna volledig verloren heeft, is
dus zelf op fiskaal gebied een schreeu
wende onrechtvaardigheid, omdat een
forfaitaire overdrachttaks welke door
den wetgever enkel bedoeld was als be
lasting op een product met normale ver
koopswaarde geheven wordt op een dier
dat de landbouwer reeds met ontzettend
verlies moet afzetten.
In de huidige omstandigheden vooral,
waar onze zwaar geteisterde landbou
wers door het mond- en klauwzeer ver
plicht zijn honderde waardevolle dieren
voor een paar honderd frank en minder
nog voor noodslachting te verkoopen, is
de heffing der slachtingstaks een schan
dalige afpersing.
De slachtingstaks is immers voor die
ren met normale verkoopswaarde reeds
een zware belasting. Zij bedraagt vol
gens de wetgeving thans van toepassing
0,275 fr. per kg. levend gewicht en wordt
desgevallend afgerond tot den hoogeren
deciem. Voor de varkens bedraagt de
taks 0,18 fr. per kg.
De slachtingstaks is op voormelde
basis per stuk vee vastgesteld als volgt
Kalveren.
1) Wegende geslacht minder dan 35
kg. of levend minder dan 60 kg.
12,50 fr.
2) Niet begrepen in voorgaande reeks
wegende geslacht minder dan 55 kg. of
levend minder dan 100 kg. 25 frank.
3) Niet begrepen in de twee vorige
categorieën, wegende geslacht minder
dan 100 kg. of levend min dan 170 kg.
37,50 fr.
Anderen runddieren zonder volwas
sen tand 87,50 fr.
Koeien en vaarzen met minstens een
volwassen tand 137,50 fr.
Koeien en stieren.
1) Met een of twee volwassen tan
den 137,50 fr.
2) Met meer dan twee volwassen tan
den 170 fr.
Varkens.
1) Wegende geslacht (kop inbegre
pen) minder dan 25 kg. of levend min
dan 30 kg.4 frank.
2) Niet begrepen in de vorige cate
gorie, wegende geslacht (kop inbegre
pen) minder dan 67 kg. of levend min
dan 90 kg. 12,50 fr.
Andere varkens 22,50 fr.
Schapen en lammeren 12,50 fr.
Bokken, geiten en geitjes 8,80 fr.
Paarden, muilezels en ezels.
1) Paarden met minstens een volwas
sen tand 37,50 fr.
2) Paarden zonder volwassen tand
37.50 fr.
3) Poneys en muilezels 37,50 fr.
4) Ezels 6,30 frank.
Welnu, dergelijke zware taks werd
geheven ten nadeele van onze boeren
die door de vreeselijke muil- en poot-
plaag hun bedrijfskapitaal, bestaande in
het Vlaamsche land hoofdzakelijk uit
hun vee, grootendeels hebben verloren
en waarvan velen den ondergang nabij
zijn.
Men beweert dat de fiscus op die
(Zie vervolg onderaan hierneven).
hoe hun veulens en jonge runderen moe
ten verzorgd worden I
ANTWOORD. Alhoewel er
doorgaans heel wat tijd verloopt voor
aleer de vragen en antwoorden gedrukt
worden, luidde het antwoord van den
Minister Bij gebrek aan gegevens die
de beoordeeling met kennis van zaken
zou toelaten, is het onmogelijk voor het
departement zich hierover uit te spre
ken.
Dergelijk antwoord beteekent in boe
rentaal Loop naar den duvel I Het is
immers niet aan te nemen dat de Minis
ter zich geen afschrift van de processen-
verbaal kon laten voorleggen door zijn
collega van Justitie en niet weet welke
wettekst toegepast werd door de gen
darmen
Op een vraag van den soc. senator
Matagne betreffende de kredieten ver
leend aan het Nat. Verbond voor Tuin
bouw enz., werd nog bondiger geant
woord Het antwoord wordt recht
streeks gezonden aan den geachten
senator. 1
Invoerrechten op de hop.
VRAAG. De VI.-Nat. senator van
Aalst, h. De Neve, stelde volgende vraag
aan den Minister van Buitenlandsche
Zaken en van Buitenlandschen Handel
Zou de achtbare h. Minister mij niet
willen melden of de hieronderstaande
tarieven voor den in- en uitvoer van
Belgische hop nog juist zijn
Voor den uitvoer van Belgische hop
naar Frankrijk20J fr.Tsjecho-Slowa
kije 550 fr.Duitschland 705 fr.Polen
1100 fr.Engeland 1160 fr.Vereenig-
de-Staten 1400 fr.; Yoego-Slavië 2060 £r.
Voor den invoer van vreemde hop
eischt België 60 fr.
ANTWOORD. De achtbare Se-
netor gelieve hierna het bedrag te vin
den van de invoerrechten en taksen
welke thans geïnd worden in de volgen
de landen Frankrijk hop 410 fr. per
(Zie vervolg op de 2de bladzijde)
wijze zich reeds 3 millioen zou hebben
toegeëigend in strijd met de elementair
ste eischen van menschelijkheid en met
den geest der wet zelf.
Onder den drang der oppositie heeft
de minister van Landbouw in het Parle
ment sommige beloften afgelegd tot le
niging van den nood onzer geteisterde
landbouwers. Wij hebben hier geen blad
voor den mond genomen om deze be
loften als onvoldoende te bestempelen,
inzonderlljk wat betreft den steun aan
de landbouwers wier dieren bij sterfte of
noodslachting ongeschikt werden ver
klaard voor het verbruik.
Wij zeggen echter dat indien het den
minister ernst is bij de hulpverleening
aan de landbouwers, zijn eerste werk
moet zijn, zonder een dag uitstel, van
zijn collega De Man, minister van finan
ciën, te bekomen
1) dat de slachtingtaks op de dieren
aangetast door het mond- en klauwzeer,
alsook bij elke andere noodslachting,
wordt afgeschaft
2) dat de reeds geheven slachtingtaks
op de dieren aangetast door de muil- en
pootplaag wordt terugbetaald aan de
getroffen landbouwers;
3) de ontslaging van kosten te ver-
leenen aan onze landbouwers wegens de
aangiften van besmetting of van gene
zing der muil- en pootplaag.
Dit laatste punt werd vergeten in de
ministerieele beloften van hulpverlee
ning. Het minimum dat toch kan ge-
eischt worden is dat de Staat geen geld
slaat uit het ongeluk onzer boeren.
Zooals in onze vorige bijdragen werd
betoogd, eischen wij verder dat de na
tionale solidariteit zich uite ten opzichte
van onzen boerenstand in gelijke mate
dat zij vroeger werd betoond aan de
andere standen der bevolking getroffen
door zware rampen.
Onze landbouwers nemen niet verder
genoegen met de schramele kruimels
welke hun tot heden van de Staats tafel
zijn te beurt gevallen 1
TELEFOON 267.