De nieuwe Wet op het Ouderdomspensioen Ongunstige Oogstvooruitzichten. De Nieuwe Pachtwet. i Arbeid ad lelt* Landbouwweekblad Voor eo door de Landbouwers Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zei ven ARGENTINIË. ZONDAG 8 MEI 1938 Pzljs 35 centiem 20de JAARGANG Nr 1009 Abonnementsprijs 15 fr. 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Hei overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron la streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opstelier O. CAUDRON. Bareel en Redactie t Zeebergkaai, 4, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Haar belang voor onze Landbouwers. In onze bijdrage van 13 Maart 1.1. hebben wij de hoofdtrekken der nieuwe pensioenwet ontleed en de bepalingen toegelicht welke van toepassing zijn op de loontrekkenden of verplichte verze kerden. In ons nummer van 3 April 11. hebben wij de verplichtingen en pleeg vormen samengevat opgelegd aan de werkgevers tot uitvoering der wet. wat betreft de werklieden die zij in hunnen dienst hebben. In ons nummer van 24 April hebben wij ten slotte gehandeld over de toepassing der wet op de vrij willig verzekerden. Er blijft ons een uiteenzetting te ver strekken der voorwaarden en pleegvor men betreffende het toekennen van den kosteloozen ouderdomsrentetoeslag doorgaans genoemd het kosteloos ouder domspensioen. De kostelooze ouderdoms rentetoeslag. A) Aard van dezen toeslag. De ouderdomsrentetoeslag is een kos telooze toeslag of hulp verleend door den Staat aan de personen geboren tus- schen 1867 en 1907, omdat deze gezien hunnen ouderdom niet bij machte zijn door hunne stortingen aangevuld door de gewone staatsbijdrage, een behoorlijk ouderdomspensioen te vormen. Aan de verzekeringsplichtigen (loon trekkenden en bedienden) wordt de ouderdomsrentetoeslag in bepaalde voorwaarden verleend zonder onderzoek nopens hunne bestaansmiddelen. Aan de vrijwillig-verzekerden, waar- tusschen onze landbouwers, wordt hij slechts verleend na voorafgaandelijk onderzoek nopens hunne bestaansmid delen. Wij zullen dus enkel in ons blad de voorschriften toelichten der pensioenwet betreffende het verleenen van den ouderdomsrentetoeslag, na onderzoek der bestaansmiddelen, daar deze alleen belang opleveren voor onze landbou wers. B) Bedrag van den toeslag De kostelooze ouderdomsrentetoeslag is in algemeenen regel betaalbaar wan neer de verzekerde den leeftijd heeft be reikt van 65 jaar. Evenwel kan de ver zekerde die de uitkeering van de ouder domsrente vóór dezen leeftijd verkrijgt, insgelijks vanaf dezen ouderdom den kosteloozen toeslag bekomen mits ver mindering volgens een barema vastge steld bij koninklijk besluit. Hierna volgen de barema's tot bepa ling van het volle bedrag van den toe slag 1) Bij uitkeering op 65 jarigen leeftijd. 2) Bij uitkeering vóór dezen ouder dom. Geboorte Aj gehuwde B) andere jaar mannelijke gerech verzekerde tigden. 1867 fr. 3200 2100 1868 3200 2100 1869 3200 2100 1870 3100 2000 1871 3100 2000 1872 3000 1900 1873 3000 1900 1874 2900 1800 1875 2900 18C0 1876 2800 1700 1877 2700 1600 1878 2600 1500 1879 2600 1500 1880 2600 1500 1881 2500 1400 1882 2400 1300 1883 2410 1300 1884 2300 1200 1885 2300 1200 1886 2200 1100 1887 2100 1000 1888 2000 900 1889 1900 800 1890 1800 700 1891 1800 700 1892 1700 600 1893 1600 500 1894 1500 400 1895 1400 1896 1300 1897 1200 1898 1100 1899 900 1900 800 1901 700 1902 600 1903 500 1904 400 1905 300 1906 200 1907 100 300 200 100 Uit voorgaande barema blijkt dat het bedrag van den toeslag daalt naargelang de verzekerden een jeugdiger leeftijd hebben op het tijdstip der toepassing van de wet. Zulks is normaal, vermits de personen van jongeren leeftijd over een grooter aantal jaren beschikken om door hun stortingen hun ouderdomsrente te ves tigen. B. Uitkeering vóór 65 jaar. 55 jaar 56 jaar 57 jaar 58 jaar 60 jaar 61 jaar 62 jaar 63 jaar 64 jaar 0,40 0,43 0,47 0,51 0.61 0,67 0,73 0,81 1 0,90 Wanneer beide echtgenooten in leven zijn, wordt de toeslag enkel verleend aan den man. Nochtans kan de vrouw waarvan de man den toeslag niet geniet, persoonlijk op 65 jarigen leeftijd, aan spraak maken op hoogstens de helft van den toeslag overeenstemmende met het geboortejaar van haar man. Het bedrag van den weduwerer te- toeslag wordt gebeurlijk in mindering gebracht op dit van haar ouderdoms rentetoeslag. Zooals wij reeds meedeelden in ons nummer van 6 Februari 1.1., zijn de be palingen der nieuwe wet op den ouder domsrentetoeslag met terugwerkende kracht van toepassing vanaf 1 October 1937. De toestand der personen die den toeslag genoten onder de vorige pen sioenwet zal dus enkel op hunne aan vraag herzien worden. Het is om deze reden dat wij den raad gaven in onze bijdrage van 6 Februari 1.1vóór 1 April 1.1. een aanvraag tot herziening te doen bij den ontvanger der rechtstreeksche belastingen. Zij die meenen aanspraak te hebben op een hoogeren toeslag dan voorheen op grond der bepalingen van de nieuwe wet, en hunne aanvraag tot herziening nog niet deden gelieven zich dus in orde te stellen. Zij gelieven echter vooraf gaandelijk onze bijdrage van 6 Februari 1.1. ernstig te lezen. Voorwaarden om den ouderdoms rentetoeslag te bekomen. Om aanspraak te hebben op den toe slag moet men 1) Van Belgische nationaliteit zijn of de nationaliteit bezitten van een land waarmede België in deze aangelegen heid, een verdrag tot gelijkstelling heeft gesloten. 2) In België zijn werkelijke verblijf plaats hebben. 3) Minstens 60 jaar oud zijn wat be treft de mannen en minstens 55 jaar voor de vrouwen. 4) De vereischte stortingen hebben verricht. 5) De andere voorwaarden vervullen vastgesteld door de wet namelijk in zake het maximumbedrag der bestaans middelen waarover de aanvragers of hunne kinderen mogen beschikken. Deze twee laatste voorwaarden n.l. vereischte stortingen en maxima-be staansmiddelen zullen wij toelichten in een volgende bijdrage. Vooral de maïsvelden hadden erg te lijden onder de slechte weersomstandigheden. De pesos in gevaar Argentinië's toestand is inlange niet I zoo goed dan deze van Canada, waar van wij in de vorige studie de bijzonder- ste lijnen hebben geschetst. Al de reeds beschikbare cijfers wijzen er op, dat het loopende jaar voor Argentinië alles be halve schitterend zal zijn. De schattingen omtrent den te velde staande maïsoogst werd onlangs gepubliceerd en de regee ring berekent dat deze slechts 4,5 mil- lioen ton zal bedragen... of slechts 50 °/o van vorig jaar. In de laatste vijfjaar was de gemiddelde jaarlijksche opbrengst 8.800.000 ton. Dit jaar dus ongeveer de helft. De oorzaak van een dergelijk slechten oogst is te zoeken in het buitengewoon slecht weder. In de laatste maanden van 1937 hebben allerhande plagen het land geteisterd late nachtvorsten, lang durige droogte en, alsof dit nog niet ge noeg was, hebben de sprinkhanen de zaak nog verergerd. De graanoogst ver loor naar schatting 30 en de lijnzaad- oogst 25 "I O* De Argentijnsche boer troostte zich nog. Men mag niet vergeten dat maïs het belangrijkste landbouwproduct van Ar gentinië is, en dat de oogst er van begin dit jaar er redelijk goed voor stond. Nachtvorsten hielden aan, droog te bleef duren en de sprinkhanen begon nen ook vandaag huis te houden in de maïsvelden. Eerste schattingverlies 40°/o. De Argentijnsche boeren waren alles behalve in hun schik. Maar de natuurelementen namen er geen notitie van. Want toen juist de maïs aan 't rij pen was, begon het te regenen. In April, wanneer het grootste gedeelte van den oogst rijp is, regende het nog. In ver- schillige deelen van het reusachtige land, vooral in de provincies Santa Fé en Entte Rios, staan duizenden hectaren maïsvelden blank, zoodat er van oogsten in de eerste weken geen spraak kan zijn, wellicht in het geheel geen oogst meer zal zijn. Resultaat op dit oogenblik verlies 50 "Io. En het ergste is, dat de boeren geen groote voorraden meer hebben. Verleden jaar was het ook zulk een uit zonderlijk jaar De uitvoer van landbouwproducten is dan ook in de eerste drie maanden van dit jaar catastrofaal geweest. Grooten- deels ligt de oorzaak daarvan niet in de oogstmislukking, maar, hoe paradoxaal het ook moge klinken, in den buitenge woon gunstigen oogst van 1937. De Argentijnsche boer is gewoon van de hand in den tand te leven, zooals we hier zeggen. In een middelmatig jaar dekt de opbrengst van zijn bedrijf net de kosten in een slecht jaar leeft hij gedeeltelijk van de credieten die hem verstrekt wor den door de opkoopers en de uitvoer ders in een goed jaar betaalt hij deze credieten terug. Zoo slaat zich de Ar gentijnsche boer door het leven. Doch het jaar 1937 was uitzonderlijk gunstig. De Argentijnsche boeren had den in de crisisjaren heel wat geld op genomen In 1937 was al dat geld zoo goed als terugbetaald en menig boer heeft nog een spaarpot overgehouden. Andere jaren moest hij verkoopen zoo dra de oogst binnen was en kon geen profijt trekken uit de latere hooge prij zen. In 1937 was dit geheel anders. Hij moest niet alles verkoopen. Hij kon een kleine voorraad opzij houden. En al hoewel de wereldprijzen omgezet in pesos niet ongunstig zijn, wacht hij op een gebeurlijke stijging om het weinige waarover hij nog beschikt van de hand te doen. Dus wordt er niet uitgevoerd. (Vervolg). ARTIKEL 3 van het ontwerp welke handelt over de herziening en vaststel ling van den pachtprijs zegt onder meer De pachtkamer doet uitspraak naar billijkheiden zonder beroep te doen op andere deskundigen dan de leden van de Kamer. Voor de herziening houdt zij rekening met den toestand van den landbouw in het algemeen en met de landbouwmarkt, met den prijs en de voorwaarden van de loopende pacht, met de waarde van het goed en met alle andere gegevens nuttig voor eene billijke regeling van den pachtprijs. De onderlijnde tekst kunnen we niet aannemen en wel om de volgende reden: In de dichtbevolkte streken, waar de kleine boeren vechten om een stukje land zijn de pachten en de verkoopprijzen van hofsteden en vooral van afzonder lijke perceelen grond veel te hoog en juist daarom strijden we sinds jaren voor een wettelijke tusschenkomst van de pachtprijzen te regelen. Wanneer men nu gaat rekening hou den met de hooge pachten en door gaans overdreven verkoopprijzen, dan zijn de kleine en vooral de Vlaamsche boeren weeral het kind van de rekening. De pachten in Vlaanderen zijn meer dan het dubbele dan deze in Wallonië, terwijl de gronden op vele plaatsen min der goed zijn. De strijd van de boeren die een eigen hofstede bezitten om de afzonderlijke stukken land te behouden of om er an dere te bemachtigen kan niet ophouden, gezien de hofstede zonder het voldoende land geen waarde heeft en geen brood kan geven aan het landbouwersgezin. Hetzelfde geldt voor de verkoopin- gen. In Vlaanderen worden de afzon derlijk perceelen verkocht van 50.000 tot 100.000 fr. de hectare, terwijl in Wallonië en in enkele streken van Vlaamsch België waar men groote be- De vrachthavens van Buenos-Aires en andere graanuitvoerende centra, die vorig jaar rond dezen tijd proppensvol lagen met schepen, zijn thans verlaten. Alleen enkele schepen onder de wilde vaart liggen op den stroom en wachten op gebeurlijke lading. Zal de Argentijnsche boer goed ge speculeerd hebben Op het oogenblik is dit nog niet te zeggen. Binnenkort begint de oogst in het Noordelijk halfrond. Is die klein, dan zullen de prijzen stijgen. De vooruit zichten echter zijn goed. Over het alge meen luiden de berichten over den graanoogst in Noord Amerika en Ca nada betrekkelijk gunstig. Een goede oogst in het Noordelijk halfrond zal de prijzen doen dalen en dan zal de Argen tijnsche boer gedwongen zijn zijn voor raden hals over kop te verkoopen, het geen nadeeligen invloed op de reeds dalende prijzen moet teweeg brengen. Gelukkig beschikt de Argentijnsche boer over een spaarpot en gelukkig heeft hij al zijn eieren niet in een en het zelfde korfje gelegd. De veestapel lijdt gelukkig niet onder de weersomstandig heden en de prijzen blijven goed. Zoo dat de uitvoer van de producten van den veeteelt normaal blijft. Alles bijeengenomen is de toestand nog niet zoo slecht, ware het niet dat de handelsbalans dreigt met een tekort te sluiten. Verleden jaar was er een uit- voersaldo van 750 millioen pesos, waarvan er 400 noodig zijn voor den dienst der buitenlandsche leeningen. In sommige kringen dringt men er van nu af aan op aan de invoer te verminderen om dit dreigend onheil te keeren.Andere vragen dat de Regeering de koers van de muot zou veranderen en aldus de invoer bemoeilijken. Argentinië houdt er een eigenaardige muntpolitiek op na. Twee jaar geleden kocht de Regeering, die door hare deviezenkontrool den koers in de hand heeft, deviezen tegen 15 pesos per pond sterling en verkocht deze weer tegen 17 pesos voor een pond. Voor 193/ ver- (Zievervolg op de 2de bladzijde) drijven aantreft en waar hofstede en land één uitmaken, deze prijzen amper op den helft komen. Indien de Pachtkamer bij de vaststel ling van den pacht hiervan zal rekening moeten houden, zullen we met de over dreven pachtprijzen blijven zitten en mist de wet voor het grootste deel haar doel. We stellen voor het alinea aldus te veranderen De pachtkamer doet uitspraak naar billijkheid en zonder beroep te doen op andere deskundigen dan de leden van de KamerVoor de herziening, houdt zij rekening met den toestand van den landbouw in het algemeen en met de landbouwmarkt, met de opbrengst- mogelijkheden van het goed en met alle andere gegevens nuttig voor een billijke regeling van den pachtprijs. De opbrengstmogelijkheid van het goed is de eenige en bijzonderste bare ma waarop mag worden geteld. Landen of hofsteden die door ligging of hoedanigheden veel kunnen opbren gen, moeten hooger worden geschat als deze die in ongunstige streken, ver van alle centra's liggen of wier gronden minder vruchtbaar zijn. De kleine en middelmatige bedrijven kunnen niet langer het slachtoffer zijn in de overbevolkte landbouwgebieden waar iederen landbouwer zoekt naar voldoenden grond teneinde te kunnen leven met zijn huisgezin en waardoor de prijzen te fel worden opgedreven. De wetgever moet hiervan rekening houden en ook van het feit dat vele werklieden nog tijd hebben om na hun achturenwerk in werkhuizen of fabrie ken een stukje grond te bebouwen, en eveneens oorzaak zijn dat de pachtprij zen omhoog worden gejaagd. ARTIKEL 7 van het wetsontwerp zegt, handelend over de samenstelling van de pachtkamers De Koning benoemt voor een termijn van vijf jaar de bijzitters waarvan spraak in voorgaand artikel en stelt hun vergoeding vast. De benoeming geschiedt op een dub bel gestelde lijst, voorgesteld voor ieder kanton door de Provinciale Landbouw- kamer die daartoe twee kandidaten voor de kategorie verpachters en twee kan didaten voor de kategorie pachters aan duidt. Voorloopig, en ten einde vertraging in het stemmen en uitvoeren der wet te voorkomen, kunnen we hiermede vrede nemen. W e vinden echter dat een ideale op lossing gelegen is in het kiezen van de afgevaardigden der verpachters door de eigenaars zelf, en van de afgevaardig den der pachters door de boeren. Zoo gebeurt het voor de werkrechtersraden, waar werkgevers en werknemers hunne wederzijdsche gevolmachtigden kiezen. Ziedaar de enkele, maar naar ons dunkens gewichtige veranderingen wel ke aan het wetsontwerp zouden dienen gebracht. Indien deze wijzigingen door ons voorgesteld met de noodige aandacht door de leden van Kamer en Senaat worden onderzocht, twijfelen we geen oogenblik of de billijkheid ervan zal worden ingezien. We vragen echter niets dat schaden kan aan de rechten van den eigenaar of de goede uitwer king van het door den wetgever geno men initiatief kan verminderen. We durven wel het tegendeel beweren. Wij aanzien het als een plicht onze zienswijze aan de kamerleden van het Vlaamsche land te laten kennen en we verhopen van hen dat ze in het voordeel der kleine en vooral der Vlaamsche boeren zullen weten te werken. Buiten de hoogergenoemde wijzigin gen bevat de wet veel goeds voor de huurders en juichen we volop het werk toe van de Kommissie voor den Land bouw, welke ze heeft opgesteld. Namens de Landbouwersvereeniging Redt U Zelven„ O. CAUDRON. Bestuurder, TELEFOON i 267. Letfiijd waarop de Quotitfit of (edeelte van ingenottrediag ingaat den toeslag op 65 jaar

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1938 | | pagina 1