De Neutraliteit van Zwitserland Het zaaien van Witloof. Schrikbarend is de armoede der Boeren. Arbeid ad lel It* Landbouwweekblad Voor en door de 1 MEXICO Let op het Tijdstip Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven Landbouwers ZONDAG 15 MEI 1938 Prijs^35t centiem 20de jAARGANG Nt 1010 Abonnementsprijs 15 fr. 's jaars. Men schrijft in op ens Bureel en op alle postkantoren. Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron ia streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opsteller O. CAUDRON Bureel en Redactie t Zeebergkaai, 4, Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Een voorbeeld door België te volgen. i Onze Vereeniging, zij alleen van al de landbouwvereenigingen, rekent het zich tot eer aan de zijde van den Vlaam- schen Oud-Strijdersbond, het Vlaamsch Nationaal Verbond en de andere veree- nigingen die het ware Vlaanderen ver tegenwoordigen, den strijd te hebben gevoerd tot volledige zelfstandigheid van 's Lands buitenlandsche en mili taire politiek. Wij hebben niet alleen de zelfstandigheid doch ook de neutra liteit van België geëischt, omdat wij stel lig overtuigd zijn, dat zij het meest doel treffend middel is om ons Land te vrij waren tegen den oorlog. Onze houding in deze uiterst gewich tige aangelegenheid had een enkel doel namelijk te voorkomen dat onze jonge lingen, en inzonderlijk onze boerenzo nen, op het slagveld opnieuw hun kost baar bloed zouden moeten storten voor andere belangen dan deze der verdedi ging van 's lands onafhankelijk bestaan. Er is ontegensprekelijk sedert twee jaar een merkelijke kentering ten goede aan te stippen in de buitenlandsche po litiek van België en in het internationaal statuut van ons Land. Er is vooreerst de plechtige verkla ring van onzen Koning dat België een zelfstandige buitenlandsche politiek wil volgen zonder aanleuning bij een of andere grootmogendheid. Op 14 April 1937 hebben Frankrijk en Engeland ons Land ontslagen van zijne verplichtingen spruitende uit het Locarnopakt en zich verbonden de onschendbaarheid van ons grondgebied te verdedigen, zonder andere tegenprestatie onzerzijds dan ons te verzetten tegen eiken inval op ons grondgebied en de verplichtingen na te leven opgelegd door het Volkenbonds pact. Deze Engelsch-Fransche verklaring werd gevolgd door de Duitsche verkla ring van October 1937, waar bij Duitsch- land zich verbond de veiligheid van België niet te bedreigen en de onschend baarheid van ons grondgebied te waar borgen, mits België zich onthoudt van elke vijandelijke actie tegen Duitschland en zijn grondgebied niet leent voor doortocht of operatiegebied van strijd krachten tegen Duitschland optredende. Benevens deze lichtzijden vertoont de positie van ons Land nochtans ook nog schaduwzijden namelijk 1) Ons militair verdedigingsstelsel was niet aangepast aan het nieuw internationaal statuut van ons Land. Het was tot voor 1936 schier uitsluitend gericht tot afweer van een aanval uit het oosten (Duitschland), ter wijl tegen een aanval uit het zuiden (Frankrijk) onze grenzen niet versterkt waren. Wel is aan die richting onzer grensverdediging dezen jongsten tijd eenige wijziging gebracht. Evenwel kan nog niet worden gezegd dat onze zui dergrens op behoorlijke wijze verde digd is. 2) Er is aan het land nog geen zeker heid gegeven, dat de tactische samen werking of afspraken tusschen de leger staven van België eenerzijds en deze van Frankrijk en Engeland anderzijds vol strekt opgehouden hebben, zoodat dub belzinnigheid aangaande onze zelfstan dige houding op militair gebied blijft voortbestaan. 3) Er blijft het gevaarlijk artikel 16 van het Volkenbondspact betreffende het doortochtsrecht. Dit artikel luidt als volgtDe leden van den bond zullen de noodige voorzieningen treffen, om den doortocht over hun gebied te verge makkelijken voor de strijdkrachten van elk lid van den bond, dat deelneemt aan een gemeenschappelijk optreden, ten einde de bondsplichten te doen eerbie digen Wanneer men de ligging nagaat van ons land tusschen de groot-mogendhe den welke nog verre van verzoend zijn wij bedoelen eenerzijds Frankrijk met zijn bondgenooten Tsjeco-Slowakije en Rusland, gerugsteund door Engeland, en anderzijds Duitschland met zijn bond genoot Italië beseft men het gevaar dat bedoeld artikel oplevert voor Bel gië om betrokken te worden in een conflict dat tusschen deze groote landen zou oprijzen. Onlangs nog werd door sommige bladen meegedeeld dat de nu afgetreden Fransche Volksfrontregeering Blum aan vooraanstaande politiekers uit de om geving onzer Regeering de vraag had gesteld om doortocht te verleenen aan de Fransche legers welke ter hulp zou den oprukken aan Tsjeco-Slowakije, bij een aanval van dit land door Duitsch land. Wij weten dat de interpretatie van bedoeld artikel 16 van het Volkenbonds pact heel wat ruimte biedtdat onze gewezen eerste-minister Van Zeeland ter kamerzitting van 2 December 1936 verklaard heeft dat België geen andere verklaring van artikel 16 aanvaarden kon dan deze welke het daaraan in den vollen omvang van zijn soevereiniteit wenschte te geven. Wij weten ook dat de heer Spaak, onze Minister van Bui tenlandsche Zaken, er den 29 April 1937 nog de volgende toelichting bij voegde Er zijn twee wezenlijke voor waarden voor de eventueele toepassing van het doortochtsrecht over ons grond gebied 1) België's toestemming, 2) de deelneming van onze naburen. Wij nemen ook nota, dat de alge- meene evolutie welke zich heeft ontwik keld op het internationaal plan rond artikel 16 en inzonderlijk de toelichting van zijne beteekenis door leidende Eu- ropeesche staatslieden zooals de heeren Unden voor Zweden, Motta voor Zwitserland, Minescu voor Roemenië, Beek voor Polen, Chamberlain voor Groot-Brittanje, aan dit artikel 16 alle verplicht karakter hebben ontnomen. Dit neemt niet weg dat artikel 16 nog steeds bestaat en dat de interpretatie ervan niet vrij is van een andere richting welke kan opgedrongen worden door andere thans niet voorziene politieke faktoren. In aangelegenheden, waar het leven onzer kinderen op 't spel staat, is een absolute zekerheid niet te veel. Daarom houden wij er ten zeerste aan dat België, naar het voorbeeld van Zwitserland, zijne volstrekte neutraliteit doet erkennen. Zwitserland heeft de erkenning zijner neutraliteit op de dag orde der thans aan gang zijnde 101' ver gadering van dep Volkenbond doen brengen. Het vraagt dus ontslagen te worden van elke verplichting, zelfs fa cultatieve, voortspruitende uit artikel 16. Het haalt als redenen aan 1) dat de onzijdigheid sedert eeuwen het lei dend principe is geweest zijner buiten landsche politiek 2) dat de voorwaar den in dewelke Zwitserland lid is ge worden van den Volkenbond sindsdien volledig zijn gewijzigd, dat het pact van den Volkenbond en inzonderlijk het stel sel der sancties niet werden toegepast 3) dat de wedloop der bewapeningen wordt voortgezet 4) dat de Volken bond niet meer de medewerking heeft van belangrijke staten n.l. Duitschland en Italië, naburen van Zwitserland 5) dat het is samengesteld uit verscheidene rsssen die verschillen van taal en cultuur en diensvolgens ook verschillende sym- pathiën hebben voor de naburige landen. Om die redenen, zoo besluit het Zwitsersch memorandum, blijft Zwit serland trouw aan den Volkenbond en aan het ideaal van den Bond, ideaal van vrede en internationale samenwerking, doch het is tevens van meening dat het erkennen zijner onvoorwaardelijke neu traliteit vereenigbaar is met het pakt van den Volkenbond. België kan dezelfde redenen inroepen als Zwitserland tot erkenning van zijn neutraliteit. Tot 1914, waarin het tegen zijn wil betrokken werd in den wereld oorlog, was de onzijdigheid het principe zijner buitenlandsche politiek. Voor ons land ook gelden de wijziging der voor waarden waarin het toegetreden is tot den Volkenbond en inzonderlijk het failliet van het stelsel der collectieve veiligheid en der sancties. Ons land ligt ook tusschen twee groote naburen gewapend tot de tanden, welke in onmin leven en waarvan één, n.l. Duitschland, zich uit den Volkenbond heeft teruggetrokken. Het bestaat ook uit twee groote volksgemeenschappen, Vlamingen en Walen, en zelfs uit drie, namelijk Duitschers, die verschillen van taal, kuituur en van sympathiën tegen over het buitenland. Het is immers een feit dat de Walen steeds hebben gestreefd naar een aan leuning onzer buitenlandsche en militaire politiek bij Frankrijk, terwijl het Vlaam- sche Volk daartegen vijandig staat en de zelfstandigheid onzer buitenlandsche politiek heeft afgedwongen. Onze Vlaamsche landbouwers, samen met alle gezonde krachten uit het Vlaamsche Volk, eischen dan ook dat de Belgische regeering, naar het voor beeld van Zwitserland, zonder verwijl de neutraliteit van ons Land prokla- meere en met krachtdadigheid optrede voor de erkenning dezer onzijdigheid door den Volkenbond. Alleen deze neutraliteit kan klare toestanden scheppen, alle dubbelzinnig heid wegruimen nopens ons internatio naal statuut en is het beste middel om ons Land te behoeden tegen den gru wel van een nieuwen oorlog 1 Het weder dat we in April gehad hebben moest in Maart gekomen zijn en omgekeerd. Dit werd op alle vooisjes gezongen door onze land- en tuinbou wers die zich zoo gemakkelijk door de eerste lentewarmte lieten meesleepen, dat ze geen rust of duur meer kenden of de aardappelen moesten geplant, de staak- en struikboonen moesten volgen, 't witloof moest gezaaid en de andijvie insgelijks. Het is echter niet meegevallen. We hebben in April niet alleen zijn eigen grillen, maar ook de Maartsche buien gehad, een ijskoude noorderwind, nacht vorsten, hagel en sneeuw, in een woord, al wat slecht, vochtig en killig was. De gevolgen zijn dan ook zeer nadeelig voor onze boeren de aardappelen tot in den grond afgevroren, andere groenten werden erg beschadigd. Vele tuiniers en landbouwers waren toch wat te haastig geweest en opdat ze deze zonde geen tweemaal zouden be drijven, zullen we vandaag speciaal spreken over het tijdstip waarop witloof dient gezaaid. Het zaaien van het witloof heeft slechts plaats na den 10" Mei en de witloofkweekers rond Brussel aarze Waar haalt Cardenas het geld om de buitenlandsche petroleummaatschappijen schadeloos te stellen len niet te verklaren dat het beste tijdstip van zaaien voor het witloof gaat van den 25" Mei tot den 5" Juni. Wat dunkt U Slaat dien raad niet in den wind of ge loopt weer builen op. Indien er tijdens den groei van deze plant door te koud of guur weder een zekeren stilstand zich voordoet, dan schieten er soms een groot deel van de planten in zaad op. Wat gebeurt er hier De ondervin ding is de beste leermeesteresse en wat deze ons leert is de loutere waarheid en zal ons 't langste bijblijven. De midden- bot of 't hart van de jonge plant ont wikkelt zich in bloemstengel en deze wortelen geven dan later slechts oor sprong aan kleine scheuten welke ont staan aan de zijdelingsche oogen. Al wat zijn dood nabij is, haast zich voort te brengen het kille weder of een te langdurige droogte hebben de plant in stervensgevaar gebracht en hierom haastte ze zich een bloemstengel voort te brengen en zaad te geven. Maar er is meer. Indien we te vroeg zaaien en er komt hoegenaamd geen stilstand in den groei, de plant groeit flink door en blijft zich regelmatig ont wikkelen, dan loopen we gevaar dat het ütt Mexico staat op dit oogenblik in het brandpunt der algemeene belangstelling. Met een pennetrek heeft president Car denas al de buitenlands che petroleum maatschappijen onteigend en voor het gerecht is thans de klacht der onteigen den, gesteund door de Britsche Regee ring, in behandeling getreden. We willen niet uitwijden over deze kwestie en geen partij kiezen voor de buiten landsche maatschappijen. De Mexicaansche Regeering ter milliarden moeten vinden vreemde maatschappijen voor de instal laties, boortorens en fabrieken schade loos te stellen, en de vraag is waar zal Mexico dat geld halen zal ech- om de De politiek van generaal Cardenas, die socialist is, is catastrofaal uitgevallen voor Mf xico. Op industrie-gebied heerscht er de grootste wanorde, nog aangedikt door stakingen en te hooge belastingen. Op landbouw-gebied is het nog erger. Daar heerschen in Mexico toestanden waarvan men zich geen voor stelling kan maken. Daar is ten eerste de landonteigening, die nog steeds voortgezet wordt. De Mexicaansche Regeering, onder den im puls der sccialistische gedachten van president Cardenas, heeft zooals we het hier reeds geschreven hebben, het groot grondbezit onteigend en verdeeld. Vol gens de Mexicaansche grondwet is een stuk van 300 hectaar kleingrondbezit en komt niet meer voor verdere verdeeling in aanmerking. 300 hectaar mag voor ons een prach tig stuk land heeten. Men mag echter niet vergeten dat in Mexico vele gron den braa£ liggen en dat de gronden die aan de eigenaars gelaten werden na de onteigening slechts gedeeltelijk geschikt waren om bebouwd te worden. Het overige was onontgonnen en er was ook geen bewatering voor beschikbaar. Het bruikbare land werd zoodoende al terstond tot de helft ingekrompen en in de omgeving der steden werden deze kleine eigendommen zelfs niet geëerbie digd. Voeg daarbij dat in Mexico een deel van den grond moet braak liggen bij gebrek aan goede bemesting, waar van men daar nog weinig afweet. Het is geen zeldzaamheid dat men aan de landeigenaars slechts 30 of 20Ha. liet of heelemaal niets. Kwellend is de voortdurende vrees, dat bebouwbaar land, zoodra het onder de ploeg is geweest en het zaad begint te schieten, afgenomen wordt. Deze vrees witloof op 't einde van de maand Sep tember, begin October zijn volledige ontwikkeling bekomen heeft en het niet meer bij machte zal zijn nog een grooten krop te geven, iets toch dat y/t bij het zaaien ons altijd moeten voor oogen stellen. Ten andere, om goede uitslagen te bekomen is het aan te raden de wortelen uit te steken voor de maand October. Degene welke men in groeven plaatst in de maand September ontwikkelen slechts weinig geslotene kroppen en brengen slechts de helft op in gewicht van degene die in October ingezet worden. Een re den te meer om niet te vroeg te zaaien. Witloof dat bij het uitsteken slechts de 3/4 van zijn volledige ontwikkeling be komen heeft, zal de beste uitslagen geven. Vermits we het nu toch over het wit loof hebben, gaan we er nog aan toe voegen dat de grond waarin men witloof zaait van natuur best een zandleemgrond is, maar dat deze plant toch hoegenaamd geen bijzondere eischen stelt daarom trent. In zeer rijken grond brengt ze zeer dikke wortels voort die dan later toch los witloof geven. De beste uit slagen bekomt men in gewonen grond, beteeld met landbouwgewassen die een jaar of twee tevoren met stalmest waren bemest. Oude humus die om zoo te zeggen tot assche verpulverd is en daarbij een grond (Zievervolg op de 2de bladzijde) is zoo groot dat de meesten zoo weinig mogelijk van hun land bewerken, het is te zeggen niet meer dan volstrekt noo- dig is om voeder voor het vee te hebben. Degenen die in 't bezit 2ija gesteld geworden van stukken der vroegere onteigende latifundia heet men "ejidata- rios„. Deze "ejidatarios,, hun Mexi caansche gewoonte getrouw hebben een broertje dood aan het werken en doen niets aan het land. Ze nemen den oogst op en laten het land dan liggen in de hoop spoedig een ander stuk land machtig te worden, of bewerken het op zoodanige manier dat het binnen enkele jaren uitgeput is. Dan gaan zij weer op zoek naar ander land en vinden het ook wel. Op deze wijze raakt tenslotte een geheele streek uitgeput. Schrikbarend is dan ook de armoede én van de landeigenaars, én van de ejidatarios„ én van de Indianen. Het feit dat Mexico thans duizenden ton maïs en graan moet invoeren is wel het beste bewijs van de noodlottige politiek van president Cardenas. Voor wat het vee betreft, is de toe stand niets beter. Door gebrek aan ze kerheid voor den dag van morgen schaft de landeigenaar zich geen nieuw Ame- rikaansch vee aan. hetgeen echter noo- dig is om het verval in het Mexicaansche klimaat tegen te gaan. De melkproductie vermindert dan ook met den dag en in Mexico-City, de hoofdstad, betaalt men voor verwaterde melk een prijs die bijna tweemaal zoo hoog is dan anderhalf jaar geleden. Al de levensmiddelen zijn, trouwens, in de laatste twee jaar, met 50 tot 200 gestegen. Voor de boeren is deze ver hooging, hoe groot ook, geen redding en voor den arbeider is het leven on dragelijk geworden. De regeeringsamb- tenaars zijn er niet beter aan toe. Op papier worden zij uitstekend betaald, maar in werkelijkheid komt er niet veel van in huis. Op een der ministeries had den de ambtenaren over de twee eerste maanden van dit jaar slechts 12 °/o ont vangen van de voor die maanden ge raamde belastingsinkomsten, zoodat hun tractementen niet konden uitbetaald worden. De schuldeischers der regeering worden met maandelijksche afbetalingen tevreden gesteld. Thans heeft de regeering millioenen en millioenen noodig om de onteigende petroleummaatschappijen schadeloos te stellen. Waar zal Cardenas het noodige geld halen Op het witte doek her ft men mevrouw Cardenas kunnen zien die geld en kost baarheden inzamelt voor het petroleum- fonds. Een rijke dame ontdoet zich van haar armband en een schooljongen van zijn spaarpot waar een paar centavos inzitten. Dit alles zijn slechts enkele druppels in de zee. Meer niet. De regee ring zal andere middelen moeten zoeken. Welke In Mexico is een felle anti-vreemde- lingen-actie begonnen. De buitenlanders staan over het algemeen aan het hoofd van rendeerende zaken. Dit is niet moei lijk in Mexico, waar de inboorlingen liever feesten en pret voeren dan te werken. De vreemdelingen zijn bijna de eenigen die geld hebben, buiten de vroe gere grondbezitters, bijna allen afstam melingen van de eerste Spanjaarden die het land ontdekten. De vreemdelingen moeten dan maar betalen. Men dreigt hen uit te wijzen in de hoop dat zij met een flinke geldsom voor den dag zullen komen. Met een stevige "boete,, en een even stevige "fooi» ontvangt hij een ver- blijfvergunning en kan hij zijn zaakjes weer voortzetten, tot dat de regeering weer in nesten zit en hem weer met uit drijving bedreigt... Dit zijn, echter, lap middelen, die geen aarde aan den dijk brengen en, indien Cardenas zijn politiek niet wijzigt, zal de toestand niet lang meer houdbaar zijn. In Mexico stelt men zijn hoop op den verkoop van pe troleum maar daar ook zijn de eerste vooruitzichten alles behalve schitterend. IWJ UUIAUUUU ff VIO TELEFOON i 267. I - V »- ,o T- '««Til

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1938 | | pagina 1