m s« Uitbreiding van sommige Landbouwteelten. i Het inzakken van Fruit Arbeid adelt* Landbouwweekblad Voor eo door de Landbouwers Ministerie van Landbouw Het trekken van Witloof met behulp van electrische verwarming I Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven Landbouwbureel voor Oost-Vlaanderen* i ZONDAG 8 OCT. i939. 55 een Men 21 >te JAARGANG Ni 1083 P" f I g5 Abonnementsprijs 15 fr. 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Het overnemen van artikelen sonder aanduiding der bron ia streng verboden. Bestuurder en verantwoordelijke Opsteller O. CAUDRON. Bareel en Redactie t Zeebergkaai# 4Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Aankondigingen volgens akkoord. Verleden week gaven we het ko ninklijk besluit van 23 September aan gaande de uitbreiding van sommige teelten. Op de 3' bladzijde van hetzelfde blad penden we onze opmerkingen neer. Thans geven we de mededeeling van de Staatslandbouwkundigen aangaande ditzelfde onderwerp MEDEDEELING. Hoe kunnen wij den landbouw in de provincie Oost-Vlaande- ren best aanpassen aan de eischen gesteld door 's lands bevoorrading in de huidige omstandigheden 1 Alle theoretische beschouwingen van economisten achterwege gelaten meenen wij de volgende voor de prak tijk mogelijke voorstellen te mogen vooruitzetten betreffende a) De Tarweteelt1) Aangezien wij een zeer groot tekort hebben aan broodgraan, ware het wenschelijk de tarweteelt een zoo groot mogelijke uit breiding te geven op de gronden die normaal tarwe kunnen dragen zonder evenwel de andere graangewassen ge voelig te verminderen. Er blijft ons daartoe maar een middel, namelijk de steeds onvruchtbare gronden vrucht baar te maken en hoofdzakelijk een ge deelte onzer grasweiden om te vormen in landbouwland, nogmaals zonder de voor onze veenitbatingen noodige hoe veelheden groenvoeder in sterke mate te verminderen. Dit is wel mogelijk daar we er stellig van overtuigd zijn dat de meeste onzer weiden niet doelmatig uit gebaat worden en hierdoor voor een zelfde opbrengst aan voedende elemen ten minstens een derde oppervlakte meer noodig is dan wanneer zij intensief worden uitgebaat. In andere woorden stellen wij voor 1/3 der weiden om te ploegen voor landbouwland en de over blijvende weiden op een zeer intensieve wijze uit te baten. 2) De gemiddelde opbrengst onzer tarwevelden aanzienlijk te verhoogen door een gepaste bemesting toe te passen, veredeld zaaigoed van de beste hedendaagsche variëteiten te gebruiken en de verschillende onkruidplanten doel matig te bestrijden of te voorkomen. b) De Roggeteelt De roggeteelt dient feitelijk niet te zeer uitgebreid te worden doch mag voorzeker ook niet ingekrompen worden, daar deze graan soort zeer nuttig is voor de menschen- voeding en voor de dierenvoeding schier onontbeerlijk (zandstreek). Daar enboven ware het te dwaas in de hui dige omstandigheden de roggevelden in de zandstreek te vervangen door tarwe velden wanneer men er op voorhand van verzekerd is dat deze gronden nor maal geen tarwe kunnen dragen of ten minste enkel kleine opbrengsten kunnen geven. De landbouwers der zandstreek ra den wij diensvolgens aan hunne rogge velden niet te verminderen doch er in 't vervolg zooals voor de tarwevelden ook meer zorg aan te besteden teneinde de gemiddelde opbrengsten per hectare hooger op te drijven. c) De Gerstteelt: Volgens sommige economisten zou de gerstvoortbrengst zesmaal dienen verdubbeld te worden. Practisch gesproken is de gerstkuituur van geringer onmiddellijk belang om te voorzien in 's lands bevoorrading. Er dient echter wel het noodige gedaan om onze gerstvelden een betere opbrengst te doen geven door aangepaste vruchtaf wisseling en enkel de beste variëteiten voort te teelen ondermeer de zomer- gerst waaronder hoofdzakelijk de varië teit Kenia gerust mag aanbevolen wor den. Deze variëteit geeft in gewone jaren een graanopbrengst die de winter- gerst evenaart en zelfs te boven gaat. d) De HavzrteeltHaver wordt in ons land voldoende voortgebrachtvan teeltuitbreiding is er dus geen sprake. e) De aardappelteeltStreven naar hoogere opbrengsten, gepaard met een lichte teeltuitbreiding in bepaalde ge westen en de bestrijding van den Colo radokever en de Aardappelplaag (Phy- tophtora Infrstans) doelmatig uitvoeren bij middel van opeenvolgende besproei ingen met een mengsel van loodarse- niaat en bordeleesche pap of dergelijke. f) De Nijverheidsplan ten De sui- kerbeetvelden dienen een weinig verme nigvuldigd te worden terwijl de overige nijverheidsplanten zooals vlas en zoo meer dienen op peil gehouden. g) De GroententeeltDe groenten- teelt en hoofdzakelijk de teelt van be- waarbare groenten zooals boonen, erwten, ajuin enz. dient intensief gedre ven en op peil gehouden. h) De Groenvoedergewassen De groen voedergewassen, waarvan bijzon der de eiwitrijke, dienen op een zeer intensieve wijze geteeld om in de voed selvoorziening van onzen veestapel wiens getalsterkte niet overdreven is te voorzien en de voederkoeken, groo- tendeels afkomstig uit vreemde landen, uit te schakelen. Wij herinneren desaangaande aan het bericht dat wij onlangs lieten verschij nen, namelijk "Geen enkele partij land bouwland mag gedurende toekomende winter vaag blijven liggen,,. Waar niet aan groenbemesting wordt gedaan, be- zaaie men het braakliggend land nu nog met snijrogge of een groen voeder meng sel (bv. gerst met Italiaansch raygras) om in de lente in te kullen. i) De VeestapelHet ware wensche lijk de veestapel in het algemeen op het zelfde peil te behouden, doch de minder waardige en steeds verlieslatende dieren onmiddellijk af te zetten en te vervangen door waardevolle dieren. De zwijnen- kweek zou misschien wel lichtjes mogen uitgebreid worden om het mogelijke tekort aan vet en vleeschproducten aan te vullen. Oudenaarde, 23 Sept. 1939. De Hoofdrijkslandbouwkundige, A. Van den Noortgate. Onze lezers vinden dus hierboven het advies van de Staatslandbouwkundigen en kunnen er de noodige gevolgtrekkin gen uit opmaken. Naar het oordeel van vele vooraan staande landbouwers is het echter niet mogelijk te voldoen aan de eischen van het koninklijk besluit. Het ware nuttig samenkomsten per streek te beleggen van de Staatsagro- nomen met de landbouwers, ten einde te onderzoeken wat er kan gedaan worden. We geven hierna een schrijven ons toegekomen van een gekende landbou wer en kweeker uit het Aalstersche. Zie hier hoe dezen vakman over die kwestie denkt M., den 2 Oktober 1939. Mijnheer de Bestuurder Gisteren Zondag hebben eenige land bouwers. leden van Redt U Zeiven, be sprekingen gevoerd over de verplichte vermeerdering van tarweteelt en andere veranderingen in ons bedrijf. Al de aan wezigen vroegen zich af wie zulke maat regelen heeft getroffen, welke we met den besten*wil van de wereld niet kunnen uitvoeren. Zou het waar zijn dat geen enkel vertegenwoordigér van den land bouw geraadpleegd werd en het enkelijk de landbouwkundigen en de regeerings- afgevaardtgden zijn die het spel hebben ineengestoken Wat er ook van zij, het getuigt van groote onwetendheid. Immers elke boer, groot of klein, moet rekening houden met de vruchtafwisseling. Van het jaar tevoren weet de ervaren landbouwer wat de opvolging moet zijn van de vruchten die aan 't wassen zijn, om de grootste kans tot lukken te hebben. Ondergeteekende was de oudste van hoogergenoemde samenkomst en heeft reeds meer dan een ha*ve eeuw op een boerderij versleten Niemand van jaren kan of zal loochenen dat de opbrengst van alle gewassen, zooals graan, aard appels, beeten enz., het dubbele zijn van over 50 jaar. Hoe is het dan Gods mogelijk den landbouwer te bedreigen met boeten gevang en te twijfelen aan zijnen goeden wil. Nooit zal het de schuld der landbouwers zijn indien het land in verlegenheid komt, want wij ont zien ons geen moeite, werken het dub bel getal uren per dag als de wet voor schrijft in alle weder, van den vroegen morgen tot den laten avond. Dat men ons met vrede laat voortdoen, en zorgt dat ons werk eenigszins beloond wordt dan zal men verbaasd zijn over den uit slag. De heeren die dit reglement hebben opgemaakt vergeten soms dat er drie en meer jaren noodig zijn om terug tarwe te kunnen zaaien op hetzelfde land, want de vruchtafwisseling speelt een grooten rol voor het wellukken der ge wassen. Indien de regeering wil, kunnen er duizenden hectaren drassige gronden door ontwatering en draineering tot goede weilanden worden omgevormd en dan eerst kan men spreken van onze tegenwoordige weilanden om te ploe gen, wat wij dan enkel kunnen doen op voorwaarde vergoed te worden voor de onkosten die we zullen hebben om bin nen een of meer jaren weer grasland te maken En wat te doen met onzen veestapel, als we wei- en klaverlanden moeten om ploegen En van dit werk gesproken, zou er een landbouwkundige durven be weren dat men voor 1940 tarwe kan oogsten op een weide die nu nog moet worden omgeploegd We kunnen ook onze rapenvelden niet vernietigen voor tarwe, want veevoeder kunnen we niet missen. Ik wil er nog wat meer bijvoegen Indien de Regeering veel broodgraan wil hebben, kan ze 10 a 20 °/0 inland- sche rogge mengen in de tarwe voor de maalderij. Ze kan ook beletten dat mil- lioenen ïcilos broodgraan tarwe en rogge voor veevoeder worden ge bruikt en zoodoende de inlandsche op brengst van bloem met enkele duizendé tonnen verhoogen. want het is ongeloof lijk hoeveel nog voor varkens en koeien wordt kapot gemalen of aan de kiekens gegeven. We wachten op den goeden raad van menschen die er meer van weten als wij, want hoe we ook onze hersenpan ge weld aandoen, nooit kunnen we te weten komen hoe we moeten werken om met kans van welgelukken te voldoen aan de verplichtingen van het Koninklijk Be sluit. Het zou ons aangenaam zijn dit schrijven in De Koornbloem te laten verschijnen. Namens de afdeeling Redt U Zeiven der gemeente M. We hebben hier voor ons een prentje voorstellende een haag van enkele snoeren gevormd met perelaars in een Fransche fruitkweekerij. Men ziet een aantal dames die, onder het waakzaam oog van een vakman, bezig zijn met het fruit in te zakken. Een stationoverste, een man dus die, gezien de kostelooze reisbiljetten die hij jaarlijks mag benuttigen, reizen deed in Frankrijk, vertelde ons, nog niet lang ge leden, dat het inzakken van peren, appels en druiven reeds verscheidene jaren in dit land in gebruik is. In onze tuinbouwscholen, zoowel te Gent als te Vilvoorde, is deze doenwijze ook reeds lang ingeburgerd. In de streek van Aalst is dit nog een rare uitzonde ring als men een fruittuin aantreft waar de vruchten zijn ingezakt. Wat ons nochtans meer tegen de borst stoot is de bewering dat het nutte- looze onkosten zijn en dat enkel lief hebbers die tijd en geld te over hebben, zich met dergelijke praktijken kunnen onledig houden. Pas enkele jaren gele den moest een voordrachtgever de schimpende bewoordingen verduren van een verachterd kweeker uit een verach- terd boerendorp. We hebben al dikwijls gezegd en we herhalen het hier nogmaals Bestweters hebben geen voorlichting noch voor drachten noodig ze hebben nooit iets te vragen en stellen zich zoo onverstan dig aan dat ze zelfs nog niet kunnen zwijgen over zaken waar ze geen benul van hebben. Voor hen schrijven we dit artikel niet, want we zijn op voorhand zeker dat ze nog eens minachtend de schouders zullen ophalen als ze zich maar de moeite getroosten het te wil len lezen. Zakjes. Om zeer mooie peren, appels, drui ven en andere vruchten te verkrijgen kan men ze in zakjes van geolied of per- kamentachtig papier steken. Deze zakjes moeten doorboord zijn van kleine lucht- gaatjes, want de ademhaling der vruch ten mag er hoegenaamd niet door stop gezet worden, de lucht moet dus door gang tot de vruchten blijven hebben en zich kunnen vernieuwen. De eerste de beste papieren zakken mogen er bijge volg niet voor gebezigd worden. De zakjes moeten ook geolied zijn om door de regenwaters niet doordrenkt te wor den en te rotten of op de vruchten te blijven plakken. We zeggen noch beweren dat we die zakjes zelf niet zouden kunnen maken, maar ze worden aan zulke spotprijzen in den handel gebracht dat we voorzeker het geduld, den tijd en de moeite er niet zouden willen voor aanwenden. Bedenk dat een duizendtal zakjes slechts 50 fr. kosten en de looden bindsels slechts 6 frank. Bindsels. Vroeger bezigde men uitsluitend raf fia om de zakjes langs boven toe te ha len, thans zijn er looden staafjes in den handel gebracht, die zeer goedkoop, praktisch en weinig tijdr jovend zijn ze hebben een lengte van een decimeter en slechts een dun koordeken dikzeer plooibaar dus en uiterst beweegbaar ze kunnen bovendien meer dan een jaar dienstig zijn. Tijdstip. In Juni, wanneer de jonge vruchten nagenoeg de grootte hebben van een okkernoot en na dat de Junival geëin digd is en de vruchtdunning is uitge voerd. Welke vruchten. Dit is het meest kiesche en moeilijkst te behandelen onderwerp. Gelukkiglijk hebben we dit jaar proeven gedaan op peren en den uitslagen van deze proe ven kunnen misschien wel voor U, even als voor ons, een richtsnoer zijn voor de toekomst. Niet alle peersoorten dienen ingezakt te worden, enkel prachtfruit van extra hoedanigheid, fruit dat men kan bezigen als nagerecht op banketten of in de hos- piciën voor zieke menschen. Ten andere niet alle variëteiten ondergaan er den heilzamen invloed van. Als tegenproef zakten we enkele minderwaardige peer verscheidenheden in als Soldat labou- reur, Alexandrine Douillard, Louise bonne d'Avranches, Nouveau Poiteau, Bon chretien William. Wanneer we zeg gen minderwaardige dan bedoelen we slechts de vergelijking metDoyenné de Cornice, Durondeau, Beurrë Hardy, William Duchesse, Le Lectier, Beurré de Naghur. Deze laatste hebben er alles bij gewonnen, terwijl de eerstgenoemde ons hebben teleurgesteld. Zakt dus en kel die peersoorten in die U voor de gedane onkosten en moeite rijkelijk zul len beloonen. Doenwijze. Bindt de zakjis niet vast aan den steel van de vrucht maar wel aan den vrucht- tak. Indien de vrucht dan valt, zooals dit dikwijls het geval is met "Le Lectler„, dan valt ze niet op den grond maar blijft in 't zakje liggen en wordt hoegenaamd niet gekwetst. Veertien dagen voor het plukken trekt men de zakjes langs den zonnekant open om toe te laten kleur te geven aan de vruchten. Besluit. 't Fruit krijgt een teedere, wazige kleur, neemt toe in omvang en blijft ge vrijwaard van ziekten en insekten. Doet de proef zooals wij ze hebben gedaan en met de hierboven gemelde onderrich tingen en U zult, evenals wij, over den uitslag tevreden zijn. Menschen die 't nog niet beproefd hebben en er mede spotten kunnen we best vergelijken aan die praters en penne- knechten die geen kinderen hebben en onze onzijdigheid voor vreemde belan gen zouden willen prijsgeven omdat ze nooit de ellende van een oorlog gekend hebben en liever de proef ervan aan onze Vlaamsche jongens overlaten. Eerst beproeven en dan spotten. W ij lezen in het Nederlandsch land bouwweekblad "Land en Vee De teelt en het trekken van witloof heeft in onze provincie tot op heden geen groote uitbreiding gekregen. In de omgeving van Maastricht houden zich hiermede enkele kweekers op kleine schaal bezig. De wortels worden dan soms in de oude grotten van de mergelgroeven getrokken. Ofschoon dit oogenschijnlijk een zeer geschikte gele genheid hiervoor is, vallen de resultaten toch niet mee, daar de temperatuur aan den lagen kant is, n.l. ongeveer 11°C. Men komt dus met zijn produkt wat laat aan de markt. In de omgeving van Venlo zijn de laatste jaren wat meer kweekers met deze cultuur begonnen en bestaat er eenige neiging tot uitbreiding. Waar schijnlijk zal de belangstelling nog wat toenemen, daar ons land tot nogtoe heel wat witloof uit België importeerde en het niet is uitgesloten, dat deze invoer onder invloed van de oorlogsomstan digheden zal afnemen. Ook onze, door de nieuwe Belgische maatregelen, sterk afgenomen uitvoer van groenten naar dat land, zal wellicht dezerzijds maatre gelen medebrengen, die een remmenden invloed op den Belgischen import van witloof in ons land zal uitoefenen. De witloofteelt past uitstekend in onze meeste bedrijven en de wortels kunnen op licht land worden geteeld. De cultuur geeft in den zomer weinig werk, doch wel in den winter arbeid en inkomsten. Bovendien hebben we in deze teelt een goede vruchtwisseling, waaraan op vele bedrijven groote be hoefte bestaat. Deze cultuur vindt in andere streken van ons land op uitgebreider schaal plaats. Men volgt hierbij twee ver schillende methoden. Op sommige be drijven, worden de eigen geteelde wor tels, op land van de tuinbouwteeltver gunning, getrokken, doch daarnaast heeft zich een bedrijf ontwikkeld, waar bij de cultuur over twee verschillende bedrijven verdeeld is. In sommige grootere bedrijven in Zeeland en Z.-Holland zijn kweekers, die zich speciaal bezighouden met de teelt van de wortels. Hiervoor zijn spe ciale teeltvergunningen. Voor een prijs, welke om de ff 25 per 1000 kg. schom melt, kunnen deze de wortels op de eigenlijke tuinbouwbedrijven leveren, waar deze getrokken worden. Dit trekken nu, kan op verschillende wijzen geschieden. Veelal gebeurt het in bakken deze kunnen zoowel koud als verwarmd zijn. In het eerste geval komt het product laat aan de veiling en kan men slechts één partij wortels for- ceeren. Daarom zijn de meeste kweekers overgegaan tot het gebruik van ver warmde bakken naar Belgisch model. Hierbij worden verplaatsbare kacheltjes (z g. witloofketeltjes) gebezigd en is het mogelijk het product na omstreeks 3 weken gereed te hebben. Men kan op deze wijze dus heel wat bakken in één winter forceeren. De kosten van deze verwarming kunnen op ongeveer 1 ct. per kg. loof worden geraamd. Deze methode wordt ook in Limburg op en kele bedrijven toegepast. Daarnaast heeft zich in verschillende streken van het land de methode van electrische verwarming der witloofkuilen ontwik keld en willen wij thans deze methode nader bespreken aan de hand van een beschrijving in het orgaan van de Stroom verkoop Mij. voor Limburg. De toepassing van electriciteit in onze tuinbouwbedrijven heeft zich tot nogtoe in hoofdzaak beperkt tot electromotoren DE RNBLOEM 'cXfcSiVlifi TELEFOON 267.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1939 | | pagina 1