m
KERSTDAG 1939
De Economische Oorlog
Gebruikte Zakken
Arbeid adelt*
Landbouwweekblad
Voor eo
oor de Laodbouwers
i
A
A
Bestrijden van de Knol"
voeten bij Stoppelrapen*
Magazijnen en
Bureelen gesloten
Orgaan der Lamdbouwersvereeniging Redt O Zeiven
ZOftoaG'24 DEC.yjl939.
#r(J» 33 «cmless
22ste JAARGANG Kr 1094
jpjNjl
Abonnementsprijs 15 fr. 's jaars.
Men schrijft in op ons
Bureel en op alle postkantoren.
Het overnemen van artikelen
zonder aanduiding der bron
is streng verboden.
Bestuurder en verantwoordelijke Opsteller
O. CAUDRON.
Bareel en Redactie Zeebergkaai» 4, Aalst.
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hnnne
bijdragen.
Aankondigingen volgens
akkoord.
Vrede aan de menschen van
goeden wille...
Het ruischte door den kouden
sterrenacht. Er lag sneeuw over
de heuvelen en de wind zong zijn
droeven zang over de witte vlakte.
Nog ruischt het van de orgels
met kinderkooren over de wereld.
Nog schreeuwt de menschheid om
vrede.
Maar er valt geen sneeuw meer
over de heuvelen en de vlakten
van de wereld. De serene vrede-
kinderkoorkens versmachten on
der den zwaren bots van soldaten
schoenen, onder het gedreun der
kanonnen en onder het hoonge
lach der leugen.
En toch huilen verminkten van
den vorigen oorlog om vrede,
moeders snikken om vrede voor
hun jongens, de mannen rillen bij
de gedachte aan het oorlogsge
vaar.
De staatsmannen willen echter
geen vrede, zij voelen die verant
woordelijkheid niet Zi\ hebben
God uit hun leven gebannen.
Ten andere, waarom zouden zij
geen oorlog voeren, wanneer de
kristene menschen onder mekaar
zelf geen vrede kunnen houden
Ieder geloovig mensch zal de
gevolgtrekking maken. Want
Vrede vraagt geen lamzakkigheid,
geen woordengepraal, geen hol
klinkende slagwoorden. Maar
Vrede eischt daden Ën in de
eerste plaats in onze eigen omge
ving.
Menschen loopen over de we
reld hun zielen zijn verdorven,
hun oogen gloeien van zwarten
haat, hun handen omknellen een
wapen. Plannen van wraak woe
len door hun koppen, vingerdik
ligt de nijd, de jaloerschheid, de
huichelarij, de leugen op hun ge
laat.
Menschen dolen over de we
reld hun armen hangen slap en
hun koppen zijn gebogen. Traag
en log is de galm van hun stappen.
Hun oogen staan droef van moe
deloosheid en mat van 't weenen.
Menschen loopen over de we
reld om hun mond ligt een grijns
lach. in hun donkere kamers
schrijven ze vuile boeken, in hun
ruime zalen draaien ze zondige
films, vanuit hun radioposten
overgieten ze de wereld met leu
gens en haat.
Menschen liggen in vuile bed
den en dragen pijnlijke ziekten.
Ze zijn bleek en eenzaam en rillen
bij 't naderen van den killen dood.
Ziedaar de wereld vol tegen
stellingen, vol ellende en schande
lijke onrechtvaardigheden.
de ware meesters der schepping.
Arme, verblinde, verdwaasde
doolaards
De West-Europeesche bescha
ving dreigt onder te gaan in een
poel van vuur. De millioenen-
legers zijn met mekaar in botsing.
Wij, kristene menschen, haten
den oorlog. Waarom vermoordt
een broeder zijn broeder
Wij willen niets dan de witte
Kerstnachtvrede van Kristus.
Niets dan de blijde, lachende
broederlijkheid.
Wij kennen geen rassenhaat.
Allen zijn we kinderen van één en
denzelfden Vader
Heilig Wicht uit den Heiligen
Nacht.
Laat de tranen drogen van hen
die droef zijn en weenen, laat de
zonne doorbreken voor dezen in
wier hart het altijd winter is.
Laat de wereld tot inkeer ko
men, opdat alle menschen broe
ders zouden zijn.
Laat de staatslieden het waan
zinnige, het misdadige van hun
houding inzien, opdat de mensch
heid den Vrede zou kennen.
Den Vrede, waarvan Uw En
gelen zongen in den Wonderen
Kerstnacht toen Gij, Koning der
Koningen, te Betlehem geboren
werd.
Lam Gods, we smeeken U.
Zie, de gansche geloovige we
reld bidt op dezen Kerstdag tot U.
Moge hun gebed U welgevallig
zijn.
God van Vrede en Liefde, we
vertrouwen op U...
Zie, in de kribbe ligt het Kerste
kind. Drommen van dolende men
schen ziet Het voorbijstrompelen.
Maar zij zien niet naar die zachte
oogen, noch luisteren naar dat
gloeiend hart dat zoo vurig voor
hen klopt.
De wereld heeft den God-
Mensch vergeten in een zee van
geruchten, in een dolle jacht naar
aardsch bezit. Ze weten niet meer
waarom ze menschen zijn en wa
nen zich in hun zelfoverschatting
(Vervolg.)
Het is een gekend feit, dat zonder
degelijken kalktoestand van uw rapen
velden, alle mogelijke bestrijdingsmidde
len hun doel missen. Het gebeurt wel
dat de knolvoetziekte het eene jaar erger
voorkomt als het andere. Dit is niet
zoozeer toe te schrijven aan een verbe
terde teeltwijze van onze landbouwers,
maar wel hoofdzakelijk aan een betrek
kelijk droog najaar, dat alzoo een massa-
kieming van knolvoetsporen onmogelijk
maakt.
Vandaar eveneens het groot belang
zooveel mogelijk te zorgen voor vol
doende waterafvoer dus greppels,
grachten en sloten tijdig te kuischen en
te onderhouden. Laaggelegen perceelen
doorgaans in winterbedden leggen,
vooraleer ze met stoppelrapen te be
zaaien. Het diep omwerken van besmette
gronden kan in veel gevallen aangeraden
worden. Op die manier zitten de sporen
diep en kunnen ze de planten moeilijker
aantasten.
Het aanwenden van kalkcyanamied
(bij voorkeur de "niet-geoliede») tijdens
de grondbewerking levert nog betere
uitslagen op. Het reinigen van gebruikte
werktuigen en gerief mag ook niet uit
het oog verloren worden. Trouwens, we
vermijden alzoo verdere besmetting.
Deze laatste jaren werden er veel rapen-
variëteitsproefvelden aangelegd om
onder andere het weerstandsvermogen
tegenover de knolvoet te bepalen. Er is
immers gebleken dat de eene soort beter
weerstaat dan de andere.
In ons vorig artikel hebben wij ge
schreven, dat zoowel de oudere rapen
als de kiemplanten door de zwetmsporen
kunnen besmet worden. Welnu, ons ge
zond verstand doet ons besluiten, dat de
bijna volwassen rapen enkel na verwon
ding kunnen aangetast worden. De
planten loopen bijna dagelijks verwon
dingen op. Een lichte windstoot is vol
doende om duizenden zuighaartjes en
zijworteltjes af te scheuren. Wellicht is
de eene rapenvariëteit van sterkeren
bouw als de andere ofwel kunnen de
cellen van de eene zich beter tegen de
aanvallen van de knol voet beschermen
en verdedigen dan de andere. De be
mesting speelt ook wel een rol. Te een
zijdige toediening van stikstof onder
mijnt vermoedelijk het weerstandsver
mogen, terwijl we met een volledige
en beredeneerde bemesting vastere
knollen bekomen.
Deze punten zouden evenwel nog
grondiger moeten onderzocht worden.
Ziehier enkele voorloopige mededee-
lingen over deze variëteitsproeven
1. Ronde raap met groenen hals
brengt gewoonlijk het meest op is ta
melijk bestand tegen de vorst, maar zeer
gevoelig voor knolvoet.
2. Ronde raap met rood purperen
hals brengt meestal wat minder op dan
de vorige kan evengoed de koude uit
staan en is merkelijk beter bestand te
gen de knolvoet.
3. Witte lange raap steekt hoog bo
ven den grond uitis daardoor weinig
bestand tegen de vorstweerstaat licht
jes aan de knolvoet.
4. Lange raap met groenen hals en de
lange raap met rooden of blauwen hals
zijn sterker tegen de knolvoetziekte.
maar niet tegen de vorst.
5. Onder de onlangs ingevoerde va
riëteiten de geelvleezige raap is het
best bestand tegen de knolvoetziekte en
tegen vorstbrengt evenwel met ge
lijke bemesting min kg. op als onze
gewone soorten.
De geelvleezige raap verdient toch
onze belangstelling, want ze verschaft
ons in verhouding meer kg. droge
stof en is daarenboven van betere
kwaliteit. Bij wijze van proef raden we
ze u aan.
De andere ingevoerde variëteiten
werden doorgaans tamelijk gevoelig be
vonden voor de "plasmodiophora bras-
sicee„.
Vooraleer te eindigen, willen wij niet
nalaten nog het volgende aan te stippen.
Veel landbouwers denken, dat het ge
bruik van nieuw oorspronkelijk raap
zaad een bestrijdingsmiddel tegen de
kno voet is. Tot nu toe kennen we geen
absoluutweerstandbiedende soorten.
Daarbij, de ziekte wordt door het zaad
niet overgedragen 1 Met aangekocht
zaad kan het uitzonderlijk wel eens ge
beuren, dat men hooger opbrengsten
bereikt, omdat het zaad zelf krachtiger
was. Kloek zaad geeft natuurlijk sterke
planten en die overleven gemakkelijker
deze ziekte, maar ze kunnen toch even
goed aangetast worden. In de meeste
gevallen bekomen onze landbouwers
met hun eigen gewonnen zaad evenwel
betere uitslagen als met het gewoon
handelszaad. Jaarlijks worden de zaad
dragers natuurlijk onder de minst ge
voelige knollen uitgekozen dus een ge
leidelijke natuurlijke selectie.
G. Coulier.
Het Boerenleven
IV. - Hoe staat het met Duitschlands tegenpartij
Wij koopen alle gebruikte zakken
wanneer ze sterk en proper zijn.
Een gaatje hindert niet-
Lijnmeelbalen.
Schitferzakken,
komen vooral in aanmerking, evenals
alle andere bruikbare zakken.
De zakken zijn duur. Verkoopt de
ze waarvoor ge geen gebruik hebt.
En met dit vierde artikel willen we
besluiten.
Zooals we hebben aangetoond bezit
Duitschland economisch door zijn sterke
organisatie, zijn rusteloozen ijver om
markten te veroveren, zijn verdrag met
Rusland een grooten voorsprong op
1914. Het zal Engeland thans niet ge
makkelijk zijn Duitschland op de knieën
te krijgen, te meer daar een revolutie
waarvan de alles geloovende-Engel-
schen lang hebben gedroomd als uit
gesloten moet gelden, gezien de macht
van de partij.
We gelooven het dan nuttig even de
economische sterkte van de tegenpartij
na te gaan. Voor Engeland komt het er
op aan, terend op zijn ontzaglijke eco
nomische reserves, zijn economische
organisatie tot een even groote doelma
tigheid efficiency, zeggen de Engel-
schen op te voeren.
Op zee is de oorlog in al zijn heftig
heid ontbrand, van de monding van de
Theems tot aan deze van de Rio de la
Plata. Men mag echter bij het lezen van
de talrijke berichten over den zeeoorlog
niet uit het oog verliezen, dat het mili
taire doel dat met deze zeeslagen be
reikt wordt, niet de hoofdzaak is zij zijn
de symptomen van den werkelijken.veel.
onzichtbaarder strijd welke daarachter
ligtde economische oorlog.
In den oorlog van 1914 altijd moe
ten wij daarheen terug, omdat deze
oorlog als het ware een voortzetting is
van "den laatsten der oorlogen» is
het Engeland gelukt, dank zij de onme
telijke reserves en economische moge
lijkheden van zjjn wereldrijk en dank zij
de uiterst smalle basis van Duitschland
en het vrijwel volslagen gebrek aan re
serves van dit land, zijn vijand na vier
jaar bloedigen strijd op de knieën te
krijgen.
En thans probeert Engeland 'dezelfde
methode, alleen geleerd door de onder
vinding, wordt Duitschland van in het
begin sterk naar de keel gegrepen, het
geen in den vorigen oorlog eerst na een
paar jaar gebeurde, althans op deze
verbitterde wijze.
met den uitvoer en alleen met een veel
grooteren uitvoer dan in vredestijd, daar
de invoerbehoeften enorm gestegen zijn.
Op dit punt wordt de critiek steeds
ernstiger en zij blijft niet beperkt tot de
economische bladen. Terecht wordt aan
de regeering verweten, dat zij niet vol
doende aandacht schenkt aan de nood
zakelijkheid de productie der uitvoernij-
verheden op peil te houden. In de eerste
oorlogsmaanden, toen het er op aan
kwam Engeland op oorlogsvoet te or-
ganiseeren, heeft men dit zoo noodzake
lijk punt van den steeds grooteren uit
voer over het hoofd gezien.
Engelands behoeften zijn veel groo-
ter dan in normale tijden. Daarbij komt
nog, dat om Duitschland schade te be
rokkenen in alle landen groote voorra
den allerlei producten die men in En
geland niet volstrekt noodig heeft
worden opgekochtderhalve moet ook
de uitvoer toenemen of de reserves wor
den aangesproken. Men weet thans dat
deze niet groot genoeg zijn om het ja
renlang uit te houden en, in afwachting,
dat de oorlogseconomie op een langdu-
rigen strijd is ingesteld, wordt het En-
gelsche volk bijna boven het dragelijke
belast. Enkele dagen geleden spraken
wij nog een Engelsch zakenman, die ons
vertelde, dat hij 70 °/o van zijn winsten
aan den staat moest afstaan. Wij moe
ten er aan toevoegen, eerlijkheidshalve,
dat hij ons dit niet vertelde om zich te
beklagen. Integendeel. Hij aanzag het
veeleer als een eer. De Engelschman
was en blijft een practisch mensch. Wat
Chamberlain zegt over recht en levens
mogelijkheid der kleine volken, gaat hem
het eene oor in en het andere uit. Daar
entegen is hij overtuigd, dat Engeland
strijdt voor het behoud van zijn heer
schappij door Duitschland bedreigd
en daarom is hem geen enkele opof
fering te zwaar.
Zooals in 1914 beschikt Engeland
thans ook over de onafzienbare econo
mische mogelijkheden van zijn wereld
rijk, maar er zijn zwakke plekken, welke
in 1914 ook reeds aan te wijzen waren,
dcch die zich in de afgeloopen 25 jaar
krachtig hebben ontwikkeld. Vooral
Britsch Indië en de Zuid- Afrikaansche
Unie zijn niet meer de bronnen van
kracht en macht, waarop Engeland in
die onbeperkte mate kan rekenen als in
1914. Indië en ook Zuid-Afrika, dreigen
daarentegen een lastpost voor Engeland
te worden.
Zooals In 1914 beschikt het Britsche
rijk thans over een zeer aanzienlijke re
serve aan goud en verhandelbare eflet-
ten in het buitenland, waarmede het zijn
noodzakelijke inkoopen van oorlogsma
teriaal en levensmiddelen kan BETA
LEN. Wij onderstrepen betalen want
in den vorigen oorlog kon Engeland
overal crediet bekomen.
Op dit punt is zelfs in de Engelsche
bladen ecnige onrust merkbaar. Het lei
dende blad "The Economist» heeft er
herhaaldelijk opgewezen, dat deze reser
ves, alhoewel aanzienlijk, niet den om
vang hebben als in 1914, te meer daar
zij niet meer als basis kunnen dienen
voor enorme credieten. lederen dag
worden de Engelsche en Fransche re
serves dus aangetast, hetgeen een ver
nietiging van het volksvermogen betee-
kent, dat niet vervangen kan worden.
Hoe geweldig de Fransche en Engel
sche reserves ook zijn, zij zijn niet vol
doende om de Fransche en Britsche
aankoopen vier jaar lang te flnanceeren.
Kort voor het uitbreken van dezen
oorlog heeft kanselier Hitler in den
Rijksdag het ordewoord gegeven uit
voeren of s erven. Deze uitroep is thans
door de Engelsche pers overgenomen.
De invoer kan slechts betaald worden
Opdat Engeland zou blijven wat het
wes, moet het eerst en vooral de heer
schappij op zee behouden en, ten twee
de, een koopvaardijvloot bezitten die
groot genoeg is om den aan- en uitvoer
van producten te verzekeren.
Niemand zal ontkennen behalve
de propagandisten door dik en dun
dat Engeland voor wat de tonnage be
treft gevoelige verliezen heeft geleden
en nog lederen dag te lijden heeft. Doo-
delijk zijn zij echter in geen geval. Be
langrijker is, dat de in aanbouwzijnde
tonnemaat in Engeland thans slechts
34 van den wereldaanbouw be
draagt... tegen 58 °/o in 1914. Eageland
heeft thans veel minder schepen op sta
pel staan dan in 1914.
En dan komt daar nog bij, dat het
krachtigste Britsche wapen, de blokka
de van Duitschland, thans veel minder
doelmatig werkt dan in 1914. Er zijn
thans veel meer neutrale en niet-oorlog-
voerende landen en op enkele groote
naties als op Italië en Japan kan de con
trole op de contrabande niet zoo secuur
worden toegepast als men te Londen
wel zou willen.
Men moet Italië naar de oogen kij
ken. Een ingrijpen van Italië zou onmid
dellijk de schaal in het voordeel van
Duitschland doen overslaan. En zooals
de landen van Zuid-Oost Europa kent
Italië thans een boom-periode. In de ha
ven van Genua en Napels is het nooit
zoo druk geweest als thans en de zaken
floreeren. Met gansche wagonladingen
worden de producten, die uit de over-
zeesche landen worden ingevoerd, naar
Duitschland doorgezonden.
Uit dit alles kan men het besluit trek
ken, dat hoe ontzagwekkend de econo
mische kracht van het Britsche rijk ook
is, deze niet kan vergeleken worden bij
deze van 1914 en enkele zeer zwakke
plekken vertoont. Dit geldt zoowel voor
de potentieele kracht als voor de midde
len om deze kractit in werkelijkheid om
te zetten en er gebruik van te maken.
En nu kunnen we deze uiteenzetting
besluiten...
Uit al wat w(j in deze reeks artikelen
p
pSvO V E
TELEFOON i 267.
Op 26 December (2e Kerstdag)
zullen onze Magazijnen en Buree
len gesloten blijven.
Op Zaterdag 30 December zul
len de MAGAZIJNEN te Aalst, Ep-
pegem en Herzele gesloten blijven
voor het opmaken van den jaarlijk-
schen inventaris.