Onze Broodgraanbevoorrading
De Akkerbouw in 1941.
1
Arbeid adelt»
Landbouwweekblad
Voor eo door de Landbouwers
Het gebruik van Teelt-
gronden in Groenteteelt.
Orgaan der Landbouwersvereeniging Redt U Zeiven
NEDERLAND.
ZONDAG.26 JAN. i941.
ifrflt 50 tfcntlcat
23.U JAAR«AN& £4i 1143
Abonnementsprijs 20 Cr. 's jaars.
Men schrijft in op ons
Bureel en op alle postkantoren.
Het overnemen ran artikelen
sonder aanduiding der bron
is streng Terboden.
Bestaarder en verantwoordelijke Opsteller i
O. CAUDRON.
Bareel en Redactie t Zeebargkaai» 4» Aalst.
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hunne
bijdragen.
Aankondigingen volgens
akkoord.
De uitslagen der reis van de Belgische
afvaardiging naar Berlijn.
hebben wij ze in 't verleden vrijmoedig
kenbaar gemaakt aan de bevoegde over
heden, niet met het inzicht van afbreken
de kritiek doch met de bedoeling het al
gemeen belang te dienen. Wij spreken
de verwachting uit dat de betrokken
overheden beter, dan in 't verleden met
onze gegronde opmerkingen rekening
zullen houden.
In aansluiting op het hoofdartikel ver
schenen in ons nummer van 19 Januari,
past het dat wij onze lezers inlichten
over den uitslag der onderhandelingen
onlangs gevoerd te Berlijn door de Bel
gische Economische afvaardiging met
de bevoegde instanties van het Dultsche
Rijk. Wij doen het aan de hand der ver
slagen welke daarover in de pers ver
schenen en welke wij beknopt samen
vatten.
De Belgische afvaardiging voerde be
sprekingen met den heer Backe. staats-
sekretaris van het Ministerie van Rijks
bevoorrading, met generaal von Han-
neken, onderstaatssekretaris van het
Rijksministerie van Economischen Za
ken, en met den ministerial-direktor
Gramsch van den uitvoerenden dienst
van het Vierjarenplan en ten slotte met
Oberbefelsleiter Hilgenfeldt.
Na een inleidend woord door secre
taris-generaal Leemans en een uitvoe
rige uiteenzetting door secretaris gene
raal De Winter over den toestand der
voedselvoorziening in België, welke van
het standpunt van Winterhulp uit, na
der werd toegelicht door professor Paul
Heymans, nam staatssekretaris Backe
het woord.
Na een beeld gegeven te hebben van
het vraagstuk der voedselvoorziening,
zooals dit in Europa gesteld wordt en
hierbij onderlijnd te hebben wat het
Reich gedaan heeft om zijn graan- en
aardappelvoortbrengst te verhoogen,
verklaarde staatssekretaris Backe dat
het wel bekend was dat België niet over
voldoende voorraden beschikt.
Hij meende echter te moeten onder
lijnen dat Duitschland slechts helpen
kan, wanneer de Belgische Boer al zijn
verplichtingen naleeft, ten opzichte der
volksgenooten uit de stad.
Daarom moeten de bevoegde instan
ties er voor zorgen dat de graanvoorra
den welke zich bij de producenten be
vinden heel en al ten goede komen aan
de Volksvoeding. Tegenover de sociaal
zeer nadeeligen sluikhandel en de daaruit
voortspruitende woekerprijzen moet met
de meest drastische maatregelen worden
opgetreden.
De heeren Leemans en De Winter
hebben, namens de Belgische regeering,
de verzekering gegeven dat al de maat
regelen zullen getroffen worden om de
voorgenomen afleveringen stipt te doen
geschieden.
Op voorwaarde dat de bevoegde in
stanties in België, de boer en de verbrui
ker, volledig bun plicht doen, dat de
landbouwer het vastgestelde minimum
aan broodgraan levert, zooals dit ver-
eischt wordt door een rationeele verdee
ling. zijn de bevoegde reichsover-
heden bereid, ten gepasten tijde,
uit eigen voorraden aanvullende
tekorten aan broodgraan te leve
ren, teneinde de voedselvoorzie
ning in België te verzekeren. De
voorgenomen voorschotten zal de mili
taire bevelhebber kunnen ter beschik
king stellen.
Gevolg gevend aan den wensch uitge
drukt door de Sekretarissen-Generaal,
zal een vooraanstaand vertegenwoordi
ger van het Duitsch Ministerie van
Volksvoeding in de eerstkomende dagen
naar Brussel komen, om ter plaatse vast
te stellen, in welke mate het afleveren
van het graan in België gebeurd is en
hoe de verdere afleveringen door pas
sende maatregelen verzekerd zijn. Te
dier gelegenheid, zal dan over de uitein
delijke regeling beslist worden.
Onderstaatssekretaris Generaal Von
Hanneken verklaarde onder meer "Ik
kan ter uwer geruststelling zeggen, dat
België grondstoffen zal ontvangen bin
nen het kader van zijn loopende behoef
ten. Deze grondstoffen moeten echter
spaarzaam en doelmatig gebruikt wor-
den
Ministerial Director Gramsch ver
klaarde o.a. j ij zijn bereid de eigen
handelsmogelijkheden van België te on
dersteunen, in de mate waarin de oor
logsnoodwendigheden zulks toelaten.
De juiste draagwijdte en beteekenis
der bekomen uitslagen tijdens de ge
voerde onderhandelingen werden vast
gelegd door de volgende verklaringen
afgelegd door Sekretaris-generaal Lee
mans aan de pers. Het ligt voor de hand,
hoe belangrijk voor ons de mogelijkheid
is, rechtstreeks in kontakt te kunnen
treden met de Berlijnsche Centrale Dien
sten, waar op dit oogenblik de mazen
van het net der Europeesche vastelands
economie samenloopen. De besprekingen
welke wij hebben gevoerd met de voor
aanstaande flpureu van het Reichs-
ministerie van Economische Zaken, van
het Reichsministerie van Voedselvoor
ziening en van het Vierjarenplan waren
allen gekenmerkt door een ruim begrip
voor de door onze afvaardiging voorge
brachte noodwendigheden van ons
economisch leven.
Zooals U in de mededeeling over
onze onderhandelingen kunt lezen, werd
op essentieele punten akkoord bereikt
en werden ons geruststellende verklarin
gen afgelegd.
De toezegging welke wij verkregen
hebben op gebied van het broodgraan
en van de grondstoffen mogen echter
niet den indruk wekken als of onzerzijds
nu alles gedaan was en elke inspanning
overeenkomstig den ernst van den toe
stand overbodig. Integendeel werd de
levering van de ontbrekende hoeveel
heden broodgraan afhankelijk gesteld
van den stipt vervulden leveringsplicht
en van een beslisten afweer van den
sluikhandel. Het is inderdaad in de ge
geven omstandigheden niet te verant
woorden dat de boer in België het voor
handen broodgraan zou onttrekken aan
de breede volkslagen en dat wij tenge
volge daarvan buitenlandsche hulp zou
den moeten inroepen.
Op het gebied van den aanvoer van
grondstoffen, van de inschakeling van
België in de handelsbesprekingen met
derden, werden principieele overeen
komsten bereikt, welke ten deele in het
stadium van uitvoering zijn getreden
(aanvoer van textielproducten), terwijl
voor de regeling van andere vraagstuk
ken in den eerstkomenden tijd hetzij te
Brussel of te Berlijn nieuwe besprekin
gen zullen gevoerd worden.
In een mededeeling aan den mede
werker van het dagblad Le Soir ver
klaarde de heer De Winter Wat de
toekomstige besprekingen betreft, zal
een Belgische afvaardiging eerstdaags
naar Berlijn vertrekken, zij zal van in-
strukties en definitieve voorstellen voor
zien zijn.
Van uit Berlijn zal zij daarop waar- j
schijnlijk naar Moscou vertrekken, waar
een akkoord moet worden gesloten.
In afwachting dat wij Russische gra
nen ontvangen, levert het Duitsche Rijk
ons een zekere hoeveelheid broodgraan
van zijn eigen voorraden
Uit voorgaande blijkt dat de uitslag
der besprekingen onzer economische af
vaardiging niet te onderschatten is. Dat
Duitschland het leveren van broodgraan
uit zijn voorraad afhankelijk stelt van de
voorwaarde dat België eerst zijn eigen
beschikbaarheden verbruikt en de ver-
eischte maatregelen treft om de nog
voorhanden zijnde hoeveelheden brood
graan te doen inleveren is redelijk en
gewettigd. Onze landbouwers hebben
dan ook de plicht de op redelijke wijze
vastgestelde leveringen stipt na te ko
men, daar zulks een levenskwestie is
voor de gansche bevolking. Doch an
derzijds hebben zij ook het recht te
eischen dat de voorschriften betreffende
de leveringen tijdig en op oordeelkundi
ge wijze worden getroffen en dat de be
voegde overheden rekening houden met
de noodwendigheden van het landbouw
bedrijf, inzonderlijk wat betreft het ver
strekken aan den landbouw van de on
misbare grondstoffen tot uitbating van
het bedrijf en het toekennen van behoor
lijke prijzen voor de producten welke de
boer moet leveren-
Waar er fouten waren in dit opzicht,
In een voorgaand schrijven hebben
we aan de Lezers(essen) van "DeKoorn-
bloem doen inzien dat een goede voor
bereiding reeds de helft is van het te
verrichten werk. In de groenteteelt
vooral mag dit niet worden uit het oog
verloren, willen we hier goede uitslagen
bekomen.
Een hovenier, dien naam waardig,
moet op alle tijdstippen van het jaar
versche groenten op de markt kunnen
brengen. Nu, met ons klimaat is het niet
mogelijk gedurende de wintermaanden,
in open lucht, groenten te winnen. We
moeten dus naar andere middelen uitzien
om den groei van de planten te vervroe
gen en te verlengen, zoodanig dat de
afstanden van einde October tot half
Maart nauwer tot elkander worden ge
haald of elkander raken. Dit kunnen we
door de vervroegde of vertraagde teelt
onder glas.
We vermeden met opzet hier te ge
wagen van de aangejaagde teelt onder
glas. In gewone tijdsomstandigheden is
deze teelt hoegenaamd niet winstgevend,
vermits de landen, bedeeld met een gun
stiger klimaat, ons met de groenten ge
wonnen in open lucht, een doodende
mededinging aandoen op de markt.
Aangezien ze hun weinig kosten om ze
voort te brengen en integendeel aan ons
zeer duur komen te staan, is dit gemak
kelijk te begrijpen. Hoveniers nochtans,
die er op ingericht zijn, zullen voorze
ker in deze buitengewone omstandighe
den, waarin we thans verkeeren, de aan
gejaagde teelt zeer winstgevend kunnen
maken.
Dit voorbïhoud gemaakt zijnde, zul
len we dit jaar vooral ons best doen om
uit den vervroegden en vertraagden
kweek in koude bakken of kassen al het
mogelijke voordeel trachten te halen.
Een eerste vereischte daartoe is wel het
gebruik van een degelijk samengestel-
den en vruchtbaren teeltgrond. Verge
ten we niet de buitengewoon groote rol
welke de humus io de teelt van groen
ten vervult. Door humus verstaat men
de zwartachtige stof welke in den grond
achterblijft als de stalmest vergaan is.
Dit woordje brengt me een geschiede
nis te binnen uit mijn jeugdjaren. Aan de
normaalschool van Malonne was er een
bejaarden broeder gelast met het geven
van landbouwlessen. Deze sprak zooda-
nig dikwijls in zijn lessen over de humus
I dat de studenten hem den naam van
broeder humus hadden gegeven.
Dit om U aan te toonen dat men van
oudsher het belang van deze stof niet
heeft onderschat en met reden, de humus
maakt de zand- en de te lichte gronden
zwaarder en meer samenhangend, de
zware en stevige gronden maakt hij
losser; hij houdt het water lang op en
dank zij zijn zwarte kleur slorpt hij de
zonnewarmte beter op. Bij de ontbinding
van den humus onder toetreding van de
lucht, wordt er bovendien koolzuur
gevormd die, zekere minerale bestand-
deelen die dienen moeten als voedsel
voor de plant, opneembaar maakt.
Humusgronden bevatten meer dan 20°/o
humus en in dergelijke gronden ontwik
kelen de groenten zich het best.
Een kweeker die zijn taak goed beseft,
zal dan ook al het inogelijke doen om
den grond, die hij bezigt in zijn koude
bakken of kassen zoo humusrijk mogelijk
te maken. Daarom maakt hij gebruik
van teeltgrond.
Teeltgrond speelt een hoofdrol in
groenteteelt. In 't verleden gebruikte
men hiervoor meest grond welke voort
kwam van stalmest en droge bladeren
die gediend hadden om er een broeilaag
van te maken en die men om de verrot
ting te begunstigen een of tweemaal in
't jaar had omgezet en er, met hetzelfde
(Zie vervolg ondereen 4e kolom).
In alle landen worden er schik-
kingen genomen voor den akker-
bouw van dit jaar, die zoo hoog
mogelijk moet opgevoerd worden.
Hier te lande werd er reeds veel
over gepraatpractische sckikkin-
gen, die geheel den landbouw om-
patten, bleven echter totnogtoe
uit. We willen hier, ten gerieve
van onze lezers, een korte samen
vatting geven van het Nederland-
sche teeltplan.
Op 27 September 1940 werd in Ne
derland het Teeltplan voor den Akker
bouw 1941 bekend gemaakt. Iotusschen
hebben de verantwoordelijke personen
niet stil gezeten en nu Januari ten einde
loopt, hebben zij het nuttig geoordeeld
enkele wijzigingen en vereenvoudigin
gen aan hun eerste plan aan te brengen
en bleek het hun ook noodig een nadere
toelichting te geven betreffende de
scheurpremie.
En zoo weten thans de Nederland-
sche landbouwers, dat de teelt op bouw
land van andere gewassen dan tarwe,
rogge, gerst, haver, kanariezaad, veld-
boonen, stamboonen, aardappelen, sui
kerbieten, chicorei, voederbieten, kor-
relmaïs, koolrapen, voederwortelen,
koolzaad, vlas, uien, boekweit, hennep
en tabak ALS HOOFDGEWAS ver
boden is. De laatstgenoemde vier ge
wassen werden in het eerste plan niet
vermeld.
De landbouw, crisisorganisatie kan op
advies van den provincialen productie
commissaris van dit verbod ontheffing
verleenen, wanneer de bedrijfsomstan
digheden daartoe aanleiding gewen. De
ze ontheffing zal echter dan pas gegeven
worden indien er gewichtige redenen
aanwezig zijn.
Verder wordt de teelt van landbouw-
zaden op bouwland toegestaan. De te
verbouwen oppervlakte voor elk gewas
wordt echter tot een zeker maximum be
perkt. Nadere mededeelingen zullen
daaromtrent zeer spoedig volgen. Aarf
eiken landbouwer echter is het toegela
ten, op bouwland, maximum 5 are te
bestemmen voor zaad teelt, zonder dat
hiervoor vergunning behoeft te worden
aangevraagd.
De teelt van haver is voor ieder be
drijf beperkt tot de oppervlakte, welke
in dat bedrijf in de jaren 1938 en 1939
gemiddeld met dit gewas beteeld is ge
weest, met dien verstande, dat in elk
geval voor ieder bedrijf niet meer dan
15 °/o van de oppervlakte, welke voor
den oogst van 1941 als bouwland in
gebruik is, met haver verbouwd mag
worden.
De teelt van uien is beperkt tot de
oppervlakte, welke in 1940 voor dit ge
was toegestaan was. dit wil zeggen het
gemiddelde van het in de jaren 1937,
1938 en 1939 verbouwde oppervlakte.
Voor wat de voedergewassen betreft,
is de totale oppervlakte kunstweide, kla
ver, lucerne, voederbieten, koolrapen,
voederwortelen en andere groen te
maaien of af te weiden groene gewassen
als hoofdgewas op bouwland en ge
scheurd grasland voor ieder bedrijf be
perkt tot de oppervlakte welke in 1940
met deze gewassen in gebruik was.Hier
van kan slechts worden afgeweken in
doe!, wat fijne kalk had aan toegevoegd.
Deze teeltgrond bevatte per 1000 kilo
niet min dan 400 kilo humus, was rijk
aan voedende bestanddeelen namelijk
18,5 stikstof, 5°/oo fosfoor en 4.50°/oo
potasch. Deze teeltgrond maakte men
nog rijker door den hoop te begieten
met beer en er organische en scheikun-
kige meststoffen aan toe te voegen.
Voor de teelt van sommige groenten
als aardbeziën, komkommers, tomaten
enz. bezigt men veel graszodenaarde een
andere teeltgrond voortkomende van de
graszoden eener vruchtbare, vettige
weide, afgestoken op een diepte van
4 tot 5 centimeter en op een hoop gezet,
waarvan de breedte en de dikte seen
2 meter mag overschrijden. Om deze
tieltgrond nog vruchtbaarder te maken,
wisselt men de lagen graszoden af met
{Zie vervolg 2de bladzijde).
dien ten genoegen van de landbouw
organisatie, in overleg met den produc
tiecommissaris, kan worden aangetoond,
dat in het betreffende bedrijf normaal
meer verbouwd werd en dat het bedrijf
i ook werkelijk meer noodig heeft.
Aan den toegestanen verbouw van
snijrogge is echter de voorwaarde ver
bonden, dat deze rogge vóór 10 Mei ge
maaid moet zijn en dat de desbetreffen
de oppervlakten in 1941 als hoofdgewas
zullen dragen een der gewassen genoemd
in het begin van het teeltplan. Het on-
derploegen van onrijp graan voor groen-
bemesting is eveneens verboden. Dit
verbod is niet van kracht, wanneer het
een mislukt gewas betreft.
Scheuren van grasland.
Om voor een geldelijke tegemoet
koming voor het scheuren van grasland
in aanmerking te komen, moet men zich
zoo spoedig mogelijk, in elk geval voor
1 Maart, rechtstreeks aan de landbouw
crisisorganisatie van zijn gewest opgave
doen van de te scheuren perceelen, met
nauwkeurige opgave van grootte en
ligging Eerst wanneer door de land
bouw-crisisorganisatie op advies van
den provincialen productie-commissaris
de te scheuren perceelen zijn goedge
keurd, kunnen deze voor scheurpremie
in aanmerking komen.
Bij de beoordeeling wordt uitgegaan
van de volgende richtlijnen
a) Het te scheuren perceel moet van
dien aard zijn, dat het als bouwland een
behoorlijke opbrengst doet verwachten.
Perceelen, welke bijvoorbeeld door een
ongunstige ligging ten opzichte van het
grondwater of door hun aard als bouw
land geen voldoenden waarborg geven
op een behoorlijke opbrengst, komen
niet in aanmerking.
b) Het grasbestand van het te scheu
ren perceel moet zoodanig zijn, dat
hiervan in 1941 een behoorlijke op
brengst aan graan verwacht kan wor
den. Hieruit volgt dus, dat klaver, raai-
gras en versleten kunstweiden, welke
toch gescheurd hadden moeten worden,
niet voor scheurpremie in aanmerking
komen.
c) Eveneens komen na goedkeuring
door de landbouw-crisisorganisatie voor
scheurpremie iu aanmerking, de reeds
gescheurde perceelen, waarop in 1940
□og geen hoofdgewas is geteeld en ge
oogst. Opgave van deze perceelen moet
zoo spoedig mogelijk, maar in elk geval
voor 1 Maart, rechtstreeks bij de land
bouw-crisisorganisatie geschieden. Na
dien datum worden geen reeds gescheur
de perceelen meer voor keuring aan
genomen.
d) Niet voor scheurpremie in aanmer
king komen die gescheurde perceelen,
waarvoor een gelijke oppervlakte, dat
in 1940 als bouwland in gebruik was, in
1941 als grasland, kunstweide, groen-
voedermcngsel- of klaverveld wordt ge
bruikt.
e) De aanvankelijke goedkeuring van
de landbouw- crisisorganisatie geeft nog
geen recht op de scheurpremie. Dit is
eerst het geval, wanneer naar 't oordeel
van de landbouw-crisisorganisatie de
bewerking en verpleging van het betref
fende perceel en van het daarop te telen
gewas, op oordeelkundige wijze is ge
schied. Verwaarloosde en onoordeel
kundige bewerkte perceelen komen, ook
al zijn zij aanvankelijk goedgekeurd, niet
voor de scheurpremie in aanmerking. Is
het gewas mislukt of laat de stand te
wenschen over, door oorzaken buiten de
schuld van den teler, dan komt hij toch
voor een scheurpremie zij het dan
niet de maximum iu aanmerking. Het
bedrag van de scheurpremie wordt in
den loop van den Zomer voor elk per
ceel afzonderlijk bepaald. Het maximum
bedraagt 100 gulden perhectaar.
Zoo wil Nederland, goed voorbereid,
het nieuwe jaar ingaan. Van de oogst
van dit jaar hangt immers te veel af om
ook maar het minste aan het toeval over
te laten. En indien God dan voor gunstig
weder zorgt, zal het Nederlandsche volk
indien de oorlog nog een jaar duurt -
den volgenden Winter goed doorkomen,
TELEFOON 267.
r