ol
Levensruimte voor
Landbouwers.
onze
Het aandeel van Joegoslavië
Arbeid adelt*
Landbouwweekblad
Voor es door de Landbouwers
Vergoedingen aan de Gezinnen
Orgaan der Landbonwersvereeniging Redt U Zelve®
ii
va
ZONDAG 20 APRIL 1941.
50 c«tttien
23*t« tilt 1155
/erdei Abonnementsprijs1 20 Fr. 's jaars.
ïkenkc Men schrijft in op ons
ïummt guyeej eH Qp ajje postkantoren,
tte va
Groet
nNesti
Het overnemen van artikelen
zonder aanduiding der bron
is streng verboden.
Bestaarder en verantwoordelijke Opsteller i
O. CAUBSON
Bareel en Redactie Zeebergkaai» 4» Aalst.
B« saedewerkef? «jgn
verantwoordelijk voor hunne
bijdragen^
Aankondigingen volgens
akkoord.
Aaigen
e aan c
iren.
land I
t. groi
zijn I
igem.
t Vuy
In een merkwaardige rede gehouden
op Zondag 30 Maart 1.1. te leper vo >r
de leden zijner organisatie uit West-
Vlaanderen, heeft de heer Staf De
Clercq. leider van het Vlaamsch Natio
naal Verbond, omstandig het landbouw-
en nijverheids vraagstuk in Vlaanderen
behandeld.
Gezien de belangrijkheid van het
vraagstuk voor onze boeren, willen we
bier de uiteenzettingen van den beer De
Clercq weergeven.
Vooreerst schetste hij op treffende
wijze den groeten nood aan levens-
fsdf ruisnte van het Neder'andsche volk in 't
algemeen en van het Vlaamsche als
onderdeel ervsn in 't bijz®nder.
engel £)e heer De Clercq betoogde dat de
i eethuidige bevolkingsdichtheid van Noord-
>S, Nederland en Vlaanderen en de aan
zet mi 0roei der bevolking het vraags'uk van
af. 150 v°ldoende grond tot vestiging en voe-
ay ding van het volk, tot verschaffing van
arbeid aan alle Volksgenooten, tot een
lLST levens^wcstie hadden gemaakt, waaraan
binnen afzienbaren tijd een afdoende
oplossing dient gegeven.
Noord-Nederland heeft thans een
bevolkingsdichtheid van +27Özielen per
vierkante km en Vlaanderen, met zijne
trouwt bijna 5 millioen inwoners, een bevol-
zen a kingsdichtheid van i400zi«len per km2.
CHIE! In Noord-Nedcrlacd telt men n®g een
t waa tevolkingsaaagreH van 1©® 09® zielen
■a 1 per jaar, terwijl Vlaanderen, de Waal-
nd Hi sche provincies onbesproken gelaten, in
if" J de laatste 10 jaar gemiddeld par jaar
30.000 wiegen meer telde dan doodkis-
i ten. Dit maakt voor de Nederlanden
(Holland en Vlaanderen) een jaarlijksche
pp^pbevolkingsaangroei van 130.000 zielen,
evenveel als de totale bevolkingsaan-
groei van heel Scandinavië -f- Engeland
Frankrijk-f-Wallonië -f- Hongarië
Zwitserland.
Voor het Nederlandsche Volk, stelt
aamniiZich dan ook de nood aan voldoende le
vensruimte in scherpen vorm.
De heer De Clercq behandelde nadien
de nadeelige gevolgen van dit gebrek
Kleiiaan grond of levensruimte voor onze
ïgen gc landbouwers.
:n Ad Uit een onderzoek van den Roomsch
zen, 2 Katholieken Boeren en Tuiniersbond in
Noord Nederland is gebleken dat het
jaar 1939 alleen reeds in dien Kring
15,000 boerenzoons rondliepen bereid
aers vieea gezja te stichten als ze maar een
vijls ca landbouwbedrijf konden vinden. Al de
verhoudingen in acht genomen, kan ge-
zegd worden dat voor Noord-Nederland
d zoadi0nseveer jonge boeren op een
hofstede wachten om het leven in te
olIa>n<
i Voor Vlaanderen bestaat geen enkele
.statistiek. Doch gezien de groote bevol-
,1 kingsdichtheid van Vlaanderen, gezien
gI'het feit dat 40 'o van het totale aantal
de br,VreemC^e 'ardbouwers 1° Frankrijk in
- 'hoofdzaak Vlamingen zijn, gezien het
_,frit dat jaarlijks duizende landbouwar-
tci. htiders, naar Frankrijk uitwijken, kan
voor Vlaanderen gerust gezegd worden
ina i E^at ^5-000 boerenzoons naar laodbouw-
t dit aflron^ snakken om een bedrijf te begin-
en rE
)ron va £*aa sPre^en wiJ no3 n,ct van den
eer mi/aa^i^sc'lca aan8f0ci der landbouwbe-
iw is £°^iD9* waardoor het tekort aan land-
Wt bouwgrond steeds verhoogt,
tan we Algemeen wordt aanvaard dat een
boerenbedrijf, om rendeerend te zijn, ge
middeld een 15®Ha. groot moet zijn. Dat
;b= erkent, dat voor Noord-Nederland
"„,eeD tekort aan landbouwgrond bestaat
i Van 60.C00 Ha. voor Vlaanderen van
worde ^a" onafaezieo van bet wassend
."tekort door bevolkingsaangroei.
jst° vo ^e'et °P de bevolkingsdichtheid, op
den bevolkingsaanwas, op de voorbf el-
schooi611 ln ^et buitenland, komt de heer De
^Clercq tot het besluit dat er een tekort
aa» landbouwgrond is voor Vlaanderen
L "en Noord-Nederland van 120.000 ha. -f-
menoel75 000 hahetzij 195000 ha-
De heer De Clercq onderzocht nadien
VRDE middelen tot oplossing van den nood
aan Wasruimte voor onze landbouwers.
Uitwijking is niet de geschikte maat
regel, daar het verleden heeft uitgewe-
ns zen dat de landbouwers die uit noodzaak
des gebods uitweken, voor het Vlaam
sche Volk verloren zijn gegaan.
Hij betcogt dat de eenige wenschelijke
oplossing is de volksopschuiving.
Inderdaad in Frankrijk zijn 7 millioen
ha. geheel braakliggende akkergronden
en we spreken dan niet van de t xtensie-
ve manier van bebouwen die allen, wel
ke in het Noorden van Frankrijk de
graanschuur van dat Land, geweest zijn,
kennen.
Niettegenstaande de millioenentoe-
voer van vreemdelingen is de bevolking
van Frankrijk sinds*«ren achteruitge
gaan en zijn er in Frankrijk vooral in het
centrum, heele departementen die op het
oogenblik minder bevolkt zijn dan in de
middeleeuwen.
In de natuur is er een wet de theorie
der verbonden vaten die ook bij de
volkeren steeds werd toegepast in de
voorbije eeuwen, die ook thans kan
worden toegepast.
Frackrijks bevolking gaat achteruit,
Frankrijk heeft enorme uitgestrektheden
braakliggende gronden. De Nederlan
den zijn overbevolkt en groeien jaarlijks
aan, de Nederlanden hebben te kort aan
landbouwgrond.
Waarom zou Frankrijk zijn leeg ge-
loopen departementen niet kunnen aan
vullen met geboren Franschen uit ande
re departementen, in plaats van steeds
beroep te doen op vreemd bloed waar
om zou de toestand in Frankrijk niet ge
saneerd worden door verhuizing uit de
Noorder-departementen, aldus voor de
Nederlanden (Vlaanderen en Holland)
den broodnoodigen grond vrijlatende.
Na gewezen te hebben op den over
wegenden rol toegewezen aan den land
bouw en den landbouwer in den Natio
naal socialistischen staat van morgen,
betoogt de heer De Clercq dat het eer
ste doel van den Staat zijn zal het be
staan verzekeren van den boer en zijn
gezin door
1) Het toekennen van loonende prij
zen aan de landbouwprodukten.
2) Een afdoende en op autoritaire
wijze doorgevoerde regeling der pacht-
kwestie.
3) Een herziening der erfeniswet om
de versnipperingen der landbouwbedrij
ven te voorkomen.
4) Een ruime grondverkaveling ten
einde de thans versnipperde en ver
spreide perceelen landbouwgrond te
hergroepeeren en de landbouwbedrijven
tot een meer aaneer gesloten blok in te
richten.
5) Het inrichten en doorvoeren van
een geordende landbouwpolitiek door
marktordening, prijsregeling, waarborg
van afzetgebied.
De gedachten ontwikkeld door den
Leider van het V. N. V. getuigen van
een ruim inzicht in den scherpen nood
aan grond van onze landbouwbevolking.
Zooals de enkeling in een goed geor
dende volksgemeenschap door zijn ar
beid recht heeft op het leven, zoo heeft
ook elk volk in de gemeenschap der
volkeren aanspraak op het bestaan.
Indien bepaalde volkeren de levens
kracht niet meer bezitten om hunnen
bodem behoorlijk te bewerken en te
doen voortbrengen ten bate van het
menschdom, is het natuurlijke recht
vaardigheid dat zij een deel van den bo
dem, welke zij niet kunnen uitbaten, af
staan aan levenskrachtige volkeren,
welke niettegenstaande hardnekkigen
arbeid, binnen hunne eigen grenzen niet
over den noodigen gtond beschikken
om te voorzien in het levensonderhoud
hunner kinderen.
Wat betreft Noord Frankrijk is deze
eisch des te meer gegrond, daar dit ge
bied aan Vlaanderen vroeger werd ont
rukt door de Fransche koningen en
historisch en etnisch aan de Vlaamsche
Volksgemeenschap toehoort.
Wat betreft de andere maatregelen
van binnenlandschen aard vooruitgezet
door den heer De Clercq, deze ook wor
den door ons gaarne onderschreven,
daar wij ze hier menigmaal hebben aan
bevolen.
Benevers ontginning van woeste
gronden en te waardemaking van min
derwaardige gronden, hebben wij ons
hier in verschillende bijdragen uitge
sproken voor een hergroepeering der
landbouwgronden door bevordering der
ruilingen, voor pachten met langen duur
en billijke regeling der pachtprijzen,
voor het voeren eener ruime en doel
treffende landbouwpolitiek strekkende
(ot het verzekeren vaQ stabiele en loo
nende prijzen aan onze landbouwers en
van voldoende afzetgebieden vooral in
het binnenland, aan onze landbouwpro
dukten.
van soldijtrekkende militairen, militianen, wederopgeroepenen
ol onder de wapens gehandhaafden.
Bij besluit der sekretarissen-generaal
van 31 Maart Staatsblad 7-8 April.
worden de bepalingen samengeor-
dend en aangevuld betreffende de ver
goedingen toekomende aan de gezinnen
der soldijtrekkende militianen die nog
uit hunne haardstedea rfwezig zijn.
Daar dit besluit verschillende bladzij
den beslaat in het Staatsblad, beperken
wij ons bij een beknopte samenvatting
zijner belangrijkste bepalingen.
1) Bedrag der vergoedingen.
De rechthebbenden van de soldijtrek
kende militairen, militianen, wederopge
roepenen of onder de wapens gehand
haafden, die ingevolge aan den oorlog
te wijten omstandigheden, uit hunne
haardsteden afwezig zijn, kunnen op
hunne aanvraag met ingang op 1 Juli
1940 de volgende vergoedingen ver
krijgen
Dagelijksche vergoedingen 1'reeks 2e reeks 3,reeks
Voor echtgenoote van den militair 14.25 12.25 10,25
Per kind onder de 15 jaar ten laste van den militair 2,50 2,25 2.—
Per kind van 15 tot minder dan 21 jaar, ten laste
van den militair 4,25 3,75 3,25
B) Met ingang van 1 April 1941
Gemeenten
reeks 2' reeks 3e reeks
500 450 400
150 150 150
a) Met den militair op het tijdstip zij
ner oproeping of wederoproeping onder
de wapens samenwoonde of die ingevol
ge rechterlijke beslissing, of ingevolge
een overeenkomst ten bezware van den
militair recht had op een onderhouds-,
vergoeding. In dit laatste geval mag dc
vergoeding evenwel niet hooger zijn dan
het bedrag vastgesteld door de rechter
lijke beslissing of de overeenkomst.
b) Wegens kennelijk war gedrag niet
vervallen werd verklaard van het recht
op vergoeding.
(Vervolg op 2e bladzijde)
Maandelijkeche vergoedingen le
Voor echtgenoote van den militair
Per kind van minder dan 21 jaar ten laste van d- milit.
De gemeenten worden in de verschil
lende reeksen ingedeeld zooals voorzien
is bij de besluiten in zake werkloosheid.
De tweede categorie of reeks van ge
meenten omvat de plaatsen en agglome
raties die bij voormelde besluiten in
3e reeks werden gerangschikt. De 3e
reeks begrijpt de bij dezelde besluiten in
4e en 5e categorie gerangschikte ge
meenten.
2) Rechthebbenden op de
vergoedingen
1) De echtgenoote van den militair
die
De economische Nieuwordening van Europa.
Hoe de ordening van den Balkan
er na den oorlog zal uilzien, weet
nog niemand. Alleen zijn alle voor
teekens daar om te denken, dat de-
ze oorlog in Het Zuid Oosten niet
lang zal duren en dat onmiddellijk
met de inschakeling van dit gebied
in het koninentaal Europeesch blok
een aanvang zal worden gemaakt.
loegoslavië's aandeel of van wat er
in de plaats van Joegoslavië zal komen -
bij den uitbouw van het nieuwe Europa
mag niet onderschat worden. Op dit
oogenblik is het geen rijk land. Verre
vandaar. Maar het is rijk aan allerhande
mogelijkheden, die met noesten arbeid
ontsloten en verwezenlijkt zullen worden.
Met zijn 247.542 v. km. oppervlakte
is Joegoslavië het uitgestrekste land van
den Balkan en met zijn 16,5 millioen in
woners, hst meest bevolkte, De bevol
kingsdichtheid is met 62 menschen op
een v. km,, althans naar onze maatsta
ven gerekend, zeer gering. In werkelijk
heid is dat niet zoo omdat groote deelec
van hst land door kartsachtige bodem
gesteldheid onvruchtbaar zijn. Dit is
vooral het geval voor het eigenlijke Ser
vië en Montegreno Kroatië en het Hon-
gaarsche land Voivodina zjjn vlakker en
beter geschikt voor den landbouw.
Zooals voor Bulgarije en Roemenië,
waarover we vroeger reeds het een en
het ander schreven in verband met hun
aandeel tot den uitbouw van een gezon
de Europeesche economie, vormt ook in
Joegoslavië de landbouw den grondslag
van het economische leven. Niet minder
dan 5 millioen menschen leven er uitslui
tend van den landbouw en van de ont
ginning der bosschen. Maar anderzijds
is de landbouw, eveneens als in Bulgarije
en Roemenië, vatbaar voor vele verbe
teringen. De Weensche Voorjaarsmesse
was voornamelijk ingericht om de land
bouwers van het Zuid-Oosten bekend te
maken met al wat erin Duitscbland, in
de laatste jaren, op landbouwgebied is
gepresteerd geworden. Hst mag echter
niet gezegd worden, dat de Joegosla
vische regeering ook haar best niet heeft
gedaan om de intensiveering van den
landbouw in de hand te werken. Onlangs
nog werd een vijfjarenplan uitgewerkt
en ten uitvoer gelegd. Het voorziet een
merkelijke uitbreiding van de veeteelt,
van de graanproductie en van de op
brengst der oliehoudende zaden. Vooral
voor het Zuiden van het land werd een
uitbreiding van de mt ïs- en rijstproduc-
tie ten keste van de tabakvoortbrengst
in de hand gewerkt.
Ondanks de achterlijkheid van vele
boerenbedrijven was Joegoslavië toch
reeds een groot productie- en uitvoer-
land van landbouwproducten. De tar
weoogst bedraagt jaarlijks ongeveer 3
millioen ton, terwijl de maïsproductie de
5 millioen ton benadert. Het Noorden
van het land is bijna één boomgaard en
groote hoeveelheden vruchten, vooral
pruimen, worden ieder jaar uitgevoerd.
Ook is Joegoslavië rijk aan vruchtbare
wijnvelden. Dank zij het gunstige kli
maat worden er ook vele industtiege-
wassen gewonnen tabak, hennep, vlas,
hop, suikerbieten, oliehoudende zaden,
als zonnebloemzaden en sojaboosen.
Van groote beteekenis voor den uitvoer
is echter vooral de veetceb.
In het begin van den oorlog, einde
1939, bad de Joegoslavische economie
met vele moeilijkheden te kampen, af
gesneden als zij was van vele uitvoer-
wegen. Zoowel binnen- als buitenland-
sche handel verslapten. Geleidelijk stelde
het land zich in op de nieuwe toestan
den, het is te zeggen, dat zooals voor de
acdere Balkanstaten, Duitschland het
groote afzetgebied werd. De landbouw-
staat Joegoslavië vulde den industriestaat
Duitschland op wonderbare wijze aan.
In het afgeloopen jaar, bijvoorbeeld,
nam Duitschland ruim een derde van
den uitvoer en meer dan de helft van den
invoer van Joegoslavië voor zijn reke
ning. Dit aandeel steeg tegen het einde
van het jaar, nadat in October de Joego
slavische minister van buitenlandschen
zaken, Cincar Markowitf j, naar aanlei
ding van de nieuwe handelsovereen
komst uitdrukking had gegeven aan het
steeds toenemend belang van Duitsch
land voor den buitenlandschen handel
van Joegoslavië.
Op de tweede plaats volgt Italië met
een aandeel van ongeveer 140/0van
den uit- en invoer. Joegoslavië levert
aan Italië vooral hout, tarwe, maïs, ver,
vleesch alsmede koper en andere mine
ralen. Italië-levert anderzijds vooral ka
toen, celwol, rijst, zwavel, kwikzilver,
automobielen en andere industriecle pro
ducten. De onderhandelingen omtrent
den gozderenrui! in 1941-1942 te Rome
hebben ge'eid tót een uitbreiding van
het goederenverkeer.
Onder de kleinere buurlanden, tevens
partners van het Drkmogeudhedenpact,
netmt Hongarije de belangrijkste plaats
in. Dit land is na Duitschland en Italië
de belangrijkste afnemer en leverancier
van Joegoslavië Joegoslavië levert aan
Hongarije naast timmerhout en houts
kool. vooral ijzererts, ruw lood, koper
en pyriet, soda alsmede huiden en ont
vangt daartegenover ijzer, blik, spoor
wegmateriaal, leder, landbouwmachines,
en andere industrieele producten.
Roemenië is als leverancier van aard
olie en afnemer van ijzererts van belang.
De Joegoslavische goederenruil met
Bulgarije neemt steeds meer toe en had
in 1940 een veelvoud bereikt van dien
van 1939. Bulgarije voert vooral steen
kolen. in den laatsten tijd ook tarwe,
naar Joe goslavië uit en voert hout, ko
pervitriool en zwavelzuur uit dit land in.
Opmerkelijk is de aanknooping van
economische betrekkingen met Sowjet-
Rusland, waarbij het vooral om den ruil
van Russische katoen, aardolie en auto
mobielen tegen Joegoslavische ertsen en
looirxtracten gaat.
Daarentegen zijn Engeland en Frank
rijk in den buitenlandschen handel van
Joegoslavië in den laatsten tijd sterk op
den achtergrond geraakt. Belangrijker
nog dan ia den handel was de Engelsche
en Fransche invlced in de mijnindustrie
en in andere onderdeelen van het be
drijfsleven van Joegoslavië. In de groote
nijverheden en de mijnen was het kapi
taal voor het grootste deel buitenlandsch.
De "Mines de Bor„ in Oost-Servië, die
de rijkste aan kopererts zijn, bevinden
zich in Fransche handende Engel-
schen hebben vooral kapitalen belegd in
de zinkmijnen. In den laatsten tijd ging
echter ook op dit gebied hun invloed
achteruit ten gunste van de toenemende
□ationaliseering van de bedrijven en een
versterking van den Duitschen invloed,
zooals b.v. bij de "Mines de Bor en
bij de "Allgemeine Jugoslavische Baok-
verein..
Algemeen is men in goed ingelichte
kringen van meening dat, om het verlies
van het Engelsch kapitaal te beletten, de
Ëngelschen den putsch van 27 Maart 11.
hebben uitgelokt. Zij hebben een kliek
Servische samenzweerders gevonden,
die er niet voor teruggeschrikt zijn het
laad in den oorlog te werpen. Alle be
langen van Joegoslavië, zoowel politie
ke als economische, waren het best ge
diend bij een steeds nauwere en hechtere
aansluiting bij Duitschland en de andere
partners van het Driemogendhedenpakt.
In den uitbouw van Europa had Joego
slavië zijn rol te spelen. Engeland heeft
het willen beletten. Zijn opzet is echter
mislukt.
Binnenkort zal het huidige Joegosla
vische gebied hoe het er staatkundig
ook mag uitzien terug zijn rol ver
vullen. En deze rol is niet klein, want
buiten de landbouw is Joegoslavië on
gemeen rijk aan ertsen. Steenkolen wor
den gewonnen in Sloveniërijke ijzer
ertsbekken zijn aanwezig in de Sloveen-
scbe Alpen, Bosnië, Kroatië en Servië
antimoon in Kroatië, Slovenië en Ma
cedonië lood in Serviëmaangaanerts
in Bosnië, mercuur in Slovenië, bauxiet
aan de Dalmatische kust en de eilanden
in de Adriatische Zee, kopereits in
Noord-Servië, enz. enz.
Totnogtoe werden deze rijkdommen
nog slechts voor een kir in gedeelte ont
gonnen. Dit ook zal veranderen. Europa
heeft ertsen noodig.
I lüt? s&EaHMiaM
laapka
TELEFOON 267.
satasHtgMEaaasEa
ie, wei
sicn
A) Van 1 Juli 1940 tot en
met 31 Maart 1941
Gemeenten
V