Wereldtoestand betreffende de Constructie en de Handel van Landbouwmachines. Heel de wereld rond Een grootse Kleinvee-Tentoonstelling te Brussel DB KOORNBLOBH - 31 Jan. If53 Bij het naderen van het Internatio naal Salon van Machines en Producten voor de Landbouw schijnt het gepast een kort overzicht te geven van de wereldtoestand in verband met de con structie en de handel van landbouw machines, die van zeer overwegend belang zijn. Hoe zou het ook anders kunnen we zen De landbouw is immers, in alle lan den, aan de basis van het sociaal wel zijn en de economische voorspoed. Hieronder volgen enkele cijfers waar aan eerder een vergelijkingswaarde dan een volstrekte waarde dient toegekend. De wereldomzet der landbouwmachi nes werd geschat In 1939 op 3.500 000.000 Belg. Fr, 1950 32 900 000 000 1951 43.400.000.000 Vier landen (in alphabetische orde) Canada, Duitsland, Engeland, Ver enigde Staten, verdelen onder zich 90 van de wereldmarkt der landbouw machines. i» Onder de bijzonderste invoerlanden (steeds in alphabetische volgorde) stip pen we aan Australië, Canada, Enge land, Frankrijk (met haar overzeese be zittingen), Nieuw- Zeeland, Zuid-Afrika, Zuid-Amerika, Turkije en de Verenigde Staten. In 't algemeen wordt erkend dat, sinds 1945, de Verenigde Staten de 2/5 van de wereldhandel in beslag nemen en het aanzienlijk stijgen van de internationale omzetwaarde in de loop van deze jong ste jaren hoofdzakelijk toe te schrijven is aan het vervaardigen en het versprei den der tractoren. Duitsland, Frankrijk, Zweden en Zwitserland voeren meer uit dan zij invoeren. Canada alléén slorpt 25 op van het geheel van de wereldinvoer van land bouwmachines. Wat Zuid-Amerika betreft, haar invoer, bedroeg In 1938 een waarde v. 700.000.000 Belg. Fr. 1950 5.600.000.000 In de loop dezer laatste jaren stelt men een strekking vast naar een dieper- gaande mechanisatie en het motoriseren wint steeds meer de gunst van het groot publiek. De landbouw wordt dan ook onweer staanbaar in deze richting gedreven. Als voorbeeld geven we hier enkele veelbetekenende cijfers in verband met de tractorenuitvoer van Engeland 1950 59.000 2.800.000 000 1951 82 000 3.030.000.000 1952 84.000 4.890.000.000 De veefokkerij en de zuivelproductie zijn onder de voornaamste inkomstbron nen van de landen met intensieve land bouw. Indien men nochtans de fabricatie en de handel der landbouwmachines in 't algemeen met deze van de zuivelappa- raten vergelijkt, vertegenwoordigen deze laatste nauwelijks 13 van het geheel. Deze toestand schijnt voort te spruiten ten minste gedeeltelijk uit de cen tralisatie en de grondige industrialisatie van de zuivelbewerking in de loop van de laatste 40 jaar. De industrialisatie heeft ongetwijfeld de constructeurs die zich toeleggen op het produceren van machines met groot rendement, be ïnvloed. Aan de andere kant, kopen de boeren die maar zelden hun melk producten bewerken minder appa raten. Zoals wel bekend, zijn Denemarken en Zweden gans bizonder gespeciali seerd in het vervaardigen van zuivel- apparaten. Wat mogen we van de toekomst verwachten In Engeland waar sinds lang^de landbouw grondig gemechaniseerd is schijnt de markt, ten minste voor enige tijd, verzadigd. Er is dus alle reden om te geloven dat de boer van dit land zich zal beperken zijn huidige uitrusting in goede staat te behouden. Integendeel, in een groot aantal oud- beschaafde landen biedt de binnenmarkt nog interessante afzetgebieden ten andere, vele zogezegde onder-ontwik kelde landen wachten voordeliger economische voorwaarden af om hun landbouw uit te breiden met behulp van een moderne uitrusting. Het valt niet te betwijfelenop het gepaste ogenblik zal er aan zeer grote vraag moeten voldaan worden. Het is dan ook van allergrootst belang dat de constructeurs van landbouwmachines waakzaam blijven en hun eigen uitrus ting moderniseren om ten alle tijde aan de steeds toenemende eisen van de kopers te kunnen beantwoorden. Kortom, nu de klant weer koning is, behoort de toekomst toe aan de con structeurs die, benevens een beproefde techniek, een scherpe zakenkennis be zitten. (Ingezonden). Met de medewerking van bijna al de kleinveebonden van de provincie Bra bant, houdt de beroemde Brusselse Koninklijke Maatschappij Les Avicul- teurs Beiges, van 14 tot 18 Februari ek., in t prachtig Paleis 3 van de Eeuwfeest- wijk. haar 52ste Internationale Tentoon stelling van parkvogels, duiven, hoen- derachtigen, zwemvogels en konijnen. Deze betoging sluit het seizoen van de kleinveetentoonstellingen voor 1952- 53 en zal niet alleen de keurdieren van de Belgische neerhoven verenigen, doch ook een belangrijke deelneming uit de vreemde, nl. uit Frankrijk, Holland, Groot Hertogdom Luxemburg, Zwitser land en Denemarken. De Koninklijke Dierentuin van Ant werpen zal als naar gewoonte een ver zameling van mooie uitheemse dieren in een geschikt kader presenteren. De Koninklijke Maatschappij voor Ornithologie van België, zal een aan zienlijke collectie bekoorlijke sier- en zangvogels van alle grootte en kleur tentoonstellen. Talrijke firma's zullen er stands op richten voor kweekmateriaal, voeders, enz., zodat de fokkers zich zullen kunnen rekenschap geven van de vorderingen op dit gebied. Daar deze tentoonstelling samenvalt met het Landbouwsalon, dat insgelijks in de Eeuwfeestpaleizen gehouden wordt en ieder jaar duizenden buitenlieden en zelfs stedelingen aanlokt, mag een grote toevloed van bezoekers verwacht wor den. Al wie in de kleinveeteelt belang stelt, gelijk onder welk opzicht, mag niet nalaten deze tentoonstelling te bezoeken die buitengewoon interessant zal zijn. Om nadere inlichtingen, nl. om 't voorbehouden van standplaatsen, wende men zich tot Dhr A. Smeets, Voorzitter, Slachchuizenlaan, 27, Brussel. Er zijn in België honderden landbou wersgezinnen op zoek naar te koop of te huur staande boerderijen of gronden om er hun beroep voort te kunnen uit oefenen. Aan de andere kant zijn er honderden hectaren vruchtbaar land beschikbaar waarvoor de eigenaars vergeefs een ge bruiker zoeken in eigen streek. Door vraag en aanbod van grond te centraliseren, zou het mogelijk zijn een veel groter aantal arbeiders een bestaan te verschaffen in de landbouw, de land vlucht te remmen en nieuwe inkrimpin gen van de beteelde grond te vermijden. De maandbladen van de Nationale Maatschappij voorde Kleine Landeigen dom, welke 17.000 abonnenten tellen verspreid over gans het Belgisch platte land, hebben met dit doel een nieuwe sociale rubriek geschapen, door in het laatst verschenen Januarinummer de beschrijving te publiceren van een twin tigtal nu beschikbare landbouwexploita ties. In de kamer werden de ministers van van Economische Zaken en van Lands verdediging ondervraagd in verband met de aankoop van Duits vlees voor ons leger. Deze vraag was zeker op haar plaats, daar voor 't ogenblik de afzet van varkensvlees een groot vraagstuk is voor onze boeren. Beide eerbiedwaardige heren gaven als antwoord dat het vlees gekocht werd waar het goedkoopst was. En ze waren daarbij van mening dat zoiets voor België ook niet zonder voordeel was. Wat ons daarbij heeft verwonderd, is niet zozeer het stom ant woord dat de ministers hebben gegeven, maar wel dat de ondervrager met zulk een antwoord genoegen heeft genomen. Wij hebben nu toch eindelijk de zeker heid gekregen uit de mond van twee ministers, en die kunnen het toch wel weten, dat de boeren niet bij België horen. Hoe kunnen wij anders verklaren dat de aankoop van vreemd vlees, en het laten zitten van onze boeren met hun varkens, profijt voor België zou beteke nen. Binnen kort zal het groot feest zijn in Engeland. Niet omwille van de kroning van de koningin, maar wel omdat de Engelsen eindelijk weer opaiew wit brood zullen krijgen. De regering heeft immers medege deeld dat de prijs- en verdelingsvoor schriften voor brood- en voedergranen na de oogst zullen ingetrokken worden. Na 14 jaar zullen ze dus in Engeland eindelijk terug wit brood gaan eten. In verband met de krappe omstandig heden, waarin de Engelsen, tengevolge van de rantsoenering, leven, worden nu en dan wel eens moppen verteld. Zo vertelde men onlangs dat de Engelsen zo graag naar de paardenkoersen gingen kijken, omdat ze daar tenminste paar- denvlees konden zien Uit New-York wordt gemeld dat eindelijk een entstof tegen de kinderver lamming is gevonden. Hoewel de ver klaring, die door een directeur van het laboratorium werd afgelegd, in zeer voorzichtige termen was gesteld, dat, om nergens ijdele hoop te wekken, toch werd gezegd dat grote vooruitgang werd ver wezenlijkt. De nieuwe entstof heeft gunstige re sultaten opgeleverd bij de personen waarop het werd beproefd. Maar pas in de komende zomer zal het nieuw ge neesmiddel op grote schaal worden ge bruikt. doch slechts te koop worden ge steld als het op alle gebied voldoening heeft geschonken. Het Amerikaanse ministerie van Land bouw heeft bepaald, dat gaten in Zwit serse kaas voortaan een doorsnee mogen hebben van 12,7 milimeter. terwijl vroe ger het minimum 19 mm bedroeg. Dat betekent natuurlijk meer kaas per hap, maar het betekent ook minder gat per hap, en dit is een zaak die kaaskenners verontrust. Oppervlakkig zou men wellicht zeg gen, dat de extra-kaas voldoende ver goeding biedt voor het schenden der traditie. Maar dan zou men net zo goed kunnen beweren, dat een oliebol er lek kerder op wordt als het holletje in het midden wordt verkleind. En dat is natuurlijk tastbare onzin, want juist dat holletje in het midden onderscheidt de oliebol van ander gebak. Net zo staat de zaak met Zwitserse traas... ...Nu is het waar, dat het ministerie van Landbouw de kaasgaten niet geheel afschaft, al zijn er mensen die ook dat zouden willen doen als ze maar dorsten. Maar in het verkleinen van de gaten steekt al iets verontrustends. En het is zaak, alle verdere pogingen om te schip peren met de Gruyère ter dege in de gaten te houden. Naar het schijnt heeft de aarde tot nu toe goed haar ouderdom weten te ver bergen. Zij is in werkelijkheid bijna dubbel zo oud als men tot nog toe ge meend heeft, zo verklaart in zijn jaar verslag het geophysisch instituut van het Carnegie-instituut te Washington. De geleerden van dit instituut schatten op 5 milliard 400 millioen jaar het bestaan van de oudste rotsen, hetgeen moet overeenstemmen met de ouderdom van onze planeet, waaruit blijkt dat onze aarde werkelijk/een oude dame is. Een 104-jarige Canadees, uit Toron to, John Laughlin, is zopas overleden van gierigheid. In weerwil van zijn rijk dom ongeveer 200 millioen dollar is de honderdjarige gestikt door de uit wasemingen van een versleten kachel, die hij niet wou vervangen. John Laughlin woonde in een krot woning in gezelschap van zijn zoon, een advocaat, die sedert lang op rust was gegaan en die zelf 62 jaar oud is. Hij was eigenaar van 150 gebouwen te Toronto en in zijn woning werden een bedrag van 25 000 dollar en talrijke effecten gevonden. Drie jaar geleden reed John Laughlin nog per fiets. Doch de jongste jaren ver liet hij zijn vuile armoedige woning niet meer. Naar het schijnt is voor hem de tijd blijven stilstaan in 1932 want alle kalenders, die in de woning werden aan getroffen, droegen dat jaartal. Ingevolge de wens van de Chileense regering heeft een commissie van des kundigen, in opdracht van de Verenigde Naties en van de Wereldbank, in de jaren 1951 en 1952 een onderzoek inge steld naar de toestand in landbouw en veeteelt in Chili. De verkregen gegevens werden on langs gepubliceerd, alsmede een aantal richtlijnen betreffende te nemen maat regelen welke tot verbetering kunnen leiden. Dit plan der commissie van des kundigen voorziet in een verhoging van de landbouwopbrengst binnen de tijd van acht jaren, met 38,5 t. o. v. het tijdperk 1945-1949. Hiertoe zullen 500.000 acres (1 acre 0,405 ha) land moeten worden be vloeid, 750.000 acres moeten worden ontgonnen en gedraaineerd en 250.000 acres opnieuw in cultuur gebracht. De oogstberging moet worden verbeterd evenals de veeteelt, terwijl deze laatste zal moeten uitgebreid worden. Voorts zijn er plannen tot bestrijding van para sieten in de landbouw en de veeteelt. Ook de visserij en de bosbouw kunnen door investeringen op hoger peil worden gebracht. J-" M"»U voor de 9 eerste maanden van aantal waarde in Belg. Fr.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1953 | | pagina 5