De Begroting van Landbouw in de Senaat. De Huisvesting van Kippen. Weekblad Rechtskundige Dienst Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 21 FEBRUARI 1953. Verschijnt iedere Zaterdag 32ste JAARGANG Nr 1551 Beheer t Zeebergkaai, 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersverenigin REDT U ZELVEN O- CAUDRON. Een belangrijke rede van de Minister van Landbouw. De bespreking van de begroting van Landbouw in het parlement geeft de Minister van Landbouw telkenjare de gelegenheid de landbouwpolitiek der regering toe te lichten. Naar aanleiding van de behandeling door de Senaat van bedoelde begroting, heeft Minister Hé- ger belangrijke verklaringen gedaan waarop wij de aandacht onzer lezers willen vestigen. Wij vatten de redevoering van de Minister dan ook zeer beknopt samen Landbouwschade aangericht door de overstromingen. De Minister verklaarde dat het nog niet mogelijk is maatregelen te treffen, daar deze afhankelijk zullen zijn van de duur der overstromingen. Wat de herstellingswerken betreft aan de afwateringskanalen die de wate ringen en polders zullen moeten uitvoe ren ingevolge de overstromingen, zal de regering 70 der kosten dezer werken te baren laste nemen. Om de inwerking van het zout water op overstroomde gronden tegen te gaan zullen hoeveelheden gips ter beschikking van de landbouwers gesteld worden. Wat het verdronken vee betreft, ver klaarde de Minister Sommige land bouwers hebben al hun dieren verloren. De regering zal hun steun verlenen zoals gedaan wordt voor he' vee, verloren ten gevolge van mond- en klauwzeer. De regering heeft al de mogelijke maatregelen genomen om de grond in goede staat te brengen ca het dichten van de bressen, werk dat zal verwezen lijkt worden door de zorgen van het Departement van Openbare werken. Mijn collega van Binnenlandse Zaken heeft U straks gezegd dat de regering er zich zal op toeleggen de sociale ge vallen ter hulp te komen. De landbou wers zijn ook begrepen in deze sociale gevallen. Wat mij betreft, ik zal mij er toe bepalen de drie vraagstukken waar over ik het pas had, op te lossen. De sanering der landbouwgronden. Inzake het terugwinnen van gronden voor de landbouw verklaarde de minis ter dat hiervoor verleden jaar een bij zonder krediet werd gevraagd. Hij heeft een programma opgemaakt over vijf jaar voor de benuttiging van ikredieten. beoogt telkenjare 11.000 ha grond gezond te maken. Dit programma werd in 1952 overschreden, 14.400 ha zullen gesaneerd worden. De rechttrekking van 22 kilometer waterlo pen zal het mogelijk maken 2 200 ha land meer terug te winnen. Aldus kon men in 1952 aan de arbeiders werk ver schaffen, het aantal werkdagen beliep niet minder dan 220.0C0. Dit sanerings- werk begunstigt niet alleen de eigenaars, zoals de heer De Block (sccialistische senator) zei. Onlangs werd een pomp station in werking gesteld 1.120 ha on vruchtbare grond kon aldus aan meer dan 900 kleine landbouwers terruggege- ven worden. 1.500 ha werden in 1952 ontgonnen. De premie werd tot 2.000 fr opgevoerd. De minister hoopt dat men in 1953 2.500 ha woeste gr< nden zal ontginnen. De vrijwillige ruilverkaveling heeft tot heden geen gevoelige uitslag opgeleverd. De minister zal niet terugdeinzen tegen over de noodzakelijkheid een wetsont werp inzake wettelijke ruilverkaveling in te dienen. De land- en tuinbouwvoorlichting. De minister wijst op de inspanning gedaan door zijn departement tot uit breiding der landbouwvulgarisatie, en onderstreept hierbij de verdienstelijke prestaties van zijn ambtenaren. Wij werken, zegt hij met 71 assisten ten, terwijl in Nederland 707 personeels leden zijn. Voor de tuinbouw beschikt mijn Departement maar over 25 ambte naren, in Nederland zijn er 311. Met een beperkte ploeg heeft het evenwel mooie uitslagen bereikt. Met deze 71 raadgevers en assisten ten werd overgegaan tot meer dan 3.000 proefnemingen, maar ook tot 1.359 proefnemingen van nieuwe bebouwin gen en tot uitvoering van een ganse po litiek van scheuren van zieke weiden, zo dat in 1952, 3.368 ha aan de Belgische landbouw terug geschonken werden. Een mooie taak werd verwezenlijkt. Er werden ook sommige variëteiten tarwe geleverd, die 33 centenaren per ha op brachten in de Kempen en 35 centena ren per ha in de Ardennen. De voorlichtingsbedrijven zijn ten ge- talle van 35. Er zullen er 40_zijn volgen de maand. Dank zij de mechanisatie, de rantsoe nering van het vee op de weiden en het verdelen der weiden in percelen, werden (Zie vervolg 2e bledz. 3e kolom Onze rechtskundige zal zijn zitdag houden op Zondag 1 Maart, tussen 10 en 12,30 uur, in het lokaal De Koornbloem Grote Markt, Aalst. Deze raadplegingen zijn volle dig kosteloos voor onze leden. In het voorgaande artikel meen ik te hebben aangetoond, welke de voor naamste eis is, die de kippen zelf aan de huisvesting stellen, nl. frisse lucht. Zij hebben er echter nog enkele meer, eerstens licht. Een hok moet behoorlijk verlicht zijn aan die eis wordt, sedert voor kippen ook aparte hokken gebouwd worden, meestal wel voldaan, soms over dadig, dat is ook fout, daar kom ik nader op terug. Vroeger, toen veel kippen bij de boe ren gehuisvest waren boven de varkens of boven de koeien (daar was het lekker warm en dat is voor de kippen zo best in de Winter, dacht men toen), was de verlichting totaal onvoldoende op een enkele uitzondering na, is deze ouder wetse vorm van huisvesting wel ver dwenen en daarmede grotendeels de tuberculose bij kippen, want die ziekte kwam in die warme, slecht-verlichte hokken, veelvuldig voor. In elk kippenhok moeten enige ramen zijn aangebracht, zo dat er nergens in het hok donkere hoeken voerkomen, overal moet dus voldoende lfcht kunnen komen. Zoals ik al zei, ook hier geldt het spreekwoord overdaad schaadt Ik heb vaak hokken aangetroffen, waarvan het gehele voorfront uit glas bestond, terwijl ook in de zijwanden nog grote ramen waren aangebracht. Wanneer de zon daarop schijnt, en dat gebeurt vaak, omdat kippenhokken met het front Zuid- Zuicoost behoren te staan, wordt het in zulke hokken natuurlijk stikheet dat is op zichzelf al helemaal niet best voor de kippen. Maar dat is nog lang het ergste bezwaar niet en ook de bloedluis niet, die in zulke hokken welig tiert. Veel erger is het, dat door gewoon glas, de voor vele levende organismen zo uiterst belangrijke ultraviolette lichtstralen wor den tegengehouden. Dat is nu juist voor kippen zo uiterst nadelig, want, aange zien ze tot de meest productieve dieren behoren, hebben ze enorm veel levens kracht nodig. Deze levenskracht moeten ze, behalve aan de voeding, ook aan het zonlicht ontlenen in de vorm van levens stoffen, vitaminen geheten. Speciaal de vitamine D kunnen kippen door directe bestraling van het zonlicht zelf vormen. Wanneer ze achter glas worden gehouden kunnen ze dat niet ze gebrui ken dan al hun reserve op wanneer ze leggen en het gevolg is dat een sterke uitputting optreedt. De kippen worden dan broodmager, de kopversierselen drogen op, het lijkt soms wel of de dieren geheel uitgedroogd zijn. De meeste gaan dan dood, alleen zij die de rui door kun nen komen, blijven in leven. Ik heb het gezien dat kippen in een stadskippenhok, waarvan de ren van voren geheel met glas was dichtgemaakt, zo waren verzwakt, dat, als ze nog eens een ei legden, er drie dagen nodig waren eer zo'n kip weer normaal kon lopen. De waarde van direct licht voor mens en dier is echter veel meer bekend ge worden, zodat ik hierop niet verder zal ingaan. Een derde eis is ruimte. Kippen mogen niet te dicht zitten, dat is totaal verkeerd, maar die fout wordt helaas maar al te veel gemaakt. Dat kost de pluimveehouders altijd geld, veel geld zelfs, omdat de leg in overbevolkte hok ken altijd te laag is, terwijl de uitval van kippen door ziekte en sterfte, steeds veel te groot is. Een hok is overbevolkt, wanneer er meei dan vier kippen op 1 m2 hokop- pervlakte voorkomen. Voor kippen die altijd binnengehouden worden is dat nog te veel, dan is drie per vierkante meter gewenst, volstrekt niet meer. In een normaal hok is bij deze bezetting een luchtvolume van minstens 1/2 m3 per kip aanwezig en dat is ook noodza kelijk om de lucht in het hok fris te houden. Met vier kippen op 1 vierkante meter hokruimte moet men beginnen als de jonge hennen in de leghokken gebracht worden. Er vallen er altijd wel wat af en zo komt men, na verloop van tijd, op 3 1/2 kip per vierkante meter en dat is voor legkippen het gewenste aantal ongeveer. Heeft men een hok eenmaal met kip pen bevolkt, dat moet men er niets meer aan veranderen alleen de zieke en ken nelijk slechte hennen moet men verwij deren, maar niet dan in de uiterste nood zaak mag men er vreemde kippen bij brengen, want dat brengt onrust en dat kost altijd eieren. Vele jaren lang zijn hokken gebouwd met het gekende zadeldak. Dat soort hokken is veel gebouwd. Ze hebben enkele bezwaren wat de verluchting be treft, hoewel daarin, zoals we zullen zien, is te voorzien. Maar het groote voordeel is, dat vooral de dakconstructie licht kan zijn, en ook de onderbouw kan daardoor lichter gehouden worden, zodat de bouwkosten lager zijn dan van de meeste andere modellen. Maar om op de bezwaren van het lessenaarsmodel terug te komen de warmte die de kippen uitstralen en de vochtige lucht blijven, wanneer de die ren op stok zitten, vaak te laag boven de kippen hangen. Dat kan, bij bepaalde weersomstandigheden, leiden tot kou vatten, zodat snot optreedt. Die lucht verplaatst zich, vooral bij warm weder, heel slecht en wanneer dan, wat later in het jaar, na een warme dag en nacht de temperatuur 's morgens vroeg daalt, vatten de kippen kou als ze van stok zijn gegaan. Zo ontstaat de zgn. zomer- snot. 's Winters ontstaat in zulke hokken veel condensaanslag tegen het dak en de wanden en zo wordt zo'n hok als het gaat dooien veel te nat. Zie vervolg 3e bladzijde 4e kolom. Koornbloem Abonnementsprijs 72 Ir. 's jaars. Handregister Aalst Nr 145. Postcheckr. S. Mi Redt U Zeiven Nr 1425.93. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1953 | | pagina 1