Voorlichting en hulp aan de landbouwers.
Het Vraagstuk T Landbouwvoorlichting.
Weekblad
Voor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
AALST 20 MAART 1954.
Verschijnt iedere Zaterdag
33ste JAARGANG Nr 1607
Beheer t Zeebergkaai, 5,
Tel. 242.67
Aalst
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbou
wers
Lai
R
Orgaan van de
adbouwersvereniging
EDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O- CAUDRON.
Diensten van het Ministerie van Landbouw
ter beschikking van onze boeren.
(2de bijdrage)
In onze vorige bijdrage hebben wij de
opdracht en de taak van de Rijksland
bouwkundigen uiteengezet. Zoals deze
laatsten de technische raadgevers en
helpers zijn van onze landbouwers zijn
de Rijkstuinbouwconsulenten de tech
nische raadgevers van onze tuinbouwers.
II. De Rijkstuinbouw
consulenten.
De Dienst der Tuinbouwconsulenten,
ingericht bij koninklijk besluit van 9 No
vember 1909, heeft als doelonze tuin
bouwers te helpen door raadgevingen,
voordrachten, demonstraties en door
alle andere voorlichtingsmiddelen, ten
einde de opbrengst hunner bedrijven te
verhogen en de afzet hunner producten
te bevorderen.
De Rijkstuinbouwconsulenten hebben
als voornaamste taak
1) de kennis en de werkwijzen der
tuinwetenschap algemeen ingang te
doen vinden, inzonderheid door monde
linge en schriftelijke raadgevingen, voor
drachten, demonstratievelden, publica
ties, enz. Zij stellen zich in verbinding
met de belanghebbenden en geven hun
kosteloos de gevraagde raad.
2) aan de tuinders de voordelen van
de beroepsverenigingen bekend te ma
ken en aan de tuinbouwers die het vra
gen, bepaalde gegevens te verstrekken
betreffende de inrichting en de werking
der tuinbouwverenigingen.
De Rijkstuinbouwconsulenten mogen,
op aanvraag van de tuinders of van an
dere belanghebbenden hunner omschrij
ving, zich ter plaatse begeven om de be
drijven en teelten te bezoeken. Wanneer
het onderwerp der raadpleging geen vol
doende belang oplevert, nodigen zij de
belanghebbenden uit op hun zittingen,
ofwel verstrekken zij hun schriftelijk de
nodige inlichtingen.
Voordrachten.
De Rijkstuinbouwconsulenten geven
en richten elk jaar in hun omschrijving
een bepaald aantal openbare en kostelo
ze voordrachten in met het doel
a) de tuinders op de hoogte te bren
gen van tuinbouwtechniek in het alge
meen
b) hen te wijzen op de verbetering der
uiibatingsmethodes om de opbrengsten
te verhogen door toepassing van nieuwe
teeltwijzen, doelmatiger gebruik van
mestoffen, alsook om de afzet van hun
producten te vergemakkelijken door
standaardisatie, sortering en verpakking
van fruit en groenten
c) de aandacht der tuinbouwers te
vestigen op de verkeerde practijken van
alle aard
d) de middelen kenbaar te maken om
de schade aangericht door insecten en
ziekten te voorkomen of te bestrijden.
Het Ministerie van Landbouw richt
elk jaar tuinbouwvoordrachten in waar
van de leiding en uitwerking berust bij
de Rijkstuinbouwconsulenten, met mede
werking der gemeentebesturen en de
tuinbouwverenigingen.
Leergangen.
Het Ministerie van Landbouw richt
reeksen van lessen in over een bepaalde
tak van de landbouw.
De volledige leergangen bedragen
maximum 25 lessen.
De sleun- en besproeiïngscursussen
bestaan uit theoretische en practische
oefeningen in de boomgaarden en aan
plantingen van verschillende ouderdom,
gedurende dewelke de leerlingen beur
telings aan het werk worden gezet.
Ook mogen cursussen ingericht wor
den over andere aangelegenheden als
het sorteren en het verpakken van fruit,
over de teelt van zaaddragers, enz.
Proefvelden.
De demonstratie-observatie- en proef
velden aan te leggen op kosten of met
steun van de Staat zijn geplaatst onder
de leiding van de Rijkstuinbouwconsu
lenten. Hierna geven wij enkele prac
tische inlichtingen betreffende de om
schrijving en zitdagen van sommige
rijkstuinbouwconsulenten die nuttig kun
nen zijn voor onze lezers.
Omschrijving: Provincie Oost- Vlaan
deren.
RijkstuinbouwconsulentPeeters Fr.,
Antwerpse steenweg, 356, St Amands-
berg-Gent. (Telef. 25.31.62).
Zitdagen Aalst de derde Zaterdag
der maand van 10 u. tot 11 u. in het
lokaal het Paviljoen (tel. 217.94) en van
11 u. tot 12 u. in het lokaal De Koorn
bloem (tel. 240.15) Grote Markt.
Eeklo de laatste Donderdag der
maand van 10 u. tot 11,30 u. in het
lokaal De.Gouden Leeuw (tel. 710.87).
Gentde eerste en derde Vrijdag van
de maand van 11 u. tot 12 u. in het lokaal
De Rode Hoed Klein Turkije, (tel.
23.17.13 en van 16 u. tot 17 u. in het
Café Den Yzer Vlaanderenstraat,
(tel. 25.98.73).
Oudenaardede eerste Donderdag
der maand van lOu. tot 12u. in het hotel
La Pomme d'Or Grote Markt, (tel.
319.00).
St Niklaas de derde Donderdag der
maand van 10 u. tot 12 u. in het restau
rant "De Hoop,, Kardinaal Mercierlaan
nabij de Grote Markt. (Tel. 629).
Omschrijving Provincie Brabant.
Deze omschrijving omvat de provincie
Brabant en volgende gemeenten uit de
provincie Henegouwen Bever, Edin-
gen, Mark, Lettelingen, St Pieters-Ka-
pelle.
(Zie vervolg 2e bladz. 4e kolom)
Oorzaken van het Gebrek aan Belangstelling.
II.
In onze eerste bijdrage wezen wij er
op dat het vraagstuk bij de landbouw
voorlichting, niet alleen bestaat in de
uiterlijke organisatie van de diensten,
die belast zijn met het geven van de
voorlichting, maar eveneens en wellicht
voor het grootste deel in de gesteldheid
van de landbouwers, die de voorlichting
moeten ontvangen, in hun belangstelling.
Wij toonden aan dat juist die be
langstelling van de landbouwers de
zwakke plaats is. Wij zullen nu trachten
enkele elementen op te sporen die oor
zaak kunnen zijn van dit gebrek aan
belangstelling. Aangezien dit onderzoek
van zeer persoonlijke aard is, kunnen de
voorgestelde meningen voor betwisting
vatbaar zijn, waar wellicht kunnen de
ontwikkelde gedachten bijdragen tot een
beter inzicht in het vraagstuk en wordt
het daardoor mogelijk iets dichter te
komen tot de kern van de kwestie.
Wanneer wij de boeren zelf vragen
wat er zo wel de reden zou kunnen zijn
van bun gebrek aan belangstelling in
het werk van de voorlichting en er dan
op wijzen dat het toch wonderlijk is dat
bv. op voordrachten, congressen, studie
dagen, enz. over 't algemeen zo weinig
jonge boeren te zien züd, dan krijgen wij
dikwijls als antwoord dat is te begrij
pen, die jongens zien geen toekomst
meer in de boerenstiel. Vandaar dat ze
er ook niet veel moeite meer voor doen.
In hoever is dat in werkelijke, een
steekhoudende reden
Is het juist dat op de boerderij geen
toek mst meer is Dat wordt tegen
woordig een veel verspreide opvatting
die niet zonder gevaar is. Wij menen
dat de boeren hier in een cirkelredene
ring gevangen zitten. Wij geven wel toe
dat voor sommige op een boerderij geen
toekomst meer is. Maar is dat nu niet
juist voor hen die geen voldoende vak
bekwaamheid bezitten?Is het niet zo,dat
zij, die hun stiel grondig kennen, die er
met ijver en liefde in werken, zich er wel
doorslaan en het tot welstand brengen
En zijn het niet juist diegenen, die zich
van voorlichting, vakbekwaamheid, enz.
niets aantrekken, die mislukken en dan
alleen het hoofd boven water kunnen
houden door een echte slavenbestaan te
leiden Een slavenbestaan dat iedere
jonge boer terecht afschrikt. Is het niet
zo dat men, om aan zulk een slaven
bestaan te ontsnappen, zich verstandelijk
moet ontwikkelen, het vak goed leren,
de nieuwe methodes eigen maken, kortom
dankbaar gebruik maken van alle moge
lijke middelen van voorlichting
Trouwens vele boerenzoons hebben
hierin weinig keus. Sommigen onder hen
zijn aangeduid om de hoeve van vader
over te nemen. De anderen die ergens
anders hun boterham zullen moeten ver
dienen, dienen dan maar tijdig uit te zien
naar een ander vak. Maar zij die blijven
vast zitten aan het bedrijf moeten er dan
maar van maken wat er van te maken is.
Zelfs als ze de indruk hebben dat het
bedrijf niet interessant meer is. dan is de
oplossing hiervoor zeker niet maar voort
te doen, zoals grootvader het deed en
zich van de voorlichting niets aan te
trekken. De enige weg om hier uit het
slop te geraken is ook hier weer een
verdere vakbekwaming. En dan blijkt
wel eens dat bedrijven, die voordien
hopeloos versleten waren, weer tot bloei
komen.
Het gebrek aan vooruitzichten mag
zeker geen reden zijn om bij de pakken
te blijven zitten. Het moet juist omge
keerd zijn. Wanneer men de toekomst
van de boerderij donker inziet, dan zou
dat een prikkel moeten zijn om zich ver
der te ontwikkelen. Wij mogen niet ver
geten dat de mens voor het grootste deel
zelf zijn toekomst maakt en niet omge
keerd. Het ligt dus aan ons zelf ons
eigen toekomst op te bouwen.
Jongere boeren, die wij de vraag stel
len waarom zo weinig belangstelling be
staat geven ons soms het antwoord
wat belang heeft het voor ons een land
bouwschool te volgen, studiekringen bij
te wonen of naar voordrachten te gaan
luisteren, kortom de nieuwe methodes te
leren. Van als wij op het hof van iets
nieuws durven spreken dan is ons vader
daar eeuwig en altijd met hetzelfde lied
je Zolang als ik leef ben ik de baas.
Als ik dood ben dan is het uw beurt.
Maar nu doet ge wat ik u zeg.
Dat is natuurlijk niet erg bemoedi
gend. Als er hier of daar een boeren
zoon uit het goede hout is gesneden en
vooruit wil, die dus een dankbaar ge
bruik zou willen maken van de voor
lichting, dan kan een oudere boer daar
gemakkelijk de domper op zetten. En
hoe dom het ook is, toch gebeurt het
vrij veel.
Laten wij dan ook aan de bejaarde
boeren zeggen weest dankbaar dat ge
een zoon hebt, die iets anders in zijn
hoofd heeft dan alleen maar plezier.
Dankt ons Heer op uw twee knieën. En
in plaats van zijn ijver tegen te werken,
in plaats van hem te ontmoedigen, steunt
hem, moedigt hem aan, laat bem zijn hart
ophalen en laat hem proberen wat hij
geleerd heeft, geeft hem een gedeelte ver
antwoordelijkheid op uw bedrijf. En
loopt er dan iets mis, wat geeft dat
Misdoet ge nooit wat Hebt gij niet al
doende geleerd Mislukkingen zullen
uw zoon wijzer maken, ze zullen hem
laten inzien dat het boerenvak niet zo
simpel is, ze zullen hem eerbied bijbren
gen voor de oude boer, die zonder veel
ontwikkeling het bedrijf reeds jarenlang
in gang houdt.
(Zie vervolg 2blad. 1kolom.)
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars.
Handregister Aalst Nr 145.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verbodem
Opdracht en bevoegdheden.