GELD
Dc nieuwe pensioenregeling voor niet-loontrekkenden
Nadere gegevens over
het schurft
Landbouwberichten
DE KOORNBLOEM 10 April 1954
(Vervolg van le bladzijde)
Zoals voorheen wordt de toekenning
van de ouderdomsrentetoeslag afhan
kelijk gesteld van het bedrag der be
staansmiddelen waarover de aanvrager
beschikt. Doch deze bestaansmiddelen
worden ingevolge de nieuwe wet op
ruimere wijze berekend
a) het vrijgesteld m «imum (dat is het
gedeelte dat als bestaansmiddelen niet in
aanmerking komt) wordt verhoogd van
5.600 fr. op 8.000 fr. de gehuwde man
nen wier vrouw nog leeft, en van 3.800
fr. tot 5.300 fr. voor de alleenstaanden.
Als het inkomen deze bedragen over
schrijdt wordt de toeslag met het ver
schil verminderd.
b) de nieuwe wet voorziet insgelijks
een berekening op bredere basis wat be
treft het kadastraal inkomen van de
enige woning bewoond door de aanvra
ger, de kapitalen belegd in het bedrijf en
het uitbaten van een bedrijf tijdens de
vijf jaren die aan de pensioenaanvraag
voorafgaan.
c) het bedrag der bestaansmiddelen
waarover de kinderen van de pensioen-
aanvrager mogen beschikken alvorens
verplicht te zijn aan hun ouders een
onderhoudsgeld te betalen werd met 1/3
verhoogd.
5) De pensioenstortingen.
Waar vroeger de ouderdomsrente
toeslag geweigerd werd wanneer meer
dan de helft der stortingen ontbraken die
de aanvrager naar gelang zijn leeftijd
moest verrichten is de nakoming van
deze voorwaarde thans niet meer strikt
vereist. De maximumtoeslag wordt ech
ter maar verleend indien alle pensioen
stortingen volgens het geboortejaar wer
den verricht. Voor de ontbrekende of
onvoldoende stortingen wordt het pen
sioenbedrag verminderd wet 1/45 per
ontbrekende storting.
6) Te vervullen formaliteiten.
De ouderdomsrentetoeslag dient aan
gevraagd bij de ontvanger der recht
streekse belastingen van de omschrijving
der woonplaats van de aanvrager. De
personen die op 1 Maart 1954. benevens
de rente uitgekeerd door de Spaar- en
Lijfrentekas, reeds een ouderdomsrente
toeslag genoten, moeten geen nieuwe
aanvraag indienen. Hun toestand zal
ambtswege worden herzien.
Bedrag van het pensioen.
Het maximumouderdomspensioen
(rente inbegrepen) voor de zelfstandigen
wordt gebracht van 12.600 fr. op 18 000
fr. per jaar voor gehuwde mannen en
van 7 900 op 12.000 fr. voor de andere
gerechtigden.
Wat het bedrag aangaat van de ver
schalende bestanddelen van het pensioen
dient genoteerd
Het bedrag ervan hangt af
a) van de leeftijd waarop de stortingen
beginnen
b) van het bedrag dezer stortingen
c) van de regelmatigheid der stortingen
d) van de ouderdom bij de ingenottre-
ding van de lijfrente.
Zoals hoger vermeld bedraagt zij van
100 °/o tot 50 °/o der lijfrente naarge
lang het geboortejaar van de pensioen
gerechtigde en wordt toegekend op het
gedeelte van de storting ten belope van
720 fr. per jaar.
Het bedrag van deze toeslag is afhan
kelijk van het Geboortejaar van de be-
langh -bbende, het aantal stortingen door
hem verricht en de uitslag van het on
derzoek zijner bestaatsmiddelen. Het
wordt verminderd met 1/45 voor elke
ontbrekende of onvoldoende storting die
volgens het geboortejaar moest verricht
zijn en daarna met het bedrag der be
staansmiddelen dat het vrijgesteld mini
mum overtreft. De stortingen gedaan na
1 Januari 1954 komen in aanmerking om
1/45 van het pensioenbedrag te verze
keren naar gelang van het geboortejaar.
Zoals hoger vermeld kunnen zij, die
geen stortingen deden of een onvoldoen
de aantal stortingen verrichten een ge
deelte van de toeslag ontvangen, op
voorwaarde dat het vermogensonder
zoek hun gunstig is. Zij die de voorge
schreven stortingen deden bekomen
echter in dezelfde voorwaarden hogere
toeslag.
Personen die op 1 Maart 1954 een
ouderdomsrentetoeslag genieten, ont
vangen buiten het pensioen dat zij op
deze datum trekken een voorschot waar
van het jaarlijks bedrag vastgesteld is op:
5.40U fr. voor gehuwde mannen
2.700 fr. voor gehuwde vrouwen, als
de man de toeslag niet ontvangen heeft
4.100 fr. voor andere gerechtigden.
Hun toestand zal volgens de nieuwe
voorschriften worden herzien van ambts
wege, doch in ieder g»val zullen zij min
stens de voordelen behouden welke zij
op 1 Maart 1954 genoten, met inbegrip
van dit voorschot, behoudens wanneer
er wegens wijzigingen in hun burgerlijke
stand aanleiding tot herziening bestaat.
Zij die nog geen ouderdomspenioen als
vrij-verzekerden genieten en die ingevol
ge de nieuwe wet aanspraak menen te
hebben op de ouderdomsrentetoeslag
moeten hiertoe hun aanvraag indienen
bij de Ontvanger der Belastingen onder
wiens ambtsgebied hun verblijfplaats
valt. Het gedeelte van bedoeld voor
schot betrekking hebbende op het eerste
kwartaal 1954 wordt eerstdaags uitge-
gekeerd. Vanaf de maand April zal het
voorschot gevoegd worden bij het maan
delijks pensioen.
Wanneer beide echtgenoten nog in
leven zijn, ontvangt alleen de man de
ouderdomsrentetoesloeslag. Indien de
man de toeslag niet kan genieten, ont
vangt eventueel de vrouw op 65 jaar de
helft van de toeslag die de man zou ont
vangen hebben.
Een aanvrager die gedurende een ge
deelte van zijn loopbaan loontrekkende
is geweest en gedurende een ander ge-
dedeelte zelfstandige, kan aanspraak
maken op een gede lte van het pensioen
als arbeider (op basis van de nieuwe wet
op de arbeiderspensioenen) en op een
gedeelte van het penioen als zelfstandige
in de voorwaarden hoger uiteengezet.
Verplichte bijdragen.
Voor de duur van twee jaren (duurtijd
van deze wet) dienen volgende ver
plichte bijdragen gestort
1) door de niet-loontrekkenden onder
worpen aan de wetgeving op de kinder
toeslagen per halfjaar300 fr. voor
hoofdonderworpenen; 180 fr. voor hel
pers; 90 fr. voor de helpsters.
Deze bijdrage wordt geïnd door de
Onderlinge Kas of Sectie voor Gezins
vergoedingen waarbij betrokkene is aan
gesloten. Deze bijdrage is verschuldigd
van het eerste halfjaar 1954 af. Van de
betaling dezer bijdrage zijn evenwel vrij
gesteld
a) de personen van boven 65 jaar
b) de p»rsonen die wegens de beroeps
werkzaamheden waardoor zij aan de wet
op de kindertoeslagen voor niet loon-
trekkenden onderworpen zijn, normaal
zullen genieten van een ander wettelijk
pensioenstelsel.
2) door de natuurlijke personen die
bedrijfsinkomsten genieten volgens de
belastingswetten op bet inkomen. Deze
betalen 1,50 °/o op het gedeelte van hun
belastbaar netto bedrijfsinkomen boven
40.000 fr. met een maximum van 2.400
(Zie vervolg onderaan hierneven)
BUITENLAND.
ITALIË.
Ingevolge de onvoldoende inlandse
productie dient Italië elk jaar vrij belang
rijke hoeveelheden eieren in te voeren.
Hieronder de invoercijfers voor de
jongste jaren
Ton. 1.000 lira's
1950 9,2 2.698.336
1951 13,6 4.484.577
1952 13,0 4.601.575
1953 (11 maanden) 16,5 6.545.572
Nederland, Turkije, Polen en Joego
slavië waren de voornaamste leveran
ciers.
1951 1952 1953 (11 maand.)
Nederland 1,8 1,2 5,2
Polen 3.7 3.9 3,9
Turkije 3,5 4,2 3,8
Joegoslavië 0,9 1.4
Bulgarije 1,3
België kwam niet op de markt. Voor
de invoer van eieren is geen invoerver
gunning vereist en werden de douane
rechten geschorst.
Belgische uitvoerders die naar Italië
wensen uit te voeren kunnen zich wen
den tot de Belgische Dienst voor de
Buitenlandse Handel, Augustijnenstraat,
Brussel.
BRAZILIË.
De Braziliaanse minister van Land
bouw zal het Congres verzoeken om 13
millioen Cruzeiros beschikbaar te stellen
voor de bouw van twee melkpoeder-
fabrieken, de ene in de staat Minas
Gerais en de andere in de staat Rio
Grande do Sul. In de streek van vestiging
zal dagelijks ten minste 40 000 liter melk
voor verwerking beschikbaar moeten
kamen. Voorts ligt het in de bedoeling
om speciaal baby melkpoeder te berei
den, welk product tot dusver niet in
Brazilië werd voortgebracht.
IERLAND.
In Ierland wordt het maximum-bedrag
dat een landbouwer mag ontlenen voor
de aankoop van landbouwmaterieel- en
machines bepaald op 2,800 dollar voor
elke machine. Dit cijfer betekent een
verhoging van 910 dollar.
SCHOTLAND.
Het hoorvee is toegenomen met 9 °/o
in 1953. Het aantal schapen met 2 °/o en
het aantal varkens met 45 °/o. Anderzijds
werd vastgesteld dat de arbeidskrachten
gebezigd in de landbouw gedaald zijn
met ongeveer 6 °/0.
fr. per jaar. Deze bijdrage wordt inge
vorderd samen met de bedrijfsbelasting
met ingang van het fiscaal dienstjaar
1954.
De personen met een netto-belastbaar
bedrijfsinkomen van boven 40.000 fr.
betalen aldus bij twee instellingen. Wij
vinden deze regeling nutteloze admi
nistratie en stellen de vraag waarom de
ganse bijdrage niet kon geïnd worden
door de ontvanger der belastingen.
De maximumbijdrage is in ieder geval
voor de hoofdonderworpene 3.000 fr.
per jaar.
Vrij-verzekerden.
De niet-loontrekkenden die geen ver
plichte bijdrage moeten betalen, hebben
er belang bij voort te gaan of te beginnen
met stortingen als vrij verzekerden, dus
door het plakken van pensioenzegels
voor een waarde van 360 fr. per jaar
voor mannen en 180 fr. per jaar voor
vrouwen. Hun stortingen geven hun
dezelfde voordelen (lijfrente, rijksbijdrage
en ouderdomsrentetoeslag) als de ver
plichte stortingen waarvan zoëven
sprake.
In onze volgende bijdrage spreken wij
o ver het weduwepensioen.
(Wordt voortgezet.)
(Venfuria inaequalis Ad.)
De infectie van onze appelbomen door
het schurft gebeurt in twee verschillende
opeenvolgende stadia.
1De eerste of primaire infectie is
de belangrijksteze wordt veroorzaakt
door de sporen, die voortkomen van de
overwinteringsorganen van de zwam,
welke op de dode bladeren de winter
hebben doorgebracht. In de loop van
Maart, April, Mei en Juni rijpen de
vruchtorganen op de schurftvlekken van
voorgaand jaar. Éénmaal rijp, worden
de sporen uit de pécitheciën door de re
gen vrijgemaakt en door de wind mee
gevoerd. Indien de vochtigheid voldoen
de is kiemen de sporen en dringt de
zwam in het blèd.
2. Op de vlekken welke door een
schurftinfectie na enige tijd gevormd
worden op de bladeren, ontstaan nieuwe
sporen, die de ziekte verder uitbreiden.
1. Het spreekt vanzelf dat, indien
men de primaire infectie niet belet, het
zeer moeilijk zal zijn de secondaire infec
tie te bestrijden. Het is dus van groot
belang alles in het werk te stellen om de
eerste besmetting te verhinderen.
2. Een infectie kan slechts plaats
vinden wanneer de regen gevolgd wordt
door een voldoende lange periode van
hoge vochtigheid.
Er bestaan 2 methodes om deze ziekte
te bestrijden
a) men kan voorbehoedend te werk
gaan, 't is te zeggen, spuiten wanneer
men belangrijke sporenvluchten voorziet
en de behandelingen om de 10 dagen
herhalen zolang de gevaarlijke periode
aanhoudt,
b) men kan ook spuiten na de regen
in dit geval moet de behandeling echter
in een minimum van tijd kunnen doorge
voerd worden (tenminste binnen de twee
dagen volgend op het begin van de re-
gen).
1. Op het ogenblik dat de eerste
sporenuitstotingen in laboratorium zich
voordoen zullen wij U waarschuwen.
Indien sommige variëteiten op het ogen
blik van deze waarschuwing geen blaad
jes hebben ontwikkeld, is het niet nodig
deze variëteiten te behandelen.
Bovendien geldt deze waarschuwing
slechts voor een gering aantal sporen.
2. Een tweede waarschuwing zal
U vczonden worden wanneer wij in de
natuur belangrijke sporenuitstotingen
voorzien. Vanaf dit ogenblik zal men
volgens één der twee hogergenoemde
methoden spuiten.
3. U krijgt nog een laatste waar
schuwing wanneer de primaire infectie
op zijn einde loopt.
(Medegedeeld door het Opzoekings
station van Gorsem
Het Opzoekingsstation van Gor-
sem bericht ons
Het schurft der appelbomen.
(Venturia inaequalis Ad.)
Wij noteren op dit ogenblik de
eerste massale sporenvluchten van het
schurft.
Spuit onverwijld met een gekende
schurftbestrijder.
Zij die de curatieve schurftbestrijding
toepassen, moeten alleenlijk ingrijpen na
een regen, wanneer evenwel de bladeren
voldoende lang zijn vochtig gebleven.
voor iedereen, kleine intrest.
Zakenkantoor Adh., Van
den Eeckhaut, Landgoed De Etting
Erondegem. Telef. Aalst 25191.
2
A) De lijfrente.
B) De Rijksbijdrage.
C) De ouderdomsrentetoeslag na
onderzoek der bestaansmiddelen.
Overgangsregeling.
Samenvoeging van pensioenen.
Gemengde loopbaan.
De invoer van eieren.
Uitbreiding van de zuivelnijverheid
Beperking
van het landbouwkrediet.
De veestapel.
Wanneer moet het schurft
bestreden worden.
Hoe zullen wij dit jaar
waarschuwen