Een wetsvoorstel tot verplichte ruilverkaveling van landeigendommen. Het nieuw algemeen reglement van het wegverkeer en de landbouw. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 28 OOGST 1954. Verschijnt iedere Zaterdag 33ste JAARGANG Nr 1630 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. (2de bijdrage) In vorig nummer hebben wij een samenvaitting verstrekt van de toe lichting die het wetsvoorstel voor afgaat dat door de heer volksver tegenwoordiger Chalmet en enkele zijner collega's werd ingediend bij de Kamer van Volksvertegenwoor digers op 10 Juni 1.1. en dat voor doel heeft de ruilverkaveling in be paalde voorwaarden verplichtend te maken. Wij hebben hier en daar een woordje commentaar gevoegd bij deze samenvatting. In deze bijdrage geven wij een beknopte toelichting van de be langrijkste bepalingen van het wetsvoorstel. Volgende principes liggen aan de basis van het wetsvoorstel. De ruilverkaveling is slechts ver plicht indien aan twee voorafgaan de vereisten gelijktijdig is voldaan 1° de toestemming van de meer derheid van de eigernaars omtrent de gevraagde ruilverkaveling 2° het bezit door deze eigenaars van de meerderheid van de opper vlakte der gronden betrokken inde ruilverkaveling. Teneinde de passende [waarbor gen te hebben nopens de wils uiting van deze meerderheid, voor ziet het voorstel dat de belangheb benden tot driemaal toe geraad pleegd worden in de loop van de verkavelingsverrichtingen. In aanmerking nemende dat de meerderheid der landbouwgron den in België worden bebouwd door pachters, bepaalt het wets voorstel dat de pachters zullen deelnemen aan de ruilverkave lingsverrichtingen. Dit is ten volle verantwoord. Het voorstel bepaalt insgelijks dat de openbare besturen die eige naar zijn van percelen landbouw grond en de particulieren die eige naar zijn van onbebouwde of woes te gronden zich als dusdanig niet kunnen verzetten tegen de ruilver kaveling. Ook deze bepaling blijkt ons gemotiveerd. Aan de hand van deze principes onderzoeken wij thans de bepalin gen van het wetsvoorstel. De ruilverkaveling omvat vol gende stadia I) Het onderzoek. De Minister van Landbouw stelt een onderzoek in over de ruilver kaveling van de landeigendom men gelegen binnen een bepaalde omtrek wanneer hem hiertoe een aanvraag wordt gedaan hetzij a) door ten minste drie eigenaars van aanpalende eigendommen b) door een landbouwberoeps- vereniging welke geen winstge vend doel nastreeft c) door de gemeenteraad van de gemeente waar de te herkavelen landeigendommen gelegen zijn. De aanvraag moet door een be schrijving van de grenslijnen of door een beknopt plan, de omtrek aanduiden van het gebied begre pen in de ruilverkaveling. De bevoegde dienst van het Ministerie van Landbouw stelt ingevolge deze aanvraag een on derzoek in dat omvat 1) de uitreiking, binnen veertien dagen na de aanvraag, door de diensten van het kadaster, van het percelenplan dat de omtrek aan wijst van het te verkavelen gebied. Bij dit plan is een tabel gevoegd, welke, aan de hand van de kada strale documenten, naast elk der percelen de naam en het adres van de eigenaar vermeldt, alsook de zakelijke en persoonlijke rech ten welke bedoelde gronden be zwaren alsmede de namen en adressen van de bezitters dezer rechten. 2) de raadpleging der belang hebbende personen. Onmiddellijk na hun uitreiking, worden voormeld plan en de erbij gevoegde tabel gedurende dertig dagen, neergelegd ten gemeente huize waar alle belanghebbenden er inzage kunnen van nemen. De eigenaars der onroerende goederen begrepen in de ontwor pen verkaveling en de houders van zakelijke en persoonlijke rech ten worden bij aangetekende brief verwittigd van de neerlegging van bedoelde documenten. Deze ver wittiging behelst de uitnodiging om tijdens de duur der neerlegging schriftelijk alle nuttige opmerkin gen te maken. Op dezelfde dag als de belang hebbenden, ontvangt de burge meester kennisgeving van bedoel de verwittiging en laat hij afschrif ten er van aanplakken op geschik te plaatsen van het te herkavelen gebied. De plaatselijke pers wordt door de Minister van Landbouw ver zocht de tekst van dezelfde verwit tiging op te nemen. 3) een beraadslaging van de in algemene vergadering bijeenge roepen eigenaars of houders van zakelijke of persoonlijke rechten. (Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom.) De landbouwers gelieven hier onder een samenvatting te vinden van de verplichtingen, hun opge legd door het nieuw algemeen reglement van het wegverkeer, zoals zij door het Ministerie van Landbouw worden medegedeeld. Verkeer van de dieren en van de gespannen. - de dieren, die zich op de openbare weg verplaatsen, moeten begeleid worden door een ervaren bestuurder en door zoveel bege leiders als nodig zal zijn om de veiligheid van het verkeer te ver zekeren. De minimum vereiste ouderdom bedraagt - 16 jaar voor de bestuurders van bespannen voertuigen - 14 jaar voor de bestuurders van niet ingespannen dieren. Tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag of wanneer de weersomstandigheden het onmogelijk maken een duide- ijk zicht te hebben tot op 200 m moeten de bespannen voertuigen, de door die voertuigen bewogen aanhangwagens, de handkarren en het vee gesignaleerd worden - van voren door een wit licht - van achter door een rood licht. Deze lichten mogen in een enkel toestel verenigd zijn, indien het be spannen voertuig geen aanhang wagen voorttrekt of de kudde uit minder dan zes stuks vee bestaat. De lichten moeten geplaatst of gedragen worden links van het vee. - In een gespan mogen niet meer dan vier dieren achter elkaar en niet meer dan drie nevens el kaar lopen. Aan de bestuurder van het voertuig dient in ieder ge val een begeleider toegevoegd zodra er meer dan vijf dieren in gespannen zijn. - Wanneer een bespannen voertuig een ander voortbeweegt en de sleep, zonder inbegrip van de dissel van het eerste voertuig, langer is dan 16 meter, moet een begeleider het tweede voertuig vergezellen. - Voor de landbouwvoertuigen die binnen een straal van 10 km. rond de hoeve naar het veld rijden of er van terugkeren, is het aantal op sleeptouw genomen voertuigen, niet beperkt, doch de totale lengte van de sleep mag de 22 meter niet overschrijden (en de snelheid moet beperkt blijven tot 20 km/uur). - De bespannen voertuigen en hun aanhangwagens moeten altijd voorzien zijn van twee achteraan geplaatste rode reflectoren. - De dieren, aangespannen aan voertuigen, waarvan de wielen belegd zijn met elastische banden of luchtbanden, of die rijden op de sneeuw, moeten voorzien zijn van belletjes of klokjes. - Elk voertuig met dierlijk trac tie, dat uitgerust is met een be stuurdersruimte, moet voorzien zijn van een achteruitkijkspiegel zo opgesteld dat de bestuurder in staat is de weg achter en links van het voertuig gade slaan. Verkeer van de landbouw werktuigen. De inleidende bepalingen van het nieuw algemeen reglement zeggen dat de term voertuig slaat op elk vervoermiddel langs de openbare weg, evenals op elk beweegbaal landbouw- of nij verheidsmateriaal. Hieruit volgt o.a. dat het mecha nisch voortgetrokken landbouw- materiaal aan dezelfde regelen onderworpen is, voor wat de ver lichting betreft, als de motorvoer tuigen en hun aanhangwagens. Voor wat de vaste en beweeg bare bijhorigheden en de wielen met speciale banden betreft, maakt het nieuw reglement evenwel een uitzondering voor de landbouw werktuigen; deze mogen in een straal van 10 km rond de hoeve, of van de hoeve naar het veld en om gekeerd, rijden, op voorwaarde dat zij de weg niet beschadigen. Verkeer van de landbouw- tractoren. De vereiste minimumleeftijd is vastgesteld op 18 jaar voor de bestuurders van motorvoertuigen; hij wordt noch- thans op 21 jaar gebracht indien het gewicht van het voertuig de vijf ton overschrijdt. Tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag, of wanneer de weersomstandigheden het onmogelijk maken een duide lijk zicht te hebben tot op 200 m, moeten de motorvoertuigen en hun aanhangwagens gesignaleerd wor den door: twee witte lichten van voren (standlichten) twee rode lichten achteraan. De electrische installatie van een voertuig moet zo aangebracht zijn dat de rode achterlichten, het licht van het inschrijvingsteken, alsmede de zijlichten, terzelfdertijd als de stand-, kruisings- of koplichten aan gaan. (Zie vervolg 2* bladz. 4e kolom.) 33: :-£0^%&&£.- ,vv.\ /.'/-v/.v, vv.' De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1954 | | pagina 1