Verruiming van de uitvoer van inlands vlees
dringend noodzakelijk
Het vraagstuk van de Uitwijking.
Weekblad
Voor en door de Landbouwers
om onze landbouw van de ondergang te redden.
Arbeid adel
t
AALST 27 NOVEMBER 1954.
33ste JAARGANG Nr 1643
BeheerZeebergkaai 5,
Tel. 242.67
Aalst
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Orgaan van de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
O. CAUDRON.
Onze landbouwers kennen de
katastrofale ineenstorting van de
prijzen voor het slachtvee tijden-
de jongste weken. Deze toestand is
te wijten aan hetfeit dat de vleespro
ductie de behoeften der binnens
landse markt heeft overtroffen en
meer bijzonder aan de schaarste
in dit najaar van veevoeder ver
oorzaakt door ongunstige weers
omstandigheden. Hierdoor zijn on
ze landbouwers gedwongen hun
slachtvee op de markt te brengen
in een kortere tijdspanne dan nor
maal het geval is.
Om aan deze nadelige toestand
te verhelpen, heeft de heer volks
vertegenwoordiger Steps met en
kele collega's op 10 November 1.1.
een wetsvoorstel ingediend dat
voor doel heeft de uitvoer van in
lands vlees te bevorderen.
In de toelichting van dit voorstel
onderstreept de heer Steps het
aanzienlijk belang van de vlees-
voortbrengst voor de landbouw
productie en het inkomen onzer
boeren. Deze voortbrengst verte
genwoordigt niet minder dan 1/3
van de totale land- en tuinbouw-
productie, nl. 13 milliard frank,
waarvan 6.700 millioen voor het
rundvlees.
Tot in 1953, zo betoogt de heer
Steps, volstond de Belgische vlees
productie nog niet om het binnen
lands verbruik te dekken, doch in
de loop van dit jaar werd het ver
zadigingspunt bereikt.
De landbouwtelling van 15 Mei
1954 gaf volgend beeld te zien
Runderen 2.335.075 stuks tegen
2.291.117 op 15 Mei 1953, hetzij een
stijging met 43.985, waaronder 913
duizend melkkoeien tegen 893.000,
hetzij een stijging van 20.000 stuks
of ca 2 °/0.
Varkens: 1.208.000 tegen 1.156.000
hetzij een stijging van 4,6 °/0 of 51
duizend stuks.
Tot heden heeft de Handelsdienst
voor Ravitaillering, met min of meer
succes de rundvleesmarkt geregeld
door aankopen van inlands vlees
voor het leger. Sedert 1 October 1.1.
staan wij nochtans voor de volgen
de toestand eensdeels een steeds
stijgende aanvoer van vee op onze
markten, aanvoer die nog zal stij
gen wegens het tekort aan veevoe
der en hooi ingevolge het slechte
seizoen en ingevolge de beperking
van de aankopen voor het leger
wegens de bestaande voorraden
wat de prijsregelende actie van de
Handelsdienst voor Ravitaillering
zal verminderen.
Het is dan ook te voorzien, dat
de aanvoer van slachtvee op onze
markten gedurende de volgende
weken tot dusver ongekende hoog
ten zal bereiken en dat de prijzen
indien de overheid geen maatrege
len treft om de markt te ontlasten,
gevaar lopen werkelijk in mekaar
te storten.
De vooruitzichten van de heer
Steps hebben zich inmiddels ver
wezenlijkt tot grote schade van
onze veehouders.
De heer Steps verwijst dan naar
het voorbeeld van Frankrijk, Dene
marken, Nederland en Oostenrijk,
die op bepaalde ogenblikken de
zelfde moeilijkheden hebben ont
moet en deze hebben opgelost door
met staatshulp nieuwe afzetgebie
den voor hun vleesproductie te
scheppen. Inzonderheid is Neder
land erin geslaagd door dergelijke
politiek en mede dank zij een door
gedreven handelsinspanning, jaar
lijks meerdere duizenden ton vlees
uit te voeren.
Ook ons land moet dergelijk stel
sel toepassen om de belangrijkste
bronnen van inkomen van de klei
ne en middelgrote landbouwbedrij
ven te vrijwaren en de bestaans
mogelijkheden van verschillende
duizenden gezinnen te verzekeren.
Het zijn de producenten zelf die
in hoofdzaak de financiële inspan
ning moeten leveren. Zij moeten
een offer kunnen brengen teneinde
de uitvoer te bevorderen van de
overtollige hoeveelheden die een
nadelige weerslag zouden hebben
op de prijzen in hun geheel.
Het voorstel van de heer Steps en
consoorten bestaat in het verdub
belen van de slachttaxe op runds-
en varkensvlees. De opbrenst dezer
verhoging zou door het Bestuur van
Financiën gestort worden bij het
Nationaal Instituut van Landbouw
krediet om door dit laatste ter be
schikking te worden gesteld van de
Handelsdienst voor Ravitaillering.
Deze Dienst zal het aldus gevorm
de fonds aanwenden om de uitvoer
van geslacht vlees of toebereide
vleeswaren door de privé-uitvoer-
ders te bevorderen door, wanneer
deze uitvoer anders niet mogelijk
is, geldelijke steun te verlenen om
de Belgische prijzen op het peil te
brengen van de mededinging op de
buitenlandse markten.
Deze prijssteun zou enkel worden
toegestaan, na advies van een
commissie samengesteld uit verte
genwoordigers van de belangen
(Zie vervolg 2' bladz. 2' kolom.)
Als besluit van de artikelenreeks,
die wij aan dit onderwerp hebben
gewijd, willen wij nog even de mo
gelijkheden tot uitwijken bespre
ken, die geboden worden door
Zuid-Afrika en Canada.
Zuid-Afrika.
Hier zijn de mogelijkheden voor
landbouwers practisch nul. De be
langstelling van Zuid-Afrika gaat
voornamelijk naar techniekers en
geschoolde vaklui, waarvoor er
dan ook wel een degelijke kans
bestaat. Aangezien wij hier echter
vooral de uitwijkingsmogelijkhe
den van onze landbouwers op het
oog hebben, zullen wij hier verder
geen aandacht aan besteden.
Canada.
Dit land wordt wel eens ge
noemd het land met de onbe
grensde mogelijkheden. En daar
lijkt het wel op.
Stel u even voor een land dat
ongeveer 300 maal groter is dan
België en dat met een bevolking
van amper 14 millioen (dat is onge
veer 1,5 inwoners per km2). Het ligt
dus voor de hand dat er ginds nog
uitgestrekte gebieden ter beschik
king liggen voor hen die willen en
kunnen werken.
In de provincie Ontario, die door
gaat als de dichtsbevolkte, is nog
niet het tiende deel van de bodem
in gebruik. De andere provincies
zijn naar verhouding in dezelfde
omstandigheden.
En er is in Canada een massa
grond die nog kan ontgonnen wor
den, ook reeds ingerichte bedrij
ven komen regelmatig te koop. Dat
mag misschien bevreemdend lijken
voor een land dat een bloeiende
landbouw kent. Maar de Canadese
landbouwer houdt niet zo erg aan
zijn bedrijf als onze Vlaamse boe
ren. Er moet maar heel weinig ge
beuren opdat hij zijn bedrijf zou
verlaten. Hij trekt dan ook naar de
stad, gaat in een of andere fabriek
werken of aanvaardt ergens een
werk, dat hem beter bevalt dan
boeren. Het lijdt geen twijfel dat de
Canadees heel wat wispelturiger is
dan wij. In de grond is het een
Amerikaan, en heel vast is die aan
zijn grond of dorp niet gebonden.
In Canada is er voldoenne grond,
er zijn ook boerderijen, desnoods is
er hout genoeg om zelf een te bou
wen en ten slotte is er ook moge
lijkheid er binnen te geraken. De
Canadese inwijkingspolitiek gaat
uit van het beginsel dat Canada
behoefte heeft aan mensen, niet al
leen om zijn uitgestrekt grondge
bied te ontginnen, maar evenzeer
om het te verdedigen. Inderdaad,
met zijn 14 millioen inwoners vormt
V.
het vanzelfsprekend maar een
zwakke tegenstander. Men streeft
dus naar een bevolkingsaanwas en
men is de inwijking dan ook goed
gezind.
Een ander beginsel is dat Canada
binnenkomen om er zich te vesti
gen voor de inwijkeling geen recht,
maar wel een gunst is, hem door de
overheid toegestaan. Iemand die
Canada dus binnen wil, zal moeten
voldoen aan de gestelde eisen. De
ze zijn echter niet van aard om een
ondernemend en werkzaam land
bouwer af te schrikken.
De ondervinding heeft uitgewe
zen dat Canada een van die lan
den is, waar een West-Europeeër
zich het gemakkelijkst aanpast.
Het klimaat is er, vooral in het
Noorden, wel iets strenger, maar
toch niet zoveel verschillend van
het onze, dat het een nadelige
weerslag zou hebben op de werk
kracht.
De grootste handicap die iemand
uit onze gewesten overvindt is het
feit dat hij met de toestanden in
Canada weinig of niet vertrouwd
is. En aangezien in ons land weinig
of niets wordt gedaan om de kan
didaten uitwijkelingen voor te lich
ten, is hij grotendeels op zichzelf
aangewezen. Het verdient dus al
tijd de voorkeur, en daar kunnen
wij niet genoeg de nadruk op leg
gen, dat de inwijkeling niet onmid
dellijk een eigen bedrijf tracht te
krijgen, maar eerst gedurende een
tijd als knecht, in loondienst dus,
gans het geval verkent.
Heeft men reeds een kennis ter
plaats, dan kan die ons natuurlijk
onschatbare diensten b e wij z e n.
Maar hoofdzaak is toch altijd, dat
men zelf eerst, met eigen ogen de
toestand heeft leren kennen, de uit
batingsmethodes heeft gezien, vóór
men op eigen benen gaat staan. Zij
die plannen hebben naar Canada
te gaan kunnen zich natuurlijk
reeds hier voorbereiden, ze kunnen
kennis maken met de taal (Engels
en Frans), ze kunnen te rade gaan
bij mensen die er iets meer van af
weten. Maar de eigenlijke aanpas
sing moet in het land zelf toch ge
beuren. Hier blijkt meteen welk
groot nut die zgn. ontvangstcomi
tés hebben waarover de Nederlan
der beschikken.
Terwijl men in loondienst werkt,
verdient men vooreerst toch de
kost en hoeft men dus niet van zijn
spaarcenten te leven. Intussen heeft
men de tijd alles eens te bekijken,
zodat er heel wat minder risico mee
gemoeid is als men de eerste stap
naar de zelfstandige vestiging zet.
Koopt men echter een bedrijf van
(Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom.)
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
Nr 14.25.93.
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn 8 Het overnemen van artikelen zonder
verantwoordelijk voor hun bijdragen 1 aanduiding der bron is verboden,