De begroting van het van Landbouw. Het kunstmatig opfokken van Jonge Biggen. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 4 FEBRUARI 1956. Verschijnt iedere zaterdag 35ste JAARGANG Nr 1704 Beheer Zeehergkaai 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. Rond het verslag der Kamercommissie van Landbouw. Dit verslag werd dit jaar opge steld door de heer Masquelier. Zo als de vorige jaren is het niet van belang ontbloot, omdat het een kijk toelaat op de ontwikkeling van de toestand in de landbouw en op de voornaamste trek ken van de land bouwpolitiek van de regering. De verslaggever begint met een overzicht der begrotingen van landbouw sedert het dienstjaar 1945 tot 1956. Het feit dat deze be grotingen in stijgende lijn gaan wordt beschouwd als een bewijs dat de verschillen 'e regeringen die elkander opvolgden sedert de be vrijding een politiek hebben nage streefd die beantwoordt aan de ex pansie vereisten van onze land bouw. Wij willen hier opmerken dat ondanks deze stijging, de begroting van landbouw in België steeds zeer krenterig wordt behandeld en nog steeds maar over circa 1 °L der glo- blale staatsuitgaven beschikt. Voor het dienstjaar 1956 werd op de be groting van landbouw 901.026.000 fr uitgetrokken tegen 707.477.000 fr in 1955 en 704.569.000 fr in 1954. Vervolgens vermeldt het verslag enkele gegevens over onze land bouweconomie. Aldus vernemen wij dat de totale oppervlakte van het grondgebied ten belope van 3 miljoen ha, de landbouw 1.816.303 ha inneemt die onverdeeld zijn alsvolgt Bedrijven van minder dan van 1 tot 5 ha van 5 tot 30 ha van 30 tot 50 ha 50 ha en meer totaal bebouwde oppervlakte in 1950 1 ha 95.357 ha 378.795 1.045.398 135.598 161.153 1.816.301 ha bebouwde onnervlakve in 1929 131.146 ha 520.114 984.374 143.204 218.738 1.997.576 ha Uit de statistieken blijkt dat 33,3 °/0 van deze gronden door hun eigenaar worden bewerkt en 66,7%, door huurders of pachters. De verslaggever doet hierbij te recht opmerken de exploitatie in eigendom de voorkeur verdient omdat zij de landbouwers de ver eiste onafhankelijkheid verleent tot verbetaring van hun bedrijf en de huidige pachtprijzen een belang rijk bestanddeel zijn van de kost prijs in de landbouw. Hij spreekt zich dan ook uit ten voordele van een wet die de verwerving van landeigendom door de landbou wers in redelijke mate zou bevor deren. De verslaggever antwoord ver volgens op het verwijt als zou de vaststelling der landbouwinkom sten volgens forfaitaire barema 's voor de heffing der belastingen op het inkomen de boeren bevoorde len. Hij weerlegt dit verwijt als volgtWanneer men tegenover de werkelijkheid staat, stelt me i vast dat de meeste kleine familiebedrij ven van 3 tot 6 ha onmogelijk winst kunnen maken die hen in staat moet stellen 1°) aan de uitba ter en aan de leden van zijn gezin een normaal loon te verzekeren en 2°) een rente van de belegde kapi talen te ontvangen. Het meest afdoende argument ter weerlegging van dit verwijt is dat de landbouwers bij verkoop meestal niet in staat zijn de perce len te kopen die zij in pacht heb ben. Dat het de landbouw niet goed gaat wordt ook uitgewezen, vol gens de verslaggever, door de aan groei van de leningen welke de de laaste jaren werden aangegaan door öelandbouwers bij de belang rijkste kredietinstellingen. Deze le ningen worden hoofdzakelijk aan gegaan met het oog op de aankoop van n euw materieel, dat volstrekt noodzakelijk is om gelijke tred te houden met de vooruitgang op ge bied van techniek enmekaniek. Het bedrag van de lopende kre dieten wordt aangegeven door volgende tabel Jaar Bedrag. 1948 2.776.494.000 fr. 1950 4.244.865.000 fr. 1951 4.301.849.000 fr. 1952 4.634.546.000 fr. 1953 5.180.490 000 fr. 1954 5.711.904.000 fr. Ook het landbouwindexcijfer toont de ongunstige toestand aan waarin de landbouw verkeert. De ze index ziet er uit als vergelij kingsbasis het jaar 1951-1952 uitge drukt door het cijfer 100. Vervolg 2' bladz. onderaan 1' kolom.) Naar aanleiding van talrijke pu blicaties, in de Amerikaanse litera tuur verschenen, is men sedert en kele jaren ook in Europa meer aan dacht gaan schenken aan het vraagstuk van de kunstmatige big- genopfok. Voor wat ons land betreft, voor namelijk het Vlaamse gedeelte er van, is de varkensfokkerij in de economie van het bedrijf een bijna onmisbare factor. Het is dan ook niet te verwonderen dat in België een groot aantal varkens aanwezig zijn. De landbouwtelling van 25 mei 1954 gaf volgende uitslagen Biggen, jonger dan 8 weken Varkens van 8 weken tot 6 maand Beren, ouder dan 6 maand Fokzeugen 6 maand tot 1 jaar 1 jaar en ouder Mestvarkens Totaal 394.486 588.612 6.784 40.697 125 020 154.627 1.310.226 Op 1 januari 1955 bedroeg het aantal varkens 1.239.600. In België worden dus ruim 160.000 fokzeugen gehouden. Deze zouden jaarlijks in twee worpen en met een nestgemiddelde van 6 biggen 1.920.000 biggen moeten voortbren gen. Maar de biggensterfte is zeer groot en wij overdrijven geenszins als wij deze ramen op 25 in de eerste levensdagen. Het blijkt im mers uit berekeningen, gemaakt over een aantal jaren, dat de ge middelde jaarlijkse sterfte bij Belgi sche Groot Yorkshirebiggen 21,6 bedraagt en wij weten dat de fok kers van Groot Yorkshire-varkens in ons land wel tot de zorgzaamste mogen gerekend worden. Indien wij van het hoger opgegeven aan tal jaarlijks geboren biggen een vierde aftrekken, dan komen wij tot 1.120.000, hetgeen het totaal aantal varkens vrij dicht benadert. De biggensterfte is te wijten aan oorzaken 1) Afhangende van de zeug: deze kan tijdens of kort na de ver lossing sterven ten gevolge van baarmoederuitstulping, baarmoe derbloeding, buikv'iesontsteking, melkkoorts, enz. Zij kan lijden aan melkgebrek of aan ontsteking van de mammen. Zij kan een aantal biggen doodliggen of dood bijten uit kwaadaardigheid. 2) Afhangende van de grootte van de worp wanneer een zeug meer dan 12 biggen werpt, is de sterfte van een aantal biggen moei lijk te vermijden. 3) Afhangende van de biggen deze kunnen hun lichaamstempe ratuur in de eerste dagen na de ge boorte niet regelen, zodat zij in een koud lokaal gemakkelijk verkleumd geraken en sterven. Jonge biggen zijn ook onderhevig aan een aan tal ziekten en aandoeningen, die vrij spoedig tot de dood kunnen leiden wanneer niet wordt inge grepen. Het doel van de kunstmatige big- genopfok is tweevoudig enerzijds moet getracht worden de biggen sterfte zoveel mogelijk te vermin deren, wanneer het gaat om cata- strophale nesten, anderzijds moet worden gestreefd naar een meer intensieve fokkerij door het uitscha kelen van de zoogperiode en het sneller opnieuw drachtig krijgen van de zeug na de verlossing. Al dus kan een kleiner aantal zeugen even zoveel biggen geven als deze, die nu in leven blijven. Dit vraagstuk van de kunstma tige biggenopfok wordt in het Proefcentrum van de Veeartsenij school te Merelbeke sinds een paar jaar systematisch onderzocht Ook and re proefinrichtingen hou den zich met het probleem bezig, vooral met het oog op het samen stellen van opfokmeel voor de be reiding van kunstmelk. Nochtans dienen nog talrijke problemen te worden opgelost alvorens de me thode van het kunstmatig opfokken van jonge biggen in de practijk op grote schaal zal kunnen worden toegepast. Het is bekend dat het uiterst moeilijk is jonge biggen met koe melk alleen in het leven te houden. Dit is gemakkelijk te begrijpen, als men bedenkt dat de samenstelling van zeugenmelk sterk verschilt van deze van koemelk. Zeugenmelkim- mers bevat meer eiwit en vet dan koemelk. In de maag stremt de kaasstof van koemeikin grote vlok ken, deze van zeugenmelk in zeer kleine vlokken. Deze en nog ande re verschillen maken dat de jonge big de koemelk niet gemakkelijk verteert, zeer dunne afgang gaat vertonen en sterven. Vroeger be hielp men zich zo goed als het kon (Zie vervolg 2' bladz. le kolom). De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden, Proeven ui g voerd met de steun van het Belgisch Instituut voor Voeding dat wij hier gaarne nogmaals onze dank betuigen.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1956 | | pagina 1