MESTPLUIMVEE HET OPFOKKEN VAN KALVEREN. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 14 APRIL 1956. Verschijnt iedere zaterdag 35ste JAARGANG Nr 1714 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Stondsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr M.25.93. O. CAUDRON. OM mamt m IV. In de vorige bijdragen over het opfokken van mestkuikens hebben we enkele algemene problemen be handeld, die, althans in principe, niet verschillen van deze die ge steld worden bij het opfokken van kuikens bestemd voor de leg. Huisvesting, verzorging en hok- inrichting kan vrijwel op dezelfde leest geschoeid zijn voor de gewo ne opfok op de grond zowel voor mest als voor legkuikens. Over het mesten op de batterij hebben we afzonderlijk een en ander verteld. Wat bv. wel verschil mag uitma ken met het opfokken van legkui kens is dat mestkuikens niet zoveel licht behoeven te hebben. Als voe derbakken en drinkgelegenheid gemakkelijk kunnen bereikt wor den is het voldoende. Dit heeft het voordeel dat de dieren rustiger blij ven en ook minder kans zullen zien mekaar te gaan pikken. Tijdens de wintermaanden zorge men er natuurlijk ook voor dat de dieren een voldoende lange dag hebben om in de gelegenheid te zijn een normale hoeveelheid voe der op te nemen. Er zijn reeds proeven bekend met het beurtelings aan- en uitmaken van het licht om de 12 uur, om de 6 uur en zelfs om de 2 uur. Men heeft daarbij ook de kleur van het licht eens van dichterbij bekeken en daarbij vastgesteld dat groen en blauw licht de beste resultaten zou den geven. We menen niet dat het hier de plaats is daarover verder uitte wei den zolang de gunstige invloed daarvan uitgaande nog niet alge meen erkend is, noch zolang de voordelen die kunnen verkregen worden bij het toepassen van der gelijke metoden niet opwegen te gen de meerdere kosten aan ar beid, installatie, enz. We vinden al deze proefnemin gen uiterst interessant, want het ligt tenslotte toch in de bedoeling door al dit onderzoek er toe te ko men de productiekosten nog ver der te drukken door snellere groei en voederbeparing. i en gewone kweker hoeft zich echter voorlopig over al deze din gen geen zorgen te maken en late het proeven doen liefst over aan die mensen die er beroepshalve zijn voor aangewezen. Hetzelfde mogen we bv. zeggen over het toevoegen van sommige stoffen zoals antbiotica en hormo nen aan de voeders, het inplanten van vrouwelijke hormoontabletten bij slachthaantjes, enz. allemaal zaken waarvan bij ons het nut nog niet bewezen is. Het is wel nuttig te weten dat dit allemaal bestaat, doch men blijve er dan verder liefst af. We dienen bij het mesten van kuikens wel speciaal te letten op de voeding. Het is zonder meer duidelijk dat de voederkosten de voornaamste post zijn in de kost prijs van het mestkuiken. Hangt het rendement van het voeder voor een gedeelte af van de erfelijke i aanleg van de te mesten kuikens, speelt de verzorging en al wat er mede samenhangt eveneens een rol in de omzet van voeder tot vlees, vergeten we echter niet dat in de eerste plaats het voeder van hoge hoedanigheid dient te zijn. We willen het kuiken, dat bij de geboorte slechts enkele tientallen grammen weegt op een ouderdom van negen weken reeds afleveren op een gewicht van liefst reeds meer dan 1 kg en willen dan ook een voederverbruik dat liefst lager en zeker niet veel hoger ligt dan 3 kg per kg gewichtsaanwinst. Dit alles is slechts mogelijk met een hoogwaardig voeder zoals bv. door Redt U Zeiven wordt gefabrikeerd. Onze vereniging heeft zich de laatste jaren volledig in deze voe ders gespecialiseerd zodat we zon der overdrijven mogen beweren dat de met onze voeders bereikte resultaten werkelijk prachtig zijn. Bewijze daarvan het steeds groter wordende aantal kuikenmesters die ons hun vertrouwen schenken. Het spreekt vanzelf dat voor mestkuikens niet dezelfde voeders gebruikt worden als voor de leg kuikens. Bij de laatste komt het er op aan het kuiken te doen uitgroei en tot volwaardige leghen, wat wel iets helemaal anders is als het slachtrijp maken op 9 a 12 weken tijd. Bij de voeders voor mestkuikens kan men zich in de meelmengsels er volledig op toeleggen die voe dermiddelen aan te wenden die snel, goedkoop en een goede kwa liteit vlees aanzetten. Het kuikenmestmeel 1 dat de kui kens krijgen gedurende de eerste zes weken is nog geen eigenlijk mestmeel, t.t.z. de eerste weken moeten de dieren nog volop hun gestel ontwikkelen en zo open- groeien dat er veel vlees is aan te krijgen. Volgt dan tot 9 weken het kuikenmestmeel 2, waardoor voor al de spieren (dus het vlees) sterk ontwikkelen. Tenslotte komt na de negende week het kuikenmestmeel 3, het eigenlijke afmestmeel, waar mede de kuikens slachtrijp worden gemaakt en cat ook nog verder gebruikt wordt bij de poelier die de kuikens uiteindelijk zai slachten. (Zie vervolg onderaan hier neven I Voeding en verzorging van het moederdier. De hoedanigheid van de toe komstige dieren hangt steeds af van twee faktoren - de erfelijke aanleg, ontvangen van de ouders en voorouders. - de omgevingsinvloeden, waar onder dient verstaan de voeding (ook gedurende het verblijf in de baarmoeder), de verzorging en de huisvesting. De voeding van de kalveren be gint reeds vóór de geboorte en wel vanaf de bevruchting van de koe. Het is immers het lichaam van het moederdier dat aan de groeiende vrucht de eersie noodzakelijke voedingsstoffen moet verschaffen. Het spreekt dan ook van zeif aat de grondslag voor een lonende kalveropfok begint bij een verzorg de en oordeelkundige voeding van het moederdier. In dit verband valt op te merken dat een gepaste droogstond (onge veer 2 maand) van groot belang is, niet alleen voor het nog ongeboren kalf, maar op de eerste plaats voor de koe zelf. Tijdens de droogstond met een daarbij passende voeding (die moet overeenkomen met een rantsoen voor dieren met eenmelk- i In dit afmestmeel heeft R.U.Z. er terdege rekening mede gehouden dat benevens het aanzetten van vet er ook nog steeds vlees bijkomt en dat een produkt kan aangebo den worden dat door de verbrui ker zeer gewild is. Al deze voeders voor mestkui kens zijn allmashvoeders, worden dus gevoederd zonder toevoeging van granen. Enkel meel en water. Wie zou van plan zijn andere voedermiddelen, als bv. melkpro dukten, aardappelen, vlees- of vis- afvallen, bij te voederen, kan ons altijd daarover raadplegen. Het mesten van kuikens schijnt uitbreiding te nemen in onze streek. We wensen niets liever te zien dan dat onze mensen er een stuiver kunnen aan verdienen. Daarom is het ook onze bedoeling geweest in enkele bijdragen over deze pluim- veetak een en ander te vertellen opdat onze mensen er profijt zou den uithalen. Er is echter niet over alles gesproken, dit is ook onmoge lijk, en vele kleinigheden hebben we opzettelijk niet aangeraakt om geen verwarring te stichten. We herhalen echter nogmaals dat onze technische dienst steeds bereid is alle mogelijke inlichtingen over het mesten van kuikens te verschaffen. Reeds meerdan een kweker is door het volgen van onze raad goed ge varen. gifte van 10 liter), die voldoen^ vitaminen, mineralen en spore11" elementen bevat, worden er reser- ven gevormd, die het moederdier en het kalf in de toekomst van groot voordeel zullen zijn. Daaren boven krijgt het moederdier de ge legenheid te herstellen van de vo rige lactatieperiode en verzamelt ze krachten voor de volgende. De verminderde melkgifte, als gevolg van het droogzetten, zal in de vol gen e lactatieperiode dubbel inge haald worden. Onvolledig gevoede dieren zul len zwakke jongen voortbrengen, met weinig groeikracht en grote vatbaarheid voor allerlei ziekten. Het algemeen bekende feit, dat najaarskalveren veel gemakkelij ker opgroeien en minder vatbaar voor ziekten zijn dan winter- en voorjaarskalveren, is in hoofdzaak een gevolg van het feit dat de win- tervoeding van de drachtige koei en armer en slechter is dan de zo- mervoeding. Vitamine A en of provitamine A- j (carotine) alsook vitamine D-tekor- ten zijn vrij algemeen bij het melk- vee gedurende de winter en het- voorjaar, om nog maar niette spre- j van een onvoldoende of onvolledi ge mineraalvoorziening en on- j evenwichtige totaalrantsoenen. De kalverenfokker moet er van doordrongen zijn, dat veel kalve ren te zwak of dood worden gebo ren tengevolge van onvolledige voeding der drachtige dieren. Het kalven. Als de tijd van kalven daar is, zal het goed zijn, de koe op een daarvoor geschikte plaats af te zonderen. In elk geval zorge men er voor, dat de plaats waar het dier moet kalven zindelijk is en voorzien van een behoorlijk stro bed, terwijl er ruimte genoeg moet zijn om, zo nodig, hulp te kunnen bieden. In een te kleine ruimte is goede hulp bij de verlossing moeilijk door te voeren en hierdoor zijn veel koeien ernstig beschadigd en kal veren dood geboren. Op te merken valt, dat overma tig trekken (wat nog veel voorkomt) moet vermeden worden. Als bij een normale ontsluiting en matig trekken (één, ten hoogste twee niet te brutale trekkers) geen geboorte kan plaats hebben, dan wordt het tijd de veearts of een goede ver loskundige bij te halen. Met dom mekrachten een verlossing force ren, heeft menig koe en kalf het le ven gekost. Direct na de geboorte beginnen voor het kalf andere levensomstan- (Zie vervolg 2e bladz. le kolom) 1 i' *iVh<j "V i i ii. inn rmuiUi T~"'" I "r i"Ti WtiUt rHi - rjetJtïrtw. t&tgetn »y— De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1956 | | pagina 1