Een regeling die zich opdringt HET OPFOKKEN VAN KALVEREN. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt Instelling van een premie voor de teelt van voedergranen. AALST 21 APRIL 1956. Verschijnt iedere zaterdag 35ste JAARGANG Nr 1715 Beheer Zeebergkaoi 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. De heren volksvertegenwoordi gers De Nolf, Heger, J. Van Den Eynde, Steps, Dupont en Jacques, hebben op 27 maart 1.1. bij de Ka mer een wetsvoorstel ingediend dat voor doel heeft een premie in te stellen voor de teelt van voeder- granen. Wij betuigen gaarne onze in stemmingmet dit voorstel, daar wij van den beginne af het standpunt hebben verdedigd dat de finan- j ciëie steun verleend voor de Staat i aan de tarweteelt om redenen van billijkheid en in het belang van een behoorlijk landbouwbeleid ook diende uitgebreid tot de andere graansoorten zoals rogge, gerst, haver enz. Het grote argument dat werd in geroepen voor de steun aan de in landse tarweteelt, nl dat deze op een voldoende peil dient gehou den als factor van evenwicht in de landbouwproductie, geldt ook voor de andere graansoorten. Hierbij komt, dat het toekennen uitsluitend van staatsteun aan de tarweteelt neerkomt op een gunstregime ten bate van de uitbaters van rijke gronden, terwijl de uitbaters van arme gronden aan hun lot werden overgelaten. In de toelichting van hun wets voorstel betogen de indieners dat de Belgische landbouw thans een moeilijke periode doormaakt. De prijzen der landbouwproducten da len geleidelijk, terwijl de produc tiekosten voortdurend stijgen. Het evenwicht is dan ook volledig ge broken. Voor de landbouwbevolking uit de minder vruchtbare gewesten van ons land is de toestand werke lijk onhoudbaar geworden. Niette genstaande onmenselijke werk prestaties, een zeer sobere levens wijze en het toepassen van de laatste bevindingen der weten schap, kan de landbouwer niet meer rondkomen. Er dient beslist hulp geboden om de steeds toenemende landvlucht, met al de zware gevolgen daaraan verbonden, te remmen. Anderzijds dient vastgesteld dat erin ons land een bijzondere be kommernis bestaat opdat het in dexcijfer der levensduurte toch niet zou stijgen. Het gevolg hier van is dat de prijzen der landbouw producten 3. voortdurend gedrukt worden, niettegenstaande zij reeds de laagste zijn van heel de rij der produkten die deel uitmaken van de index. Het instellen van een premie op de teelt van voedergranen zou on getwijfeld bijdragen om de kost prijs der landbouwprodukten te verlagen, en tevens de bestaans mogelijkheden te verbeteren van dat gedeelte der landelijke bevol king dat het zwaarst werd getrof fen. Deze schikking zou daarenbo ven ook het evenwicht in de plant aardige landbouwproduktie bevor deren. De tekst van het wetsvoorstel. Art. 1 Er wordt op^de begro ting van het Ministerie van Land bouw jaarlijks een bijzonder kre diet uitgetrokken bestemd als steun aan de teelt van voedergranen in ons land. Art. 2 - De uit te keren tege moetkoming wordt bepaald op 1.000 fr. per ha dit bedrag kan jaarlijks herzien worden bij K. B. naar gelang van het verschil in kostprijs en de handelswaarde der inlandse voedergranen. Art. 3 - De voedergranen welke in aanmerking komen voor de toe kenning van deze steun zijn rog ge, haver, gerst en korrelmaïs. Art. 4 Als basis voor de bere kening van deze premie wordt de beteelde oppervlakte van genoem de voedergranen genomen. Art. 5 Al wie een valse aan gifte doet, met het doel op een on rechtvaardige wijze de premie te bekomen, woidt de tegemoetko ming voor het lopende jaar gewei gerd. Bij herhaling wordt de schul dige definitief uitgesloten van de toekenning dezer premie. Art. 6 - Deze wet treedt in wer king met ingang van de oogst 1955- 1956. Art. 7 De Minister van Land bouw wordt belast met de uitvoe ring van deze wet. Wij spreken de 'verwachting uit dat dit wetsvoorstel niet te lang op een behandeling door het par lement zal moeten wachten, der wijze dat artikel 6 werkelijk kan worden toegepast met ingang van de oogst 1955-1956. (2de bijdrage) Met welk doel wordt gefokt Alhoewel de voeding en behan deling de eerste paar weken voor alie kalveren practisch gelijk zijn, moet toch de eerste dagen ree 'Is bepaald worden wat de toekom stige bestemming der kalveren wordt 1) kweek- en productiedier 2) slachtdier als een- of meer jarige; 3) slachtkalf van enige maan den. Iedere1 bestemming vereist ver schil in verzorging en een speciaal op het doel gerichte voeding. Dit wordt nog maar al te dikwijls, tot groot nadeel, vergeten. Om met succes en voordeel kal veren te kweken, moet voor ieder doel de gepaste levenswijze en voeding gekozen worden. De kweekkalvers Voor toekomstige fok- en pro- ductiedieren is een snelgroeime- tode met zoveel mogelijk melk en krachtvoeder, totaal verkeerd, en bovendien louter geldverspilling. Het doel is in dit geval niet om de duurst mogelijke, zware drie of zes maands kalveren te bekomen en evenmin om met de vetste vaar zen en stieren naar de keuring of tentoonstelling te gaan. Doel moet zijn om koeien te fok ken, die met de minste kosten op groeien, tot langlevende, krachtige productiedieren. Doel moet zijn om koeien te fok ken, die vanaf het begin van het derde levensjaar een goed kalf brengen en een behoorlijke hoe veelheid melk geven. Doel moet zijn melkkoeien voort te brengen, die 10 tot 12 kalveren en 50 tot 60xOU liter melk kunnen leveren. Doel moet ook zijn stieren te fok ken, die, bij gebleken geschikte overerving, veel jaren pioductief kunnen blijven. Deze doeleinden zal men nooit bereiken, zelts ahseen goede erie lijke aanleg aanwezig, met een kostelijk snelgroei-metode in de jeugd. Met deze snelgroei-metode zal men jonge dieren krijgen die meer gekost hebben dan ze waard zijn, die, door vervetting, slecht vrucht baar of geheel steriel zijn gewor den en veroordeeld zijn om na wei nige jaren als versleten en onge schikt te worden afgezet. Als men bedenkt dat jonge koei en pas vanaf de tweede of derde lactatioperiode winst kun nen afwerpen, als ze goed of ruim middelmatig opbrengen, en dat de ze met een slechte productie nooit winst opbrengen, dan zalmen be grijpen dat alleen productieve, langlevende dieren een winstge vend bedrijf mogelijk kunnen ma ken. De toekomst van een bedrijf en de gehele veehouderij hangt af van gezonde, sterke, goed kwekende en veel melkgevende koeien, die in staat zijn op voordelige wijze al le hoevevoeders gras, hooi, stro, beten, loof, pulp, enz, om te zetten tot een gunstige productie. Daarom dringen wij aan in de kalverenopfok de uiteindelijke be stemming als richtsnoer te nemen en een fokkalf niet op te kweken als een mestkalf. De mestkalvers. Deze zijn in twee kategoriën in te delen enerzijds de mestkal- veren die op oudere leeftijd en an derzijds mestkalveren die op jonge re of zeer jonge leeftijd voor de slachtbank bestemd zijn. De eerste kategorie wordt in de begintijd gelijk opgefokt als de eigenlijke fokkalveren. Alleen is het minder nadelig als ze wat vet ter worden, doch dit hangt geheel af van de vermoedelijke levens duur. Hoe ouder ze moeten worden vóór de eigenlijke vetmesting be gint, des te meer geraamte en vlees moet er eerst gevormd worden en des te langer moeten ze gekweekt worden zonder grote vetaanzet- ting. Als toekomstige slachtdieren het eerste half jaar een overmatige voeding krijgen en dan een schrale winter meemaken, gaat het eerst gewonnen zwaardere lichaamsge wicht weer verloren en daarmede het voordeel van de snellere groei in de eerste maanden. Kalveren, die dus bestemd zijn om op twee of drie jarige leeftijd slachtrijp te zijn, moeten het eerste half jaar op dezelfde wijze gekweekt worden als deze die voor fok- en melkproductie moeten dienen. Zijn de kalveren bestemd om op 8 tot 12 maanden geslacht te worden, dan is een snelle groei in de eerste maanden voordelig, mits men zorg drage dat nimmer door een slechte voedingsperiode, de regelmatige groei worde onderbroken. Voor de eigenlijke witte slachtkalveren gelden boven staande regels niet. [Zie vervolg 2' bladz. 1' kolom). |M I» »||l WHHllllllll" H[i<»l»l«. »»i«rii' '«.IW ITOMI»' .1 nr jjtW&T.-, De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1956 | | pagina 1