De nieuwe wet op het Ouderdomspensioen der Zelfstandigen. De Veredeling van Planten en Dieren. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 1 DECEMBER 1956. Verschijnt iedere zaterdag 35ste IAARGANG Nr 1746 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. De werking van het Solidariteits- en Waarborgfonds. Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. 242.67 (3de bijdrage) In onze twee vorige nummers hebben wij enkele van de voor naamste bepalingen toegelicht van het Koninklijk Besluit van 30 Octo ber 1956 betreffende de werking van het Solidariteits- en Waarborg fonds nl. het bedrag der solidari teitsbijdragen alsook het tijdstip en de wijze van hunne betaling het bedrag der verschillende kosteloze toelagen of voordelen verleend door voormeld fonds en de pleeg vormen die verband houden met het indienen van de aanvraag bij de ontvanger der staatsbelastingen van de werkelijke verblijfplaats van de aanvrager. Zoals wij in on ze vorige bijdragen meedeelden, maakt de ontvanger der belastin gen binnen de vijftien dagen na ontvangst der aanvraag het dos sier van deze laatste over aan de controleur der belastingen van de omschrijving voor beslissing in eer ste aanleg. Onderzoek door de controleur der rechtstreekse belastingen. De controleur onderzoekt en ve rifieert ieder dossier van aanvraag. Binnen 15 dagen na ontvangst, doet hij dit samen met zijn gemo tiveerd advies toekomen aan het Solidariteits en Waarborgfonds. Hij ziet inderdaad het bedrag na van de bestaansmiddelen aange geven door de aanvrager, daartoe steunt hij onder meer op de inlich tingen waarover hij inzake inkom stenbelastingen beschikt. Hij ver richt alle onderzoeken die hij nut tig acht en tekent zijn bevindingen aan in de kolom daartoe bestemd op het officieel aanvraagformulier. Onder meer vraagt hij inlichtin gen aan de ontvanger van regis tratie en domeinen in wiens ambts gebied de aanvrager zijn verblijf plaats heeft, betreffende de roe rende en onroerende goederen waarvan de aanvrager, of, in voor komend geval, zijn echtgenote eigenaar is, of geweest is. In ge meenten waar de ambtsbevoegd heden over verscheidene kantoren zijn verdeeld, is de ontvanger der erfenisrechten bevoegd. De ontvanger der registratie aan wie een dergelijke vraag is ge richt, verstrekt bovendien alle ge gevens in zijn bezit, namelijk deze betreffende hypothecaire voor schotten en renten, alsmede de waarden in portefeuille die de aanvrager bezit blijkens een aan gifte inzake belasting op het kapi taal, een aangifte van erfenis, een akte van verdeling of van vereffe ning, een akte bekend gemaakt in de verzameling der akten van ven nootschappen, of elke andere ak te. Wanneer de ontvanger der re gistratie in zijn antwoord vermeldt, dat de verzoeker bekend is in het ambstgebied van andere kantoren, vraagt de controleur der belastin- aan de titularis van elk dezer kan toren de hierboven vermelde in lichtingen. Deze ontvanger der registratie vermeldt op de steekkaart van de belanghebbende dat deze de aan vullende rente of kosteloze toela ge heeft aangevraagd. Hij geeft het Fonds kennis van alle wijzigin gen in de vermogentoestand van de belanghebbende. Het maximum bedrag van de aanvullende rente of kosteloze toe lage wordt toegekend wanneer de bestaansmiddelen van de aanvra ger, eventueel vermeerderd met deze van zijn echtgenote, 10.000 fr. voor een gehuwde man, of 6.500 fr. voor een alleenstaand persoon niet overschrijden. Indien het bedrag der bestaans middelen voormelde cijfers over treft wordt het bedrag van de aan vullende rente of kosteloze toelage bepaald op het verschil tussen het maximumbedrag der voordelen en het gedeelte der bestaansmiddelen dat de hierboven vastgestelde grenzen overschrijdt. Hoe worden de bestaansmiddelen berekend Alle bestaansmiddelen van de aanvrager en in voorkomend ge val, die van zijn echtgenote, van welke aard en oorsprong ook, ko men in aanmerking voor de vast stelling van het bedrag der koste loze voordelen. De bestaansmidde len worden berekend alsvolgt 1° voor de helpers wordt het beroepsinkomen vastgesteld op grond van de werkelijke of fictieve bezoldiging die zij genieten bij het indienen der aanvraag 2° voor de zelfstandigen wordt als bestaansmiddelen aangere kend het bedrag der inkomsten waarop de bedrijfsbelasting kan worden geheven en dat betrek king heeft op het jaar vóór datgene van de indiening der aanvraag. De bedrijfsinkomsten worden evenwel niet meer als bestaansmiddelen in rekening gebracht, zodra de be langhebbende ophoudt zijn beroep uit te oefenen (Zie vervolg 6' bldz. le kolom) Practische Veeverbetering De melkgifte. Tot nu toe hebben wij, aan de hand van verschillende voorbeel den, een inzicht gegeven in de wij ze, waarop bepaalde erfelijke eigenschappen van de ouders op de nakomelingen worden overge dragen. Wat bij de veredeling van het vee echter de meeste belangstelling heeft is wel de melk- en botervet- productie. Binnen zekere grenzen kan men die, door een doelmatige verzorging, door een goede en oor deelkundige voeding, door een be tere huisvesting, enz. wel opdrijven. Maar al heel gauw zijn die gren zen bereikt omdat men nooit boven de erfelijke mogelijkheden van de dieren uit kan komen. Het komt er dan ook op aan een stal dieren te hebben, die van huis uit, dus erfelijk, goede melkgeef- sters zijn en die daarbij een be hoorlijk vetgehalte geven. En zoals bekend zijn deze beide eigenschap pen in grote mate erfelijk gebon den. Hoofdzaak is dus vader- en moederdieren te gebruiken, die bewezen hebben, de gewenste er felijke hoedanigheden in grote ma te te bezitten. Een eerste manier om het pro- ductiepeil van een gegeven stal te verhogen is een voortdurende se lectie van de moederdieren, dus op de koeien van het hof zelf. Dit heeft wel een aantrekkelijke zijde in die zin, dat men die dieren vol komen kent, dat men (ten minste bij een melkcontrole) met vrij grotere zekerheid kan oordelen over hun waarde, te meer daar wij ze alle dagen onder eigen ogen hebben De dieren die dan niet voldoen kan men verwijderen en vervangen door andere. Dat is echter een zeer kostelijke methode omdat de uit slagen ervan zeer twijfelachtig zijn. Het enige waarover men zeker is, is het opruimen van minderwaar dige dieren. Want de nieuwe die men in de plaats stelt bezorgen ons steeds verassingen. Ze blijven al tijd een risico hetzij men ze zelf aankweekt, hetzij men ze aankoopt. In aanmerking genomen de gro te kosten die met zo 'n manier van werken gepaard gaan, en de vrij grote risico 's, verdient het de voor keur het anders aan boord te leg gen. Dat men trouwens van deze methode is teruggekomen blijkt uit wat prof" Hammond enkele tijd ge leden in de Veeartsenijschool van Kuregem in een voordracht zei In Engeland heeft men jaren lang koeien gecontroleerd en diegene met minderwaardige uit- slag verkochtDat systeem heeft noch de nationale melkproductie vermeerderd, noch verhinderd dat steeds opnieuw minderwaar- dige melkgevende vaarzen gebo- ren werden bij die veehouders, die aan melkcontrole deden. Hoe komt het nu dat hierdoor geen goede uitslagen werden beko- men Omdat men geen belang gehecht heeft aan de (erfelijke) melkwaarde van de stieren, die de overblijvende koeien dekten dus omdat men weinig of niet om- gezien heeft naar de kwaliteit van de dekstieren, zijnde de va- der van de toekomstige vaarzen. En dat leidt ons dan tot de twee de manier van werken het ver edelen van de bestaande veesta pel door het gebruik van goede stieren. Hierbover zei prof. Ham mond Het huidige en nieuwe systeem (in Engeland) bestaat in het ge- bruiken van beste productiedie- ren en het terzelfdertijd verhinde- ren dat minderwaardige produc- tieafstammelingen worden gebo- ren. De productiekwaliteit (of het min goede, dan wel betere melkgeef- sters zijn) van de koeien, waar- mee men vertrekt om verder te kweken, is van veel minder be- lang. Bv. begint men op een hoe- ve met min goede meikgeefsters, doch gebruikt men er onophou- dend (ttz. de ene na de andere) een beste melkstier, dan is het 4de geslacht dat op de hoeve ge- boren wordt, reeds bijna uitslui- tend samengesteld uit beste melk- geefsters Iemand, die aandachtig onze vroegere uiteenzettingen heeft ge lezen, zal weten dat in het over brengen van de erfelijke eigen schappen het vaderdier een even grote invloed heeft als het moe- derdier. De kalveren krijgen im mers van de beide ouders elk de helft van hun erfelijke uitrusting. Nu is het toch altijd veel econo mischer gebruik te maken van een prima stier, dan zo maar koeien af te zetten en ze door andere te ver vangen, zonder daarbij de zeker heid te hebben dat er een verbe tering zal op volgen. Maar wat bedoeld wordt met wat Prof. Hammond zegt, nl. dat na de 4de generatie de stapel bijna uitsluitend uit goede melkgeeftsters (Zie vervolg 2e bladz. 1' kolom). De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. IIMiUWl lHISm. 41 STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden, Ü-BBETOS,» June***'

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1956 | | pagina 1