De ontwikkeling van de veeteelt en de landbouw in Katanga. De Belgische maalderijen en de inlandse tarwe. Weekblad Voor en door de Landbouwers Rechtskundige Dienst Arbeid adelt AALST 24 OOGST 1957. Verschijnt iedere zaterdag 36ste JAARGANG Nr 1783 Beheer Zeebergkaai 5. Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de S&cmdsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr M.25.93. O. CAUDRON. (2de bijdrage). In ons vorig nummer gaven wij, aan de hand van gegevens ver strekt door een verslag van het Bijzonder Komité voor Katanga een beknopt overzicht van de ont wikkeling van de veeteelt in Ka- tanga. In deze bijdrage zullen wij vooreerst een overzicht geven van de evolutie der voornaamste land- bouwteelten. De blanke kolonisten hebben zich in de jaren na de jongste oor log vooral toegelegd op de uit breiding van de teelt van voeder gewassen ten behoeve van hun melkvee. De concurrentie van de ingevoerde boter en kaas en de stijging der krachtvoeders hebben de Europese veehouders aangezet tot het in silo onderbrengen op grote schaal van groenvoeders, waaronder bijzonder dient ver meld voedermaïs alsook tot ster ke uitbreiding van luzerneklaver en andere inlandse groenvoeders. Talrijke silo's voor voeder werden dan ook gebouwd sinds de jongste oorlog. De uitbreiding van groen- voederteelten werd grotendeels bevorderd door het gebruik van het zwaar landbouwmaterieel van het Bijzonder Komité van Katanga, doch werd anderzijds geremd door de schaarste aan goede gronden voor de winning en de hoge prijs der meststoffen. Gezien de toeneming der prij zen van de levensmiddelen voor de inlanders, breiden enkele Euro pese landbouwers sedert enige ja ren ook de teelt uit van graanmaïs en zoete aardappelen voor de voe ding der inlandse arbeidskrachten dermijn- en nijverheidsonderne mingen, meer bijzonder in de om geving van Jodotstad enTenke. Doch het economisch rendement van melkvee hangt niet alleen af van de winning van veel groenvoe- der, doch ook en voornamelijk van de verbetering der natuurlijke wei den en de aanleg van goede kunst weiden. Zulks vergt doorgaans tal rijke en zeer kostelijke werken als: afsluiting, het gelijkmaken der gronden, het omploegen en be zaaien, draineren of bevloeien, het beschermen van het hooi of wei land tegen bosbranden het aan wenden van de passende kunst meststoffen en uitgeleden zaaizaad enz Trots de aanzienlijke hulp ge boden door het Bijzonder Komité en I.N.E.A C. gaan de veekwekers enkel op voorzichtige wijze over tot aanleg van nieuwe weiden en de verbetering dor bestaande. Onze rechtskundige houdt zijn zitdag zondag 25 oogst tussen 10 en 12,30 u., in het lokaal De Koornbloem» Grote Markt, Aalst. OPMERKING Wij moeten er hier uitdrukke lijk op wijzen dat deze rechts kundige dienst slechts koste loos is voor onze leden. Ieder lid dient dus voorzien te zijn van zijn abonnementskwijting op «De Koornbloem», zoniet zal hij, zo als de niet-leden, het bedrag van een jaarabonnement op De Koornbloem zijnde 72 fr., per raadpleging dienen te betalen. Wanneer een lid zijn bewijs van lidmaatschap zou vergeten hebben zal hem eveneens dit bedrag worden aangerekend. Dit zal hem echter op onze bure len worden terugbetaald op zijn aanvraag en mits voorlegging vanzijnbewijs van lidmaatschap. Iedereen wordt verwittigd dat hier geen uitzonderingen kun nen gemaakt worden. Nochtans verbetert de winning van hooi en de bewaring ervan geleidelijk. De groententeelt heeft zich sinds de oorlog sterk ontwikkeld, zodat de voortbrengst van verse groen ten bijna volstaat voor de bevoor rading van de Europese bevolking der provincie. Ook de inlanders die de steden bewonen waarderen meer en meer de Europese groen ten. De fruitvoortbrengst is nog niet voldoende om te voorzien in de plaatselijke behoeften. Het plaat selijk station van de I.N.E.A.C. Ie- j vert aan de tuinbouwers de vereis te planten en jonge bomen. Deze instelling, die zulke grote verdiensten heeft op gebied van de verbetering der koloniale teel ten, heeft tijdens de laatste jaren de kuituur van de meloen op punt gesteld. De bloementeelt heeft ook j uitbreiding genomen in de omge ving van Elisabethstad. De tabakteelt heeft alreeds een aanzienlijke uitbreiding genomen. Sedert 1949 brengen de kolonisten, in de streek tussen Lubilash en Lu- bishi geïnstalleerd door de Mij Cobelkat, tabak voor van het type Sumatra waarvan de oogst zo wel in kwaliteit als in hoeveelheid toeneemt. (Zie vervolg 2e bladz. 2' kolom). De vereniging der Belgische maalde rijen die bijna alle nijverheidsmaal- derijen van ons land groepeert heeft onlangs een verslag uitgegeven over de verplichte inmenging van de inlandse tarwe in het brood dat vooral de tech nische zijde van het probleem belicht. Bij het begin van het verslag wordt erop gewezen dat men het n iet nodig geacht heeft ce verschillende economi sche aspecten verbonden aan een hoger of lager inmengingspercentage te ontle den. De vereniging van Belgische maalderijen heeft echter o.i. een vergissing begaan ook niet met dit uitzicht van de zaak te willen reke ning houden. Zuiver technisch re denerend komen ze tot besluiten welke zich bijna uitsluitend op eco nomisch plan bewegen, waarvan de gevolgen of de uitvoerbaarheid misschien wel technisch doch niet economisch verantwoord zijn. De maalderij kassier van de Staat Men weet dat onze inlandse tar- weoogst niet volstaat voor de broodgraanbevoorrading van de I Belgische bevolking. Wij verbrui- ken in ronde cijfers jaarlijks één miljoen ton tarwe en brengen daar van min of meer de helft voort. De kostprijs van onze inlandse tarwe maakt het echter noodzakelijk dat deze duurder wordt betaald dan de ingevoerde, temeer daar de in gevoerde tarwe op onze markt wordt aangeboden tegen werke lijke dumpingprijzen. Hoe wordt nu de Belgische tar we aan prijs gebracht De Belgi sche maalderijen worden verplicht een zeker procent Belgische tarwe te vermengen in het bakmeel met het gevolg dat de binnenlandse prijs, die de richtprijs benadert, ho ger is dan de buitenlandse. Waar het brood nu in ons land tegen een vastgestelde prijs moet worden verkocht, dient de Staat het prijsverschil bij te passen tus sen de Belgische en de ingevoerde tarwe. Dit geschiedt onder vorm van toelagen aan de maalderijen, om ze in staat te stellen de inlandse tarwe tegen de richtprijs op te ko pen. De maalderij, bij opkoop van de inlandse tarwe, wordt dus in ze kere zin een geldschieter van de staat, hetgeen we ooit een maalder eens smalend horen noemen heb ben "de brievenbus van de Staat,,. Nu beweren de maalderijen in hun betoog dat de Staat op 7 juli jl. een bedrag van 180 miljoen heeft achtergehouden op het bedrag van de toelagen. Over de juistheid van dit cijfer kunnen we ons niet uit spreken, maar hetgeen we wel we ten is dat de boeren in vele geval len door de maalderij een prijs voor hun tarwe betaald krijgen die be neden de richtprijs ligt en hetgeen we ook weten is dat de maalde rijen in hun onderlinge mededin gen hun meel verkopen beneden richtprijs. De bewering van de maalderijen als zouden zij voor een groot deel de steunpolitiek van de Staat aan de landbouw betalen met hun eigen penningen, is dus alles behalve juist. Veeleer helpen de maalderijen de regering bespa ringen doen op de rug van de boeren. De meelprijs die beneden de richtprijs ligt is niet alleen een ge volg van de scherpe mededinging welke onder de maalderijen heerst, maar ook ten dele omdat in vele gevallen de door de maalderijen opgekochte tarwe niet zijn richt prijs vergoed ziet. Tarweoogst van goede hoedanigheid. In haar betoog wijst de vereni ging der maalderijen er verder op dat zelfs bij een inlandse tarwe oogst van goede hoedanigheid het inmengingspercentage de 50 t.h. niet mag overschrijden Een groter percentage zou een ongunstige in vloed hebben op de broodhoeda- nigheid. Als reden hiervoor geven ze het feit op dat onze inlandse tarwesoor- ten van het zachte type zijn en gro te hoedanigheidsverschi len verto nen. Ook dienaangaande zal er twij fel rijzen, wanneer men denkt aan het voorbeeld van Frankrijk dat bijna uitsluitend weke tarwe voortbrengt en er toch in lukt tar wemeel van goede hoedanigheid te vervaardigen. En wat dan ge zegd van een aantal kleine maal- derijtjes in ons land, die zonder toelage en zonder inmenging van vreemde tarwe (dus uitsluitend met inlandse tarwe) er in slagen toch uitmuntend tarwemeel te leveren Tarweoogst van slechte hoedanigheid. Volgens hogerbedoeld betoog is dit het geval met twee oogsten op drie. De maalderijen hebben het hier vooral over de tarweoogst van het jaar 1956 welke, omwille van weersomstandigheden, mi n d e r goed was. Ze houden voor dat het inmengingspercentage in geen ge val hoger mag gaan dan 35 a 40 °/0 (Zie vervolg 2bladz. 1' kolom). De Koornbloem Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145 STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1957 | | pagina 1