Weekblad
De leefbaarheid van onze
VEE- en VARKENSKWEEK
in gevaar.
Onze zuivelpolitiek vergt
een grondige herziening.
Voor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
AALST 9 NOVEMBER 1957.
Verschijnt iedere zaterdag
36ste JAARGANG Nr 1794
Beheer Zeebergkaai 5, Aalst
Tel. 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Lanc
1
Orgaan van de
lbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O. CAUDRON.
We schreven verleden week dat
er in 1957 in totaal 976.000 melk
koeien en 130.000 vaarzen werden
aangegeven.
We kunnen gerust schatten dat
we in 1958 minstens 1 miljoen melk
koeien zullen bezitten.
Zonder te spreken van de ver
meerdering der vleesvoortbrengst,
dat zeker niet over het hoofd mag
worden gezien, moeten we ons af
vragen waar we ten slotte met al
de voortgebrachte melk en boter
zullen verblijven.
Het is een vraagstuk dat niet al
leen door de boeren in 't gezicht
wordt gekeken maar door alle per
sonen die met zuivel iets te maken
hebben.
AlvoreKS over deze belangrijke
kwestie mijn gedacht te zeggen
heb ik links en rechts inlichtingen
ingewonnen en dus verschillende
klokken gehoord.
Ik moet bekennen dat het een
zeer omvangrijk en ingewikkeld
vraagstuk is dat niet in een hand
omdraai een beslag zal krijgen en
dat nooit tot een goed einde zal
worden gebracht zonder officiële
tussenkomsten en zonder beknot
ting van de vrijheid van kweker,
bewerker en handelaar.
Er dient naar mijn opvatting een
goed doordacht en uitgewerkt pro
gramma opgesteld in samenwer
king met onze ministeriële diensten
en met een vaste leiding.
Iemand sprak me zelfs van een
soort corporatie voor de zuivelnij-
verheid zoals we in de laatste oor
log kenden of wat erop gelijkt, om
dat we met de vrijheid van heden
en de bestaande misbruiken en
anarchie zeker naar een ramp gaan
voor onze kwekers.
Naar mijn oordeel dient er min
stens een statuut te worden uitge
werkt hetwelk gans het zuivelbe
drijf van het begin tot het einde in
vaste handen houdt.
De konkurrentie tussen melkerij-
en en verdelers leidt tot erge mis
bruiken en dit alles ten nadele van
het bedrijf en vooral van de kwe
kers.
Genoemd statuut zou handel en
propaganda moeten in handen
krijgen en de richtlijnen moeten
aangeven aan de zuivelvoort-
brengst, de bewerking en de ver
deling.
Heden gaat het reeds heel las
tig, er komt te veel melk en zeker
te veel boter op de markt en het
stockeren in massa zoals het nu
gebeurt kan niet voortduren. En ge
zien de meerdering van melkvee
in de toekomst is het slechts een
begin van de moeilijkheden.
Er moet iets gevonden worden
om in korte tijd afzet te vinden
voor onze zuivelvoortbrengst.
Buiten de bestaande propaganda
voor meer melkverbruik die zeker
veel goed heeft gedaan, bestaan
ernaar onze mening drie middelen
om de overvloed in te dijken, en
wel namelijk het drogen tot melk
poeder, het verdikken van melk en
een regeling waarbij de gebruiks-
melk aan 32 inplaats van aan 30
graden wordt verhandeld. Door dit
middel zal een deel van de room
worden opgeslorpt en ten slotte zal
de verbruiksmelk dichter bij haar
natuurlijke eigenschappen komen
gezien het gemiddelde vetgehalte
rond de 33 graden schommelt.
Men kan volle en magere melk
drogen en het gebruik van melk
poeder kan worden opgevoerd.
Het zal zeker door de stadsmensen
en andere verbruikers worden ge
kocht, mits de nodige propaganda
om dit product aan de bevolking
te doen kennen.
Dat alles kan verbetering bi en-
gen op lange termijn.
Er bestaat evenwel een op
lossing welke we sinds meer dan
twintig jaar in het vooruitzicht stel
len en wel namelijk het ver
plichtend gebruik van een
klein procent mager melkpoe
der in het brood.
Deze maatregel zou buiten het
opslorpen van het teveel aan on-
dermelk nog meer voordelen heb
ben, namtlijk het verbeteren van
het brood en het verminderen van
de graaninvoer in ons land.
Het zou wel de moeite lonen om
proeven te doen met het melkpoe
der in het brood, want zeker is dit
zonder veel moeilijkheden te ver
wezenlijken omdat het enkel voor
delen voor de gemeenschap kan
meebrengen.
We menen verder dat het ver
dikken van melk, mits de nodige
propaganda, het verbruik even
eens zou doen stijgen.
Het vervaardigen en verkoop
van room onder verschillende vor
men en van chocomelk en derge
lijke zal eveneens het melkver
bruik ten goede komen.
We menen dat met de voorop
gestelde maatregelen de melk
vloed kan worden ingedijkt.
(Zie vervolg 2e bladz. 4e kolom).
Sedert weken ondergaan de bo-
terprijzen een belangrijke inzin
king. De prijzen van de melkerij-
boter blijven in al de veilingen van
het land merkelijk (3 fr en meer per
kg) onder de officieel bepaalde
richtprijs. De hoeveboter is op on
ze provinciemarkten nog in veel
sterkere mate gedaald.
Deze toestand dreigt noodlottige
gevolgen te hebben voor onze vee
houderij die veruit de voornaamste
bron van inkomen is van onze
Vlaamse landbouw en in ,t alge
meen van onze kleine en middel
matige landbouwbedrijven. Het is
toch duidelijk dat wanneer onze
melkerijen er toe gedwongen zijn
gedurende enkele tijd hun boter-
produktie tegen ongunstige prijzen
af te zetten, zij ook niet zullen
voortgaan de melk aan de voort
brengers tegen de officieel vastge
stelde prijs te betalen. Wat de hoe
veboter betreft, ondergaat de vee
houder rechtstreeks het nadeel der
te lage boterprijzen.
De oorzaken van die toestand,
welke trouwens overeenstemmen
in grote lijnen met de factoren die
onze zuivelmarkt beheersen, kun
nen samengevat worden als volgt
1) de geleidelijk toegenomen melk-
voortbrengst die niet alleen te wij
ten is aan een merkelijke aangroei
van de melkveestapel, doch in
hoofdzake aan 'n verbetering der
productie dank zij de veeverbete
ring en de doelmatige bestrijding
van de veeziekten. Aldus werden in
1956, bij vergelijking met 1953 325
miljoen liter melk en 20 miljoen kg
room meerverwerktinde Belgische
zuivelfabrieken. De binnenlandse
voortbrengst van melkerijboter
steeg dan ook in dezelfde periode
van 31 tot 46 miljoen kg terwijl de
netto invoer van boter afnam van
20.691 ton in 1950 tot 6.660 ton in
'56. Deze verhoogde boterproduktie
stelt aan onze zuivelfabrieken het
moeilijke vraagstuk van een vol
doende afzet voor hun afgeroomde
melk. Deze afzet wordt des te moei
lijker naargelang zij verplicht zijn
voor de afgeroomde melk aanzien
lijke prijzen te vragen tot dekking
van hunne produktiekosten.
2) de toeneming van het marga-
rineverbruik die in zekere mate het
boterverbruik vermindert en bij
zonder plaats heeft in het seizoen
waar de boterprijzen tengevolge
van vermindering der voortbrengst
hun hoogste peil bereiken. Zoals
uitgewezen door de studie van de
heer Vincent die wij hebben sa
mengevat en gekommentarieerd in
ons nummer 5 oktober 1.1., is het
margarineverbruik in ons land ten
opzichte van de periode 1936-38
gestegen met 51 terwijl het bo
terverbruik maar toenam met 24 °/0
en onderging dit laatste sedert 1953
een achteruitgang van 6 °/0 op
't individuele verbruik vastgesteld
in 1956. Deze stijging van't marga
rineverbruik is te wijten aan het
aanzienlijk prijsverschil met de bo
ter, aan de wijziging in de levens
wijze der bevolking en meer speci
aal aan haar neiginq tot verhoog
de aankoop van duurzame goede
ren ter bevordering van 't komfort
en de luxe (auto's voor persoonlijk
gebruik, radio- en televisietoestel
len enz.) alsook aan de bestendige
en reusachtige propaganda ge
voerd door de margarinetrust.
3) de onberedeneerde invoer van
vreemde boter tijdens de verlopen
maanden, wat uiteindelijk aanlei
ding gaf tot een overdreven stocke
ring van boter in de koelinstellin-
gen. Zo heeft de Minister van Eco
nomische Zaken, om het indexcij
fer te drukken, in de periode van
hoge inlandse produktie die loopt
van 1 april tot einde september 1.1.
de invoer toegestaan van ruim
2.400 ton vreemde, hoofdzakelijk
Nederlandse boter. Om een tijde
lijke prijsverhoging te remmen
werd insgelijks op zijn verzoek de
prijs van de Nederlandse boter in
kleinverpakking vastgesteld op 77
fr per kg van 15 juni tot 12 juli 1957
en zulks terwijl de richtprijs was
bepaald op 79 fr in juni en op 80,50
fr in juli 1.1.
Het gevolg van deze maatrege
len v/as een sterke daling der prij
zen van de inlandse boter in de
daarop volgende maanden. De
Handelsdienst voor Revitaillering
heeft dan op min of meer regelma
tige wijze inlandse boter gekocht
om de markt te ontlasten en de
I prijzen te steunen. Thans zijn er
zowat 10 miljoen kg boter in voor
I raad in de koelinstallaties, hetzij
3 miljoen kg meer dan vorig jaar
op hetzelfde tijdstip.
4) de invoer van aanzienlijke
hoeveelheden boter uit Nederland
in de smokkelhandel. Deze wordt
sterk begunstigd door het enorm
verschil in prijs tussen de Neder-
lamgse en de Belgische boter. Hol
land dat zelf ongeveer 20.000 ton
boter in frigo opgestapeld heeft om
zijn botermarkt te steunen brengt
deze thans op de markt aan wer
kelijke uitverkoopprijzen zijnde on
geveer 45 fr per kg in klein verpak
king. De verse boter wordt in de
Nederlandse winkels te koop aan
geboden tegen 65 fr per kg klein
handelsprijs. Onze douaniers aan
de Nederlandse grens sluiten door
gaans de ogen voor de invoer door
Zie vervolg 2' bladz. 1' kolom).
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden.