De Europese Economische Gemeenschap en onze Landbouw. Het Leucose-Complex. Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt AALST 23 NOVEMBER 1957. Verschijnt iedere zaterdag 36ste JAARGANG Nr 1796 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Orgaan van de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. (2de bijdrage). In onze vorige bijdrage hebben wij achtereenvolgens een beknop te toelichting verstrekt over vol gende punten van het verdrag van Rome d.d. 25 maart 1957 houdende oprichting van de Europese Econo mische Gemeenschap het doel van het verdrag en middelen om dit doel te bereiken, en de instel lingen ter vervulling van de taken van de gemeenschap. Als slot van onze bijdrage deelden wij mede dat de gemeenschappelijke markt, doel van de Europese Economische Gemeenschap, geleidelijk dient tot stand gebracht gedurende een overgangsperiode van twaalf jaren welke in bepaalde voorwaarden evenwel tot 15 jaren kan worden verlengd. III) De gemeenschap pelijke markt. Deze is gesteund op verschillen de grondslagen en omvat meerde re bestanddelen welke wij achter eenvolgens zullen behandelen. De eerste grondslag is A) De tolunie. Zij brengt het verbod mede voor de deelnemende landen hun on derling goederenverkeer te belas ten met nieuwe in- en uitvoerrech ten of heffingen die een gelijkaar dige uitwerking hebben, alsmede de bestaande rechten en heffingen te verhogen. De tussen de landen- leden bestaande invoerrechten zul len integendeel geleidelijk worden afgeschaft tijdens de overgangspe riode. Het basisrecht waarop de verminderingen worden toegepast is het recht dat van kracht was op 1 januari 1957. Het ritme waarmede de rechten worden afgeschaft is bepaald door het verdrag. Het stelsel is vrij ingewikkeld. Het moge volstaan te vermelden dat de vermindering geschiedt in drie etappes, dat het basisrecht met ten minste 25 moet vermin derd zijn bij het einde van de eer ste etappe, met 50 bij het einde van de tweede etappe en dat de tolrechten of gelijkaardige rechten tussen de deelnemende landen volledig dienen afgeschaft op het einde van de derde etappe. Bij de eerste verlaging dient op het ba sisrecht een vermindering toege past van 10 Bij de volgende ver lagingen dient de opbrengst van de rechten verminderd met 10 met dien verstande dat voor elk der produktende vermindering ten minste 5 van het basisrecht moet bedragen. Er wordt aangeraden de tolrech ten ten opzichte van de landen- leden sneller te verminderen. Vóór het einde van de eerste etappe dienen de uitvoerrechten en andere taksen met gelijkaar dige uitwerking afgeschaft. Er zijn evenwel bijzondere bepalingen voorzien wat betreft de regeling van de tolrechten met zuiver fis- kaal karakter. De tolunie omvat ook de toepas sing van een gemeenschappelijk toltarief door de landen van de gemeenschap tegenover derde landen. In algemene regel, en on der voorbehoud van de afwijkin gen voorzien voor meerdere pro- dukten, zijn de gemeenschappe lijke tolrechten gelijk aan het re kenkundig gemiddelde van de rechten welke toegepast worden door de deelnemende landen. Deze afwijkingen zijn vermeld op meerdere lijsten van produkten welke gevoegd zijn bij het verdrag. Hieronder komen ook landbouw- produkten voor zoals de boter, waarvoor een invoerrecht is voor zien van 24 de tabak die onder worpen wordt aan een recht van 30 het rundvee dat getakseerd is op 20 enz. Andere rechten zullen nog wor den bepaald door onderhandelin gen tussen de deelnemende lan den. Wat de graangewassen en hun derivaten betreft werd in prin cipe de regel van het rekenkundig gemiddelde weerhouden. In af wachting echter dat de bevoegde instanties van de Gemeenschap zullen beslist hebben over het marktorganisatiestelsel dat zal weerhouden worden voor de graangewassen, zullen de deelne mende landen mogen afzien van de inning van het aldus berekende recht. Het gemeenschappelijk toltarief zal door de landen-leden tegen over derden ook geleidelijk wor den toegepast als volgt a) op het einde van het vierde jaar 1) alle rechten van het tarief die niet met meer dan 15% afwijken van de rechten geheven op 1 ja nuari 1957 2) in de overige gevallen moet het verschil tussen de rechten ge heven op 1 januari 1957 en deze voorzien door het gemeenschap pelijk toltarief met 30 vermin derd worden b) nieuwe vermindering met 30% van dit verschil op het einde van de tweede etappe (Zie vervolg 3' b'adz. 1' kolom'. Iemand, die regelmatig met pluimveehouders in aanraking komt, stelt in verband met de leu- cose-vraagstuk, de twee volgende feiten vast 1) De schrik voor dit leucose- complex begint er duchtig in te zit ten (niet zonder reden trouwens), bij de enen omdat ze er de schade reeds van ondervonden, bij de an deren om wat ze er over hebben gehoord of gelezen. 2) Zowel bij dezen die reeds leu- cose op het bedrijf hadden, als bij hen die ze niet meegemaakt heb ben, heersen tal van verkeerde be grippen, die enerzijds heel wat strubbelingen veroorzaken tussen kweker en kuikenleverancier of voederfabrikant en anderzijds een hinderpaal vormen voor een doel matige vorm van bestrijding. Het is daarom niet overbodig, voor zover het reeds mogelijk is, een overzicht te geven van de stand van het vraagstuk, dat van zulk groot economisch belang is voor de pluimveehouderij. Economisch belang van het leucose-complex. Steeds meer begint men de leu- cose te aanzien als één der ernstig ste kwalen, waarmee de pluimvee houder te kampen heeft. Zij, die de ziekte reeds meemaakten moe ten wij zeker niet overtuigen van het feit dat de leucose pluimveevij and n° 1 is geworden. Over 't al gemeen stellen wij vast dat de ernst van de kwaal onderschat wordt, wat blijkt uit de rosico's die men durft te nemen. De handels wijze van sommige kwekers is in de grond een uitdaging van het noodlot. Wij menen dat de oorzaak hiervan te zoeken is in het feit dat men te gemakkelijk vrede neemt met een regelmatige uitval bij de dieren, zodat men zich te weinig moeite getroost om uit te zoeken wat er nu eigenlijk aan de hand is. Dieren vallen er toch altijd uit, meent men. En dat is inderdaad zo. Maar wie op zijn hoede is tracht voor ieder dier dat wegvalt zo mo gelijk te weten te komen wat er scheelt. Te gemakkelijk troost men zich met de opvatting dat jonge hennen, die pas aan de leg zijn, toch onvermijdelijk uitval moeten geven. Maar is men dan wel zo ze ker dat die gevaarlijke leucose hier niet aan de gang is haar slachtoffers te eisen Er is nochtans reden genoeg om voortdurend waakzaam te zijn. De sterfte door leucose is daarvoor hoog genoeg. In Amerika sprak men in 1944, op het totale sterftecij fer bij de hennen, van 35,9 i%, te wijten aan leucose. Ruim een derde dus van al de sterfgevallen. Bij een legwedstrijd in Engeland, waarbij de doodsoorzaak van ieder gestorven dier nauwkeurig werd onderzocht, stelde men vast dat 12,5 van de totale uitval veroor zaakt werd door leucose (nl. door een speciale vorm ervan de ver lamming). Bedenken wij hierbij dat hier toch wel de beste dieren bij elkaar zullen gezeten hebben, zoals dit bij legwedstrijden toch steeds het geval is. Uit Schotland wordt medege deeld dat voor de periode 1940 48 bij de gekontroleerde fokkerij 30% van de totale sterfte een gevolg was van leucose Ook de laboratoria, waar de do de dieren ter onderzoek worden ingezonden, bevestigen dit angst wekkend beeld. In het laborato rium van Weybridge waren in 1947 van de ingezonden dode dieren 14,2 gestorven aan leucose, ter wijl in 1949 dit getal opliep tot 20,4 De Pluimveekliniek van Gent geeft voor 1956 ongeveer 10 aan voor neurolymphomatose en 4,50 voor leucose. Dit maakt voor beide ziekten, die allebei tot het leucose-complex worden gere kend, een totaal van 14,50 der ingezonden dieren. Hierbij dient dan opgemerkt dat de cijfers der laboratoria nog geen juist beeld geven van de werkelij ke toestand, daar dit alleen slaat op dieren die werden ingezonden. Maar wat is er op de bedrijven in de grond gestopt Bovendien wij zen wij er op dat de verschillende cijfers, die worden aangegeven ook beïnvloed worden door het feit dat niet alle onderzoekers de zelfde ziekten onder het leucose- complex onderbrengen, met als ge volg dat de ene hogere aangeeft dan de andere. Percentsgewijze kan het leucose- complex nog voorbijgestreefd wor den door pullorum en coccidiose. Maar persoonlijk nemen 4wij het veel liever op tegen deze beide ziekten dan tegen een of andere vorm van leucose. Die laatste stelt ons immers voortdurend voor onopgeloste vragen en de bestrij ding er van is momenteel zeer twij felachtig. Wat verstaat men onder leucose-complex. Latenjwij van meet af aan toege ven dat hierover nog geen eens gezindheid bestaat. Nog te veel is hier een raadsel en zal dit voorlo pig nog wel een tijd blijven. Hier (Zie vervolg 2' bladz. 1' kolom). De Koornbloem nS) Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de oostkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zelven Handelsregister Aalst Nr 145 STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1957 | | pagina 1