Weekblad
Een nieuw Beroep
FRUITKWEKER.
Rond de begroting voor Landbouw.
oor en door de Landbouwers
Arbeid adelt
AALST 25 JANUARI 1958.
Verschijnt iedere zaterdag
37ste JAARGANG Nrl805
Seheer Zeebergkaai 5, Aalst
Tel. 242.67
Voor de Ontwikkeling en de
Standsverdediging van de Landbouwers
Orgaan van de
Landbouwersvereniging
REDT U ZELVEN
Nr 14.25.93.
O. CAUDROM.
Zoals in vele vakken en bedrij
ven worden ook in land en tuin
bouw enkele takken totaal afge
zonderd en tot specialiteiten omge
vormd.
Het gaat niet langer meer op
alles te willen omvatten in een en
hetzelfde bedrijf omdat het voor
vele gevallen aankomt op een
grondige kennis van dit of dat vak
en dat het niet mogelijk is in alles
de nodige bekwaamheid te bezit
ten om alles naar de eisen van de
tijd te doen.
Voor twintig, dertig jaar was
iedere boer, varkenskweker, kie
kenkweker en fruitkweker. Hij was
in veel gevallen nog hop- of groen-
tenboer en alles liep zo min of
meer op wieltjes, ten minste op het
eerste zicht.
Maar de tijden en de mensen
veranderen snel,
Wie inzake land- en tuinbouw
het hoofd boven water wil houden
moet zich speciaal toeleggen op
minstens een bepaald vak en dit
moet zijn hoofdbedrijvigheid uit
maken.
Zo zal het inzake fruitkweek niet
langer verantwoord zijn een boom
gaard te bezitten met hier en daar
een appel peer- of kerselaar en er
verder niet naar om te kijken
Het fruit van dergelijke uitbatin
gen krijgt geen kopers, omdat het
niet kan voldoen aan de veelvul
dige eisen van de klanten, meest
al stadsmensen, die steeds iets puik
willen hebben en hiervoor de prijs
willen betalen.
Als we verder weten wat al zor
gen moeten besteed worden en
wat al kennissen nodig zijn voor het
onderhoud van de bomen, de strijd
tegen ziekten en insekten, dan kan
men zich voorstellen dat fruitkwe
ken een stiel is geworden, en dat
personen die het als een bijzaak
beschouwen a m erge misrekenin
gen blootgesteld zijn.
Buiten de vele vakkennissen
moet de fruitkweker over een aan
zienlijk kapitaal beschikken, gezien
men verschillende jaren moet voor
zien dat de jonge bomen weinig of
niets opbrengen.
Alvorens aan een moderne fruit-
kwekerij te denken moet men zich
dus goed bezinnen, want grote ont
goochelingen staan te wachten
aan deze welke zich hals over kop
in het avontuur zouden wagen.
Nu vooral dat in het afgelopen
jaar goede prijzen werden betaald
zullen tal van personen lust krijgen
om aan fruitteelt te doen.
Het zal hen toelachen dat mooie
bedrijf, waar men in de zomer kan
wandelen tussen blozende vruch
ten, die op de koop toe aan dikke
prijzen worden betaald.
Het weze nogmaals gezegd dat
fruittelen een speciaal vak is dat
uitzonderlijke kennissen vereist van
deze die het uitoefent, zodat het
verkeerd zou zijn zonder grondige
voorbereiding het bedrijf aan te
pakken.
Wat te doen met onze
oude boomgaarden
Die vraag wordt veel gesteld en
het antwoord dient gegeven onder
vorm van een vraag.
Tot deze personen stel ik dus de
vraag Wat heeft uw boomgaard
de laatste 5 jaar opgebracht
Rekent zelf en ziet wat U te doen
staat.
Indien U verder wilt kweken en
zo U de kennissen en de tijd hebt
zult U wellicht goed doen uw oude
bomen om te hakken en te vervan
gen door laagstammen. Weet dan
welke soorten het best zijn en
meest kans hebben goed op te
brengen.
Indien U de tijd noch de kennis
sen bezit zult U beter doen van uw
oude boomgaard weide of akker
land te maken.
Dit zal U zeker meer opbrengen
en U zult geen last meer hebben
dat uw appelen en peren liggen te
rotten in het gras of uw dieren ziek
maken.
Zoals in het begin gezegd is
fruitkweken een stiel geworden die
enkel kan opbrengen als hij door
een bedreven vakman wordt beoe
fend.
Het wordt een waarheid welke
iedere boer zal moeten in acht ne
men
Ieder vak van het bedrijf wordt
een specialiteit en iedere landbou
wer zal moeten uitzien wat hem
het meest aanbelangt om zich op
dat vak speciaal toe te leggen.
In deze en volgende bijdragen
zullen wij enkele gegevens samen
vatten uit het verslag gewijd aan
de begroting van landbouw voor
1958. Waar het past zullen wij er
een woordje kommentaar bijvoe
gen. Het verslag werd namens de
Kamercommissie dit jaar opgesteld
door de heer volksvertegenwoor
diger Masquelier.
Het verslag wijst vooreerst op
het groot belang van de landbouw
voor onze nationale economie en
op de verdienstelijke krachtinspan
ningen van onze landbouwers tot
opvoering van de produktie en van
de produktiviteit. Het onderstreept
vervolgens de financiële inspan
ningen gedaan door het Ministe
rie van Landbouw om de ernstige
moeilijkheden te verlichten waar
mede de landbouw de jongste ja
ren te strijden heeft en haalt ten
bewijze hiervan de totale cijfers
aan voorkomende op de begroting
van het Departement van Land
bouw voor de laatste jaren.
De evolutie der begroting van
landbouw doet zich voor als volgt
voor de laatste vijf jaren 1954
658.0C0.C00 fr; 1955: 843.400.0CO fr
1956 1.077.000.0:0 fr 1957
947.000.00C fr 1958 993.000.000 fr:
Bij dit laatste bedrag komt nog
11.750.000 fr tot dekking van de
kosten der deelneming van het mi
nisterie van Landbouw aan de we
reldtentoonstelling 1958
Of deze begrotingscijfers een af
doende bewijs vormen van de fi
nanciële inspanning der regering
ten bate van de landbouw kan
naar onze mening moeilijk worden
beweerd -. Het blijft toch een feit
dat de begroting van landbouw
amper 1 ontvangt van het totaal
der jaarlijkse staatsuitgaven. An
derzijds moet men ook rekening
houden met de voortdurend stij
gende levensduurte welke de koop
kracht van de voorziene begro
tingscijfers geleidelijk vermindert.
Aldus mag men zeggen dat de prij
zen sedert 1956 met meer dan 10°/o
zijn gestegen terwijl ten opzichte
van 1956 de begroting van land
bouw van 1.077.C00.100 is gedaald
tot 947.000.000 fr voor 1957 en tot
993.000.000 fr voor 1958.
Het verslag heeft het vervolgens
over de moeilijke toestand van on
ze kleine landbouwbedrijven en
luidt dienaangaande als volgt
Het grote aantal kleine familiebe
drijven is een probleem van socia
le aard, waarvan het belang niet
mag worden onderschat. In de hui
dige omstandigheden lijdt het geen
twijfel dat de pachters die 4,5 of 6
ha bebouwen er slechts dank zij
hun spaarzaamheid, hun werklust
en hun wilskracht in slagen te
voorzien in de behoeften van hun
gezin. Onzes inziens kan men niet
genoeg de nadruk leggen op dit
punt.
Om zich aan te passen aan de
vereisten van de landbouwecono
mie waren de landbouwers ver
plicht ontzaglijke geldelijke offers
te brengen en hun kredietaanvra
gen merkelijk te verhogen zoals
blijkt uit volgende statistieken .-
Landbouwkredieten toegekend
door de voornaamste instellingen
voor landbouwkredieten
(bron Algemene Spaar- en Lijfrentekas)
Jaar
Bedrag
1950
4 394.384.000 fr.
1951
4 618.652 000 fr.
1952
3.072.684.000 fr.
1933
5 335.182.000 fr.
1954
6 008 383 000 fr.
1955
6.591.243.000 fr.
1956
7 324 498 000 fr.
Uit deze tabel blijkt aldus dat het
totaal der lopende kredieten toe
gekend aan de landbouw door de
voornaamste openbare en partiku-
liere instellingen voor landbouw
krediet gestegen is van 6 miljard
591.200 00C fr einde 1955 tot 7 mil
jard 324.500.000 fr. einde 1956.
Deze toeneming met 733.3C0.000
fr. is de hoogste die ooit werd ge
boekt Zij bedraagt 60miljoen meer
dan het rekord dat in 1954 werd
bereikt en 151.400 000 fr. meer dan
de verhoging in 1955. Zelfs in be
trekkelijke waarde uitgedrukt ligt
zij, met 11,1 hoger dan de stij
ging van 1955, die op 9,7 neer
kwam.
De nieuwe kredieten die door al
de voormelde instellingen samen
aan de landbouwers werden ver
leend bedroegen 1.186.900.000 fr in
1950, 1.456 700.000 fr. in 1954 en
1.774.700.000 fr. in 1956
De verleende kredieten hadden
volgende bestemming
Voor aankoop, verbetering, enz
1956 1954
miljoenen fr.)
.134 3 944,5
185,3
207,05
48,2
Onroerende goederen
Vee en Meststoffen
Landbouwmaterieel
Bedrijfskapitaal
V erbeteringswerken
Voorschotten op oogsten
Terugbetaling schulden
Andere do leinden
15.2
70,7
70.3
43,2
161.1
173.2
28,9
35.4
44.8
42.9
25,9
(Zie vervolg 2' bladz. 3e kolom).
De Koornbloem
Abonnementsprijs 72 fr. 's jaars
Men kan zich abonneren op de
postkantoren en bij de briefdragers.
Postcheckr. S. M. Redt U Zei ven
Handelsregister Aalst Nr 145.
STICHTER EN BESTUURDER
De medewerkers zijn
verantwoordelijk voor hun bijdragen
Het overnemen van artikelen zonder
aanduiding der bron is verboden,