LANDBOUW BERICHTEN
Ademhalingsziekten bij hennen*
DE KOORNBLOEM 12 april 1958
3
(Vervolg van le bladzijde).
BINNENLAND
Bijzonder vergunningstaks
op de invoer van jonge
en volwassen ossen.
De Centrale Dienst voor Contin
genten en Vergunningen deelt
mede dat van 1 januari 1958 af het
bijzonder vergunningsrecht dat ge
heven wordt bij de afgifte van ver
gunningen voor de invoer van vol
wassen en jonge ossen dient ge
stort te worden op de p.c.r. 263.013
van de Centrale Dienst voor Con
tingenten en Vergunningen-Ver
gunningstaks.
Dit recht werd vastgesteld als
volgt
3 fr. per kg op voet voor jonge
ossen wegende meer dan 350 kg
en minder dan 500 kg 10 fr. per kg
op voet voor jonge ossen wegende
500 kg en meer.
Hierbij valt op te merken dat als
ossen worden beschouwd de die
ren die minstens vier brede tanden
hebben, ongeacht hun gewicht.
Het indexcijfer der kleinhan
delsprijzen voor maart 1958.
Het Ministerie van Economische
Zaken deelt mede in het Staatsblad
van 3 april 1.1. dat het indexcijfer
der kleinhandelsprijzen voor de
maand maart 1958, 108 punten be
draagt tegenover 108,31 punten in
februari 1.1.
Deze wijziging van het indexcij
fer vindt voornamelijk haar oor
zaak in de daling van de prijs van
de boter, de melk, de eieren, het
vlees en de olie, enerzijds, en in de
stijging van de prijs van de zuider
vruchten en van zekere textielarti
kelen, anderzijds.
De index van de voedingspro
dukten bedroeg in maart 11 107,5
tegenover 108,1 in februarideze
van de niet-eetbare produkten be
droeg in maart 106,0 tegenover
105,9 in februari. Het indexcijfer
van de diensten bereikte in maart
114,0 tegenover 113,6 in februari 1.1.
Als vergelijkingsbasis geldt het
jaar 1953 uitgedrukt door het cijfer
100.
Inmenging van inlandse tarwe.
Volgens een bericht van het Mi
nisterie van Economische Zaken in
het Staatsblad van 6 april 1.1. be
draagt de verplichte inmenging
van inlandse tarwe in het brood-
meel óOt.h. vanaf maandag 7 april
1958.
BUITENLAND.
NEDERLAND.
De uitvoer van bloembollen.
Ter gelegenheid van de opening
van het bloembollenseizoen 1958
deelde de heer von Fisenne, bur
gemeester van Warmond, onder
meer mede, dat Nederland in het
afgelopen jaar 64 miljoen kg bloem
bollen ter waarde van 192.704.000
gulden uitvoerde tegen circa 63,5
miljoen kg met een waarde van
187.194.000 gulden in het vooraf
gaande jaar. West Duitsland was
met 14,8 miljoen kg de grootste af
nemer, gevolgd door Groot-Brittan-
nië, de Verenigde-Staten en Zwe
den met respectievelijk 13,8 13,6
en 6 miljoen kg.
ZWITSERLAND.
Moeilijkheden in de
zuivelsector.
De Zwitserse melkproduktie is in
de jongste maanden aanzienlijk
toegenomen. Dit heeft tot gevolg
dat moeilijkheden ontstaan zijn bij
de afzet van melk, boter en kaas.
De overheden overwegen thans de
zuivelkrisis op te lossen door het
toekennen van belangrijke toela
gen.
In totaal zouden meer dan 50 mil
joen Zwitserse frank aan toelagen
worden verleend (ongeveer 575
miljoen Belg. fr) voor een tijdperk
van 18 maanden. Men hoopt hier
mede een billijke vergoeding te
kunnen toekennen aan de produ
cent, de kleinhandelsprijs van de
zuivelprodukten te stabiliseren en
de uitvoerprijzen op een gunstig
peil te houden.
UNIE van ZUID-AFRIKA.
De katoenvoortbrengst.
De katoenproduktie in de Unie is
thans ongeveer 13 maal groter dan
tien jaar geleden. In 1947/48 beliep
de produktie iets meer dan 10 mil
joen lbs, terwijl de opbrengst in
het afgelopen jaar 140 miljoen lbs
bedroeg. Hoewel een groot deel
van de katoenproduktie voor de
plaatselijke fabrikanten is bestemd,
bestaat het streven uitvoermarkten
voor Zuidafrikaanse katoen op te
bouwen.
EGYPTE.
Aankoop van tarwe.
Egypte zal dit jaar ongeveer éen
miljoen ton tarwe aankopen 72 t.h.
van deze hoeveelheid werd reeds
in Frankrijk besteld als ruil met ka
toen door Frankrijk aangekocht in
Egypte. Er wordt ook gemeld dat
Egypte met Italië onderhandelt
over de aankoop van belangrijke
hoeveelheden tarwe.
MAROKKO.
De uitvoer van citrusvruchten.
Begin oktober jl. heeft het Co
mité des Agrumes de la zone franc
te Parijs zijn werkzaamheden be
ëindigd het hoofddoel daarvan
was geweest afzetmogelijkheden
te vinden voor de groeiende pro-
auktie van citrusvruchten.
Gelet op het belang dat deze
uitvoer in het kader van het inter
nationaal handelsverkeer voor
Marokko heeft, achten wij het nut
tig hieronder een overzicht te ge
ven van de vooruitzichten voor de
campagne 1957-1958 welke zopas
is begonnen.
Volgens de op het congres naar
voren gebrachte cijfers, zou de
aanstaande uitvoer betrekking
kunnen hebben op 2.000 ton man
darijnen, 17.000 ton clementines en
2d0x0ü ton sinaasappelen. Van dit
totaal van 260.000 ton voor de uit
voer beschikbare sinaasappelen
mogen 150.000 ton tolvrij in Frank
rijk worden ingevoerd. Er blijft dus
nog een overschot van 110.000 ton
welke buiten de frankzone moeten
worden verkocht, terwijl voor de
campagne 56 57 slechts 65.000 ton
voor de uitvoer buiten die zone be
schikbaar was, nl. 40.000 ton naar
landen behorende tot de Europese
Betalingsunie en 25.000 ton naar
andere landen welke niet tot deze
Betalingsunie zijn toegetreden.
Het comité is er echter van over
tuigd dat van de betrokken 100.000
ton gemakkelijk 60.C00 ton zal kun
nen worden opgenomen door de
markten van de E.B.U.-landen en
dat het overschot zal kunnen wor
den gekocht door andere landen
niet-leden van de E.B.U., in hoofd
zaak de U S.S.R., en de landen van
Oost Europa.
De produktiestijging welke ver
wacht wordt voor de nieuwe oogst,
doet de vraag rijzen hoe de afzet
van de produktie van de volgen-
(Zie vervolg onderaan hier neven.)
Bij een normaal weerstandsver
mogen zullen de dieren vrij dik
wijls met ziektekiemen in aanra
king komen zonder dat ze daarom
ziek worden. Waaruit af te leiden
valt dat het weerstandsvermogen
sterk genoeg is om de ziekte af te
weren.
Komt door een of andere oor
zaak dit weerstandsvermogen te
verzwakken, dan krijgt de ziekte
verwekker de bovenhand en de
dieren worden ziek.
Het weerstandsvermogen bij de
dieren hangt af van uitwendige en
inwendige faktoren.
De inwendige faktoren han
gen doorgaans nauw samen met
de voedselvoorziening van de die
ren en met de hoogte van hun pro
duktie. Dieren met hoge leg zijn
over 't algemeen veel vatbaarder
voor allerlei besmettingen; omdat
een groot deel van de lichaams
krachten, naar de voortgebrachte
eieren gaat, terwijl de voeding al
te dikwijls gericht is op de leg,
maar minder op het behoud van
een goede conditie van het dier.
Een hoge produktie stelt bijzonder
grote eisen aan het lichaam en in
vele gevallen is de voeding daar
mee niet in overeenstemming.
Hennen, waarvan de voeding
ook maar het minste tekort ver
toont en waarvan een sterke leg
wordt gevraagd, kunnen dit op de
duur niet uithouden en benevens
het feit dat dergelijke dieren vlug
ger de leg staken, meer uitval gaan
vertonen, vroeger in de rui vallen,
enz. kan men er staat op maken
dat ook zij het meest bevatte
lijk zullen zijn als er een of andere
ziekte in de buurt ronddwaalt.
Een der voornaamste maatrege
len ter voorkoming van ademha
lingsaandoeningen is zonder twij
fel een voeding, die voldoende rijk
is aan vitamine A. De zucht bij
sommige kwekers en voederleve
ranciers om het met een goedko
per voeder te doen heeft dikwijls
tot gevolg dat de vitaminenvoor-
ziening in 't algemeen en deze van
vitamine A in 't bijzonder te gering
wordt. En men late zich daarbij
niet verblinden door het feit dat
men met een dergelijk goedkoop
voeder reeds goede uitslagen
heeft bekomen. Als alle omstan
digheden mee willen kan men met
een dergelijk voeder wel eens goed
uitvallen.
Trouwens vele kwekers, die op
de kostprijs van het voeder willen
uitsparen zien wij naderhand aller
lei dingen bijgeven. Wij vermelden
alleen maar: levertraan (bijna al
tijd gekocht zonder de minste waar
borg cp de inhoud aan vitamine A
en D), luzernemeel, extra groen-
voeder, wortelen, enz. Wat men
gan uitgespaard het ft op de aan
koop van het legmeel wordt ach
teraf dan dubbel en dik uitgege
ven om de gebreken van dit leg
meel weer goed te maken.
Worden de omstandigheden ech
ter ongunstiger dan zien wij bij
voeders van mindere hoedanig
heid de dieren vrij vlug verzwak
ken en wanneer het om goede leg-
sters gaat, die een hoge leg heb
ben gehad moet er al heel weinig
gebeuren om de zaak te doen mis
lopen. In de gunstigste gevallen
zal vroegtijdige daling van de leg
optreden, maar bij aanwezigheid
van virulente ziektekiemen breekt
al vlug een of andere ziekte uit.
Het eerste middel ter voorko
ming is dus een voeder dat volle
dig in overeenstemming is met de
behoeften van de dieren en met
hun hoge produktie. Hiermede is
een der voorwaarden voor de in
wendige weerstandsverhoging te
gen ziekten verzekerd.
Toch valt het voor dat zelfs bij
zeer goede voedingstoestand een
besmetting doorbreekt. Wij denken
hier bv. aan de uitbraak van de
pseudo-vogelpest enkele jaren ge
leden, waar weinig bedrijven aan
ontsnapt zijn. Hier ging het om
een geval waar de smetstof zeer
virulent was, zodat de afweer
krachten van het lichaam er niet
tegen opgewassen waren.
In zulke gevallen zoekt men dan
naar een middel om langs kunst
matige weg het weerstandsvermo
gen van de dieren te verhogen, bv.
door inenting.
Hierbij wordt de ziekteverwek
ker in verzwakte of gedode vorm
op het dier overgebracht (ingeent)
in wel bepaalde hoeveelheid dat
er geen ziekte door optreedt. Soms
ziet men wel enige reactie (zoals
bv. bij de vaccinatie tegen pseudo-
vogelpest en besmettelijke bron
chitis) wat dan een aanduiding is
dat de entstof het organisme ge
alarmeerd heeft en dat het zich te
gen de indringers aan 't verzetten
is. Dit verzet bestaat in het vormen
van afweer- of antistoffen, die de
ziektekiemen zullen vernietigen,
wanneer ze binnendringen. Die
antistoffen blijven min of meer lan
ge tijd in het bloed, zodat ingeënte
dieren voor een bepaalde periode
tegen het uitbreken van de ziekte
gevrijwaard zijn.
de oogsten, voornamelijk van 1958-
1959 af, zal kunnen worden bevor
derd. Fiet comité heeft het dan ook
absoluut noodzakelijk geacht van
nu af aan de propaganda ten gun
ste van de citrusvruchten op de
Europese markten te intensiveren,
te beginnen met die van Groot-
Brittannië en van West-Duitsland.
Deze propaganda kost echter
geld, en daarom is besloten gewor
den van 1 oktober 1958 af de hef
fing ten bate van de propaganda
te verhogen. Deze heffing, die se
dert 3 jaar bepaald is op 0,15 Mar.
fr. per kg, zal van toekomend
jaar af 0,25 Mar. fr bedragen. Het
comité heeft bovendien besloten
niets onverlet te laten om het ver
bruik aan te moedigen door prijzen
die voor de verbruiker aantrekke-
en tevens voor de producenten en
de exporteurs lonend zijn.
Men verwacht dat de Franse
markt de te koop geboden hoe
veelheden des te gemakkelijker
zal opnemen, daar het fruit er gro
te vorstschade heeft geleden.
Uit de statistieken blijkt de voort
schrijding van de Marokkaanse
sinaasappelenexport. De globale
waarde van de gezamenlijke uit
voer van citrusvruchten (sinaasap
pelen, mandarijntjes en clementi
nes) bedraagt ongeveer 6,5 miljard
Marokkaanse frank (1 Marokkaan
se frank=l Franse frank). De uit
voer naar de B.L.E. U is zeer aanzien
lijk, maar die naar Nederland is tien
maal groter. Het opvoeren van onze
invoer van citrusvruchten uit Ma
rokko kan dan ook een middel zijn
om het handelsverkeer met dit
land in een meer evenwichtige toe
stand te brengen.
trStUJWUSHHMRUUHE* II M« Uil Hi—« I IIII mil I
