Waar naartoe met onze Boerenzonen 1 Het Deense landbouwvraagstuk. Weekblad Belangrijke mededeling Voor en door de Landbouwers Arbeid adel t AALST 25 JULI 1959. Verschijnt iedere zaterdag 38ste JAARGANG Nr 1881 BeheerZeebergkaai 5, Tel. (053) 242.67 Aalst Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Uitgegeven door de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14,25.93. O. CAUDRON. Naar aanleiding van een recente uitspraak van een onzer assisenho ven, waarbij een vrouw vrijgespro ken werd in een vergiftigingszaak, werd in de Vlaamse pers het pro bleem opgeworpen der boerenzo nen, die op het land geen uitweg meer vinden, en hun toevlucht en bestaan moeten zoeken in bezig heden waarop ze niet in de minste mate werden voorbereid. Het is niet onze bedoeling in deze assisenzaak partij te kiezen voor of tegen de vrouw die beschuldigd weid —ze ging vrij uit, en daarmee is de zaak geklasseerd maar wel willen we de vraag opwerpen, hoe dat het kwam dat haar man, die door vergiftiging om het leven werd gebracht, aan lager wal ge raakte, na een voorbeeldige jeugd en verschillende jaren onberispe lijk huwelijksleven. Het was een boerenzoon, die een goede opvoeding kreeg, maar ver plicht was een bestaan te zoeken in bezigheden waar zijn jeugd hem niet in de minste mate had op voor bereid, en waar hij allengskens ten prooi viel van vrouwen en drank, op die wijze het leven van zijn vrouw en kinderen verpestend. Hoeveel boerenjongens geraken er aldus niet op het dwaalspoor omdat er voor hen op het land geen plaats meer is Altijd loopt het niet zo tragisch af als in het ge val dat we aanhaalden, maar zeer dikwijls wordt het voor hen toch een miserie zonder eind in Waalse koolputten, in de Franse textielnij verheid, of in een of ander beroep voor ongeschoolden. Het is een feit dat de ouders hier de richtlijnen moeten geven en desnoods raad vragen bij bevoeg de personen. Op zeer vele boerderijen in Vlaanderen zijn er verschillende zonen, en er is toch maar een van die zonen die, wanneer de ouders zullen verdwijnen, op het vaderlijk erf een bestaan zal vinden. De an deren moeten elders naartoe ;maar of dit elders voor hen een zegen of een kruis zal worden, dat hangt toch af van de vorming en de op voeding die zij van thuis hebben meegekregen. Is het dan werkelijk een nood zakelijkheid, of een noodlot, dat een groot gedeelte van deze ge zonde boerenkerels mijnwerkers, Fransmans of grondarbeiders moe ten worden, met al de zedelijke ge varen aan dergelijke beroepen verbonden voor deze die er niet werden op voorbereid Dat is een probleem waarover gevestigde boeren met kinderen eens ernstig hoeven na te den ken I Van het ogenblik dat er op een hoeve verschillende zonen zijn, dienen de ouders zich de vraag te stellen, wat moet er van al die zo nen geworden Er kan er toch maar één op het hof blijven, en deze die naar de universiteit kun nen zijn grote uitzonderingen. Wat moet er met de andere gebeuren Dat mag niet aan het toeval wor den overgelaten, en er mag ook niet mee gewacht tot op het ogen blik dat de jongens trouwen en verplicht zijn een bestaante zoe ken buiten de hoeve om vrouw en kinderen te kunnen onderhouden Al deze jongens moeten een stiel aanleren, m.a w. ze moeten naar een degelijke vakschool, waar ze de nodige kennissen zullen op doen, om later wat anders te kun nen worden dan mijnwerker of Fransman. De ouders dragen hier een grote verantwoordelijkheid I Maar niet alleen de ouders I Op een dorp zijn er ook nog gezagdragers en in de eerste plaats het onderwijzend personeel, die, bewust van hun so ciale verantwoordelijkheid, de ou ders dienen te helpen in het zoe ken van een beroep en een be staan voor die kinderen die niet op de hoeve zullen kunnen blijven. Zij dienen de ouders te helpen en te raden, desnoods aan te zetten, voor deze kinderen naar een toe komst uit te kijken In de meeste gevallen zal de technische school de ideale uitweg bieden. Een jonge man die een stiel kent, en hem goed kent, zal in onze hui dige maatschappij gemakkelijk een betrekking vinden, dank zij dewelke hij vrouw en kinderen een menswaardig bestaan zal kun nen verzekeren, en waar hij niet aan de gevaren van de baan zal blootgesteld staan. Het is vanwege de ouders een verkeerde en ikzuchtige bereke ning, hun verschillende zonen zo lang mogelijk op het hof te hou den, om er zoveel mogelijk profijt uit te trekken. Eens toch komt de dag dat ze het hof zullen moeten verlaten, en waar dan naar toe Mogen onze gevestigde landbou wers hier eens ernstig over na denken, hierin geholpen door al dezen die in een gemeente so ciale verantwoordelijkheid dra gen. Rond de onderhandelingen voor grotere economische ruimten. Het verdrag van Rome tot op richting van de Europese Economi sche Gemeenschap tussen de zes West Europese landen (West Duits land, Frankrijk, Italië, Nederland, België en Luxemburg) welke van 1 januari 1.1. geleidelijk tot stand wordt gebracht binnen een termijn van twaalf tot vijftien jaren, werd gevolgd, op initiatief van Engeland, door onderhandelingen tot het op richten van een vrijhandelszone tussen de Europese gemeenschap en de Europese landen aang slo ten bij de Europese Organisatie voor Economische Samenwerking (Groot Brittannië, Zwitserland, de Scandinaafse landen, Griekenland en Turkije). Tengevolge van de te genstelling tussen de voorkeur rechten op tolgebied bestaande tussen Engeland en de landen van het Britse gemenebest welke Enge land wil handhaven en de douane unie die de basis vormt van de Europese Economische Gemeen schap, hebben deze onderhande lingen tot heden geen uitslag op geleverd. Onlangs werden dan ook op initiatief, terug van Enge land, besprekingen aangevangen met Denemarken, Zweden, Noor wegen en Zwitserland om te ko men tot de instelling van een «Kleine Vrijhandelszone» die dan in blok zou kunnen onderhande len met de landen van de Europe se Gemeenscnap. Denemarken, waarvoor de uit voer van landbouwprodukten van uitzonderlijk belang is tot behoud van de conomische welvaart der bevolking, staat in de hierboven geschetste ontwikkeling van de onderhandelingen en gebeurte nissen tot het scheppen van gro tere economische ruimten voor een moeilijke keuze der te nemen rich ting. Zonder overdiijving kan ge ze jd dat een behoorlijke afzet van landbouwprodukten voor Dene marken een levensbelang uitmaakt. Lees op de 2de bladzijde een belangrijke mededeling over Pulp en Wintervoeding. De welvaart van de Deense bevol king, waarvan bijna 25 recht streeks bij de landbouw betrokken is, wordt er grotendeels door be paald. Dit miljoen landbouwers verkrijgt ongeveer 20 t.h. van het nationaal inkomen dat voor bijna 3/4 voortkomt van de uitvoer van landbouwprodukten meer bijzon der van veehouderijprodukten. Men begrijpt dan ook dat de Deense regering zich ten volle in zet om in bedoelde onderhandelin gen de afzetmogelijkheden voor landbouwprodukten te vrijwaren. Zij wordt echter hierbij voor een moeilijke keuze gesteld voortsprui tende uit de structuur e i de sa menstelling van de Deense uitvoer van landbouwprodukten. Inder daad zijn Engeland en Duitsland de voornaamste afnemers van de Deense landbouwprodukten zoals uitgewezen wordt door onder staande tabel, welke de percenta- aes aangeeft van de uitvoer van Deense landbouwprodukten naar elk der twee landen ten opzichte van de totale Dee se uitvoer van landbou wartikelen. Produkt Uitvoer naar Uitvoer naar Engeland Duitsland Boter 73,7 13,1 Kaas 19,5 53 0 Rundvlees 553 Varkensvlees (bacon) 77,4 13.3 Eieren 98 58,8 Aardappelen 25,1 30,1 West Dui sland nu maakt deel uit van de Euro ese Economische Gemeenschap, terwijl Engeland er buiten staat doch ageeit om de minder gu stige gevolgen ervan op te vangen door een akkoord dat zijn handelsbelangen veilig stelt. Indien Denemarken, zoals thans het geval is, in de nabije toekomst niet toetr edt tot de Europese Ge meenschap, dan leidt dit tot ver zwakking van zijn uitvoerpositie naar de Euromarktlanden en in zonderheid naar zijn belangrijke afnemer Duitsland. Immers, de instelling van het ge meenschappelijk toltarief door de lande der Gemeenschap tegen over de overige landen en het op heffen binnen de gemeenschappe lijke markt van de invoerrechten tussen de aangesloten landen on derling alsmede het verruimen der (Zie vervolg 2' baJz. 1' kolom.) De Koornbloem Abonnementsprijs 96 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr H5. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1959 | | pagina 1